Home Blog Pagina 166

Een blessurevrij seizoen is hét doel voor Sander Versendaal 

0

Een voetbalcarrière die gekenmerkt is door verschillende blessures en hem bracht van Oostkapelle naar JVOZ, FC Twente, Oostkapelle, HSV Hoek en voorlopig weer in Oostkapelle. Geen profvoetbal dus voor Sander Versendaal, maar de 2e Klasse E met SVOD’22.

De verdediger speelde zelfs in de jeugd nog voor het Nederlandse elftal, maar tot een uiteindelijke doorbraak bij een profclub kwam het helaas niet. “Blessures aan mijn beide heupen en een compartimentsyndroom aan mijn kuiten hebben wat dat betreft wel het nodige roet in het eten gegooid. Inmiddels heb ik me er wel bij neergelegd en speel ik met veel plezier én pijnvrij hier samen met mijn vrienden. Dat is me ook heel veel waard.”

Verschillende operaties aan zijn heupen deden leken hem eerst te helpen om weer terug volledig fit te worden als voetballer. Maar toen kwam er dus een nieuw probleem om de hoek kijken. “Toen kreeg ik last van een compartimentsyndroom aan mijn kuit- en scheenbeen. Ook daarvoor onderging ik een operatie aan beide benen en heb ik ervoor gekozen om weer terug naar Oostkapelle te gaan. Uiteindelijk heb ik ook nog een keer de stap gemaakt naar HSV Hoek, maar toch ook weer teruggekeerd om weer bij Oostkapelle en nu dus SVOD’22 te voetballen.”

Met (toen nog) Oostkapelle beleefde hij een sportief hoogtepunt door in het laatste bestaansjaar de titel te pakken. Vorig seizoen mocht de rechtsback met SVOD’22 daardoor in de eerste klasse van het zaterdag zijn kunsten mocht vertonen. “Dat was een mooi niveau en een bevestiging voor mezelf dat ik dat niveau toch zeker wel aankan. Jammer dat we het uiteindelijk niet hebbenkunnen redden en dus degradeerden. Dat is wel een tegenvaller en het is nu vooral zaak om zo lang mogelijk mee te doen voor de prijzen.”

Waar vorig seizoen tegenstanders hun posities vaak dubbelbezet hebben, daar brak de krappe selectie in de ogen van Versendaal zijn club misschien wel op aan het einde van de rit. “En ook nu hebben we nog altijd geen heel brede groep. Wanneer er teveel basiskrachten niet beschikbaar zijn, dan krijgen we het moeilijk, dus moeten we proberen om de boel zo goed mogelijk fit te houden.”

Juist die fitheid is voor Versendaal van het grootste belang. “Dat is voor mij ook wel de absolute doelstelling. Om een keer een volledig blessurevrij seizoen mee te maken. Ik heb in de voorbereiding ook met het Zeeuws Elftal meegedaan en ik moet toegeven dat spelen op zo’n hoog me toch wel weer aan het denken heeft gezet. Wie weet dat ik toch ooit nog een keer een stap zou willen maken om te zien hoever ik kan reiken. Maar voorlopig telt alleen SVOD’22 en wil ik proberen om hier het maximale eruit te halen.”

Klik op SVOD’22 voor de laatste artikelen over de club.
Klik op SVOD’22 voor meer informatie over de club.

Jeugdcoördinatoren willen bij jeugd SVOD’22 vooral rode draad borgen

0
De jeugdafdeling van fusieclub SVOD’22 zit in de lift, tot tevredenheid van de jeugdcoördinatoren Jord Mesu eBart van Wuyckhuyse. Sinds 2022 hebben ze de coördineren rol op zich genomen en zien steeds meer en meer resultaat.

 

Het spelplezier moet, zeker bij de jeugd, zonder enige twijfel op één staan. Iedereen die lid is moet het binnen de vereniging naar zijn zin hebben. En als er plezier is, dan volgt normaal gesproken het presteren meestal vanzelf. We zijn bij de basis begonnen en op alle vlakken willen we dat met name de kaders helder zijn en de randvoorwaarden goed geregeld. Daar werken we hard aan en wordt ook in geïnvesteerdTrainers, begeleiders en ook spelers weten ons steeds beter te vinden en dat is precies wat we willen. In het verleden trainden we nog wel een elftal, maar nu werken we puur als coördinatoren in een meer overkoepelende rol, zegt Jord Mesu.

Hij voetbalde zelf in de jeugd en is nu nog altijd actief als speler bij het tweede elftal van SVOD22. Daarnaast vervult hij dus sinds de officiële fusie in 2022 de rol van jeugdcoördinator. Ik heb bij de jeugd, eerst al bij Oostkapelle jeugdteams getraind. Van de minis tot de JO13 en JO15. Voor mijn Cios-opleiding heb ik ook nog een jaartje bij de JO13 van Excelsior Rotterdam stagegelopen. Daarna was ik drie seizoenen trainer bij de JO17 hier op de club. En nu dus als coördinator, wat ik samen met Bart doe. Dat is wel prettig want om in je eentje een hele jeugdafdeling te coördineren zo echt too much zijn. Nu verdelen we de taken en dat werkt perfect.

Het duo werkt veel samen met het jeugd- en hoofdbestuur en heeft een duidelijke visie waar ze aan willen werken. De doorstroming vanuit de jeugd naar de senioren waarborgen is een belangrijke pijler die we willen realiseren, onmisbaar ook voor een dorpsclub. Daarnaast willen we trainers ook ondersteunen en proberen te ontwikkelen. Het is echt enorm dynamisch om met al die verschillende karakters en leeftijden te werken. Dat maakt het ook juist enorm leuk om mee bezig te zijn en om te proberen de rode draad die we voor ogen hebben door de gehele jeugdafdeling voor elkaar te krijgen.

De jeugd van beide verenigingen speelde in het verleden al met elkaar als Samengestelde Teams (ST)nog voor Oostkapelle en Domburg waren gefuseerd. Nu beide clubs zijn opgegaan in SVOD22 maakt dat het werken voor de coördineren toch nog wat makkelijker. Het is goed dat we destijds al zijn samengegaan omdat het op die manier mogelijk was in de jeugd om alle leeftijdscategorieënte kunnen waarborgen. Voor de ontwikkeling van de jeugdspelers ook het meest ideaal. Vandaar ook dat jesteeds meer clubs qua jeugdafdelingen ziet samenwerken. Nu het écht één vereniging is, maar het alles, bijvoorbeeld ook qua kleding en materialen een stuk eenvoudiger. We zijn nu aan het toewerken naar één gezamenlijk complex, wat alles nog meer zal optimaliseren in de toekomst.

We zijn in de winter van 2021/2022 echt gestart om deze koers in de te zetten en als je dan ziet hoe het nu ontwikkelt, dan geeft dat voldoening voor de tijd die we er met veel mensen al hebben ingestoken. Hopelijk gaat het op de langere tijd zijn vruchten afwerpen, want de club op niveau houden dat is wel wat we met zn alle voor ogen hebben.

Klik op SVOD’22 voor de laatste artikelen over de club.
Klik op SVOD’22 voor meer informatie over de club.

‘Ervaring komt met de jaren, toch?’

0

Na een welverdiende vakantie waarin Tijn van Wesenbeeckgenoot van wat rust, is zijn batterij voor een nieuw seizoen weer helemaal opgeladen. En dat is maar goed ook, want de jongeling van vierdeklasser RSV zet hoog in. “We hebben afgelopen jaar onder ons niveau gepresteerd.”

Daar valt, met een achtste plek in de eindrangschikking, best iets voor te zeggen. “Net boven de degradatiestreep…” En dat merkte je, vertelt de twintigjarige Van Wesenbeeck. “Stiekem voel je die spanning. Dat speelt toch gewoon mee. Je gaat anders voetballen, omdat je ‘bang’ bent om te degraderen of fouten te maken.” Want, zo is de jongeling van mening. “Met ons team, hadden we een stuk hoger kunnen eindigen. Er had meer ingezeten, dit was eigenlijk onder ons niveau.”

Spelletje maken

Gelukkig wisten ze in Rucphen wel ‘gewoon’ degradatie naar de vijfde klasse af te wenden én dus krijgt de ploeg dit seizoen een nieuwe kans. Om hogere ogen te gooien. “De groep is grotendeels hetzelfde gebleven, dus de doelstelling is om in ieder geval hoger te eindigen.” Al gaat dat niet makkelijk worden, weet Van Wesenbeeck. “Er zijn best wat teams uit de derde klasse bijgekomen, dus de competitie is zwaar.” Een mooie gelegenheid, om er zelf ook een schepje bovenop te doen. “We moeten vooral slimmer voetballen en minder afwachten. Gewoon gaan voor die bal.” Maar ook qua coaching, zijn er nog wel stappen te maken, vindt de rechtsback. “Meer communiceren en ballen ‘nacoachen‘. Van voor, naar achter. Eigenlijk gewoon over het geheel. Dat zorgt voor een betere organisatie.” Iets wat past bij de leeftijd. Of eigenlijk het gebrek daaraan. “Je merkt dat oudere generaties slimmer voetballen, dat ontbreekt een beetje bij ons. Die ervaring. Maar dat komt met de jaren, toch?” Desondanks was de start van afgelopen seizoen hoopgevend, vertelt Van Wesenbeeck. “We begonnen heel sterk! Daarna kregen we te maken met blessures en lastige tegenstanders om tegen te voetballen.” Waar zat hem dat volgens hem in? “Wij willen graag het spelletje maken, veel teams zakken in en spelen dan de lange bal. Zie daar dan maar eens doorheen te voetballen. Als je dan ook nog kansen gaat missen of onnodige fouten maakt…”

Team helpen

Toch geniet hij als jongen van de club, van zijn eerste stappen in het seniorenvoetbal. “Dit is nu mijn tweede seizoen bij de selectie. In het begin was het wel echt een grote stap, het tempo ligt een stuk hoger. En ook fysiek wordt er veel meer gevraagd. Dat is wennen.” Maar, zo realiseert de verdediger zich meteen: “Je moet niet bang zijn en er gewoon volle bak inklappen.” Een handige eigenschap als rechtsback. “Als tegenstander kom je mij na het eerste duel nog wel een keertje tegen. Dat is een stukje doorzettingsvermogen. Ik wil graag de bal krijgen, loop veel en ben altijd in beweging. Op die manier probeer ik ook aanvallend, door er overheen te komen, mijn steentje bij te dragen.” Bij de voetbalclub, waar het op vijf minuutjes fietsen van zijn huis, voor Van Wesenbeeck heel wat jaren geleden allemaal begon. “Ik was vijf of zes. Bijna iedereen bij RSV, komt uit Rucphen zelf. Dat vind ik wel fijn. Het zorgt voor een warm en fijn gevoel. Daardoor heb ik ook nooit overwogen om ergens anders te gaan voetballen. Hier zitten veel van mijn vrienden!” Tijd om die gezelligheid, om te gaan zetten in punten. “Mijn doel is om basisspeler te blijven en de komende jaren een vaste kracht te worden. Als ik mijn eigen spel verbeter, helpt dat ook het team.” Net als zijn studie, lacht hij. “Ik studeer Fysiotherapie, soms kan ik dat wel gebruiken op het veld. Om even te helpen.” Bezig aan zijn laatste jaar op het HBO, fantaseert Van Wesenbeeck stiekem al over zijn toekomst. “Daarna zou ik graag de sportfysiotherapie in willen. Maar eerst afstuderen.” En presteren bij RSV. “Voorlopig denk ik niet aan iets anders!”

Klik op RSV de laatste artikelen over de club.
Klik op RSV voor meer informatie over de club.

RSV doet het al 90 jaar met ‘Rucphense jongens

0

Als hij de historie van de club eens rustig langsloopt, kan Faai Goorden eigenlijk maar tot één conclusie komen: RSV is in die 90 jaar maar weinig veranderd.” En toch is het jubileum van de vereniging uit Rucphen, natuurlijk reden voor een feestje. “In de tijd dat ik begon, had je nog niet zoveel keuze qua hobby’s.”

We hebben het dan ook over 1965, lacht de inmiddels 71-jarige Goorden. “Ik was dertien jaar toen ik begon.” Al was het in die tijd, nog helemaal niet zo normaal, dat het ook daadwerkelijk kon. “Toen had je nog geen pupillenvoetbal bij RSV, wel bij Sprundel. Heb ik daar een jaartje gespeeld, op hetzelfde complex.” Woonachtig in Rucphen, zat er niet veel later weinig anders meer op. “Het was wachten tot vriendjes hier ook konden beginnen!”
Sociale contact
Goorden maakte de overstap, speelde dertien jaar lang in het eerste en stopte pas met voetballen op zijn 47ste. “Een moderne centrumverdediger, goed in de duels en iemand met inzicht.” En hoewel hij naar eigen zeggen geluk had met blessures, gooide zijn rug op een gegeven moment toch roet in het eten. “Daar kreeg ik steeds weer opnieuw last van. Normaal ging je door tot je 55ste, of misschien wel 60. Daarom ben ik uiteindelijk eerder gestopt.” Of eigenlijk begon het toen allemaal pas echt. “Ik heb van 1980 tot en met 2000 in het bestuur gezeten, als secretaris en wedstrijdsecretaris. Nu heb ik geen officiële functie meer.” Toch is Goorden nog altijd even betrokken. “Regelmatig ga ik een blik werpen bij het eerste. Iets minder fanatiek, maar nog altijd geïnteresseerd in de uitslagen. Het is ook het sociale contact onderling, hè. Dat is voor mij de belangrijkste reden.” Want de tijd, die gaat snel. “Ik heb het 40, 50 en 60-jarig jubileum ook nog meegemaakt. Je staat er eigenlijk nooit zo bij stil…” Desondanks, is hij natuurlijk trots op het behalen van de nieuwe mijlpaal. “Met de vereniging gaat het heel goed. Het is natuurlijk ook de enige voetbalclub in Rucphen.” Maar, zo vertelt Goorden er snel bij. “Het aanbod is wel veel groter. In mijn tijd had je alleen de Harmonie óf voetbal. Nu heb je veel meer keuze qua hobby’s. Daardoor wordt de spoeling wat dunner.” Al is het voor hem niet iets, om zich zorgen over te maken. “Ik hoor berichten dat het met de jeugdafdeling en het aantal leden goed gaat. Dat geeft natuurlijk wel wat zekerheid.” 

Kroegentocht

Zekerheid die Goorden heel zijn leven bij RSV al voelt. “De club is in al die jaren niet noemenswaardig veranderd. We doen het nog steeds puur met Rucphense leden én zonder jongens van buitenaf. Wat dat betreft is het aantal senioren ook niet gegroeid.” Een mooie filosofie, vindt hij. “Dan zitten er natuurlijk betere en mindere lichtingen tussen, maar dat is denk ik wel het mooiste. Om het gewoon met je eigen spelers te doen.” En die werkwijze heeft, zeker in het verleden, meer dan genoeg succes opgeleverd. Goorden herinnert het zich nog goed. “Persoonlijk is 1973 mij het meeste bijgebleven. Als promotiekampioen naar de vierde klasse, vanuit de eerste klasse ‘onderafdeling’. Dat was voor mij het meest bijzondere jaar.” Niet voor niks, lacht hij. “Dat hebben we goed gevierd, met een kroegentocht de volgende dag. Dat staat me nog wel bij. Het was een héél lange derde helft.” Met sommige teamgenoten van toen, heeft Goorden zelfs nog steeds af en toe contact, vertelt hij. “Een aantal zie of spreek ik nog. Maar een paar zijn ook helaas al overleden.” Toch blijft voor hem, vooral dat sociale contact het meest bijzonder. “Dat levert zoveel op! Nu spelen kinderen of kleinkinderen in het eerste, van jongens waar ik zelf mee heb gevoetbald.” Stokje overgedragen, zaak voor hen om de cirkel rond te maken. “Ik zou nog wel een keer willen promoveren naar die derde klasse!”
Klik op RSV de laatste artikelen over de club.
Klik op RSV voor meer informatie over de club.

SVC is ziek van onverwachte degradatie

0

Na een goed seizoen en een veelbelovende vierde plaats, dachten ze bij vierdeklasser SVC de weg naar boven te hebben ingezet. Tijd om door te pakken, zou je zeggen. Maar afgelopen jaar, ging het opeens mis. De ploeg uit Standdaarbuiten degradeerde en komt daardoor nu uit in de vijfde klasse. “Ik ben er een paar dagen goed ziek van geweest”, vertelt Maikel Hagens.

Want aan degraderen, dacht bij SVC toch eigenlijk niemand. De formatie speelde een jaar eerder nog bijna voor promotie naar de derde klasse, maar moet het nu dus een niveautje lager gaan proberen. Tot teleurstelling van de 32-jarige Hagens. “Als we vier punten meer hadden gehaald, speelde je voor de bovenste plekken. Zo dicht zat het bij elkaar. We wilden natuurlijk aan de goede kant van dat rijtje staan, op plek zeven, maar helaas is het niet anders.” Zijn verklaring? “We hebben een trainerswissel gehad en het wilde gewoon niet echt lopen. Iets meer pech, veel gelijke spelletjes, als je die eens een paar keer in drie punten had om kunnen draaien…”

Pittige potjes

Uiteindelijk gebeurde dat niet én dus leverde de negende plek niet alleen nacompetitievoetbal, maar ook degradatie naar de vijfde klasse op. “Drie gingen er direct, drie naar de nacompetitie. Ik vind dat we een ploeg hebben die thuishoort in de vierde klasse. Dus hopelijk duurt dit maar een jaartje.” Hagens heeft daar in ieder geval wel vertrouwen in. “De groep is uitgebreid, een stuk of vijf jongens zijn er nu bij. En we hebben een nieuwe trainer. Ik denk dat we mee moeten doen voor het kampioenschap, maar in ieder geval voor een periode.” Want met zijn jarenlange ervaring, weet de aanvoerder inmiddels hoe het werkt. “Ik zit nu elf jaar bij het eerste, in die tijd ben ik drie keer gedegradeerd. Dat is voor iedereen balen. We zijn nog altijd fanatiek genoeg.” Ook om meteen weer ‘leuk mee te doen’ dus. “Een frisse start! Het voetbal in die vijfde klasse is meer fysiek, dat ligt ons eigenlijk niet. Op dat vlak komen we vaak juist tekort. Het zullen pittige potjes worden.” Met hem als leider én meest ervaren man op het veld. “Sinds een aantal jaar centraal achterin. Iemand die veel praat en het moet hebben van werklust en doorzettingsvermogen. Zelf niet de meest technische speler, dus ik heb graag voetballende jongens om me heen.”

Getwijfeld

Jongens die hij inmiddels maar al te goed kent. “We voetballen al een behoorlijke tijd met elkaar. Inmiddels is het dan ook een vrij volwassen ploeg, dat jeugdige is er wel een beetje uit. Al is die variatie in leeftijden ook wel weer leuk.” Bij een club waar Hagens inmiddels niet meer weg te denken is. “Rond mijn vijftiende ben ik vanuit de jeugd van Victoria’03 naar SVC gekomen. Mijn moeder komt van Standdaarbuiten en familie en vrienden zijn fan van de club, dan is het eigenlijk een één-tweetje.” Spijt heeft de verdediger, ondanks de nog verse degradatie, dan ook niet. “Het is één grote vriendenclub, gezellig en ons kent ons. Er staat altijd wel publiek.” En dus denkt de inwoner van Sint Willebrord nog lang niet aan stoppen, toch? “Ik heb wel een aantal seizoenen getwijfeld. Twee jaar geleden werd ik vader, toen dacht ik er wel echt over na… Maar ik krijg voetbal maar moeilijk uit mijn hart.” Net als SVC. “Voorlopig ga ik even niet meer nadenken over stoppen, voor nu vind ik het nog veel te leuk!”

Klik op SVC voor de laatste artikelen over de club.
Klik op SVC voor meer informatie over de club.

‘Je moet blij zijn dat je voetballer mag zijn’

Hij was een tijdje niet op de velden te vinden als hoofdtrainer, vond daarna het plezier terug bij Wernhout en gaat dit seizoen aan de slag bij Internos. Want het voetbalbloed, kruipt ook Remco Broos waar het niet gaan kan. “Toen heb ik besloten om ergens weer voor mijn eigen kans te gaan!”

En die kans, kreeg de 48-jarige Broos dus bij derdeklasser Internos. “Ik ging op zoek naar een club die bij mij past, toen kwam dit op mijn pad. Ze willen die familiecultuur weer terugkrijgen.” Dat idee, sprak de onderwijsmanager wel aan. “Vooral om het samen te doen!” Maar wel op een fanatieke manier. “Een stukje ambitie. De faciliteiten zijn goed en er staat een gretige én leergierige selectie. Eén die graag een stapje omhoog wil, dat spreekt mij aan.” Heel lang nodig om na te denken, had de Roosendaler dan ook niet. “Ik kreeg gelijk een goed gevoel. Wat dat betreft ben ik ook wel een gevoelsmens. En als ik het doe, doe ik het voor de volle 120 procent.”

Schommelingen

Dat hebben ze, ook bij Internos, gemerkt tijdens zijn eerste weken. “Tot nu toe heb ik nog geen seconde spijt gehad. Ik ben goed opgevangen en het is eigenlijk wel een beetje zoals ik had verwacht. Een jonge groep, met een paar gasten die al langer meelopen.” Toch hebben ze in Etten-Leur wel een klein jasje uitgedaan, vertelt hij. “Het was vorig seizoen aan het einde al een wonder dat ze die nacompetitie nog hebben gehaald, met al die blessures, maar nu missen we wel wat ervaring. Of jongens die het verschil op dit niveau al hebben gemaakt.” De selectie werd vervolgens versterkt met nieuwe spelers. Waaronder een aantal bekende gezichten. “Dat was even schakelen én wennen. Al maakt dat het ook weer meteen een soort eenheid.” Bij een club die Broos stiekem al best een beetje kende. “Ik werk op een scholengemeenschap in Etten-Leur, dus ik ken de vereniging en wat mensen. Niet heel goed, want ik ben toch vooral de zondag gewend.” Meteen een bijkomend voordeel, lacht hij. “Heb ik dan nu mooi de tijd om andere dingen te doen!” Na een eerdere periode bij VVC’68, is Broos nu dus opnieuw actief op zaterdag. Een mooie uitdaging, vertelt de trainer. “Onze doelstelling is meedoen om de promotieplekken en groeien richting die tweede klasse. Die ambitie en mogelijkheden passen ook bij mij. Alleen, als je realistisch kijkt: ervaring kwijt en jeugd erbij, dat zorgt voor schommelingen. Dat is inherent aan een groep met minder ervaring.” Makkelijk, zal het dan ook zeker niet worden. “Het is een zware competitie, dus we zullen er echt wel voor moeten knokken. Er zitten geen simpele potjes meer tussen.”

Energiek

En de oefenmeester kan het weten. “Ik heb vorig seizoen al wedstrijden bezocht, avonden op de club gespendeerd en gesprekken met spelers gevoerd. Allemaal om het team precies zó te krijgen.” In de hoop dat ze toen al zouden promoveren. “Natuurlijk! Ik was verheugd dat ze de nacompetitie haalden, we willen met de club zo snel mogelijk omhoog.” Dat lukte uiteindelijk dus net niet, maar Broos heeft louter complimenten voor zijn voorganger. “Paul (van Dijk) verdient alle lof, die heeft er het maximale uitgehaald. Met dat aantal spelers, zo’n prestatie leveren, is echt knap.” Toch gaat hij het, logisch ook, wel iets anders aanpakken dan zijn collega eerder heeft gedaan. “De accenten gaan meer op de aanval, daar zijn we druk mee bezig. Energiek voetbal, in beweging zijn en de bal graag willen hebben. Ik wil een elftal zien, waar het publiek graag voor komt kijken.” Een attractieve speelwijze dus. “Ik was vroeger zelf aanvaller, dat zie je. Die drive moet er bij mij altijd in zitten.” Al gaat dat niet vanzelf, weet Broos. “Je moet er iets voor opofferen, om daar te kunnen komen. De trainingsinzet stemt mij tot nu toe meer dan tevreden, iedereen gaat volle bak.” En dat is nodig ook. “We moeten de bal snel weer terug hebben, dat is één van onze speerpunten. Bij vlagen zetten we hoger druk, maar we moeten als team kunnen schakelen. Ook in formaties.” Door hard te trainen. “Dingen terugzien, waar je samen op hebt getraind. Dat blijft het mooiste. Daar kan ik als trainer echt van genieten.”

Betrokkenheid

Sowieso is dat een belangrijk aspect, in zijn manier van werken. “De groep moet plezier hebben in wat ze doen. Dat is voor mij een graadmeter. Als dan ook het geloof er bij iedereen is, zullen de resultaten volgen.” Juist als het even minder gaat. “Op die momenten geef je net even iets meer aandacht. Je moet blij zijn dat je voetballer mag zijn. Op een hoofdveld, met mensen langs de lijn. Dat gevoel probeer ik er altijd wel in te houden. Anders wordt het plichtmatig en komt het nooit uit jezelf.” Wat dat betreft zit het bij Internos wel goed. “Davy Wouters, onze centrale verdediger, heeft vorig seizoen een zware knieblessure opgelopen, en is daardoor dit jaar bij mij aangesloten als assistent. Dat is toch wel tekenend voor de betrokkenheid en de wil om samen iets moois neer te zetten. Ook tijdens een lange blessureperiode.” Voorlopig is Broos dan ook in zijn nopjes. “Ik ben heel blij met de spelersgroep én met de samenwerking met het tweede. We gaan ons stinkende best doen voor promotie, maar met de kanttekening dat het niet makkelijk gaat worden!”

Klik op Internos voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Internos voor meer informatie over de club.

 

 

Bas de Visser speelt vooral voor zijn plezier met vrienden bij MZVC

0

Omdat het tweede elftal geen wedstrijd moest spelen, zag Bas de Visser (21) zich bij het eerste elftal terug in de basisopstelling. En hij liet zich zien, want tegen Kruiningen nam hij zelfs de openingstreffer voor zijn rekening. Toch zal hij niet de overstap maken maar vooral met zijn vrienden in het tweede blijven spelen.

“Dat is wel de bedoeling in elk geval. We hebben destijds met een aantal vrienden besloten om bij MZVC in een vriendenteam te gaan spelen. Dat werd het tweede elftal en daarmee willen we proberen om dit seizoen voor het kampioenschap mee te spelen. Dat lukte vorig seizoen net niet en nu willen we het weer opnieuw proberen. De wedstrijd tegen Kruiningen konden we met het eerste meedoen, omdat onze wedstrijd niet doorging. Samen met nog vier teamgenoten hebben we toen het eerste geholpen, want hun selectie is niet heel erg breed. Mocht het nodig zijn dan ben ik, en ook de ploeggenoten beschikbaar, maar in eerste instantie spelen we in het tweede.”

De Visser genoot overigens wel van het duel bij het eerste elftal en gaf hem ook wel het gevoel dat een hoger niveau er als voetballer wellicht ook inzit. “Niet alleen voor mij, maar ook voor een aantal teamgenoten uit het tweede misschien. Toch ligt onze prioriteit nu bij het eigen team.”

De aanvaller begon in de jeugd van MZVC met voetballen bij de F-pupillen. Daarna werd de jeugd samengevoegd met Zeelandia Middelburg en speelde hij tot en met de JO19 bij de derdeklasser. “Toen vroegen drie broers die bij MZVC een vriendenploeg wilden opstarten of ik het zag zitten om daar te komen voetballen. Zodoende heb ik de overstap gemaakt. Het is een kleine en gemoedelijke vereniging en dat bevalt tot op heden goed.”

Af en toe vraagt hij zich wel eens af ‘wat als’ hij bij Zeelandia Middelburg was gebleven. “Toch heb ik bewust de overstap gemaakt en voetbal nu vooral voor mijn plezier met een groep vrienden samen. Met elkaar proberen om de titel te pakken dat lijkt me leuk om mee te maken. Wat er daarna allemaal op mijn pad komt en waar dat is, dat zie ik later wel. Voor nu is het goed zo en ben ik prima op mijn plek. Het voetbal is naast mijn studie bedrijfskunde een heerlijke uitlaatklep en ik wil dit seizoen gewoon zoveel mogelijk wedstrijden spelen.”

Klik hier voor meer artikelen van MZVC
Klik hier voor meer informatie over MZVC

 

 

Unitas’30 heeft met eigen jeugd ‘goud in handen’

Opgegroeid op de Leur, nooit zelf gevoetbald, maar sinds een jaar of tien fanatiek bezig met de jeugdafdeling van de club. Abdel Ben Omar ziet de toekomst van Unitas’30 dan ook rooskleurig tegemoet. “Ik denk dat we de derde divisie kunnen halen, we hebben goud in handen.”

Goud waar hij als hoofdcoördinator jeugdselectie, samen met zijn collega’s, voor moet zorgen. “Per leeftijdscategorie hebben we in theorie één coördinator, plus de interne scouting. Dat valt onder mijn verantwoordelijkheid. In feite zijn we een afgeleide van de afdeling voetbalzaken. Mocht er iets zijn of spelen, pak ik het op.” Van begeleiden, tot selecteren en het vinden van trainers. “Uiteindelijk willen we spelers voor het eerste opleiden, dat is ons doel. Daar moeten wij, onder meer door middel van communicatie, de juiste kansen voor bieden.”

Beoordelingen

Ben Omar (48) vertolkte zelf een seizoen of vijf de rol van coördinator, vanaf 2018 is hij hoofdcoördinator. Vanaf dat moment ging, met Leon de Bruijn als collega-kartrekker, het balletje van een nieuw jeugdbeleid spreekwoordelijk rollen. “We werken nu sinds tien jaar met interne scouts. Die komen rond januari met een lijst van spelers, die opgevallen zijn tijdens wedstrijden. Als ze drie positieve beoordelingen krijgen, komen ze op die lijst. Trainers en leiders vragen we ook een beoordeling in te leveren.” Is onder aan de streep alles positief? “Dan krijgen ze rond februari of maart, de kans om periodiek mee te trainen bij de selectie. Want we selecteren uit de ‘recreatieve teams’.” Een flinke uitdaging, weet Ben Omar inmiddels. “Ouders worden steeds mondiger, dus proberen we zo duidelijk mogelijk te zijn. In selectieteams, selecteren we door. Dat vertellen we altijd tegen iedereen. Om onbegrip te voorkomen.” Zelf voetbalde de hoofdcoördinator daarentegen nooit in een selectieteam, lacht hij. “Ik ben niet zo’n voetballer van nature, ben ook nooit op die manier lid geweest.” Wel gaf Ben Omar training, volgde hij de trainerscursus en stond hij dus mede aan de basis van een nieuw jeugdbeleid. “Ondertussen loop ik er al 40 jaar rond. Nu soms vijf dagen per week. Vanaf mijn zestiende mijn broertjes training gegeven en later ook mijn zoontje.” Maar omdat een ouder/zoon-combinatie bij Unitas’30 vanaf de JO11-1 niet gewenst is, moest de vrijwilliger dus wat anders gaan doen. “Dat werd dit!”

Alle linies

Als opleider van de toekomst dus. “We willen verzorgd voetbal spelen, 4-3-3 en de Hollandse school. Opleiden is meer dan resultaat, toch zorgt winnen natuurlijk voor een boost. Dat stukje winnaarsmentaliteit, helpt ook bij ontwikkeling.” En dus moeten ook de jeugdtrainers, goed voorbereid zijn. Letterlijk en figuurlijk. “Op onze hoofdteams proberen we opgeleide trainers te krijgen. Daarnaast zitten onze coördinatoren geregeld met de trainers samen. Trainingen moet je voorbereiden, anders ontbreekt de structuur.” Toch is dat allesbehalve makkelijk, vertelt Ben Omar. “Ik geef ze vaak mee: ga gewoon het veld op en praat met ze. Iedereen heeft tegenwoordig maar beperkt tijd, dat wordt steeds moeilijker.” Tijd die ze bij Unitas’30, zo efficiënt mogelijk proberen te verdelen. “Het moet op alle linies gebeuren, daar gaat het om. Daarom kijken we juist ook veel naar de recreatieve teams, bieden we trainers daar cursussen aan en organiseren we clinics met NAC. Hoe breder onze opleiding is, hoe beter spelers worden. Daar heeft heel de club profijt van.” En dat is de laatste jaren, behoorlijk goed gelukt. “We spelen nu allemaal divisieniveau, onze O23 doet het goed en het eerste bestaat uit nagenoeg allemaal jeugdspelers. Ooit wilden we 85 procent, daar zitten we boven.” Dat niet alleen. “Het doel was een stabiele tweedeklasser worden, dat is redelijk achterhaald. Inmiddels spelen we vierde divisie.” Als het aan Ben Omar ligt, blijft het daar niet bij. “Ik denk dat we die derde divisie kunnen halen. We hebben echt goud in handen.” Blijkt ook wel uit de interesse in spelers. “Clubs uit de regio die komen shoppen, dat is voor ons een compliment. Al houden we ze natuurlijk liever zelf. Maar vaak, komen ze uiteindelijk ook weer terug.” Het maakt hem stiekem toch een beetje trots. “Het is heel fijn om te zien dat als je de jeugd een kans geeft, om op een zo hoog mogelijk niveau te voetballen, ze het dan ook waarmaken!”

Klik op Unitas’30 voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Unitas’30 voor meer informatie over de club.

 

Joëlle van Keulen alleen nog op afroep beschikbaar voor dames SVOD’22

0

 Kampioen worden, als topscorer het seizoen eindigen én als kers op de taart verkozen worden tot ‘Speelster van het Jaar’ bij SVOD’22. Het overkwam aanvalster Joëlle van Keulen vorig seizoen allemaal. Toch besloot ze om diverse redenen ervoor te kiezen om te stoppen bij de SVOD’22-dames en dit seizoen is ze alleen bij hoge nood beschikbaar.

“Dat klopt inderdaad. Ik heb er zeker wel een tijdje over getwijfeld natuurlijk, maar er zijn voor mij nu andere prioriteiten dan voetbal. Ik mis het overigens wel hoor, maar toch heb ik besloten dat het voorlopig nu even beter is om de focus ergens anders op te richten.”

Van Keulen heeft een ander huis gekocht en bovendien vraagt ook haar werk op een zorgboerderij voor mensen met een beperking om de nodige inspanningen. “Ik heb een klushuis gekocht waar heel veel tijd en energie in gaat zitten en daarnaast werk ik ook een volledige week. Om dan ook nog te moeten trainen én wedstrijden spelen, dat zou toch echt te veel zijn op dit moment. Dan moet je bepaalde prioriteiten stellen en dat heb ik na lang wikken en wegen dan ook gedaan.”

De veelscorende aanvalster was drie seizoenen actief bij de fusieclub en had het erg overigens wel prima naar de zin. “Daar ligt het zeer zeker niet aan, want ik moet bekennen dat het teamgebeuren en ook de gezelligheid van het met een groep ergens naartoe werken dat mis is absoluut. Ik woon in Meliskerke en ben dus ook niet afkomstig uit Oostkapelle. Toch heb ik me altijd enorm welkom gevoeld en gewaardeerd. Nu ook nog overigens hoor, want ik ben nog wel altijd lid van de club en heb in de voorbereiding ook nog meegedaan. Dan kriebelt het wel, maar vooralsnog heb ik ook besloten om niet meer te trainen zodat ik ook een beetje kan ‘afkicken’ haha. Maar ik sluit niet uit dat ik in de toekomst toch af en toe wel weer eens een training zal meepakken.”

Momenteel doet ze op sportief vlak dus even niets of nauwelijks wat en dat is voor de 22-jarige Van Keulen best wennen. “Voordat ik bij SVOD’22 ging voetballen, speelde ik alleen samen met mijn broer , zijn vrienden en wat jongens uit de buurt op het trapveldje bij ons in het dorp. Dus ik ben met recht een echte laatbloeier in clubverband. Daarnaast vind ik ook volleybal, squash en tennis leuk om te doen, al haalt het dat niet meer bij het plezier wat ik uit het voetballen haalde. Maar omdat ik niet steeds wilde afmelden dat ik een training of wedstrijd vanwege andere bezigheden is het voorlopig even de beste oplossing. Ze kunnen me bellen wanneer ze niet voldoende meiden hebben en dan heb ik afgesproken om aan te geven wanneer ik wel beschikbaar ben.”

Of, waar en wanneer ze de voetbalschoenen weer definitief terug aantrekt, dat hangt van heel veel verschillende factoren af. “Het werk op de zorgboerderij heeft een arbeidsmatige insteek voor onze cliënten, dus dat is intensief qua begeleiding. Daarnaast moet eerst het huis volledig af zijn en daarna zie ik wel wat ik ga doen. Ik kan niet in de toekomst kijken hoe lang dat gaat duren, want ik heb immers geen glazen bol. In de seizoenen bij SVOD’22 heb ik het altijd enorm naar mijn zin gehad en was het mooi om die waardering te voelen. Ik heb nog altijd wel contact hoor en volg ze uiteraard ook met belangstelling, want het spelletje blijft gewoon superleuk maar op dit moment maak ik even pas op de plaats.”

Klik op SVOD’22 voor de laatste artikelen over de club.
Klik op SVOD’22 voor meer informatie over de club.

Jethro Meerman voelt zich erg gewaardeerd bij Nieuwland

0

 Het is alweer het derde seizoen dat Jethro Meerman actief is in het shirt van vierdeklasser Nieuwland. Hij kwam in 2021 over van RCS uit Souburg en voelt zich bij de kleine dorpsclub uitstekend op zijn plek.

“Het is een heel leuke, kleine club. En ook vooral een warme club met heel veel trouwe clubmensen die je waarderen om wat je doet. Bij RCS was ik destijds geblesseerd geraakt en trainde er het tweede elftal. Toen ik samen met mijn vriendin op een gegeven moment verhuisde naar Nieuw en Sint Joosland kreeg ik de vraag of ik niets voelde voor een overstap naar Nieuwland. Ik ben toen af en toe eens gaan meetrainen. Mijn knieblessure herstelde en ik heb toen de keus gemaakt om hier ook terug in het eerste gaan spelen. En tot op heden heb ik hier al heel mooie momenten beleefd.”

Na de coronaperiode bijvoorbeeld wist hij aanvaller Wesley de Smit, een oud-ploeggenoot bij RCS, over te halen naar Nieuwland te komen. “Wesley knalde er vorig jaar meer dan veertig binnen en had daardoor een groot aandeel in het geweldige seizoen wat we beleefden. We eindigden als tweede in de 4e Klasse A, maar redden het niet om via de nacompetitie te promoveren.”

Dit seizoen maakt De Smit zijn doelpunten niet meer voor Nieuwland, maar voor tweedeklasser SV Walcheren. “Dat is voor ons enorm zonde. Want we leveren enorm veel aanvallende klasse in. Het is nu zaak aan anderen om binnen de ploeg die rol over te nemen, maar dat is op dit moment ons manco. We spelen prima, krijgen kansen maar scoren nog te weinig. Als dat beter gaat, dan ben ik er van overtuigd dat we ook dit seizoen weer in de linkerrij moeten kunnen meestrijden.”

Meerman kreeg ook wel een aantal telefoontjes om een overstap te maken naar een club op een hoger niveau, maar hij bleef Nieuwland trouw. “Ik woon om de hoek en ben hier prima op mijn plek. We hebben een heel jonge groep en ik ben met mijn zevenentwintig jaar een van de oudere spelers. Daarin probeer ik qua coaching als aanvoerder dan ook jongens te sturen en de ploeg goed neer te zetten. Dat vind ik ook iets wat bij me past als laatste man en met de ervaring die ik toch heb.”

In de afgelopen drie seizoenen is de groep in mijn ogen wel enorm gegroeid en kunnen we het elke tegenstander enorm lastig maken. Als iedereen er vol voor gaat, dan denk ik ook dat we nog flinke stappen kunnen maken. We hebben met Rene de Nooijer een trainer die er kort opzit en ook enorm fanatiek is. Dat heeft deze groep ook wel nodig. We spelen in een enorm sterke klasse en hopelijk kunnen we snel de weg omhoog weer inzetten.”

Klik op Nieuwland voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Nieuwland voor meer informatie over de club.

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Ontvang nu ook maandelijkse het laatste nieuws uit het amateurvoetbal in jouw regio.