Home Blog Pagina 1347

Harry Rusken verlaat na vier jaar VV WFB

Harry Rusken (46) begint komend seizoen aan een nieuwe uitdaging bij Rockanje. Net als bij zijn eerdere clubs AGE en OHVV stond de trainer ook bij VV WFB vier seizoenen lang aan het roer van het vlaggenschip. Wat is zijn geheim? En wat laat hij in Ouddorp achter?

Ouddorp – Dat Rusken met veel plezier terugkijkt op zijn jaren op sportpark De Kruse, is in gesprek met de Hellevoeter meteen duidelijk. ,,Het waren vier fantastische jaren bij de mooiste club van het eiland”, klinkt het overtuigend. ,,Ouddorp is een hecht dorp, de club heeft veel vrijwilligers en iedereen is altijd met die club bezig. Daarbij heb ik een hechte selectie tot mijn beschikking gehad, met erg leuke jongens.”

In de eerste drie seizoenen acteerde hij met West Flakkee Boys in de derde klasse. Na een zevende, achtste en dertiende plek moest zijn ploeg een stap terugdoen. In de vierde klasse H sloten Rusken en zijn mannen, na een lange titelstrijd met OSV uit Oud-Beijerland, uiteindelijk af in de subtop.

Volgens Rusken hoort WFB op dit moment thuis aan de bovenkant van de vierde klasse of onderkant derde klasse. ,,Zodra de huidige verjonging is doorgevoerd en als iedereen wat groter en ouder is, dan zou je in de middenmoot van de derde klasse kunnen eindigen.”

Terugkijkend op die vier jaar in Ouddorp koestert hij de positieve ervaringen. ,,Ik heb een heel fijne periode gehad met mensen die gewoon alles voor de club overhebben. Je komt bij WFB echt in een warm nest terecht. Dat is echt prettig werken.” Over het dieptepunt hoeft hij ook niet lang na te denken. ,,Dat is de degradatie in 2017 geweest. Degradatie is altijd een dieptepunt.”

Wat hij nu achterlaat op sportpark De Kruse? ,,Ik denk dat we stappen hebben gemaakt in de organisatie. De trainingsopkomst is verhoogd, we hebben een grotere selectie gekregen en we hebben de begeleiding bij blessures verbeterd.”

Honkvast
Wat aan zijn trainersloopbaan opvalt is dat Rusken bijzonder honkvast is. Net als bij AGE en OHVV bleef hij ook bij WFB vier jaar lang zitten. Is er een geheim? ,,Gewoon zo normaal mogelijk doen. Ik wil behandeld worden zoals ik andere mensen ook behandel. Ik kom uit het onderwijs, dus ik weet wel wat van groepsprocessen. En ik concentreer met niet alleen op het eerste elftal, ik probeer ook verenigingsbreed mee te denken. Daarnaast hou ik van open communicatie. Ik spreek gewoon iedereen aan en probeer mijn kennis aan iedereen die dat wil over te dragen. Dan is het aan hen wat ze ermee willen doen. Voor de rest probeer ik altijd mezelf te zijn. Ik doe niet aan verschillende agenda’s.”

Evenmin is hij er niet de trainer naar die spelers meeneemt van zijn oude naar zijn nieuwe club. Al zou dat bij WFB niet eens lukken. ,,Er gaat nooit wat weg bij WFB. Er komt ook nooit wat bij. Ze weten niet eens wanneer de overschrijvingsdatum afloopt. Er is wel eens naar mij gebeld voor een speler van WFB, maar die jongens gaan toch niet weg. Dat is ook wel hun charme. Maar ook al zouden ze het wel doen, dan nog ga ik zelf niemand meenemen. Ik zou dat niet netjes naar je vorige werkgever vinden.”

Noodlot treft Dax Steentjes voor tweede keer

Het nieuwe voetbaljaar begon voor Dax Steentjes rampzalig. De 22-jarige middenvelder van Verburch scheurde in de tweede trainingsweek na de winterstop voor de tweede keer binnen twee jaar zijn voorste kruisband af. Amper een half jaar was hij volledig hersteld van zijn vorige blessure. “Ik zat er weer helemaal lekker in”, kijkt Steentjes terug op zijn rentree in de Poeldijkse hoofdmacht. “Ik had geen angst en speelde voluit.”

Het gebeurde in een ‘onschuldig’ moment. “Tijdens een partijvorm. Ik wilde druk zetten en mijn tegenstander kapte me uit. Ik draaide linksom. Dat deed mijn hele lichaam, alleen mijn voet bleef staan.” Hij wist gelijk dat het, weer, mis was. “Ik ben hier bij Verburch meteen naar fysiotherapeut Wouter de Kok gegaan. Die voelde het ook meteen: afgescheurde kruisband. Op dat moment zakt de grond wel even onder je voeten vandaan. Toen ik thuis kwam, zagen mijn ouders aan mijn betraande ogen dat er iets niet goed was.”

Hij zal opnieuw onder het mes moeten. “Ik krijg een nieuwe voorste kruisband”, legt hij uit. “Bij de vorige operatie hebben ze een stukje pees uit mijn hamstring gehaald. Die pees is nu kapot en onbruikbaar. Een nieuw stukje pees uit mijn hamstring halen kan niet. Ik ben aangewezen op een donorpees of op een pees van een varken. Ik heb me laten vertellen dat zo’n pees goed te vergelijken is met die van een mens.”

Zijn zware blessure heeft ook grote gevolgen voor zijn dagelijkse doen en laten. Als student van de Haagse Academie voor Lichamelijke Opvoeding (HALO) heeft hij zijn knie hard nodig. “Dat is wel iets, ja”, verzucht hij. “De theoretische vakken kan ik blijven doen, maar de noodzakelijke praktijklessen volgen is erg lastig. Atletiek, turnen en judo zijn sporten die ik een later stadium moet inhalen.”

Normaal gesproken zou hij volgend jaar afstuderen aan de HALO, maar dat zit er voor de derdejaarsstudent niet in. “Door mijn eerste blessure moest ik al het nodige inhalen. Daar was ik nu mee bezig. Het is een vervelende bijzaak, maar ik doe er niks aan. Ik zal niet de eerste zijn aan de HALO die er een jaartje extra over doet.”

Meer zorgen maakt hij zich over zijn voetbaltoekomst. Die is serieus in geding. “Is het überhaupt verstandig om door te gaan?” vraagt hij zich hardop af. “Het belangrijkste nu is dat mijn knie weer helemaal goed wordt. Bij dit soort blessures kan je kiezen om wel of niet te opereren. Voor mij is niet opereren geen optie, want ik heb die knie in mijn werkbare leven straks nodig.” Voorlopig schuift hij zijn beslissing om te stoppen of door te gaan met voetbal voor zich uit. “Eerst maar opereren en revalideren.” Hij weet hoe dat is. “Dat is me bij de eerste keer niet tegengevallen.”

Met zijn eerste knieblessure speelde hij lang door. “In eerste instantie dachten ze aan een verrekking. In de voorbereiding heb ik toen alles gespeeld, achteraf gezien zonder voorste kruisband. Pijn heb ik nooit gehad.”Na een voorspoedige revalidatie maakte hij dit seizoen tegen GDA zijn comeback in de basis. “Ik maakte de 1-1 en 2-1 en we wonnen met 3-1.”

Nu is hij nog steeds veel op de club. “Doordeweeks bij trainingen en bij wedstrijden. De band met die jongens is hecht, maar het is natuurlijk anders als je zelf speelt.”

Teleurstelling na degradatie v.v. Spijkenisse

Richard Sitton is al 12 jaar voorzitter van v.v. Spijkenisse. Voordat Sitton voorzitter van Spijkenisse werd, was hij zelf actief als voetballer bij SCO’63. Daarnaast heeft hij 20 jaar lang gefloten voor de KNVB in Jeugd 1 (Hoogste jeugdafdeling), wat ook wel de landelijke lijst werd genoemd.

Richard Sitton is bij v.v. Spijkenisse betrokken geraakt, doordat hij door de club benaderd werd toen zij in de problemen zaten. “De bedoeling was eerst dat het voor een jaartje was, maar zoals je ziet zit ik er nu nog steeds.”

Eigenlijk was Sitton van plan om na te stoppen als voorzitter, maar uiteindelijk heeft hij toch besloten om te blijven. De club heeft namelijk niet een geschikte vervanger kunnen vinden voor Sitton. Daarnaast was het eerste elftal van Spijkenisse onverwachts kampioen geworden in de Hoofdklasse, waardoor het elftal het afgelopen seizoen mocht uitkomen in de Derde Divisie. ‘’Dit wil ik graag nog meemaken bij de club.’’

Nacompetitie/degradatie van het 1eelftal
Of het terecht was dat v.v. Spijkenisse degradeerde? “Ja, dat was terecht. Maar toch hebben ze het hele seizoen redelijk voetbal gespeeld.” Het hele seizoen deden ze onderin mee volgens Richard Sitton. “Dus dan is het geen verrassing, maar het is uiteraard wel een teleurstelling.”

Het is een groot verschil qua niveau tussen de Hoofdklasse en de Derde divisie. “Dat merkte de club ook. Foute worden vaker en sneller afgestraft. Dat zag je voornamelijk in de eerste seizoenshelft. Ze speelde mooi voetbal, maar de kleine foutjes werden gewoon afgestraft.”

Door de kleine foutjes liet Spijkenisse heel wat punten liggen en liep de club achter de feiten aan, vertelde de voorzitter. “Het was een ongelukkige start, waardoor je met mooi voetbal geen of weinig punten haalde.”

De jeugdopleiding
Sitton is zeer tevreden over de prestaties van de jeugd. “Helaas was de JO19-1 net niet gepromoveerd naar de Derde divisie, maar alle andere selectie teams komen allemaal uit in de Tweede Divisie.“
V.V. Spijkenisse heeft ook de regionale jeugdopleiding certificaat gekregen. Daarnaast is Sitton ook zeer tevreden over de organisatie en hoe het staat. “We hebben goede stappen gezet dit seizoen en daar ben ik trots op. Daardoor kan de doorstroming naar het eerste elftal goed geregeld worden.’’

De JO15-1 en de JO17-1 stonden beide in de finale van de Regio Rijnmond Cup. De finaledag werd bij sv Slikkerveer in Ridderkerk gehouden. De voorzitter vermelde met zeer gepaste trots dat beide elftallen de finale hadden gewonnen.

Wat maakt de club zo mooi?
“Ik denk dat het een hele mooie mix is van prestatie en dat mensen zeer actief betrokken zijn. Bij Spijkenisse doen wij er alles aan om een echte organisatie te worden en bouwen wij stap voor stap een organisatie op, waarin echt het voetbal/ talentontwikkeling zeer belangrijk zijn. Daarnaast werken wij als club ook aan onze maatschappelijke functie.’’

Bij v.v. Spijkenisse spelen er enkele meiden in zowel JO15-1 en JO13-1. Volgens Richard Sitton is dat iets heel moois, omdat je dit niet vaak ziet op dat niveau. “Wij hadden niet genoeg ruimte en speelsters om in die leeftijdscategorieën meidenteams op te richten.’’

Aydin vertrekt met pijn in het hart

Kazim Aydin verruilt VV Oosterhout deze zomer voor VV Almkerk. De 26-jarige Oosterhouter gaat op een hoger niveau voetballen, maar die beslissing nemen was allesbehalve makkelijk. “Oosterhout blijft mijn club.”

Het zal voor Kazim Aydin wel even wennen zijn als hij aan de voorbereiding voor het nieuwe seizoen begint. Niet meer de vertrouwde ploegmaten om zich heen, maar een kleedkamer vol nieuwe gezichten. De 26-jarige Oosterhouter verruilt VV Oosterhout voor Almkerk, dat op het moment van schrijven bovenaan staat in de tweede klasse zaterdag.

“Het zal wel even wennen zijn, dat zeker. Ik heb er ook lang over na moeten denken, verruil Oosterhout niet zomaar voor een andere club. Ik heb hier mijn hele leven gespeeld, maar het is echt een sportieve uitdaging. We blijven met Oosterhout maar in de derde klasse hangen, Almkerk strijdt voor een plek in de eerste klasse met als doel om daar lang in te blijven. Ze hebben duidelijke plannen, ik heb ook met de trainer gesproken en het klinkt alsof ze alles goed op orde hebben. Het zegt veel dat zij zo vroeg al bezig zijn met volgend seizoen”, aldus Aydin.

Almkerk hoorde goede verhalen over Aydin en polste de Oosterhouter begin dit jaar voor een overstap. “Ik kreeg een berichtje van hun leider en ben op gesprek gegaan. Er sprak veel vertrouwen uit dat ik op dat moment al een tijdje geblesseerd was en zij me dus niet konden zien spelen, maar me toch graag wilden hebben. Het gesprek daar was prima, toen heb ik de knoop snel doorgehakt.”

Zijn huidige clubgenoten reageerden positief. “Ze gunnen het me allemaal, omdat zij ook wel zien dat het een stap hogerop is, maar vinden het tegelijkertijd jammer. Ik heb daar van kleins af aan gespeeld, dit is alweer mijn negende jaar in de selectie bij Oosterhout. Ze zeiden dan ook dat de deur altijd open zou staan voor een eventuele terugkeer.”

Hij verlaat de club met pijn in het hart. “Het is zeker mijn club, ik voel hier echt de clubliefde. Ik zal ze altijd blijven volgen en geregeld komen kijken. De mensen om me heen hier zijn allemaal bekenden, die vastigheid ga ik wel missen.”

In 21 jaar maakte hij veel mooie momenten mee bij VV Oosterhout. Zijn succesvolle lichting in de jeugd, het kampioenschap in de derde klasse en de goede prestaties in de tweede klasse onder Johan Gabriëls zijn de gebeurtenissen die als eerste bij hem opkomen. Het dieptepunt was de brand van twee jaar geleden, die het nieuwe sportcomplex verwoestte. “Maar dat heeft de club ook juist bij elkaar gebracht. Als je ziet wat er allemaal gedaan is voor de vereniging in die tijd, dat is toch wel heel mooi.”

Gebroeders Van Asch pakken Rhelico-record van eigen vader af

Als er naast fietsen en auto’s een opvallende, oranje quad geparkeerd staat voor sportpark Boutenstein, dan weet men bij Rhelico: de gebroeders Van Asch zijn aanwezig. Ferry (16) en Maxim (15) maken een stormachtige ontwikkeling door in de JO17-1 en debuteerden beiden al in het eerste team van de club.

Het is zaterdagmorgen 08.30 uur als twee sympathieke jongemannen de kantine van Rhelico binnenwippen. De twee blonde broeders hebben totaal geen last van een ochtendhumeur en zijn op dit tijdstip al vrolijk en zeer energiek. Dat laatste komt goed uit, want er wacht het duo een lange voetbaldag. Beiden moeten eerst spelen met JO17-1 en in de middag sluiten de tieners samen aan bij de selectie van Rhelico. “We zijn eigenlijk altijd de hele zaterdag op de club te vinden”, legt verdediger Maxim uit. Het duo stapt dan altijd samen, zoals ook deze ochtend, op hun opvallende oranje quad en scheurt naar de club. “We gaan vaak kijken bij JO11-1, het team dat we samen trainen. Soms fluiten we ook nog een wedstijdje en daarna gaan we zelf voetballen.”

Zijn oudere broer Ferry is aanvaller en kent net als Maxim een goed seizoen. “Ik heb al zeker veertig goals gemaakt”, grijnst hij. “Maar als team zijn we sowieso sterk”, legt hij uit. Volgend jaar stapt het hele team over van de JO17 naar de JO19-tak binnen de club, terwijl veel jongens nog 15 of 16 jaar oud zijn. “Misschien zullen we dan minder winnen, maar de jongens kunnen in die competitie veel meer leren”, zo meldt hun trainer Jack Schalkx, die op de achtergrond luistert naar wat zijn pupillen te melden hebben.

Beide broertjes beleefden een tijdje terug een uniek moment. In het met 0-2 verloren thuisduel van Rhelico 1 tegen VVAC debuteerde zowel Maxim als Ferry in het vlaggenschip van de fusieclub uit Rumpt. Ze traden hierdoor in de voetsporen van hun vader Freddie en braken beiden een record. Vader Freddie stond namelijk jarenlang bekend als de jongste debutant ooit voor Rhelico 1, maar hij raakte die middag die status kwijt. Toen de wedstrijd tegen VVAC slechts tien minuten oud was, verbrak zijn eigen zoon Ferry het record met zijn invalbeurt. Ongeveer een uurtje lang was de zestienjarige Ferry de jongste debutant ooit voor Rhelico, totdat zijn vijftienjarige broertje Maxim inviel. De twee schieten weer in de lach als ze terugdenken aan dat duel. “Het was een zeer speciale dag”, geeft Ferry toe. “Allereerst omdat mijn broertje en ik beiden mochten meedoen. En ten tweede natuurlijk omdat onze vader zijn status kwijt is geraakt”, lacht hij.

‘VV Schijf speelt zeker geen boerenkoolvoetbal’

Cees van Beers weet ‘voor 90 procent’ zeker dat VV Schijf zijn laatste klus is. Hij is inmiddels al bezig aan zijn 33ste seizoen als hoofdtrainer en gaat in ieder geval nog één jaar door bij de vierdeklasser. In de vierde klasse B is hij bezig aan een uniek jaar met Schijf.

Halverwege het seizoen stond Schijf twee punten los bovenaan de competitie, met twee duels minder gespeeld dan achtervolger Alliance. Met ook nog een gestaakt duel bij een 3-1-stand tegen Sprundel in het achterhoofd, konden de Schijfse voetballers met een gerust hart de winterstop in.

Koploper zijn in de vierde klasse is een unieke prestatie voor VV Schijf. Voor Van Beers begon het traject in 2015. “Zes oudere spelers van het eerste stopten toen ik hier hoofdtrainer werd. Schijf had in de jaren daarvoor degradatievoetbal gespeeld. Ik haalde de A-jeugd erbij en zag zeker een stuk of vier à vijf jongens die van waarde konden zijn voor het eerste. Die groep vormde samen met het restant van de selectie, gasten van 24, 25 jaar die al acht seizoenen ervaring hadden in het eerste, een mooie basis.”

Van Beers is vanaf het begin in Schijf bezig geweest met de tactiek en het hameren op een voetballende speelstijl. “We begonnen met 4-3-3, maar dat ging gigantisch fout, waarna we zijn overgeschakeld naar 4-4-2. Dat klikte gelijk goed en daar zijn we niet meer van afgeweken. We hebben een aantal jaren gebouwd en nu staat er een heel stabiel elftal. We hebben een aantal jongens dat qua voetballend vermogen het verschil kunnen maken en de rest speelt puur in dienst van het elftal. Dat daar duidelijkheid over is, is de kracht van Schijf.”

Ook qua speelstijl was er werk aan de winkel voor Van Beers. “Die jongens waren gewend om helemaal in te zakken, constant de lange bal te spelen op de eenzame spits, zonder dat er iets van aansluiting was. Ze voetbalden puur op de nul, maar dat hielden ze geen negentig minuten vol. Ik ben dat drastisch anders gaan doen: ver van het doel spelen, heel aanvallend en met z’n allen hoog druk zetten. Na een aantal jaren is dat een automatisme geworden, dat is een van de oorzaken waardoor het dit seizoen allemaal zo goed gaat. We spelen zeker geen boerenkoolvoetbal.” En als het voetballend toch niet lukt, kan Van Beers altijd nog rekenen op de uitstekende instelling van zijn spelers. “Het zijn allemaal no-nonsense jongens in Schijf, hier is geen ruimte voor kapsones. Het is een vriendengroep en je laat je vrienden niet stikken.”

Hoewel de doelstelling van de club handhaving in de vierde klasse is, verwacht Van Beers dat VV Schijf de titelstrijd lang vol kan houden mits hij niet te veel last van blessures krijgt. De trainer heeft zeker nog niet het idee dat de rek eruit is. “Ik zie heel veel mogelijkheden om deze groep verder te brengen. Ik kan de vonk nog overbrengen, vandaar dat ik er nog een vierde seizoen aan vastplak.”

Ontwikkeling begint bij SHO bij jongste jeugd

Om in de toekomst een herkenbaar eerste elftal mogelijk te maken, is focus op de jeugd van groot belang. Xander ’s Gravendijk combineert als bestuurslid voetbaltechnische zaken bij SHO de portefeuilles jeugdvoetbal en de selectie. ,,Mijn belangrijkste focus is om verbinding te krijgen tussen de jeugd en de selecties. En wij willen voetballertjes niet alleen voetbaltechnisch ontwikkelen, maar ook als persoon en als mens.’’

OUD-BEIJERLAND – Als voetballer droeg Xander ’s Gravendijk jarenlang het shirt van SHO. Hij was als jongen van de club die het vlaggenschip bereikte een voorbeeld van hoe de club dat de komende jaren graag vaker ziet gebeuren. En juist dat is nu zijn verantwoordelijkheid. “Doel is dat spelers vanuit de jeugd de stap naar het eerste elftal kunnen maken. Dat er een herkenbaar eerste elftal staat. Geen vreemdelingenlegioen omdat een paar mensen graag de hoofdklasse willen bereiken, maar een elftal met jongens uit de eigen opleiding aangevuld met spelers van buitenaf die een binding hebben met SHO of Oud-Beijerland’’, vertelt ’s Gravendijk. “Verbinding vind ik heel belangrijk. Daarom houden we bijvoorbeeld vanaf komend seizoen op maandagavond talententrainingen. De talenten uit de Onder 17 en Onder 19 trainen dan samen met de jongere spelers uit de selectie, onder leiding van onze hoofdtrainer Sander Fakkel. Talenten schuiven door als hun ontwikkeling daar om vraagt. Zo prikkel je de ontwikkelingscurve. Maar andersom zoeken we ook verbinding, door van selectiespelers te vragen om zich met de jeugd bezig te houden.’’

“SHO is een voetbalvereniging waarbij ‘verenigen’ prioriteit heeft’’, vervolgt ’s Gravendijk. “In een maatschappij waar individualisering hoogtij viert, is het juist belangrijk om ergens bij te horen. Wij zijn één vereniging van de Grashoppers tot en met het eerste elftal. Wij vragen betrokkenheid van onze leden en bieden hen een ‘thuis’. Samen de schouders eronder zetten en er iets moois van maken. Dit zorgt voor positieve energie, onderlinge verbinding en een plezierig klimaat.’’

Om uiteindelijk het eerste elftal van zoveel mogelijk vers bloed uit de eigen jeugdopleiding te voorzien, is de inzet van ’s Gravendijk breder dan alleen bij de oudste jeugd. “Het begint al bij onze jongste voetballers, de Grasshoppers. Daar staat eigenlijk onze beste jeugdtrainer op, iemand die bij de KNVB werkzaam is bij de ontwikkeling van speelwijzen. Als je ziet hoe hij didactisch sterk en met veel plezier die jonge kinderen traint, dat is mooi om te zien.’’

Qua invulling probeert ’s Gravendijk de jeugdopleiding net even anders aan te pakken dan de meeste clubs. Zo is er in Oud-Beijerland geen Hoofd Jeugdopleiding meer (“Die mensen verzuipen vaak in het werk’’), maar zijn er per leeftijdscategorie voetbaltechnische coördinatoren aangesteld. Ook is een sociaal pedagogisch medewerker in dienst genomen. “Soms zie je weleens dat in bepaalde teams kinderen net niet goed aansluiten bij de rest van het team, of vaak in conflictsituaties komen. Die kinderen kun je bestempelen als lastig, maar wij proberen via de sociaal pedagogisch medewerker die opname in het team te verbeteren. We willen ervoor zorgen dat iedereen met plezier kan voetballen. En we hopen dat we voetballers niet alleen voetbaltechnisch ontwikkelen, maar dat ze ook als persoon en als mens een stap kunnen zetten. Want je hebt als voetbalclub ook een sociaal maatschappelijke functie, waar je leert hoe het is om een teamsport te beoefenen en dat je samen wint en verliest.’’

Scoren in ‘Wouter Burger-doel’
Met Oranje onder 17 behaalde Wouter Burger afgelopen voorjaar de Europese titel in zijn leeftijdscategorie. De huidige jeugdspeler van Feyenoord speelde ook jarenlang bij SHO. Met de ondertekening van zijn eerste contract in Rotterdam-Zuid kreeg SHO een opleidingsvergoeding en die is direct ingezet voor de jeugd. “Daar zijn doeltjes van drie meter bij één meter van gekocht voor de jeugd. Die hebben we de ‘Wouter Burger-doeltjes’ genoemd’’, vertelt Xander ’s Gravendijk.

Stefan Havelaar in de leer als rechtsback bij VV Rijsoord

Op een voor hem hele nieuwe positie maakte Stefan Havelaar (20) dit seizoen zijn entree in de eerste selectie van VV Rijsoord. Het product uit de eigen jeugdopleiding van de zaterdaghoofdklasser wil de komende seizoenen stijgen in de pikorde.

Dit seizoen bleef zijn fysieke inzet in de hoofdmacht beperkt tot 25 minuten. Meteen in de eerste wedstrijd van de competitie, tegen titelkandidaat Ter Leede, mocht hij bij een 1-0 stand in het voordeel van Rijsoord zijn opwachting maken van trainer Gijs Zwaan. “Om de verdediging dicht te houden. Dat lukte, het werd 1-0”, aldus Havelaar, die daarna nog een paar keer op de bank zat.

Duidelijke afspraken
“Ik wist wat mijn rol zou zijn”, reageert de bij Rijsoord opgegroeide student Sport en Bewegen. “De A-selectie bestaat uit twintig spelers. Vijftien, zestien man gaan met de wedstrijd op zaterdag mee. Dan heb je nog blessures en schorsingen. De afspraak was dat ik veel in het tweede zou spelen.”

De meerwaarde voor Havelaar zit hem in het feit dat hij mee kan trainen met de ‘grote jongens’. “De eerste en twee selectie trainen bij VV Rijsoord gescheiden. Alleen al van de trainingen leer je zo veel, dat niveau ligt vele malen hoger. Daarnaast speel ik altijd in oefen- en bekerwedstrijden mee. Alleen nu dus even niet.” Havelaar blesseerde zich namelijk onlangs aan zijn knie. “We speelden met het tweede tegen Pelikaan 3. Ik wilde de bal wegtrappen, maar kreeg zelf een trap tegen de binnenkant van mijn knie. Op dat moment bleef mijn voet staan. Gelukkig valt de schade mee. Mijn binnenste kniebanden zijn verrekt. Het betekende echter wel einde seizoen.”

Afgelopen seizoen als leerjaar
Een seizoen dat voor Havelaar vooral in het teken stond van leren. Toen hij te horen kreeg dat hij lid mocht worden van de A-selectie, kreeg hij meteen het advies mee zich te richten op de rechtsbackpositie. “Daar ziet de trainer kansen voor mij. Ik ben van origine een verdedigende middenvelder. Dat is wel iets anders dan rechtsback zijn. Met het verdedigende deel had ik niet zo veel problemen, dat was ik aardig gewend als verdedigende middenvelder, maar ik vind het wel lastiger om goed in te schatten wanneer ik iets aanvallend moet ondernemen.”

”Als moderne rechtsback moet je veelzijdig zijn, maar je moet alles wel gedoseerd doen. Je kan niet tien keer per helft naar de achterlijn rennen. Dat goed aanvoelen is best lastig.” Hij kijkt daarom goed naar Darrison Gerardus, die rechtsback speelt in VV Rijsoord 1. “Hij heeft al de nodige ervaring.” Zelf doet hij die ervaring op in Rijsoord 2. “Ik beschouw dit echt als een leerjaar. Ik ben ook niet echt tevreden over mijn persoonlijke prestaties”, toont hij zich opvallend zelfkritisch.

Havelaar is nu nog de enige ‘echte’ Rijsoorder in de A-selectie. Volgend seizoen krijgt hij gezelschap van Rick Drent en Casper Gerritsen, die van Slikkerveer terugkomen. “Dat ik een echte Rijsoorder ben, daar ben ik niet echt mee bezig hoor”, zegt hij. “Dat is iets meer voor de buitenwacht. Natuurlijk, de band die ik met de club heb is groter dan dat voor een speler geldt die hier pas twee seizoenen speelt, maar er spelen ook jongens die al zo lang spelen bij de club dat ze inmiddels ook Rijsoorder zijn.”

Tim Krul ondertekent kledingcontract met Sportclub Monster

© Tekst & Foto’s: Sportclub Monster

Monster, 29 juni 2018 –Vandaag bekrachtigden Sportclub Monster en Peak de samenwerking voor 8 jaar. Met Peak heeft Sportclub Monster een kledingleverancier gevonden die de identiteit van Sportclub Monster kan waarborgen. Door de officiële ondertekening door Tim Krul, eigenaar van Peak, is de samenwerking ook een voldongen feit. Vanaf het nieuwe seizoen zal Peak de complete sportlijn van Sportclub Monster gaan leveren.

Identiteit
De identiteit waarborgen van de club was de opdracht die het bestuur van Sportclub Monster aan de vrijwilligers van de kledingpitch commissie van Sportclub Monster had meegegeven. Dit bleek ook de grootste uitdaging in het keuzeproces naar een nieuwe leverancier. “Wij zijn als bestuur verplicht aan onze leden om bij het aflopen van het contract de mogelijkheden van de markt te verkennen. Peak is uit de pitch naar voren gekomen als leverancier die het best past bij Sportclub Monster van nu. Wij kijken uit naar de samenwerking met Peak”, aldus Albert van Kessel, voorzitter van Sportclub Monster.

Succes
“Dit is een belangrijke stap in de geschiedenis van Peak. Het verkoopsucces in Engeland en Ierland laat zien hoe krachtig en waardevol en hoe gewaardeerd onze kledinglijn is. Ik ben ontzettend trots dat Peak de nieuwe kledingleverancier van Sportclub Monster is geworden. Sportclub Monster is onze eerste Nederlands amateurvoetbalclub die wij volledig mogen voorzien van een special kledinglijn. De aanbesteding heeft een looptijd van minimaal 8 jaar, “We hebben een mooi assortiment sportkleding voorgesteld die in de smaak is gevallen”, zegt Tim Krul.

Kwaliteit
“Het feit dat ik kieskeurig ben, is de reden dat Peak nu bestaat. Het is begonnen met het ontwikkelen van een eigen keepershandschoen en inmiddels is het uitgegroeid tot een complete Peak Sportswear kledinglijn. Dat Peak nu ook in Nederland door de leden van Sportclub Monster wordt gedragen is een droom die uitkomt. Want wat is er nu mooier dan de pupillen van nu te zien voetballen in ons kledingmerk. Op deze manier maken we onze hoogwaardige kledinglijn beschikbaar ook voor Nederlandse amateurclubs. Ik ben daarom ook verheugd dat ik vandaag persoonlijk mijn handtekening kon zetten. Dit is een bijzonder en belangrijk moment.”, zegt Tim trots.

Nieuwe kledinglijn
De Sportclub Monster kledinglijn zal vanaf het nieuwe voetbalseizoen beschikbaar zijn. De nieuwe kledinglijn kan in augustus via de webshop van Sportclub Monster besteld worden.

De nieuwe sterren zijn op komst in Rijen

Luc Haagh (19) is de voorloper van een nieuwe generatie Rijen-talenten die de selectie de komende jaren gaat versterken. De dorpsclub ontwikkelde zich de afgelopen seizoenen al tot een stabiele tweedeklasser en met de nieuwe lichting kan Rijen nog verder doorgroeien.

Wie een paar jaar na de eeuwwisseling had voorspeld dat Rijen een stabiele tweedeklasser zou worden, was waarschijnlijk voor gek verklaard. RAC en EVV waren gefuseerd tot Rijen en de nieuwe club moest helemaal opnieuw beginnen onderin de kelder van het amateurvoetbal, de vijfde klasse. Maar in de afgelopen vijftien jaar is de club gegroeid en gegroeid. Verschillende talentvolle lichtingen hebben de vereniging uit het gelijknamige dorp omhoog geholpen, met de promotie naar de tweede klasse in 2015 en de derde plaats op dat niveau het jaar daarop als hoogtepunten. Afgelopen seizoen vocht Rijen lang tegen degradatie, maar toch heeft het de status als stabiele tweedeklasser ondertussen dubbel en dwars verdiend.

En het sprookje is nog niet voorbij, want een nieuwe lichting rammelt op de deur. Luc Haagh is een van de eerste spelers van die lichting, die zijn debuut heeft gemaakt. De 19-jarige verdediger annex middenvelder is een typische speler zoals Rijen ze graag ziet: een jongen uit het dorp, geen grote mond, maar er wel staan op zondagmiddag. “Ik speel hier van kleins af aan, woon inmiddels op kamers in Delft, maar reis graag drie keer per week terug naar Rijen voor de trainingen en wedstrijden. Ik ken iedereen hier, mijn vader speelde in het eerste van RAC en zowel de JO19-1 als het eerste is een vriendengroep. Het is prettig om hier te zijn, vrijwilligers als Ruud in de kantine en Theo de materiaalman zorgen ervoor dat je je thuis voelt. Mij krijgen ze hier niet zo makkelijk weg.”

Hij is lid van een lichting die al vroeg in de JO19-1 terechtkwam, nadat het team dat voor hen zat stopte met voetballen. “Dan sta je daar als 14-jarig mannetje met een aanvoerdersband om in de JO19-1. Dat was even wennen, maar uiteindelijk hebben we het heel goed gedaan. We hebben het geschopt tot de vierde divisie.” Als een van de eersten van die lichting mocht hij debuteren in het ‘grote’ Rijen. Een bijzonder moment voor de Rijenaar in hart en nieren. “Vroeger stond ik altijd met grote ogen naar de spelers van het eerste te kijken, nu stond ik er tussen. Ik was een beetje zenuwachtig, maar raakte dat gevoel al snel kwijt.”

Haagh verwacht stiekem nog wel meer van Rijen in de toekomst, met zijn lichting als versterking. “Misschien zit de eerste klasse er zelfs wel in. Komend seizoen hoop ik in ieder geval dat we het beter doen dan afgelopen jaar, maar we moeten eerst maar eens zien hoe we het vertrek van Thom Avontuur gaan opvangen.” De aanvoerder van Rijen vertrekt naar Dongen. “Hij maakt zó veel meters, dat gaan we wel missen. Ik heb veel van hem geleerd, hoe gemotiveerd hij altijd is en de slimmigheidjes in zijn spel. Ik neem graag een voorbeeld aan zijn loopbaan, hij heeft het prima ingedeeld: eerst een vaste waarde worden, dan aanvoerder en vervolgens een stap omhoog zetten. Dan kom je toch anders binnen bij een club als Dongen.”

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Ontvang nu ook maandelijkse het laatste nieuws uit het amateurvoetbal in jouw regio.