Home Blog Pagina 1329

De Kruif koestert talenten bij GRC 14

GRC 14 heeft Piet de Kruif binnengehaald als opvolger van trainer Marcel van Helmond. De inwoner van Ophemert heeft als trainer een opmerkelijk cv, want samen met Hans Kraay jr. promoveerde hij zes keer. Opmerkelijk is dat De Kruif en Kraay jr. onlangs vertrokken bij de club waar zij werkzaam waren.

GIESSEN/RIJSWIJK – De Kruif is gewend op hoger niveau te werken, maar begon als trainer in 1998 in de kelder van het amateurvoetbal, bij zesdeklasser Ophemert. Bij de club in zijn eigen dorp was hij eerder eerste elftalspeler. ,,Ik was toen al ondernemer en na drie beenbreuken was ik jong klaar met het voetbal. Op verzoek van de club werd ik tijdens de winterstop interim-trainer.” Voor De Kruif kwam zijn trainersloopbaan in een stroomversnelling toen Hans Kraay jr. zijn buurman werd. Zij pakten het samen bij Ophemert op. ,,Hans gebruikte zijn netwerk en haalde wat spelers. Ophemert werd drie jaar achtereen kampioen. Vervolgens gingen wij naar tweedeklasser FC Lienden, die wij naar de topklasse brachten. Ik voelde mij geen stroman, want wij deden het echt samen. Ik had er geen probleem mee dat de aandacht naar Hans uitging en Johan Derksen mij een stroman noemde.” De Kruif kan mede door de samenwerking met Kraay jr. een mooi cv overleggen. Tussen de jaren 2000 en 2011 promoveerde hij zes keer. Het leverde hem een contract op bij topklasser JVC Cuijk waar hij, met Kraay jr. als technisch directeur, de kwartfinale van de KNVB-beker tegen PEC Zwolle haalde. De band met Hans is onverminderd goed. ,,Wij zijn immers nog steeds buren hè.”

De Kruif heeft de gelegenheid om GRC 14 vaak aan het werk te zien. De Kruif zoekt wel naar aanvulling voor zijn selectie. Voorin maakt hij zich geen zorgen met talenten als Samed Köksal en Michael van den Oever (foto). Bij zaterdag-eersteklasser GRC 14 beleven ze steeds meer plezier aan linkerspits Samed Köksal. De 21-jarige Tilburger is aan zijn derde seizoen bezig. Köksal maakte in 2015 de opmerkelijke overstap vanuit de jeugdopleiding van VVV/Helmond Sport naar GRC 14. ,,Toen stond daar nog dat hele oude gebouwtje van Giessen, met kleedkamers die eigenlijk niet meer konden. Maar ik zag dat daarnaast al nieuw werd gebouwd. Nu staat er een hypermodern clubgebouw met alle voorzieningen. Het is een geweldige accommodatie. Zo zie je ze in Tilburg niet. Het zou fijn zijn als wij niet in de situatie van vorig seizoen terecht gaan komen. Toen speelden wij ons op de laatste speeldag pas veilig.” Köksal ziet toekomst voor GRC 14. ,,Hier kan op termijn een goede eersteklasser ontstaan. Jammer dat eerder Sebastiaan Kolff is gestopt, maar met Mike Janssen en de pas 17-jarige Ousmane Traoure loopt er nog wel wat talent.” Samed Köksal kwam in de jeugd uit voor WSC/Waalwijk, RKDVC in Drunen en bij de gemengde BVO-jeugdopleiding van VVV-Venlo/Helmond Sport.

NBSVV gaat opnieuw bouwen

Een seizoen vol tegenslagen eindigde voor het Nieuw-Beijerlandse NBSVV uiteindelijk in mineur: met de 3-0 nederlaag bij kampioen NSVV werd de degradatie naar de vierde klasse bezegeld. Op dat niveau zal, met de gemeentegenoten ZBVH en Goudswaardse Boys als mogelijke rivalen, de weg omhoog gevonden worden door de nieuwe trainer Louis Jacobs en zijn enigszins gewijzigde selectie.

NIEUW-BEIJERLAND – Het seizoen 2017-2018 gaat voor NBSVV de boeken in als de jaargang waarin het degradatiespook vaak dreigend aanwezig was en op de slotdag alsnog keihard toesloeg. Bij het nog in een feestroes verkerende NSVV, dat het tweedeklasserschap al enkele weken eerder geclaimd had en rustig uitbolde naar het einde van een succesvolle campagne, sleurde het spook de brigade van vertrekkend trainer Dennis van Gils de vierde klasse in. Nietsontziend, zonder genade én zonder garantie dat een snelle terugkeer volgend seizoen zomaar even tot stand gaat komen. ,,Het zat er al een tijdje aan te komen’’, liet Van Gils, die straks na de zomervakantie aan de slag gaat bij de jeugd van NBSVV’s laatste competitietegenstander NSVV, zich berustend in het lot ontvallen.

Het vlaggenschip van de club van voorzitter Hans Broersen beleefde een jaar met veel tegenslagen. En dan hing ook nog eens een mogelijke fusie met de gemeentegenoten Goudswaardse Boys en Piershil in de lucht. Na het afhaken van Goudswaardse Boys leken NBSVV en het door een leegloop geteisterde Piershil zo’n beetje naar elkaar toegedreven te worden, maar inmiddels is duidelijk dat een samensmelting voorlopig in de ijskast staat en een zelfstandig voortbestaan (vooralsnog) het toekomstperspectief is.

Bij de Nieuw-Beijerlandse club treedt na het zomerreces Louis Jacobs aan als nieuwe oefenmeester. De opvolger van Dennis van Gils was al eens in beeld bij de Nieuw-Beijerlandse vereniging. Aan het einde van het jaar 2013 toonde Jacobs interesse om de vacature in te vullen die door het vertrek van Wim Tijl was ontstaan. De ervaren oefenmeester Louis Jacobs kende toenmalig preses Danny Pelizzon goed en legde contact met sportpark De Kreek. De Nieuw-Beijerlandse beleidsbepalers kozen echter voor Wim Schouten als ‘tussenpaus’ en voor Hans de Heer als de nieuwe oefenmeester voor het daaropvolgende seizoen.

In tweede aanleg komt zestiger Jacobs dus toch aan het roer te staan bij NBSVV, dat als vierdeklasser wel te maken krijgt met mutaties in de selectie. Al tijdens de slotfase van het inmiddels afgelopen seizoen werd duidelijk dat NBSVV een handvol spelers zou kwijtraken. Van vier spelers is al bekend dat zij stoppen met selectievoetbal of overstappen naar een andere club. Stefan van Alphen gaf aan  dat hij niet meer twee keer in de week kan trainen en koos ervoor om in een lager elftal te gaan voetballen. Gerrit Fix, die een eigen schildersbedrijf is begonnen, stapt over naar een vriendenteam van het Mijnsheerenlandse GOZ. Thom Makkenze en Joey Verbaas, die afgelopen zomer nog Heinenoord verruilden voor Nieuw-Beijerland, keren komend seizoen terug op sportpark de Tienvoet. Dat zal Louis Jacobs er echter niet van weerhouden om ambitieus aan de slag te gaan als straks het nieuwe seizoen nadert: de routinier in het trainersmetier wil een bijdrage leveren aan het streven om van NBSVV een stabiele derdeklasser te maken.

CvdW: GVV’63 – Ton van Doesburg

Ton van Doesburg is 52 jaar oud, en al vanaf zijn jeugd te vinden op GVV’63 in Gameren. Hij heeft zo’n 20 jaar in het eerste elftal gevoetbald, en heeft al veel voor de club betekent. Hij regelt tal van klusjes binnen de club en houdt er altijd plezier in.

Zelf heeft hij twee kinderen die ook bij de club voetballen, en een vrouw die ook veel voor de club doet. Zijn vrouw heeft tien jaar het ‘actiecomité’ gedaan, en nu doet ze de kleding voor heel de club. Heel de familie is dus betrokken bij de club, en als het aan hem ligt blijft dat heel zijn leven zo. Hij verwacht dat hij bij de club betrokken blijft totdat zijn gezondheid het tegenhoudt.

Op de vraag: ‘’Wat doe je eigenlijk allemaal voor de club?’’, antwoord hij lachend: ‘’Wat eigenlijk niet’’. Hij zit in de jeugdcommissie, en is op het ogenblik bezig samen met een aantal andere vrijwilligers, met het verbouwen van een viertal kleedkamers, een nieuw ballenhok en nieuwe wc’s. Met de groep vrijwilligers is hij bijna elke avond op de club te vinden, en daar zit veel tijd in. Het groepje vrijwilligers bestaat uit 8 man, en zijn wat oudere mensen van de club.

Hij heeft het werk voor de jeugd opgepakt omdat hij vond dat het niveau van de jeugd wat omhoog moest gaan. Hij wou dat er trainers voor de jeugd stonden, die echt ‘verstand’ hebben van het voetbal. Naast het werk ik in jeugdcommissie is hij ook jeugdtrainer van JO17. Daar is hij ook twee avonden in de week en op zaterdag mee bezig. ‘’Dan houd je weinig tijd meer over’’, zegt hij. Maar hij weet ook dat er iemand moet zijn die de ‘kar’ trekt, en dat alles niet zomaar gebeurd. Gelukkig gaat het nu goed met de club, financieel en ook allerlei andere zaken rondom de club.

Wat voor hem de club zo ‘mooi’ maakt is de gezelligheid. ‘’Het is een hele gezellige club, waar iedereen elkaar kent en goed met elkaar omgaat’’, zegt Ton. Hij vindt het leuk om iets binnen de club te verbeteren, en om te zien dat mensen daarvan genieten. Daar krijgt hij een bepaalde voldoening van. ‘’Daar moet je het ook voor doen, je moet het niet doen omdat je vrije tijd over hebt’’, vertelt hij.

Het mooiste moment wat hij meegemaakt heeft binnen de club is het kampioenschap van het eerste elftal naar de Tweede klasse. ‘’We hadden een hele leuke groep, iedereen kenden elkaar en het was echt een hechte groep’’, aldus Ton.

Voor komend seizoen verwacht hij dat ze ‘leuk’ mee kunnen doen in de Derde klasse. De bovenste helft van de ranglijst moet haalbaar zijn volgens hem. ‘’Ik hoop natuurlijk op een nacompetitie, maar dat kan je niet verwachten’’, zegt hij. Er zijn ook wat wisselingen geweest in de selectie, want er zijn jongens gestopt en er zijn wat nieuwe jongens bijgekomen. ‘’Het is altijd mooi om te zien dat er jongens uit de jeugd doorstromen naar het eerste elftal’’, zegt hij. Zelf heeft hij ook jongens getraind die hij groot en beter heeft zien worden, en dat vindt hij mooi om te zien. Hij kijkt dus weer uit nar volgend seizoen om de talenten weer te zien spelen.

 

SSNB Personeelsdiensten helpt voetbalclubs bij de uitvoering van goed werkgeverschap

Honderden trainers, werkzaam in allerlei takken van sport, zijn formeel gezien in dienst van SSNB (Sportservice Noord-Brabant). SSNB Personeelsdiensten regelt alle zaken op het gebied van werkgeverschap voor de sportverenigingen waarbij zij werkzaam zijn. Denk hierbij onder andere aan de tijdrovende salarisadministratie die tot in de puntjes geregeld wordt. Hierdoor wordt de vrijwillige clubbestuurder niet belast met ingewikkelde arbeidsgerelateerde vraagstukken zoals ziekteverzuim, juridische vraagstukken en conflictbemiddeling.

Voordelen voor clubs
“Als we de samenwerking met een voetbalclub aangaan, nemen we formeel gezien de trainer bij ons in dienst. Maar dit kan ook een ander clublid zijn, zoals de kantinebeheerder. De club besteedt de personeelszaken die hierbij horen aan ons uit en heeft er verder weinig omkijken naar.” Aan het woord is Nabil Bouchlal, manager van SSNB Personeelsdiensten en zelf ook een bekend gezicht rondom het voetbalveld. “Wat veel clubs als een groot voordeel ervaren is dat ze via ons hun trainers maar liefst zes tijdelijke contracten kunnen aanbieden in een periode van vier jaar. Regelen clubs het werkgeverschap zelf, dan zijn ze in de meeste gevallen verplicht om na twee jaar een trainer een vast contract aan te bieden. Daar zitten ze niet op te wachten en hierdoor nemen zij, soms ongewenst, afscheid van de trainer. Ook het risico van een zieke trainer wordt door SSNB opgevangen, zodat er snel een invaller ingehuurd kan worden zonder extra kosten voor de club. En de medewerker heeft zekerheid van inkomen in geval van ziekte of arbeidsongeschiktheid en de mogelijkheid van een pensioenregeling.“

Doen waar je goed in bent
Meer dan honderd Brabantse sportverenigingen vertrouwen op SSNB Personeelsdiensten om het werkgeverschap van hun betaalde krachten goed te regelen. Enkele namen zijn VV Gilze, SC ’t Zand, VV DSE en RKVV Tongelre. Aimé Cruijsbergs, voorzitter van VV Gilze, vertelt over zijn keuze voor SSNB: ‘’Je moet als voetbalverenging doen waar je goed in bent. Onze eerste prioriteit is voetbal. We hebben minder expertise in huis over HR, juridische en fiscale zaken. Ook willen wij onze vrijwilligers er niet mee belasten. We vinden de garantie dat alles gewoon netjes is geregeld belangrijk. We zijn tot op heden zeer tevreden over de service die SSNB Personeelsdiensten ons verleent. Die wordt goed uitgevoerd, bespaart ons kostbare tijd en geeft rust.’’

Beek Vooruit zet uitroepteken achter vrouwenafdeling

Beek Vooruit zet in op het vrouwenvoetbal. De club wil de meisjes en dames uit de schaduw trekken, want dat is nog altijd nodig. De droom is een volledige jeugdafdeling, van jong tot oud. “We kunnen nog veel stappen zetten.”

Clubman Steven Verstraeten is net als voor de keepers ook verantwoordelijk voor het damesvoetbal bij Beek Vooruit. De vader van een fanatiek voetballende dochter organiseert onder meer vriendinnendagen. “Bij de laatste vriendinnendag, de tweede editie, waren er zestig speelsters aanwezig, van wie een groot deel al lid was. Daarna hebben we negen nieuwe aanmeldingen ontvangen, dat is toch netjes: daarmee kunnen we een nieuw jeugdteam opzetten volgend seizoen.”

Beek Vooruit heeft nu nog geen volledige jeugdafdeling voor de meisjes. De meisjes onder 11 jaar spelen nog bij de jongens. Dat vindt Verstraeten echter niet zo’n probleem, aangezien het verschil tussen jongens en meisjes bij de jongste jeugd nog niet zo groot is. Vanaf 14 jaar wil Beek Vooruit deze voetbalsters samen in een meisjesteam indelen. “Maar speelsters die heel talentvol zijn, krijgen de mogelijkheid om langer bij de jongens te spelen. Voor ons is de individuele ontwikkeling namelijk het allerbelangrijkste.” Maar hij zou wel graag een MO11, MO13, MO15, MO17 en MO19 hebben, zodat er een goede doorstroming ontstaat naar het eerste vrouwenteam. “Dat is echter zo makkelijk nog niet. Volgend jaar hebben we waarschijnlijk geen MO19. Wij krijgen voornamelijk meisjes uit Prinsenbeek, hoewel iedereen bij de club welkom is, en hebben een hockeyvereniging naast ons, waar meisjes nog altijd eerder voor kiezen. Maar zolang ze maar sporten, vind ik het allang prima.”

Beek Vooruit heeft al wel enkele pareltjes in de jeugd rondlopen. In de onder 15 speelt Kris van Vliet, een talentvolle jongedame die het zelfs tot de laatste 22 van Oranje onder 14 jaar heeft geschopt. Het nadeel voor Beek Vooruit is echter dat clubs uit de omgeving op dat soort talenten loeren. “We raakten al eens een speelster kwijt aan Unitas’30 en aan DIA. Dat is jammer, die clubs lobbyen echt bij die meisjes. Maar het is ook een compliment voor onze opleiding natuurlijk. De deur staat altijd weer voor deze speelsters open bij Beek Vooruit.”

Het gaat de goede kant op. Bij de Vrouwen 1, MO15 en MO13 lopen volgend seizoen allemaal gediplomeerde trainers rond. Verstraeten denkt dat Beek Vooruit qua niveau zeker nog stappen kan zetten. De Vrouwen 1 speelt in de vierde klasse, de meeste jeugd in de tweede klasse.  “Maar ik hoop vooral dat het vrouwenvoetbal wat serieuzer wordt genomen. Dat ze bij Voetbal Inside zo denigrerend over het vrouwenvoetbal spreken, werkt natuurlijk niet mee. Intern merk ik die houding ook nog wel. Wat ik daaraan kan doen? De tijd nemen om met die mensen in gesprek te gaan. Het EK van twee jaar geleden helpt daarbij. Dat niveau wat de Nederlandse dames toen hebben laten zien, hebben Gijp en Derksen nooit gehaald.”

 

Dames RKDSV sluiten stormachtig jaar af met ‘grote kroon’

Het was een historisch seizoen voor de dames van RKDSV. De ploeg begon met twaalf speelsters aan de jaargang, maar sloot de competitie af met een volwaardige selectie én de kampioensschaal van de vijfde klasse in de prijzenkast.

9 punten met nog 7 wedstrijden te gaan. Dat was de achterstand op vv Viola in de slotfase van de competitie. “Toen hebben we de koppen bij elkaar gestoken en gezegd: ‘Als we iets willen, moeten we vanaf nu alles op 100 procent doen.’ Sindsdien hebben we alle wedstrijden dik gewonnen”, aldus Ron Rooijakkers (51), de trotse trainer van de dames.

Viola bleef maar morsen en RKDSV bleef maar winnen. Het resultaat: een kampioenswedstrijd die RKDSV moest winnen, want VVR had ook nog maar een achterstand van één punt. Dat lukte RKDSV, sterker nog: GSBW werd op eigen veld weggetikt en met een 0-6-nederlaag op vakantie gestuurd. “We waren vooraf wel zenuwachtig, maar dat verdween al bij de start van de wedstrijd.” Het kampioenschap was een feit, met een heel mooi feest als cadeau. “Dit is echt een hele grote kroon op ons seizoen.”

En dat terwijl RKDSV met een eerste team van twaalf à dertien vrouwen begon. Rooijakkers paste enkele meiden vanuit de talentvolle MO17 in en werd versterkt door een aantal uit voetbalpensioen terugkerende dertigers. Hij stapte op dat moment zelf ook in als trainer/leider en zag het beter en beter gaan, met de titel als kers op de taart.

Met een jonge selectie lacht de toekomst de vrouwen van RKDSV tegemoet. Rooijakkers heeft er vertrouwen in. “In die MO17 zitten een paar meiden die het zelfs tot de Brabantse selectie hebben geschopt, dus daar kunnen we echt van gaan genieten. Daarnaast valt alles goed, qua sponsoring, qua beleid van het bestuur richting de vrouwen en de breedte van de selectie: 32 speelsters voor twee teams. We zijn van plan de trainingsintensiteit ook op te hogen, zodat we hopelijk stapje voor stapje naar de derde klasse kunnen gaan kijken. Er zit echt muziek in deze groep.” En een feestje bouwen? Dat konden de dames uit Diessen altijd al goed. “We zijn niet de grootste, maar wel de gezelligste club van de gemeente Hilvarenbeek.”

Gouden kracht voor de jeugd van Schoonhoven

Ze zoekt even naar het juiste woord, maar na een moment van nadenken zegt Bianca van Donselaar: ‘voldoening’. De Schoonhovense is al een paar jaar een belangrijke kracht in de jeugdcommissie van de plaatselijke voetbalclub. Betaald wordt ze voor die uren niet. “Mijn betaling is voldoening.”

Van Donselaar (41) kwam, zoals zo veel vaders en moeders, in aanraking met de voetbalclub toen haar kinderen lid werden van vv Schoonhoven. “Pas als je een tijdje meeloopt, ga je realiseren wat voor werk er allemaal verzet moet worden”, zegt de Schoonhovense, die twee zoontjes van tien en acht jaar heeft. “De bal rolt heus niet automatisch.”

“Ik ben op een bepaald moment gevraagd om te helpen in de commissiekamer op zaterdagmorgen. Als jeugdcommissie proberen we alles in goede banen te leiden. Het kan er op zaterdag namelijk nogal hectisch aan toe gaan. Als het een dag is met volle bezetting dan krioelt het hier van de kinderen.”

Schoonhoven heeft dit seizoen 28 jeugdteams, waarbij dertien teams in de categorie JO9 en JO11. “Ik ben hier bijna elke zaterdag om als gastvrouw op te treden”, vertelt Van Donselaar. “Ik ontvang de uitspelende ploeg, wijs ze de weg naar de kleedkamer en maak een praatje. Dat hoort erbij, vind ik. Na afloop worden de formaliteiten in de commissiekamer afgehandeld. We zoeken voor het nieuwe seizoen overigens nog wat versterking voor de commissiekamer. We zitten nu wat aan de krappe kant. Een beetje ruimere bezetting zal lekker zijn.”

Van Donselaar is ook het ‘loket’ van Schoonhoven. Een ouder die zijn of haar kind aanmeldt om bij de blauwwitte club te gaan voetballen, krijgt met de Schoonhovense te maken. “De meeste nieuwe leden melden zich aan via de website. Ik krijg daar dan bericht van en verwerk de informatie. Daardoor gaan alle radartjes werken, van ledensecretaris tot trainer. Als nieuwe leden of potentiële nieuwe leden vragen hebben, dan probeer ik ze zo snel mogelijk en zorgvuldig mogelijk te beantwoorden. Er zijn ook ouders die het lastig vinden om het formulier op de website in te vullen omdat ze de Nederlandse taal niet goed machtig zijn, dan vul ik het formulier samen in op de computer op de club. Op dit moment stromen de nieuwe aanmeldingen voor het nieuwe seizoen weer binnen.”

De jeugdcommissie werkt voor wedstrijddagen nauw samen met de scheidsrechterscoördinator. “Als jeugdcommissie zijn we niet verantwoordelijk voor de indelingen”, zegt Van Donselaar. “Daar is de technische commissie voor. Voor elke leeftijdscategorie is er een coördinator die belast is met de voetbalinhoudelijke kant. Wij zijn er voor de organisatie en ondersteunen andere commissies, zoals de toernooicommissie en de evenementencommissie. Op zaterdag 16 juni is onze jaarlijkse familiedag en dan dragen we als jeugdcommissie ook ons steentje bij. Ook bij toernooien helpen we.”

Ze vindt dat ze veel waardering krijgt voor haar vrijwilligerswerk bij Schoonhoven. “Ik ben zelf altijd al een type geweest dat van aanpakken houdt. Als de bar iemand tekort komt, spring ik bij. Zo zit ik in elkaar.”

CvdW: GVV’63 – Bert van Selm

Bert van Selm is 31 jaar oud, en voetbalt al sinds zijn zestiende bij het eerste elftal van GVV’63. Hij heeft eigenlijk altijd bij de club gespeeld en in de jeugd op bijna elke plek wel gestaan, behalve in de verdediging. En hoe raar het ook kan zijn, in het eerste elftal heeft hij eigenlijk alleen maar in de verdediging gestaan.

In zijn eerste jaren bij het eerste was het even ‘aanhaken’. Hij schommelde toen der tijd tussen het eerste en het tweede, maar vanaf zijn achttiende zat hij wel vast bij de selectie. Bert heeft er al aardig wat jaartjes opzitten, maar met het voetballen is hij nog niet klaar. ‘’Ik vind het gewoon nog harstikke leuk om te voetballen, ik ben alleen soms klaar met de verplichtingen. Die kosten je gewoon veel tijd’’, zegt hij.

Zijn broer voetbalde bij GVV’63, dus het was een ‘optelsom’ dat hij ook bij de club ging voetballen. Achteraf heeft hij daar geen spijt van gehad. Hij heeft hier bij deze club zoveel mooie, leuke en gezellige jaren gehad, dat zijn jaren die hij niet snel gaat vergeten.

Vroeger heeft hij twee jaar de jeugd training gegeven, maar daar bleef het ook bij. ‘’Ik vind het leuk om te doen, maar er gaat te veel tijd in zitten. Misschien als ik later wat meer tijd heb, dat ik wat voor de club kan gaan doen’’, verteld hij.

Zijn mooiste moment heeft hij bereikt met het eerste elftal, namelijk het kampioenschap van vier jaar geleden. ‘’We hadden toen echt een hele goede mix van jong en oud. De jonge spelers waren erg technisch, en onze oudere spelers wisten precies wat ze moesten doen’’, aldus Bert. Daarna hebben ze het nog een jaar volgehouden in de Tweede klasse, wat al een hele goede prestatie was. De club betaald namelijk zijn spelers niet, en hebben eigenlijk elk jaar een hele krappe selectie.

De twee opvolgende jaren degradeerde het eerste elftal twee keer, waardoor ze acteerde in de Vierde klasse. ‘’Dat waren jaren waar je zoveel verliest, dat je het plezier een beetje verliest in het voetbal’’. Maar aan opgeven doet hij niet, ondanks dat de sfeer in die jaren binnen de club natuurlijk ook minder is. Gelukkig promoveerde de club twee jaar terug weer naar de Derde klasse.

In de nieuwe trainer Denny van Geffen, heeft Bert wel vertrouwen. Hij vergelijkt hem met de trainer John Laponder, waarmee ze de tweede klasse hebben bereikt. ‘’Hij krijgt de groep goed gemotiveerd, iedereen heeft er zin in en heel de groep zet zich vol in voor het eerste elftal’’, zegt hij. De doelstelling blijft handhaven voor het volgende seizoen. Een plek in de middenmoot zou al goed zijn, met misschien een periodetitel. ‘’Je moet toch blijven voetballen om een prijsje, dat blijft altijd leuk en dat moet zeker met deze groep haalbaar zijn’’, verteld hij.

Persoonlijk succes heeft hij het afgelopen jaar gevierd, hij werd namelijk gekozen tot ‘Speler van het Jaar’ van GVV’63. Die wordt gekozen door een groep van zo’n 20 mensen die veel wedstrijden van het eerste elftal bezoeken. Het blijkt dus dat die veel waardering heeft bij de supporters van de club, en dat geeft hem een goed gevoel. ‘’Het is zo’n gezellige dorpsclub, kijk alleen al maar in de kantine na de wedstrijd’’, zegt hij. Hij kijkt weer uit naar het aankomende seizoen, met veel gezelligheid en goed voetbal.

Freek van Belzen is nog niet uitgeleerd bij Roda’46

Ondanks zijn jeugdige leeftijd is Freek van Belzen dit seizoen uitgegroeid tot vaste waarde bij Roda’46. De negentienjarige speler uit Utrecht liet onlangs weten ook komend seizoen te spelen bij de club uit Leusden. Dit laatste bericht tot vreugde van trainer Willem Romp, die Van Belzen ziet als steunende factor in zijn selectie.

Door Danny van der Linden

,,Freek is overgekomen uit de A-junioren, maar nu al een belangrijke speler voor ons elftal. Dat is knap”, zegt Romp. ,,Hij heeft veel kwaliteiten om hogerop te komen.” In het elftal van Roda’46 speelde Van Belzen dit seizoen op meerdere posities. In het begin stond het talent zowel links op het middenveld als in de verdediging, momenteel is hij vooral actief als controlerende middenvelder. Freek van Belzen, die in trainer Romp zijn eerlijkheid en duidelijkheid waardeert, zelf zegt vooral veel geleerd te hebben door te spelen op verschillende posities. ,,Ik ben verdedigend sterker geworden als linksback. We speelden veel over de zijkanten, dus ik werd veel in het spel betrokken. Dat vond ik leuk”, zegt Van Belzen. ,,Sinds kort spelen we 4-3-3 en speel ik als controlerende middenvelder. Ook dat gaat goed. Ik speelde in de jeugd al op het middenveld.”

Die jeugd is nog niet zo lang geleden, want een jaar geleden speelde de middenvelder nog in de A-junioren van Roda’46. ,,Daar heb ik twee jaar gespeeld”, vertelt hij. ,,Ik kom uit Utrecht en heb vroeger in de jeugd bij Sporting’70 gespeeld. Willem heeft me eigenlijk meegenomen naar Roda’46.” En dus rijdt Freek van Belzen drie keer per week van Utrecht naar Leusden. ,,Naar de trainingen rijd ik zelf. Op zaterdag gaat mijn vader mee. Die is altijd zeer betrokken geweest en heeft zelf bij Velox gevoetbald. Na de wedstrijd bespreken we die altijd”, aldus Van Belzen die de overgang naar het eerste elftal niet als lastig ervaren heeft. ,,Het scheelde wel dat ik vorig seizoen al meetrainde en af en toe mee mocht spelen. Toch zijn er wel verschillen: in de jeugd gaat het er minder fysiek aan toe”, aldus de middenvelder die de rit naar Leusden elke keer met plezier maakt. ,,Ik heb het erg naar mijn zin bij Roda’46. Dat is ook de reden dat ik heb aangegeven nog een jaar langer te blijven. Ook ik hoor dat ik hogerop kan en geloof daar zelf ook wel in, maar het is voor mij belangrijk dat ik veel aan spelen toe kom. Ik ben nog niet uitgeleerd bij Roda’46.” Dus ook komend jaar kan Roda’46 rekenen op Freek van Belzen. ,,En daarna zien we wel verder”, zegt hij nuchter. Want ambitieus is de CALO-student wel. ,,Het hoeft allemaal niet heel snel te gaan”, legt de Utrechter uit. ,,Maar ik wil wel graag zo hoog mogelijk voetballen.”

Johan Sturrus bij Papendrecht op eigen benen

In de rol van assistent bij derdedivisionist ASWH deed Johan Sturrus de afgelopen jaren veel ervaring op in het trainersvak. Na het zomerreces staat de als voetballer gepokte en gemazelde Drechtstedeling voor het eerst op eigen benen als hoofdtrainer van Papendrecht.

PAPENDRECHT – Met het aantrekken van Johan Sturrus als opvolger van Peter de Haan, die na één seizoen sportpark Slobbengors zal verlaten, haalt zaterdag-tweedeklasser Papendrecht een trainer binnen die als voetballer een flinke staat van dienst heeft opgebouwd. De voormalig speler van Groote Lindt, SC Feyenoord en ASWH neemt een schat aan ervaring mee. Met de amateurs van Feyenoord maakte hij de opmars mee in het zondagvoetbal, van de vierde klasse tot aan de titel in de hoofdklasse. En met ASWH won Sturrus alles wat er te winnen valt, met de algehele amateurtitel in 2005 als absolute hoogtepunt. Bovendien speelde hij voor het Nederlands amateurelftal. ,,Bij Papendrecht vroegen ze of ik mijn cv wilde indienen. Dat vermeldt niet zoveel clubs, maar ik heb wel veel meegemaakt in al die jaren dat ik gevoetbald heb. En zelfs toen ik in het 35+-voetbal was beland, werd ik nog teruggevraagd in het eerste van ASWH. Dat zou eerst voor een paar weken zijn, maar dat werden twaalf wedstrijden.’’

Het hoofdtrainerschap speelde eigenlijk nog niet door het hoofd van Sturrus, die prima op zijn plek zat en zit bij ASWH. ,,Toen Jack van den Berg terugkeerde bij ASWH, heeft hij gevraagd of ik zijn assistent wilde worden. Jack en ik hadden een hele goede band met elkaar: ik heb nog met hem gevoetbald bij SC Feyenoord en ik heb onder hem gespeeld bij ASWH. Als assistent van Jack kreeg ik het gevoel van: ik ben nog lang niet toe aan het hoofdtrainerschap, ik kan nog zoveel van hem leren. Tot Papendrecht zich in de loop van dit seizoen meldde en mij de kans gaf om een stap te maken als hoofdtrainer.’’

De ‘onderhandelingen’ met Papendrecht kwamen tot een conclusie in een hectische periode van vorig seizoen. Immers, Jack van den Berg maakte juist in die periode de keuze om van ASWH naar Katwijk, koploper in de tweede divisie, over te stappen. ,,Er kwam opeens heel veel op me af. Toen Jack vertelde dat hij onderweg was naar Katwijk, was ik in een afrondend stadium met Papendrecht. En na zijn vertrek was het even schakelen, omdat ik samen met Ferry van Lare de voorbereiding op de wedstrijd bij Jong FC Groningen voor mijn rekening moest nemen.’’

Sturrus greep de kans met twee handen aan, na zich goed te hebben laten informeren. ,,Eerst heb ik gebeld met Maarten van Gastelen, die bij Papendrecht actief is geweest. En op een bruiloft kwam ik toevallig Richard Elzinga tegen, die een verleden als trainer bij Papendrecht heeft. Zij waren allebei unaniem in hun oordeel: een goede, nette club met ambitie. En voor mij een geweldige mogelijkheid om de volgende stap in mijn trainerscarrière te zetten.’’

Geïnspireerd door Jack van den Berg gaat Sturrus dus zijn eigen trainersweg na het zomerreces. ,,Nee, Papendrecht haalt geen tweede Jack van den Berg. Die man is uniek. De ambitie is uitgesproken om volgend seizoen met Papendrecht om de bovenste plekken mee te doen en voor een periodetitel te gaan. Maar eerst wil ik het als assistent naast nieuwe trainer Cesco Agterberg het karwei bij ASWH goed afmaken door in de derde divisie te blijven.’’

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Ontvang nu ook maandelijkse het laatste nieuws uit het amateurvoetbal in jouw regio.