Home Blog Pagina 157

Seolto, mede dankzij Danny Kieboom, eerste amateurclub met belijningsrobot

0

Steeds meer dingen in het dagelijks leven gaan automatisch. Iets om bang voor te zijn? Wat Seolto betreft niet. De voetbalvereniging uit Zevenbergen maakt sinds dit seizoen als eerste amateurclub in Nederland gebruik van een robot die lijnen kan trekken. “In een half uurtje, is alles gedaan”, vertelt Danny Kieboom.

Dat Kieboom bij het aanschaffen en installeren van een belijningsrobot betrokken is geraakt, behoeft in eerste instantie de nodige uitleg. Die geeft de 37-jarige inwoner van Zevenbergen dan ook graag. “Ik heb jaren geleden bij TPO gevoetbald en ben toen op mijn 21ste hier naartoe verhuisd. Vier jaar later speelde ik in het eerste.” Toch duurde dat niet lang voor de verdedigende middenvelder. “Een paar jaartjes maar, daarna raakte ik zwaar geblesseerd. Gescheurde achillespees en later nog een gebroken enkel.”

Probleem

Kieboom verdween een beetje uit beeld, tot in 2018 zijn kinderen begonnen met voetballen. “Ik kwam weer terug en ben ook meteen vrijwilligerstaken gaan doen. En een seizoen later, ben ik bij het zesde gaan spelen. Daar zit ik nog steeds.” Tot groot genoegen. “Het voelt als thuis, dat is voor mij de reden dat ik het zó naar mijn zin heb. Het familiegevoel en iedereen is betrokken.” Hijzelf dus ook. “Sinds 2019 doe ik, als lid van het bestuur, het facilitaire gedeelte. Onderhoud van het terrein, de kleedkamers, maar vooral het pand.” Een bewuste keuze. “Je merkt dat het qua vrijwilligers lastig is, dus het is maatschappelijk belangrijk om betrokken te zijn. Daarom hebben we ook die belijningsrobot aangeschaft. Daar was niemand meer voor te vinden…” Precies op dat punt, liepen ze bij Seolto dus tegen een probleem aan. Wie moet de lijnen gaan trekken? “Toen ben ik eind vorig seizoen samen met Marc Pellen op zoek gegaan naar alternatieven. Zodat we konden belijnen, zonder al te veel arbeid. Onze ‘oudere mannen’ konden het fysiek niet meer aan.” Het tweetal benaderde vervolgens een aantal partijen, liet ze een demo geven en raakte onder de indruk. “Ik was zo’n robot al een paar keer tegengekomen bij onze voetballeverancier, dus eigenlijk was het puur toeval. We zijn ook de eerste amateurclub in Nederland die er één heeft.” Vooral in Amerika, is de populariteit groot, vertelt Kieboom. “Met name voor American football. Een paar profclubs hebben het hier ook, maar ze willen gaan uitbreiden.”

Programmeren

Mooie theorie, hoe werkt het in de praktijk? “Die robot heeft een GPS-systeem. Je zet hem op een vaste plaats naast het veld en met een tablet, rijd je hem zo het gras op. Een kan met verf erin, veld selecteren en op start drukken. De rest gaat allemaal automatisch.” Als alles vooraf goed is ingesteld, lacht Kieboom. “Eenmalig moet je alles programmeren, met Google Maps, zodat je het veld kunt selecteren.” Een kind kan de was doen. “Een gewoon veld, duurt een half uurtje. Normaal waren die mannen anderhalf uur bezig. In een uurtje of twee, is nu het hele sportpark gedaan.” De gehuurde robot, want kopen is te duur, doet dus uitstekend zijn werk. “Eerst hadden we twee mensen nodig, moest je een touwtje spannen, karretje erachter. Dit is een stuk sneller, nauwkeuriger én netter. Die robot is tot op twee centimeter nauwkeurig!” Eén ding is duidelijk, Kieboom is maar wat blij met zijn apparaat. “We belijnen nu één keer per week. Met veel regen en snelgroeiend gras, is dat ook wel echt nodig. Bij koudere temperaturen is dat minder.” En ook Rinus en Jos van de onderhoudsploeg, zijn tevreden. “Die willen er natuurlijk ook mee werken! Fysiek is dat een stuk minder zwaar voor ze.” Naast de robot, die ze bij Seolto sinds het begin van dit seizoen dus intensief gebruiken, hebben ze tot slot nog een in het oog springende gadget bij de club. “Vorig jaar hebben we een nieuw scorebord gekregen, ook dat is weer een leuk extraatje. Komend seizoen gaan we daarom bij alle teams op het hoofdveld, gifjes en opstellingen gebruiken!”

Klik op Seolto voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Seolto voor meer informatie over de club.

‘Liever op de club, dan achter de geraniums’ aldus André Mol

0

Hij is vrijwel iedere morgen op de club, zorgt dat alles op het sportpark er netjes uitziet en geniet het meeste van de onderlinge gezelligheid. Want dat André Mol nergens liever is dan bij Rood Wit, maakt de terreinknecht al snel duidelijk. “Moet ik dan thuis gaan zitten achter de geraniums? Dat is niks voor mij!”

Kleedkamers schoonmaken, snoeiwerk verrichten of de velden belijnen. Noem het maar op, of de 74-jarige Mol doet het. Al doet de vrijwilliger het zeker niet alleen, benadrukt hij. “Lijnen trekken doe ik altijd met Anthony den Ouden. En onze volledige onderhoudsgroep bestaat uit een vrijwilliger of acht. Drie zijn er bijna iedere ochtend, de rest komt op maandag, woensdag en vrijdag.” Zelf is hij over het algemeen dus dagelijks te vinden op sportpark De Gagelrijzen. “Ik ben het liefste elke morgen op de club. Lekker bezig zijn, sociale contacten. Kom je nog eens jongens van het bestuur tegen.”

Lijnen trekken

Inmiddels dus als vrijwilliger. Nadat Mol jarenlang zelf actief was als voetballer. Natuurlijk bij Rood Wit. “Vanaf het begin van de jaren 90, tot mijn 35ste heb ik gevoetbald. Niet echt in het eerste. We zijn toen een zaterdagelftal voor de senioren begonnen.” Een mooie tijd, herinnert hij zich. “Dat was hartstikke gezellig! Volgens mij hadden we toen tien seniorenteams.” Zelf speelde Mol als laatste man. “Ouderwets, gewoon verdedigen.” Nadat de inwoner van Sint Willebrord eenmaal gestopt was, begon hij zich in te zetten als terreinknecht van de club. “We zijn nu volop bezig met borden schoonmaken. Soms doen we metselen, bijvoorbeeld bij de tribune.” Maar voor hem misschien wel het belangrijkste: lijnen trekken. “Als je daar waardering voor krijgt, is dat toch wel het leukste. Want als ze niet recht zijn, krijg je het ook wel te horen hoor!” Een nog niet zo gemakkelijke klus, vertelt hij. “We doen het altijd met zijn tweeën, Anthony en ik. Lijntje spannen en dan lopen. Op woensdag beginnen we, twee velden per ochtend. In totaal zijn het er vier of vijf. Soms doen we zelfs de trainingsvelden!”

Blijven doen

Onder leiding van kantinebeheerder Toon de Jong, een dankbare taak. “Als club moet je natuurlijk ook blij zijn, dat je al die vrijwilligers hebt.” Vrijwilligers die zich bij Rood Wit onder meer bezighouden met de reclameborden. “De omgeving van de velden is in al die jaren wel veranderd, er zijn heel wat borden bij gekomen. Daar maken wij dan de stellingen voor, om ze in op te hangen.” Sowieso heeft Mol de club natuurlijk wel zien veranderen. “Toen ik begon, liepen hier echt ‘grote voetballers’. Tegenwoordig doen we het vooral met eigen jongens, waardoor de prestaties iets minder zijn geworden. Dat is logisch. Het is wat minder prestatiegericht.” Toch staan ze, ook bij Rood Wit, allesbehalve stil. “In de wandelgangen hoorde ik dat ze bezig zijn met zonnepanelen. Als het goed is, maken wij dat straks nog mee!” Want aan stoppen, denkt Mol voorlopig niet. “Ik doe het graag én heb het naar mijn zin. Dus ik hoop dit nog lang te doen. Als het zo blijft, dan gaat het.” Zijn fiets, waarmee hij dagelijks naar de club komt, staat de komende tijd dan ook gewoon weer voor hem klaar. “De velden komen ze maaien, de rest doen we zelf. Rollen, bladeren opruimen, noem maar op. Ons werk hebben we wel hoor!”

Klik op Rood-Wit voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Rood-Wit voor meer informatie over de club.

SC Excelsior heeft met Joris de Caluwé oog voor korte en lange termijn

Joris de Caluwé trad in januari aan als nieuwe voorzitter van Sportclub Excelsior. In zijn nieuwe functie hoeft de ondernemer zich niet te vervelen, want zijn club staat voor allerlei uitdagingen.

De Caluwé is de opvolger van Cock van Zanten, die jarenlang de amateurtak van de Rotterdamse club leidde en ook erevoorzitter is. “Cock heeft enorme verdiensten voor de vereniging gehad”, zegt de nieuwe preses. “Ik ken hem goed, want ik heb zeven jaar in het bestuur met hem gezeten. Ik was bestuurslid commerciële zaken.”

Toen De Caluwé de vraag kreeg of hij de voorzittershamer van Van Zanten wilde overnemen, zei hij niet meteen ja. “Ik wist niet of het voorzitterschap te combineren met mijn bedrijf. Ik dacht dat ik meer tijd zou kwijt zijn als ik voorzitter zou worden, maar dat valt mee. Het is prima samen met elkaar te doen.”

“Het was, denk ik, ook een voordeel dat ik wist wat er speelt bij de club. Ik had geen inwerkperiode nodig.”

Volgens De Caluwé draait Excelsior redelijk ansich. “We hebben alleen een gelitimeerde groei. We zijn in feite met ons complex gevangen op Woudestein. Een veld erbij is niet mogelijk. Daarom zitten we nu met het huidige ledenaantal echt aan onze top. Ik weet zeker dat als we er één of twee velden erbij zouden krijgen, dat we in no-time flink zouden groeien.” Daar is dus geen sprake van. Met het huidige aantal leden is het al moeilijk genoeg. Het is elk seizoen weer puzzelen met de trainingen en de wedstrijden. Onze laatste wedstrijden op zaterdag beginnen om vijf uur en soms zelfs  pas om half zeven.”

Ontwikkelingen in de nabijheid, op Woudestein zelf, zorgen er daarentegen voor dat de druk op het complex van Excelsior eerder groter wordt dan minder. “Allereerst zullen de profs straks in het stadion na volgend seizoen gras krijgen. Dat betekent voor ons dat we niet meer kunnen uitwijken, wat nu wel gebeurt.” Daarnaast zijn er de plannen voor de uitbreiding van het stadion, naar een capaciteit van 6500/7000 toeschouwers. Die uitbreiding heeft ook consequenties voor de sportclub. “We zullen in dat geval een kwart veld kwijtraken. Daar staat tegenover dat we volgend jaar een nieuw kunstgrasveld krijgen.”

Het zijn ontwikkelingen die door De Caluwé en zijn bestuur goed in de gaten worden gehouden. Maar het is volgens de voorzitter ook tijd om te kijken naar de huidige opstallen, die volgens hem aan vervanging toe zijn. “We hebben een x-aantal jaren geleden vier nieuwe kleedkamers bijgebouwd, maar voor de rest is ons clubgebouw niet meer van deze tijd. Er moet eigenlijk een nieuw gebouw komen te staan. We kijken daarbii ook naar de gemeente welke rol zij daarin kunnen spelen. Een nieuw gebouw neerzetten is voor ons niet te doen. We zijn nu eigenaar van de opstallen en met ons valt te praten over een huurconstructie.”

Het past bij een club in beweging, volgens De Caluwé die ook de uitdagingen op korte termijn benoemt. “Als bestuur ben je niet alleen bezig met de grote ontwikkelingen, maar ook met het vinden van genoeg scheidsrechters voor zaterdag. We zien een afname van scheidsrechters. Een voetbalvereniging weerspiegelt de samenleving. Minder vrijwilligers, stijging energiekosten. Die problemen proberen we zo goed mogelijk het hoofd te bieden.”

Excelsior heeft zelf al een aantal seizoenen geen eerste elftal meer dan in de standaardcompetitie uitkomt. “Dat is voor ons niet per se een must”, reageert De Caluwé. “We hebben nu drie JO23-teams waarvan het eerste team in de vierde divisie uitkomt. Ik kan me voorstellen dat als er een groep doorstroomt dat het de basis van een nieuw eerst gaan vormen. Dat is wat ons betreft ook de enige manier waarop het kan. We zien geen heil in hoe het de afgelopen jaren ging toen we nog een eerste team hadden met elf, twaalf spelers van buitenaf.”

Klik op Sportclub Excelsior voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Sportclub Excelsior voor meer informatie over de club.

Sportpedagoog aan de slag bij S.V. Walcheren

0

Per direct heeft S.V. Walcheren de beschikking over een eigen sportpedagoog in de persoon van Cynthia Dijker. Cynthia gaat in de onderbouw spelers, trainers en coaches op pedagogisch vlak begeleiden en adviseren voor minimaal 6 uur per week. Naast haar werk bij trainers, spelers en coaches adviseert de sportpedagoog ook de commissies en het bestuur van S.V. Walcheren. Om zo te komen tot een meer positieve sportcultuur binnen de club.

S.V. Walcheren heeft voor deze inzet een plan geschreven om aanspraak te maken op financiële middelen uit het Nationaal Sportakkoord. Dit plan is goedgekeurd en zo kan de pilot tot en met februari van start gaan. Bij een positieve evaluatie kan de sportpedagoog tot en met einde seizoen ingezet worden en mogelijk ook bij andere Vlissingse (sport) verenigingen.

De club hecht veel waarde aan het creëren van een positief en veilig sportklimaat binnen de vereniging. De laatste jaren wordt hier steeds meer op ingezet, mede door het opstellen van gedragscodes en gedragsregels, aanvragen van VOG’s voor onze vrijwilligers, sanctiebeleid en de inzet van twee vertrouwenscontactpersonen. Een veilig sportklimaat is volgens S.V. Walcheren een plek waar sprake is van sociale veiligheid, waar iedereen onbezorgd en met plezier kan sporten en waar oog is voor sportieve- en sociale ontwikkeling.

Als vereniging merkt Walcheren dat er meer nodig is op dit thema en daarom is het voor hen noodzakelijk dat ze een volgende stap nemen; de inzet van de sportpedagoog. In plaats van reactief te werk gaan, willen zij met de inzet van de sportpedagoog aan de voorkant situaties voorkomen door te observeren, signaleren en door het gesprek aan te gaan.

Inzet van de sportpedagoog

De sportpedagoog van S.V. Walcheren is meerdere dagen fysiek aanwezig op de vereniging om bij te dragen aan het kansrijk, veilig en gezond laten opgroeien van onze jeugdleden. De sportpedagoog helpt trainers om opgroei- en opvoedproblematieken te herkennen en bespreekbaar te maken.

Sommige problemen kunnen binnen de vereniging worden opgelost en voor andere problemen kan, in overleg met ouders, ook extra expertise worden ingezet. De pedagoog op de club is voor vrijwilligers een vertrouwd gezicht als zij vragen hebben over afwijkend gedrag in de groep of zich zelfs zorgen maken over een jeugdlid.

De pedagoog kan ouders of de club in contact brengen met lokale opvoed- en opgroeiorganisaties en welzijnspartijen. Ook kan zij de club adviseren over passende, landelijke ondersteuning vanuit het ministerie van VWS, NOC*NSF, Academie voor Sportkader en sportbonden, daarnaast heeft de pedagoog goede contacten met Centrum Veilige Sport en Veilig Thuis.

Klik op SV Walcheren voor de laatste artikelen over de club.
Klik op SV Walcheren voor meer informatie over de club.

Jan van Maurik is meer dan normale fan

De ene week staat hij langs de lijn bij SPV’81, de andere week volgt hij de verrichtingen van de hoofdmacht van derdeklasser Schoonhoven. Jan van Maurik verliest zijn voetballende zoons Walter en Lex geen moment uit het oog. “Ik geniet er volop van.”

Van Maurik is echter meer dan een normale voetbalvader en -supporter. Zijn mobiele telefoon blijft niet ongebruikt in zijn zak, hij stuurt er berichten en filmpjes van wedstrijden mee de wereld in. “Ik wil nog wel eens wat op mijn eigen Youtube-kanaal zetten. Korte momenten, doelpunten. Dat vinden die jongens van Schoonhoven en SPV leuk.”

Hij begon ooit bewapend met een klein cameraatje wat beelden te maken van de wedstrijden van zijn zoons Walter en Lex, die gewaardeerde krachten zijn in de eerste elftallen van Schoonhoven en SPV’81. Die camera is een tijd geleden al ingeruild voor een handige mobiele telefoon. “Ik zet ook wel eens wat op Twitter”, zegt Van Maurik. “Het scoreverloop bijvoorbeeld. Maar bij Schoonhoven doet René Zuurmond, de assistent-trainer, dat al vaak. Ik ben niet de officiële clubman ervoor.”

“Ik ben meestal met een vaste maat en dan gaan we altijd bij het vijandelijke doel staan. Niet achter de goal, maar in de buurt van de zijlijn. Kunnen we én de grensrechter van de tegenpartij in de gaten houden en hebben we mooi zicht op het doel.”

Zijn filmpje van een niet geteld doelpunt een paar jaar geleden van Schoonhoven tegen Alblasserdam deed stof opwaaien. “Die bal was duidelijk over de lijn”, zegt de 55-jarige Polsbroeker. “De grensrechter, van Albasserdam dus, zei van niet en de scheidsrechter nam dat advies over. Nou, ik had de actie volledig in beeld en als ik de beelden stilzette, kon je duidelijk zien dat de bal de doellijn was gepasseerd. In de rust heb ik dat de scheidsrechter laten zien. Die kon er natuurlijk niks mis meer mee, maar ik heb de beelden later wel op Youtube gezet met de tekst dat er een zuivere goal van Schoonhoven tegen Alblasserdam was afgekeurd.”

Dat hij én SPV én Schoonhoven support, komt door zijn zoons. “Walter heeft als eerste de overstap van SPV naar Schoonhoven gemaakt. Hij was eerstejaars C. Bij SPV had je maar één team per leeftijdscategorie en het verschil tussen de beste en slechtste speler was daardoor erg groot. Bij Schoonhoven is hij meteen in een selectieteam gekomen. Lex heeft een paar jaar later de overstap gemaakt.”

Waar Walter nog steeds het blauw-witte shirt om de schouders draagt, speelt Lex inmiddels weer in het groen en wit van SPV. “Hij werkt op onregelmatige basis en dat is lastig als je in de selectie bij Schoonhoven speelt. Bij SPV is dat wat makkelijker.”

“Walter is technisch sterk, Lex is echt een karakterspeler”, probeert hij het spel van zijn zoons te typeren. “Bij Schoonhoven speelt Walter of rechts- of linksbuiten. Hij is links. Ik zie hem zelf het liefst op tien.”

“Lex speelde bij SPV altijd voorin, maar hij is een linie gezakt. Daar krijgt hij wat meer ballen. Hij kan daar goed uit de voeten. Hij heeft een prima pass in de benen en kan zijn momenten uitkiezen om ook voor de goal te komen.”

“De ene week ben ik bij Schoonhoven, de andere week bij SPV. Ik kijk echt naar de wedstrijden. Ik kom zelf uit de Albasserdam, uit Hoogblokland. Ik vind het extra leuk als Schoonhoven tegen een club uit de Alblasserwaard speelt. In Zuid is de sfeer en entourage sowieso beter. In Rotterdam is de beleving minder.”

Zijn vurige wens is dat zijn twee zoons ooit nog met elkaar in een eerste elftal spelen. “Ik heb geen idee of dat ooit gaat gebeuren. Misschien bij SPV, geen idee.”

Klik op VV Schoonhoven voor meer artikelen over de club.
Klik op VV Schoonhoven voor meer informatie over de club.

Bij Perkouw onder 9 is het dribbelen en nog eens dribbelen

0

FC Perkouw is al blij om jaarlijks een onder 9 te hebben. Dit seizoen bestaat het team voornamelijk uit meisjes, maar die staan in het veld wel hun mannetje. En dribbelen kunnen ze.

De oefenwedstrijd tegen het Goudse DONK is net begonnen en trainer Jos Pleune heeft het aan de zijlijn druk met het geven van instructies aan zijn spelers in het veld. “Goed zo, Winter”, roept hij als één van de twee jongens in het team de bal in de verdediging verovert en de voorwaartsen in stelling brengt. Mede-trainer Amon Massi heeft zich opgesteld achter het doel waar hij keepster Lotte aanwijzigingen geeft.

“Het is dit seizoen voor het eerst dat we tegen een compleet ander meisjesteam spelen”, zegt Pleune. “Onze meiden zijn als ze tegen jongens spelen wat bescheiden. Vandaag durven ze wat meer, heb ik het idee.”

Dribbelen is het devies van Pleune en Massi. Om dat kracht bij te zetten herhaalt Pleune het woord regelmatig. “Dribbelen, dribbelen, dribbelen”, roept hij Melana toe wanneer ze de bal aan ede voet heeft. Vaak wordt het advies opgevolgd. Tegenstander DONK heeft de handen vol aan het Berkenwoudense gedribbel, maar komt door een zeldzame tegenstoot wel op voorsprong. De Perkouw-ploeg laat het er niet bij zitten. Nog voor rust maakt Melana verdiend gelijk.

In de rust wordt er limonade en vertrouwen getankt want volgens de trainers wordt er goed samengespeeld. Perkouw krijgt in de tweede helft de overhand en Lotte, die voor rust nog op doel stond, maakt snel twee doelpunten a vochter elkaar. Tatum legt de eindstand vast op 4-1. Het is voor Perkouw de eerste overwinning van het seizoen. “We proberen te stimuleren dat ze zelf acties maken”, zegt Pleune. “Je ziet dat dat steeds berer gaat.”

In de eerste fase van de competitie werd één keer gelijkgespeeld. “De andere wedstrijden verloren we nipt, daarin zag je dat jongens net wat gehaaider waren dan wij.” Dat het team bestaat uit negen meisjes is opvallend, maar berust meer op toeval, denkt Pleune. “De meeste meiden zitten bij elkaar in de klas. Normaal gesproken zitten er ook wel één of twee meisjes bij ons in een team, maar dat is dit keer andersom.”

Klik op FC Perkouw voor de laatste artikelen over de club.
Klik op FC Perkouw voor meer informatie over de club.

VC Vlissingen wil jeugdafdeling weer opnieuw vorm en uitstraling geven

0

Het is volgens John Casteleijn dringend nodig om de jeugdafdeling van VC Vlissingen opnieuw vorm te geven en vooral nieuw leven in te blazen. Steeds vaker kozen jonge voetballers voor een stap naar andere Vlissingse verenigingen in plaats van zich aan te sluiten bij de derdeklasser. ‘Daardoor hebben nu slechts enkele lichtingen bezet en daar willen we graag verandering in brengen.’

Casteleijn heeft zich het lot van de jeugdafdeling bij VC Vlissingen aangetrokken en wil proberen om met een nieuw te ontwikkelen jeugdplan, samen met een aantal vrijwilligers op termijn, weer doorstroming naar de senioren te realiseren. “Dat zal een pittige klus worden, want die is er nu niet. We hebben in de bovenbouw één JO15 en één JO17. Van die laatste groep moeten soms noodgedwongen jongens als wissels mee bij het eerste elftal en dat is eigenlijk té vroeg. Om verschillende redenen is er een gat ontstaan en dat moeten we zien te gaan dichten met z’n allen.”

Zelf speelde hij veertien jaar in het eerste van Walcheren, een vereniging die qua jeugd momenteel, net als het naastgelegen GPC behoorlijk aan de weg timmert. “Goeie jongens kiezen nu sneller voor de andere clubs, terwijl ze in het verleden juist wél naar Vlissingen kwamen. De jeugd was toen het paradepaardje van de club en daar willen we graag weer een omslag in gaan maken. Goede trainers op de elftallen, randvoorwaarden die goed zijn en dan stap voor stap weer terug de boel op de rails zetten.”

Momenteel traint Casteleijn zelf de JO13-1, een ploegje waar volgens hem muziek in zit. “Dat is een heel leuk en vooral ook talentvol groepje spelers. Die hebben echt wel wat in hun mars. Het is voor ons belangrijk om die jongens goed te begeleiden en ervoor te zorgen dat we ze voor de club kunnen behouden de komende jaren, want zij zijn de levensader ook voor onze senioren op langere termijn. Onder andere die jongens van Bouzambou zijn ook heel nadrukkelijk bij de jeugd nu betrokken en dat is wel een positieve ontwikkeling.”

Er is bij VC Vlissingen nu ook een Jeugd TC opgezet en naast Casteleijn zijn onder meer ook Jamal Bouzambou, Jan Machiel van Wezel en voorzitter Johan de Visser nauw daarbij betrokken. “Dat is een mooie groep clubmensen die ook zelf de nodige ervaring op voetbalgebied hebben opgedaan door de jaren heen. Samen gaan we een goed en ook vooral realistisch jeugdplan ontwikkelen om als rode draad te laten dienen. Want dat er voor de vereniging iets moet gebeuren om van de jeugd weer een bloeiende en succesvolle afdeling te maken, dat is iets wat buiten kijf staat. Er zijn een hoop mensen die er welwillend hun schouders onder willen zetten, want er loopt heel veel talent rond. Het is nu zaak voor ons als vereniging om dat verder te laten ontwikkelen, binnenboord te houden en er op langere termijn zelf de vruchten van te plukken.”

Klik op VC Vlissingen voor de laatste artikelen over de club.
Klik op VC Vlissingen voor meer informatie over de club.

Stefan Visser ziet Stolwijk opfleuren

Stefan Visser kende bewogen maanden. Een tijdje geleden werd hij voor het eerst vader. Op het veld was er ook verandering: zijn positie centraal achterin bij Stolwijk is ingeruild voor die van spits.

“Het is het mooiste wat ik in mijn leven heb meegemaakt”, vertelt Visser (29) vol trots over zijn pasgeboren zoontje die de naam Morris heeft gekregen. Doorslapen doet de kleine Visser nog niet, maar dat maakt de kersverse vader niets uit. “We moeten er wel eens vier keer per nacht uit. Het zijn gebroken nachtjes, maar we doen het met liefde.”

De kleine Morris is inmiddels ook al in het bezit van zijn eerste Stolwijk-shirt. “Gekregen van mijn teamgenoten”, zegt Visser. “Natuurlijk gaat hij later ook voetballen.”

Met tien punten uit de eerste vier wedstrijden is Stolwijk goed aan het seizoen begonnen. Dat heeft aan de Sportlaan ervoor gezorgd dat de sfeer is opgeknapt, meent Visser. Na de degradatie vorig seizoen was de club in mineur. “We hebben best een vervelend jaar achter de rug”, doet Visser uit te doeken zonder daarbij veel uit te wijden. “Stolwijk hoort in de vierde klasse thuis, maar het is voor de jonge spelers wel goed om een niveautje lager te spelen. Daar hebben ze net even wat meer tijd om zich te ontwikkelen. Ze hoeven minder op de tenen te lopen.”

Visser maakt wel duidelijk dat, als het aan hem ligt, niet de bedoeling is dat Stolwijk een blijvertje wordt in de vijfde klasse. “Het doel is om snel weer terug te keren in de vierde klasse. Het liefst binnen een jaar.”

Om dat te bewerkstelligen heeft Marco Lange een andere rol voor Visser bedacht. De teamleider van een vleesbedrijf is verhuisd van centraal achterin naar de punt in de aanval. Dat lijkt opmerkelijk. “Aan de ene kant wel, aan de andere kant weer niet”, reageert Visser, die voordat hij bij Stolwijk als centrale verdediger werd ingezet, in de jeugd bij Jodan Boys spits speelde. “Het is natuurlijk wel even geleden, dus het is zeker wennen. Of ik het leuk vind? Jazeker, ik ben het aanspeelpunt voorin. We zijn met drie aanvallers gaan spelen, vorig seizoen speelden we nog 4-4-2.”

En heimwee naar zijn ‘oude’ positie heeft hij niet. “Ik speel er nog regelmatig, hoor. Zowel tegen SPV’81 als tegen WDS kwamen wij door een rode kaart met tien man te staan. Dat was rond de vijftigste minuut. De trainer haalde me meteen van voren naar achteren. Beide wedstrijden wonnen we met 2-1.”

Dat hij bij Stolwijk de oudste speler is, merkt hij vooral in de kleedkamer. Waar ploeggenoten vertellen in welke kroeg ze een dag eerder een biertje hebben gedronken, wordt er smadelijk gelachen als de aanvoerder verhaalt over zijn nachtelijke en gebroken nachten. “Ik probeer mijn verantwoordelijkheid te pakken als oudere speler. Dat betekent dat ik de jongens help met aanwijzingen. Vroeger ging ik soms wat te ver in mijn fanatisme. Ik ben nu meer van de positieve coaching, maar het hoeft ook niet altijd lief te zijn. Je mag elkaar best even de waarheid zeggen. Met elkaar wil je het beste bereiken.”

Klik op vv Stolwijk voor de laatste artikelen over de club.
Klik op vv Stolwijk voor meer informatie over de club.

Domino’s sponsort Schoonhoven-jeugd

Zonder sponsoren geen amateurvoetbal. Twee jeugdteams van VV Schoonhoven spelen dit seizoen met een smaakvolle sponsor op het shirt. Domino’s Pizza uit de Zilverstad is sponsor geworden. Yous Syed van Domino’s vindt het belangrijk dat haar zaak maatschappelijk betrokken is.

“Ik heb geen link met de voetbalvereniging, al hebben we wel enkele voetballers die bij ons in de pizzabakkerij werken of in de bezorgingen”, zegt Syed. “Ik vind dat je als bedrijf ook je maatschappelijk gezicht moet laten zien. Dat betekent voor ons dat niet alleen pizza’s verkopen en bezorgen in Schoonhoven, maar ook teams van sportclubs sponsoren. Sport is heel belangrijk in de huidige samenleving. Het is gezond en verbindt.”

Syed opende haar zaak ruim een jaar geleden. Er werken 25 mensen. “Ik ben zelf ook ooit begonnen als pizzabakker”, vertelt ze. “Ik heb later hogere horecaschool gedaan. Ik ben hiervoor regiomanager namens Domino’s geweest van zes winkels in de regio Drechtsteden. Mijn wens om zelf als manager een winkel te openen. Dat is vorig jaar gelukt.”

De lokale manager van de franchise-organisatie vindt het belangrijk om zich te laten zien. “We doen regelmatig acties. Ja, ook bij D, waar we dan langs het veld pizzapunten uitdelen. Ik vind het belangrijk dat we klantgericht zijn. In hanteer de filosofie ‘never loose a custom’. Klanttevredenheid is een groot goed voor ons.”

Dat Domino’s Schoonhoven aan de weg timmert is ook te zien aan de landelijke competitie die het moederbedrijf jaarlijks uitschrijft. Syed: “Vorig jaar zijn we tweede geworden. Resultaten worden gemeten aan de hand van bezorgtijd, reviews op de sociale media en ook omzet per hoofd van de bevolking. Voor dit jaar staan we al een tijdje bovenaan, maar we moeten nog een kleine twee maanden. Het is spannend.”

Klik op VV Schoonhoven voor meer artikelen over de club.
Klik op VV Schoonhoven voor meer informatie over de club.

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Ontvang nu ook maandelijkse het laatste nieuws uit het amateurvoetbal in jouw regio.