Home Blog Pagina 1291

‘We zullen heel blij zijn als het gebouw weer staat’

Bert Jan de Ronde zal 1 oktober 2016 niet snel meer vergeten. De vlammen die uit het sportgebouw De Contreie van vv Oosterhout kwamen, staan op zijn netvlies gebrand. Inmiddels is hij alweer druk bezig met de wederopbouw. “Het heeft wel een impact gehad, op iedereen bij de club.”

De Ronde was op 1 oktober hard aan het werk, toen hij zijn telefoon even oppakte om wat op te zoeken. Hij zag dat hij een gemiste oproep had van een lid van de brandweer. Hij belde terug en hoorde het vreselijke nieuws. Toen hij rond 22.15 uur – ongeveer een uur na de eerste brandmelding – aankwam bij het sportpark, zag hij vooral veel rook. “Qua vlammen viel het nog mee, die zaten toen meer aan de achterkant. Maar binnen afzienbare tijd stond het hele gebouw opeens in lichterlaaie. De brandweer kon er ook niet in, het was veel te warm, en er viel eigenlijk weinig meer te redden.”

De Ronde en Clemens Piena (een ander bestuurslid, die als eerste ter plaatse was, red.) sprongen gelijk in actiemodus: die nacht nog zaten zij met een tussenpersoon aan tafel om te praten over de verzekeringen. De club bleek gelukkig goed verzekerd. Na een paar uur slaap (“ik heb er flink wat slapeloze nachten van gehad”) keerde De Ronde weer terug naar De Contreie om daar de leden op te vangen. “Velen stonden met tranen in hun ogen. We hadden zo’n mooi complex, daar vier jaar voor gevochten en aan gewerkt, maar dat was in één avond verwoest.” Wat de precieze oorzaak was, is nog altijd onbekend. Waarschijnlijk is het vuur ontstaan in de buurt van de stroomkast.

De knop ging om en De Ronde begon aan de heropbouw. Samen met andere vrijwilligers werden slopers en een aannemer gezocht en met de gemeente en verzekeraars werd een plan gemaakt om het sportcomplex weer op te bouwen. Ondertussen moest er wel gevoetbald worden, dus werden omliggende clubs benaderd met de vraag of spelers daar tijdelijk konden trainen en spelen. Na een maand stonden er al tijdelijke units op De Contreie, waardoor de voetballers weer op hun thuisbasis terecht konden. Die staan er nu nog steeds. De eerste stappen van de nieuwbouw zijn inmiddels aan het gebouw te zien. “In april zijn alle partijen akkoord gegaan met de plannen, is de aannemer een planning gaan maken en uiteindelijk zijn we aan het einde van de zomervakantie gestart met de herbouw. Er is al het een en ander gedaan aan de spelerstunnel, tribune en het dak. We hopen dat het hele project aan het einde van de winterstop klaar is, maar daarbij zijn we natuurlijk wel afhankelijk van verschillende factoren.”

Het gebouw krijgt dezelfde vorm, maar wordt iets anders ingedeeld. “We merkten dat sommige ruimtes te krap waren.” Dit hele proces heeft de vrijwilligers veel tijd gekost. “Het vreet aan je. We zullen heel blij zijn als het allemaal achter de rug is en het complex er weer uitziet zoals voor de brand”, aldus De Ronde, die de andere vrijwilligers prijst voor hun inzet. “Er zijn zelfs meerdere benefietacties georganiseerd om geld in te zamelen, zoals een benefietavond met Oosterhoutse artiesten. De mensen die zich daarvoor ingezet hebben, verdienen echt een schouderklopje.”

 

‘Supporters moeten weer trots zijn op Spirit’

De belangrijkste taak voor Spirit-trainer Richard van Cappellen dit seizoen? “Ervoor zorgen dat de supporters weer trots op Spirit 1 kunnen zijn, want het vertrouwen heeft een deuk opgelopen.”

Hij had de ambitie om voor zijn veertigste hoofdtrainer te zijn van Spirit 1, maar dat hij al zo snel voor de groep zou staan, kwam ook voor de oud-speler van de club als een donderslag bij heldere hemel. Van Cappellen, inmiddels 37 jaar, werd aan het einde van vorig seizoen door de clubleiding naar voren geschoven om de ontslagen Warry van Wattum op te volgen.

“Ik was net bezig aan mijn eerste jaar als trainer van de A1”, zegt Van Cappellen. “Daarvoor was ik drie jaar assistent geweest van Cees van der Poel bij het eerste elftal. Of ik getwijfeld heb om het te doen? Eigenlijk niet. Je moet een keer beginnen als hoofdtrainer. Bovendien: als er vanuit de club een beroep op je wordt gedaan, zeg je als echte Spirit-jongen geen nee.”

Met nog een paar wedstrijden te gaan bleek degradatie uit de tweede klasse niet te voorkomen. “We wonnen nog wel de laatste thuiswedstrijd van Hellevoetsluis met grote cijfers, maar het leed was daarvoor al geschied”, kijkt Van Cappellen terug. “Bij BVCB verloren we met 3-0. Daardoor hadden we het niet meer in eigen hand.”

Zijn grootste opgave begon toen de competitie was afgelopen: de groep bij elkaar proberen te houden en de aangekondigde leegloop te voorkomen. “De groep was beschadigd”, zegt hij over wat hij ‘aantrof’. “We zijn met de spelers in gesprek gegaan om ze te behouden voor de club. Een speler als Stefan Witte wilde een stapje hoger, dat was een ander verhaal. Uiteindelijk zijn negen, tien spelers uit de A-selectie vertrokken. Dat is veel.”

Aanvulling kwam er vooral vanuit de eigen geleden. “Er zijn zeven A-spelers doorgestroomd. Twee spelen er in de basis, Robin Brouwer en Tim van der Zee”, zegt hij vol trots.

De verjonging betekent wel dat Van Cappellen in zijn eerste volledige seizoen als hoofdtrainer vooral opbouwwerker is. “Het is belangrijk dat we weer een Spirit-gezicht krijgen. Met een positieve spelopvatting. Dat is een cliché, maar wel zo belangrijk. We moeten met zijn allen een team creëren waarop iedereen bij de club weer trots is. We hebben een trouw publiek, maar onze supporters zijn de laatste jaren niet bepaald verwend.”

Hij weet dat Spirit onder het vergrootglas ligt in de regio. “We hebben toch een naam. We hebben bijna duizend leden en worden geroemd om onze jeugdopleiding. Dan behoor je niet in de derde klasse te spelen. De realiteit is dat we dat wel doen. We gaan hard werken om er zo snel mogelijk uit te komen, maar het zou zomaar kunnen dat we daar twee of drie seizoenen over gaan doen”, geeft hij alvast een winstwaarschuwing.

“Het is niet realistisch te stellen dat we ‘eventjes’ kampioen worden. Dit team moet de tijd krijgen om te groeien. De potentie om, op termijn, tweede klasse te spelen is er.”

Aan de herkenbaarheid op het veld wordt gewerkt, de gezichten op de Spirit-bank doen terugdenken aan vroegere tijden. Want naast Van Cappellen maken ook oud-spelers Johan Oomen en Kevin van Vliet deel uit van de technische staf. “Een tijdje geleden speelden we bij VVOR. Daar viel het ze ook op. Ik denk dat het een goede zaak is dat er oud-spelers aan het roer staan. Wij kennen de cultuur en spreken de taal van de club.”

©VoetbalJournaal

Sander Hoffmann sluit zijn carrière bij Nieuwerkerk af

Nieuwerkerk zag de afgelopen seizoenen veel spelers komen en gaan, maar één ding bleef onveranderd: de plaats onder de lat werd en wordt nog steeds ingenomen door Sander Hoffmann (31). “De kans is heel groot dat ik mijn carrière bij Nieuwerkerk afsluit.”

Net als zijn ploeggenoten werd de doelman ruw uit zijn zomerslaap gewekt. De groepsapp van de Nieuwerkerk-selectie raakte oververhit toen de spelers lucht kregen van het vertrek van trainer Claudio Braga. “Iedereen was verrast, ik ook”, zegt de Rotterdammer daarover. “Twee weken daarvoor hadden we nog een bespreking gehad voor het nieuwe seizoen.”

“Als club word je door zoiets wel in verlegenheid gebracht. Er waren, mede op voorspraak van de trainer, nieuwe spelers gehaald. Wat moesten die wel hebben gedacht? Gelukkig handelde de club snel door Omar Khan aan te stellen.”

Voor Hoffmann is Khan een oude bekende, hij was al zijn trainer in de jeugd van Alexandria’66, de club die hij tot zijn 24ste jaar diende. Daar had hij waarschijnlijk nu nog gespeeld als veranderde werkomstandigheden – hij ging zaterdag werken – hem niet hadden gedwongen op zoek te gaan naar een zondagclub. “Een paar clubs hadden interesse, maar de link naar Nieuwerkerk was snel gelegd via Lex Jeroense, die bij Alexandia zat, en de broer van de voorzitter van Nieuwerkerk is. Ik heb geen moment spijt van mijn keuze gehad, Nieuwerkerk is een fijne club.”

Met Nieuwerkerk promoveerde hij drie seizoenen geleden naar de hoofdklasse. “Een hoogtepunt natuurlijk”, kijkt hij daar op terug. “Het is alleen jammer dat we maar een jaar op dat niveau hebben mogen spelen. Ik denk dat we er, achteraf gezien, te makkelijk over dachten. We waren met overmacht gepromoveerd en hadden zoiets van ‘met dat elftal gaan we het ook in de hoofdklasse wel redden’. Niet dus. Voordat we door hadden wat er werd gevraagd, hadden we al zo’n straatlengte achterstand… We kwamen nog wel erg dicht bij een plaats in de nacompetitie, maar uiteindelijk haalden we het net niet.”

Na een grillig seizoen in de eerste klasse, met een bescheiden rol in het klassement, hoopt Nieuwerkerk dit seizoen bovenin mee te spelen. “We hebben vooral voorin meer kwaliteit gekregen. Rowendy Schoop is een sterk aanspeelpunt, Shayron Curiel is een absolute versterking als rechtsbuiten. We hebben de beste voorbereiding sinds jaren gedraaid, maar je merkt dat we nog wat automatismen missen. We moeten hard werken om beter te worden.”

Zelf heeft hij als enige keeper in de selectie – De KNVB heeft de overschrijving van Delano Kortstam niet goedgekeurd – het rijk alleen. “Die situatie is niet ideaal. Het maakt ons team erg kwetsbaar. Ik mag niet geblesseerd raken.”

 

​​​​​​​‘Mooiste plek is aan de noordzijde bij WNC’

Arjen Kaasjager is vaste keus onder de lat bij WNC. Geen twijfel mogelijk voor trainer Cor Prein, die onlangs zijn contract bij de club tot 2020 verlengde. De sluitpost verwacht dat WNC dit seizoen in de eerste klasse bij de beste vier gaat meedoen.

WAARDENBURG – ,,Maar wij hebben een paar weken geleden ervaren dat er betere ploegen dan wij in deze Utrechts getinte afdeling spelen. Uit bij DUNO werden wij met 3-0 behoorlijk afgetroefd. Normaal gesproken is die ploeg wel topfavoriet voor de titel”, vertelt Kaasjager. Na die nederlaag sloot WNC overigens alweer aan bij DUNO/Doorwerth, dat tegen LRC Leerdam twee punten inleverde terwijl WNC van SVL won.
Arjen Kaasjager werd 25 jaar geleden geboren in het nietige, maar o zo mooie Tuil, ingeklemd tussen Waardenburg en Haaften. Op 6-jarige leeftijd koos hij voor voetbalvereniging Haaften als eerste club. Als keeper bleek hij aardig uit de voeten te kunnen. Hij nam bijlessen bij de voetbalschool van Leon Hutten, die hem naar RKC Waalwijk haalde. Hutten was immers hoofd jeugdopleiding bij de Waalwijkers. Kaasjager zou tot de C-junioren bij RKC onder de lat staan, waarna hij de overstap naar OJC Rosmalen maakte. Terug naar Haaften was geen optie omdat hij aan het hogere niveau gewend was. De nog jonge sluitpost werd door zijn ouders drie keer per week van Tuil naar Rosmalen gebracht. Op 20-jarige leeftijd debuteerde hij bij de zondag-hoofdklasser, maar moest het veld ruimen toen er een ervaren keeper werd teruggehaald. ,,Ik vond dat destijds niet helemaal netjes gegaan en ben in 2013 ingegaan op de aanbieding van WNC. De Waardenburgers wilden mij immers een jaar eerder ook al hebben.”
Duizenden chrysanten
Kaasjager vervolgt: ,,Ik heb twee seizoenen geleden mijn kans gepakt en sta sindsdien vast onder de lat.” Het zal voorlopig niet meevallen om de stijlvolle doelman daar weg te krijgen.
Kaasjager verricht zijn werk bij chrysantenkwekerij Retine van Jan-Willem de Jongh, een van de sponsors van WNC. Vanuit de kas ziet hij het sportcomplex van WNC liggen. ,,De mooiste plaats op het veld is voor het doel aan de noordzijde. Dan keep ik onder het gigadoek van Retine met die duizenden chrysanten erop achter mij. Ik voel mij sterk als ik aan die kant keep.”
Het vertrouwen bij WNC is groot. Na een blessure is Vincent Verheul, vorig seizoen topscorer in Waardenburg, weer terug. Hij gaat wederom het verschil maken. Het is ook nog wachten op Bas Smulders. De begaafde middenvelder – hij herstelt van een hamstringblessure – is de man die normaal gesproken de lijnen uitzet. Jammer is wel het verlies van centrale verdediger Giel Goesten. Hij scheurde half oktober zijn kruisbanden af en zal dit seizoen niet meer in actie komen. ,,Een drama voor Giel en jammer voor de ploeg, want het stond nadat wij het vertrek van Mark den Hartog moesten compenseren, verdedigend heel goed.”
De komst van Joël en Nehemia Sanaky van TEC helpt WNC natuurlijk ook verder vooruit. En dan zijn er opeens de doelpunten van Willem-Paul van der Heijden, die WNC naar top van de ranglijst brachten.

 

Van basketballer naar centrumspits

 

Soms zit NTVV-speler Marko Karsbergen tot half drie ’s nachts in de kantine na een training op donderdagavond. Maar de twintigjarige spits is ook ambitieus en benieuwd waar zijn plafond ligt. “Ik zou nog wel hogerop willen.”

Als tweedejaars B-junior werd Karsbergen lid van voetbalvereniging DBGC uit Oude-Tonge. Hiervoor had hij nog nooit gevoetbald. Althans, bij een voetbalvereniging. “Ik zat op basketbal, maar had er geen plezier meer in. Toen besloot ik op voetbal te gaan. Mijn vader voetbalde vroeger redelijk hoog.” Maar louter met talent red je het niet. Hij heeft er namelijk hard voor gewerkt. “Ik sta al vier jaar bovenaan het lijstje qua trainingsopkomst”, vertelt de rechtspoot.

Switch
Karsbergen was het al gauw beu bij DBGC. “Ik had geen klik met het team. Die groep was al bij elkaar sinds de F’jes.” NTVV – waar hij als tweedejaars A-junior terechtkwam – werd de volgende stap. “Ik kwam al als klein kind bij NTVV met m’n vader en had meteen een goed gevoel”, aldus de jonge aanvaller.

Inmiddels is Karsbergen bezig aan zijn tweede seizoen in de hoofdmacht. Zijn eerste seizoen was er een van vallen en opstaan. Het team kende een slechte start. Karsbergen moest het doen met speelminuten als invaller. Na zes wedstrijden knokte hij zich echter in de basis. “We hebben tot het einde van de competitie meegedaan voor een periodetitel. Helaas hebben we net geen nacompetitie gehaald.”

NTVV is wederom de competitie niet denderend gestart. Ook Karsbergen had zich een andere seizoensouverture voorgesteld. “Ik heb nog niet veel gespeeld wegens een hamstringblessure”, baalt de centrumspits.

Derby’s
NTVV komt uit in de 4e klasse H zaterdag. “Het spel is vooral fysiek, het is andere koek dan de beker en soms is het meer schoppen dan voetbal”, analyseert Karsbergen de competitie. Maar hij weet ook enkele voordelen op te noemen. “Je speelt veel op Goeree-Overflakkee, dus veel derby’s. Meer toeschouwers, meer inzet en zeker ook meer druk.”

Kansen
Het gaat NTVV momenteel niet voor de wind, maar Karsbergen gelooft in een plek bij de top vijf. “We hebben een goede mix van jong talent en ervaring. De selectie is volledig in tact gebleven en we hebben twee nieuwe aanwinsten: een doelman en een middenvelder. Er zit voetbal in de ploeg. Bovendien heeft de trainer een hecht collectief gesmeed”, besluit Karsbergen, die hoopt de topscorerstitel te kunnen grijpen. Al is hij realistisch. “Ik maak weinig kans.”

 

Michel Visser langer bij SSS Vrouwen 1

Michel Visser (SSS VR1) heeft voor  een jaar bijgetekend.
Bij de vrouwenafdeling van SSS kwamen de leden van de technische commissie al snel tot een akkoord met de gehele technische staf van beide selectie-elftallen.

Michel Visser, die de vrouwen van de Klaaswalenaars nu voor het eerste jaar onder zijn hoede heeft, zal het komende seizoen naast zijn trainerschap bij de Topklasser ook de opleiding voor de trainerslicentie UEFA B gaan volgen (verplicht om trainer te mogen zijn op dit hoogste amateurniveau van het vrouwenvoetbal).
Op dit moment staat de Vrouwenhoofdmacht op een veilige 9e plaats in deze hoogste landelijke klasse en doelstelling is handhaving. Samen met Michel willen we de volgende stap zetten naar een stabiele Topklasser.

Jan Nuts zal het tweede elftal dat op dit moment in de top meedraait van de 2e Klasse, met overwegend eerste elftallen als tegenstander, ook volgend seizoen weer onder zijn hoede nemen.
Komend vanuit de 3de klasse was handhaving aan het begin van het seizoen de doelstelling. Gelet op de prestaties die Jan met zijn selectie tot nu toe heeft neergezet wordt voorzichtig gedacht aan een plek in de nacompetitie voor promotie.

Het bestuur van SSS is erg content over de continuïteit in de bezetting van alle technische staffuncties.

 

Hoogland wint voor de derde keer op rij het Amersfoorts Voetbalkampioenschap

Onder het toeziend oog van zo’n tweeduizend enthousiaste voetbalfans slaagde regerend titelhouder vv Hoogland er in om tijdens de finaledag van het AVK voor de derde keer de kampioensbeker voor zich op te eisen. Alle complimenten voor voetbalvereniging Hooglanderveen. In 2017 waren zij namelijk verantwoordelijk voor de organisatie. Het AVK is inmiddels uitgegroeid in de Keistad naar een groots en serieus voetbalevent dat voor de clubs onderdeel uitmaakt van de voorbereiding op het nieuwe seizoen.

Ook vv Hoogland was natuurlijk van de partij. Het elftal, met hoofdtrainer Raymond Prins aan het roer, ging als de grote favoriet van start en ondervond weinig tegenstand in de eerste wedstrijden. Zo werd o.a. HVC afgedroogd met een 11-0 nederlaag. In een prachtige halve finale tussen CJVV en Hoogland bleef het na de reguliere speeltijd bij een 0-0 gelijke stand. Hoogland kwam bij de strafschoppenreeks als beste uit de bus en kon zich gaan opmaken voor de grote finale.

In de eindstrijd bleek Hoogland veel te sterk voor AFC Quick 1890, waardoor vv Hoogland voor de derde keer op rij kon worden geridderd tot Amersfoorts Voetbalkampioen 2017. Voorafgaand aan het duel hoopten velen op een spannende eindstrijd, maar daar was na vijf minuten en twee goals voor topfavoriet Hoogland niks meer van over. Coen Heus kopte een voorzet vanaf de rechterkant diagonaal binnen en Hossein Mezbanali krulde de bal in de verre rechterhoek. Hossein: ,,Die zat er heel goed in, een soort FIFA-goal eigenlijk. Het was mijn vijfde goal in een finale van het AVK dus wat dat betreft kun je wel zeggen dat ik mij heel goed voel op dit toernooi”, klonk het uit de mond van de opgetogen spits. ,,Ik ga nog een aantal jaren door en hoop het toernooi nog vaker te winnen. De derde beker is in elk geval binnen.”

Roy Ouwerkerk van tegenstander AFC Quick 1890 baalde van de nederlaag, al zag hij de 5-0 wel in perspectief. ,,We begonnen ontzettend slap aan het duel en de bal valt twee keer goed voor Hoogland”, was de verdediger teleurgesteld. ,,Wij konden eigenlijk alleen maar winnen en we zijn ook trots dat we de finale hebben gehaald. Natuurlijk begin je een wedstrijd om die te winnen, maar Hoogland was een maatje te groot. Dat zijn ze ook aan hun stand verplicht. Ze spelen tenslotte twee klassen hoger. Na rust hebben wij het een stuk beter gedaan en we bleven positief naar elkaar. Dat is het grootste pluspunt voor ons team na dit toernooi”, sprak Ouwerkerk, die in 2014 het toernooi met AFC Quick 1890 op zijn naam schreef.

Nog voor het ingaan van de pauze liep Hoogland via Tim Krux en Dave Dekker uit naar 4-0. Hossein Mezbanali gaf toe dat zijn Hoogland onbewust toch een beetje met de rem erop had gespeeld. ,,Wij hebben wel tegen elkaar gezegd dat we op dezelfde manier door moesten gaan als voor de rust. Toen was ons spel heel behoorlijk. Dat was ook nodig na ons mindere optreden in de halve finale tegen CJVV”, was de aanvaller eerlijk.

Toch scoorde Hoogland nog maar één keer in de tweede helft via Gokhan Turksoy. Wel raakte het drie keer het aluminium. Hossein: ,,De score had nog hoger uit kunnen vallen, maar wij hebben ons goed laten zien aan het publiek. We kennen natuurlijk een hoop mensen en dat is ook de kracht van het AVK. Volgend jaar zijn wij weer bij elkaar”, keek Mezbanali alvast vooruit. Het AVK wordt dan gehouden op bij HVC.

 

Jubileum met zege voor Gert-Jan Stout

 

NIEUW-LEKKERLAND – Aanvoerder Gert-Jan Stout van zaterdag-eersteklasser Nieuw-Lekkerland beleefde een bijzondere mijlpaal in zijn prachtige spelersloopbaan in de thuiswedstrijd tegen Nieuwenhoorn. Stout, baken van onverzettelijkheid van ‘Lekkerland’, speelde in die bewuste wedstrijd zijn vierhonderdste duel voor de club van groen en wit uit de Alblasserwaard.
Stout heeft een rijke carrière opgebouwd bij de bespeler van sportpark Excelsior. Na een avontuur van enkele jaren in de jeugd bij betaald voetbalclub FC Dordrecht speelde hij zich in het seizoen 2003-2004 in het basisteam van Nieuw-Lekkerland. ‘Broekie’ Stout was op dat moment slechts 15 jaar oud, maar hij handhaafde zich ogenschijnlijk moeiteloos in het elftal dat toen nog in de tweede klasse onder toenmalig trainer Kees Spaan uitkwam. Inmiddels is het bijna anderhalf decennium later en is Gert-Jan Stout de absolute leider van het elftal dat na zijn rake kampioenskopbal in de 96ste minuut tegen Almkerk in 2004, nooit meer lager heeft gespeeld dan de eerste klasse.
Tussendoor verliet Stout Nieuw-Lekkerland, samen met ploeggenoot Jeroen Wolf, voor een avontuur bij Heerjansdam dat in 2011 ten einde kwam. Oude liefde bleek niet te roesten, want bij ‘Lekkerland’ werd hij weer moeiteloos in de armen gesloten en nam hij zijn plek weer in alsof hij nooit weg was geweest.
Gert-Jan Stout speelt altijd in de laatste linie, desondanks zijn de belangrijke goals die hij voor zijn club maakte in die 400 wedstrijden zijn niet op twee handen te tellen. Hoek, Kloetinge, Heinenoord, VVGZ, allen kregen zij maken met de onverzettelijkheid maar ook met de daadkracht van Stout die  is uitgegroeid tot één van de meest geliefde en gewaardeerde spelers uit de rijke clubhistorie van Nieuw-Lekkerland.
Voor het duel met Nieuwenhoorn werd de jubilaris door voorzitter Wim den Ouden uitgebreid in de spotlight gezet. Het jubileumduel, dat toch al feestelijk was begonnen, kende ook nog eens een extra feestelijk tintje want door een treffer van invaller Kevin Korrel trok de thuisploeg ook nog eens aan het langste eind en werd een concurrent in de strijd om de plekken in de onderste regionen verder op achterstand gezet door de brigade van vertrekkend trainer Ronald Hulsbosch.

 

Straatvoetballer Mounir El Ouazizi blikvanger bij Unitas

Met de komst van Mounir El Ouazizi dient zich bij Unitas een rasvoetballer uit Rotterdam-Zuid aan. Een laatbloeier. Pas op zijn zestiende sloot hij zich bij een club aan. Tot dan voetbalde hij op pleintjes. Via Zwart Wit’28, Feyenoord, Delta Sport, DOTO, RVVH, DRL en LRC Leerdam landde hij in juli van dit jaar op Molenvliet bij Unitas.

GORINCHEM – Straks hebben wij het over zaalvoetbal maar Unitas is uiteraard in de eerste plaats een veldvoetbalclub en wat voor een op dit moment. Zowel de zaterdag- als de nog altijd belangrijker zondagtak staat fier bovenaan. Rick Adjei, trainer van Unitas-zondag, zag aanvankelijk licht tegen dit seizoen op toen hij vernam dat hij met zijn team naar het district West II was gedrukt. Na de eerste maanden kunnen we twee zaken concluderen. Er wordt door een aantal ploegen in West heel aardig gevoetbald. Mogelijk wat beter dan in Brabant, maar Unitas steekt er met kop en schouders bovenuit. Na acht wedstrijden staan er 24 punten op het Gorcumse conto. Normaal gesproken was de eerste periodetitel al binnen, maar in de eerste klasse B gaat deze over twaalf duels omdat het Rotterdamse Kocatepe door de KNVB uit het programma is gehaald.

Zaalvoetbal
Aan het einde van dit jaar loopt het jaarlijkse zaalvoetbaltoernooi weer in De Oosterbliek, met Unitas als topfavoriet. Het mag dan met een mix van zaterdag- en zondag-selectiespelers meedoen. Mounir El Ouazizi – hij speelde in de eredivisie bij ZVV Den Haag – was al eens voetballer van het toernooi. Met hem erbij heeft Unitas een team van eerste-divisieniveau. ”Ik was onlangs bij de zaalderby tussen ZVG en Jogadores CF. Man, wat had ik toen graag mijn schoenen aangetrokken en meegedaan. Jammer, maar die wedstrijd kwam nog te vroeg. En wat het Unitas-zaalteam betreft, daarvoor hebben wij zo veel kandidaten waardoor ook die selectieprocedure zwaar wordt. Natuurlijk moeten wij het toernooi om Proxsys Cup opnieuw winnen.”

Valse start
De multifunctionele Mounir El Ouazizi heeft bij veel clubs in de keuken kunnen kijken. Begonnen als rechtsback is hij ook inzetbaar als middenvelder en aanvaller. ”Mijn beste seizoenen beleefde ik bij RVVH in de hoofdklasse. Wij speelden zo verschrikkelijk goed en wonnen de eerste periodetitel. Helaas misten wij promotie naar de topklasse.” Bij Unitas kent hij een valse start. Na een goede voorbereiding kreeg hij last van een knie en stond heel oktober buitenspel. ”Vervelend, maar dat is ook voetbal. Ik heb keihard gewerkt om weer terug te komen. Ik voel mij nu weer honderd procent.” Tegen Velo kreeg hij zijn eerste minuten en op 4 november speelde hij een uur tegen Den Hoorn. Daarin gaf hij de assist op Daniël Alexander Walu, die de 2-0 binnenschoot.

El Ouazizi speelt in de zaal voor ZVG/Cagemax maar wacht nog even voordat hij ook daar aansluit. ”Dat doe ik pas als ik weer volledig op het veld actief ben. Dat ik in de zaal terugkom is zeker. Ik haal mijn kracht uit zowel veld- als zaalvoetbal. Ik vind dat het elkaar versterkt en dat het je vorm verbetert. Er is nog nooit iemand slechter geworden van voetballen in de kleine ruimte zoals in de zaal.”

Terug naar het veldvoetbal. ”Wij hebben een erg goed team. En misschien nog belangrijker, wij hebben een sterk bezette bank. Dat bepaalt of wij dit gaan volhouden. En spelers blijven tevreden als het team blijft winnen.” El Ouazizi gaat nu op zoek naar een basisplaats. Hij kan zowel op ‘tien’ als op ‘elf’ uit de voeten. Aan de linkerkant lijkt Daniël Alexander Walu onomstreden, dus zal hij zich op de positie achter de spitsen richten. ”Ik hoop ergens mijn plaats te vinden. Waar maakt mij niet zo heel veel uit, als ik maar belangrijk kan zijn voor het team.”

©VoetbalJournaal

Stanley Klop richt zich op het trainersvak

Tijdens een uitwedstrijd van het eerste van MVV’27 scheurde Stanley Klop zijn voorste kruisband van zijn rechterknie. Door het aanhoudende blessureleed besloot hij om een punt achter zijn voetbalcarrière te zetten. Hij wilde bezig blijven en bood zich aan als trainer bij de club.

“Het 3e elftal van MVV’27 zocht nog een trainer, toen is het trainersvak me heel erg gaan interesseren” Toen Stanley hersteld was van zijn blessure ging hij weer voetballen, het seizoen erop scheurde hij weer dezelfde kruisband af en moest hij een punt zetten achter zijn voetbalcarrière. MVV’27 bood me afgelopen seizoen toen de kans om mezelf te ontwikkelen als hoofdtrainer als MVV’27 2, dit doe ik nog steeds met heel veel plezier”

“Ooit zou ik graag hoofdtrainer van MVV’27 willen worden, daarnaast hebben we aan het begin van vorig seizoen ons zelf mooie doelstellingen opgedragen voor de lange termijn en het lijkt erop dat we stapje voor stapje deze doelstellingen gaan halen. We willen graag met het eerste op tweede klasse gaan acteren, op een gezonde manier met eigen jongens. Het tweede elftal een stabiele reserve eersteklasser maken zodat deze jongens op een heel aardig niveau spelen en geleidelijk de aansluiting vinden met het eerste elftal. Daarnaast is het doel om van het derde elftal weer een volwaardig selectie elftal te maken en deze te laten acteren op reserve tweede klasse niveau.”

“Ook willen we een goed selectiebeleid creëren. Het derde nu al een volwaardig selectie elftal en voor elk selectie elftal zijn de randvoorwaarden voltreffelijk geregeld. Daarnaast zijn het stuk voor stuk jongens die in de jeugd van deze club hebben gespeeld, dus nu moeten we stapje voor stapje langzaam alle drie de elftallen naar een niveau hoger tillen. Dit gaat wel gepaard aan de persoonlijke ontwikkeling van elke speler, want dat staat voorop.”

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Ontvang nu ook maandelijkse het laatste nieuws uit het amateurvoetbal in jouw regio.