Home Blog Pagina 1337

Nieuwe Ophemert-coach Mark de Beijer: ‘Zoek de juiste balans tussen prestaties en plezier’

Mark de Beijer uit Culemborg is met ingang van het volgende seizoen de nieuwe hoofdtrainer van Ophemert. De opvolger van Henk van Hoeven staat te trappelen om aan de slag te gaan bij de zondagvijfdeklasser.

Toen Mark de Beijer (44) vernam dat Ophemert een nieuwe trainer zocht, besloot de huidige trainer van SCD’33 te reageren op de vacature. Bij die club speelde hij dit seizoen in de vijfde klasse, het niveau waarop Ophemert volgend jaar ook acteert. “Maar Ophemert is bepaald geen nietig clubje”, benadrukt De Beijer. “Hans Kraay junior is hier nog trainer geweest en nu mag ik daar aan de slag. Dat vind ik wel een leuk feitje”, lacht De Beijer, die net als Hans Kraay junior zelf op hoog niveau voetbalde. “Ik heb jarenlang in de jeugdafdeling van NEC Nijmegen gespeeld en daarna ben ik naar Duitsland vertrokken. Ik schopte het niet tot de Bundesliga, maar ik heb wel op landelijk niveau gespeeld. Mijn ervaring als speler hoop ik over te brengen op de spelers die ik train en daar beleef ik veel plezier aan”, legt hij uit.

Overigens blijft het bij De Beijer niet alleen maar bij trainen. Als de nood aan de man is, dan is de inmiddels 44-jarige niet te beroerd om zelf zijn voetbalschoenen aan het trekken in het weekend. “Dit seizoen hebben we met SCD’33 veel blessures gehad en daardoor heb ik zelf aardig wat potjes meegespeeld als centrale verdediger. Het team is heilig: dat is de boodschap die ik wil uitstralen naar mijn spelersgroep toe en ik geef graag het goede voorbeeld. Ik zal zorgen dat ik een beetje in conditie blijf, zodat ik volgend jaar eventueel weer kan invallen”, aldus De Beijer. “Mijn spelers moeten voor elkaar door het vuur gaan.”

Het bestuur van Ophemert heeft vertrouwen in De Beijer. ‘We zijn ervan overtuigd in de persoon van Mark de Beijer een waardige opvolger te hebben aangetrokken om samen de stijgende lijn van het eerste elftal voort te zetten en de goede sfeer op het sportpark te  continueren’, zo meldde de club onlangs nog op haar website. “Uit die woorden spreekt vertrouwen en dat heb ik nodig, ook van de spelersgroep. Ik ken nog geen spelers, maar kijk uit naar onze kennismaking. De communicatie met spelers heb ik sowieso hoog in het vaandel staan. Ik ben ook nu al bezig met de planning van volgend seizoen. Ik speel graag een paar goede oefenwedstrijden en wil teamactiviteiten inplannen. Het is namelijk belangrijk om een hechte groep te smeden. Dat lukt door goed te trainen en te presteren, maar ook door buiten het veld leuke dingen te doen.”

Het plezier is sowieso erg belangrijk bij een vijfdeklasser, beseft ook De Beijer. “Ik zoek de juiste balans tussen prestaties en plezier”, zo vertelt de trainer over zijn plannen met Ophemert. “Ik ben zelf heel fanatiek en voetbal is mijn alles: dat zit in mijn aderen. Ik kan begrijpen dat dit bij mijn spelers in de vijfde klasse iets minder is. Natuurlijk wil ik de jongens voetbalverstand bijbrengen, maar het is vooral belangrijk dat de sfeer goed is. Dan komen de mooie prestaties hopelijk vanzelf wel.” De Beijer hoopt dat hij met Ophemert kan meedraaien in de middenmoot van de competitie, maar beseft dat hij afhankelijk is van zijn materiaal.  “Ik heb getekend voor één jaar met de optie om nog één jaar bij te tekenen. Ik zie wel hoe het seizoen gaat verlopen en heb er sowieso heel veel zin in.”

DBGC presteert gewoon met eigen jongens

Veel clubs hebben de hoogtijdagen achter zich liggen. Alleen de zwart-witfoto’s in de kantine herinneren aan een kleurrijk verleden. Tim Mackloet (24) daarentegen is nu zelf onderdeel van zo’n roemruchte periode waar later in Oude-Tonge en omstreken nog lang over nagepraat zal worden. De aanvoerder van DBGC heeft als speler de opmars meegemaakt vanuit de middenmoot van de derde klasse zondag naar de drempel van de eerste klasse zaterdag.

OUDE-TONGE – Want vanzelfsprekend is het niet dat DBGC in de tweede klasse uitkomt, weet Mackloet. ,,Het is een hele prestatie dat we met een relatief klein clubje op dit niveau mogen spelen”, zegt de captain, die al op zijn zeventiende onder John Kleijn debuteerde in de hoofdmacht.

Een jaar later verliet de Don Bosco Grijsoord Combinatie het zondagvoetbal voor het spelen op zaterdag. Dat betekende wel dat de club onderaan de ladder moest beginnen in de vierde klasse. Mackloet was toen nog een A-junior. ,,Maar John wilde mij graag bij het eerste hebben, dus toen heb ik de overstap naar de selectie gemaakt.”

Met DBGC rukte hij in vijf jaar tijd op naar de tweede klasse (Zuid). Na een voortreffelijk debuutseizoen in de tweede klasse, waarin DBGC knap als runner-up eindigde, werd de ploeg van Richard Elzinga in de nacompetitie op de drempel van de eerste klasse uitgeschakeld. Maar niemand in Oude-Tonge die daar echt om rouwde.

,,DBGC heeft niet de ambitie om in de eerste klasse te spelen”, zegt Mackloet. ,,We willen graag een stabiele tweedeklasser zijn. De eerste klasse was gewoon te hoog gegrepen geweest, als je kijkt naar de krappe selectie die wij hebben. En ook de kwaliteit is beperkt, omdat het voor spelers buiten de regio niet aantrekkelijk is om naar DBGC te komen. Om de simpele reden dat ze hier niet betalen.”

DBGC doet het dus met jongens die zoals Mackloet uit de eigen jeugd en uit het dorp komen. ,,We hebben een hechte groep, waarin een goede sfeer hangt. En de prestaties zijn zeker de afgelopen jaren alleen maar positief. We hebben veel gespeeld om nacompetitie, zijn kampioen geworden en drie keer gepromoveerd. Dat is geweldig.”

In het amateurvoetbal wordt het tweede seizoen na promotie beschouwd als het moeilijkste jaar, omdat nieuwkomers in hun debuutjaar vaak nog onbevangen spelen. Toch heeft DBGC zich onder huidig trainer Wim Nieuwland afgelopen seizoen al weken voor het einde wederom verzekerd van een langer verblijf in de tweede klasse.

,,Het tweede seizoen in de tweede klasse is wat wisselvallig verlopen, mede omdat we een nieuwe trainer hadden met weer nieuwe ideeën. Dat is toch weer even wennen. Maar gelukkig hebben we ons weer veilig gespeeld.”

Voor Mackloet is dat extra bijzonder, daar hij afgelopen seizoen benoemd is tot aanvoerder van DBGC. ,,Ondanks mijn 24 jaar ben ik toch al zo’n zeven jaar actief in de selectie en heb ik toch al een boel ervaring. Zeker als je het vergelijkt met de rest van de jonge spelersgroep. En voor mij als jongen van de club en uit het dorp is het natuurlijk fantastisch om aanvoerder te zijn.”

Knol wil honderdjarig jubileum IJzendijke volgend seizoen bekronen met kampioenschap

Zijn principe was altijd duidelijk: maximaal twee, heel misschien drie jaar bij dezelfde club werken. Totdat Nico Knol trainer werd bij het eerste elftal van IJzendijke. Vanwege de potentie, het plezier en de vriendenclub die IJzendijke is, heeft hij besloten dat hij ook volgend jaar weer voor de groep staat.

De oud-keeper van Hoek en Breskens begint komend seizoen dan ook alweer aan zijn vierde seizoen bij de club en heeft de absolute ‘drive’ om overal het maximale uit te halen. Zowel uit de club, als uit zijn eigen carrière.
Na zijn actieve voetballoopbaan als keeper, rolde Knol vanzelf in het vak van keeperstrainer. In eerste instantie nooit met de bedoeling om hoofdtrainer te worden, maar toen hij de kans kreeg om toch eens te snuffelen aan die functie bij het tweede van Breskens, was hij verkocht. Dit beviel hem zo goed dat hij meteen zijn TC3 en TC2-papieren bemachtigde, een keuze waar hij tot op de dag van vandaag nog geen spijt van heeft. “Ik vind het geweldig om mij op te laden voor een wedstrijd, kan niet tegen mijn verlies. Als we verliezen ben ik nog steeds twee dagen chagrijnig, er zit een bepaalde ‘drive’ in mijn lichaam en ik vind het geweldig om tussen die gasten te lopen.” Die gedrevenheid probeert hij niet alleen op zijn spelers over te brengen, maar gebruikt hij ook om zijn eigen ambities als trainer na te streven. “Als speler wilde ik altijd het hoogst haalbare bereiken en dat wil ik ook als trainer. Ik wil kijken hoe hoog ik kan komen, de prestatiedrang is er, maar je hebt ook een beetje geluk nodig.”

Vriendenclub
Na wat omzwervingen bij Breskens en Philippine kwam Knol uiteindelijk bij IJzendijke terecht en tot nu toe lijkt dat een erg gelukkig huwelijk te zijn. “IJzendijke is echt een eenheid, iedereen helpt elkaar waar mogelijk en de klik met de spelersgroep is heel goed. Dat, in combinatie met de potentie die ik zie, heeft mij doen besluiten om er nog een jaar aan vast te plakken.” Voor Knol is die potentie belangrijk, omdat hij, naast plezier in het spelletje, ook heel graag wil presteren. Dit jaar viert de club haar honderdjarig jubileum en daar zou Knol volgend seizoen met zijn selectie graag een nieuw feestje aan toe willen voegen. “De gemiddelde leeftijd van de groep is negentien jaar en ik zie die jongens gewoon elke periode groeien. Als we de groep bij elkaar kunnen houden, wil ik volgend jaar meespelen om het kampioenschap in de vierde klasse!”

Mark Smith voelt zich thuis bij SteDoCo

De 31-jarige Mark Smith is keeper van het naar de Derde Divisie gepromoveerde SteDoCo. Mark gaat zijn tweede seizoen in als keeper van de club. Voor dat hij bij SteDoCo kwam speelde Mark o.a. bij DHC uit Delft, L.M.O. uit Rotterdam & TOGB uit Berkel & Rodenrijs. In de jeugd speelde Mark Smith heeft ook in de A-selectie van Sparta Rotterdam en AGOVV Apeldoorn gezeten. Daar heeft hij voornamelijk achter de “ervaren doelmannen” op de bank plaats genomen.

Buiten het keepen om, was Mark trainer. In de tijd dat hij bij DHC zat, trainde Mark de JO15-1 van DHC. Maar DHC was niet de enige club waar hij trainer was. Ook heeft hij in de tijd bij TOGB enkele teams getraind. Dat waren de volgende teams: de JO19-1, JO17-1 en de JO15-1.

Mark Smith is bij SteDoCo gekomen, doordat Raymond Roos aangaf dat ze een keeper zochten voor het eerste elftal. Zodoende is hij in contact gekomen met SteDoCo. “Na twee gesprekken had ik eigenlijk wel een goed gevoel over de club. Aan de hand daarvan heb ik gekozen om naar SteDoCo te gaan.” Mark twijfelde eigenlijk niet. “De ideeën en gedachten spraken mij aan. Is wel een stukje rijden naar de training, maar heb nog geen moment spijt gehad. Ik zit dagelijks met een glimlach in de auto naar de training toe.”

Mark volgt zijn oude teams natuurlijk nog steeds. “DHC is natuurlijk gedegradeerd naar de Eerste Klasse waar ze gewoon niet thuis horen. Zelfde geld voor TOGB. Die zijn dan niet gedegradeerd, maar spelen wel een klasse te laag (Tweede Klasse). Bij LMO ben ik opgegroeid, dus dat blijf je altijd wel “mijn Club”.” LMO staat op het punt om naar een nieuw complex te gaan. Ik ben benieuwd hoe dat gaat uitpakken en hoe de toekomst voor LMO er dan gaat uitzien, zei Mark Smith.

DHC speelde drie seizoenen geleden voor promotie naar de Derde Divisie, vertelde Mark. Ze speelde tegen Be Quick. DHC verloor uit kansloos met 4-0 van Be Quick. “Op de terugweg hadden wij ook zoiets van: Dit is klaar, we hebben geen kans meer.” Maar het liep anders dan gedacht voor DHC. Ze kregen een enorme boost voor de wedstrijd. “Na 2/3 minuten kwamen we met 1-0 voor en stond het na 90 minuten 4-0 voor ons. Maar toen begon de laatste minuut van de extra tijd. Be Quick vielen voor de laatste keer aan en scoren de 4-1.” Voor DHC was dat we heel erg zuur.

SteDoCo is via de nacompetitie naar de Derde Divisie gepromoveerd. Dus het wordt geen makkelijke klus, zei Mark Smith. “We hebben een sterke spelersgroep als alles klopt. Wij moeten ons gewoon richten op de middenmoot in de competitie. Alles wat extra komt, is alleen maar mooi meegenomen.” In de Derde Divisie zitten grote amateurclubs die in de Tweede Divisie mee kunnen. Alleen de stap maken naar de Divisies is gewoon lastig vanuit de Hoofdklasse, ik denk dat we na vorig seizoen trots mogen zijn dat we dit toch met de smalle selectie van SteDoCo hebben weten te behalen, vertelde Mark.

Afgelopen seizoen is SteDoCo 3egeworden in de Hoofdklasse A. Daarin zitten geen makkelijke ploegen. “Het zijn allemaal ploegen die bekend staan om hun spel. Uiteindelijk is vv Noordwijk kampioen geworden en is Ter Leede als 2egeëindigd.” De doelstelling van de club was om te promoveren, wat ze ook gelukt is uiteindelijk. “Of we kampioen zouden worden of dat we het via de nacompetitie deden, maakte niet uit. Het kampioenschap had een mooie bonus geweest.

Voetbalstage Kerkdriel

Van maandag 30 juli tot en met donderdag 2 augustus organiseert De Voetbalschool een VoetbalStage in Kerkdriel. Deze zal plaats vinden op de accommodatie van v.v. DSC. Tijdens deze vier dagen durende stage zullen de deelnemers trainingen krijgen van professionele trainers van De Voetbalschool. Het thema van deze VoetbalStage is Franse stijl wat betekent dat zowel de trainingen als de voetbalquiz gericht zullen zijn op het Franse voetbal.

Iedere dag worden de trainingen om 10.00 uur gestart en tijdens de ochtendtrainingen ligt de focus op het trainen van de technische vaardigheden. Om 12.00 uur is er een lunchpauze en voetbalquiz. Na de middag worden er wedstrijdvormen gespeeld en in deze wedstrijdvormen kunnen de spelers / speelsters hetgeen wat ze in de ochtend hebben geleerd toepassen. Om 15.15 uur zit de dag erop voor de deelnemers.

Deelname is mogelijk voor jongens en meisjes binnen de categorieën JO7 tot en met JO15. De kosten voor deze VoetbalStage bedragen € 99,- en dit is inclusief Adidas wedstrijdshirt en aandenken. Voor meer informatie en de mogelijkheid tot aanmelden voor deze VoetbalStage kunt gekeken worden op de website van De Voetbalschool.

Be Ready begroet kunstgras

Bij Be Ready functioneert sinds februari een volledig nieuw bestuur met daarin ook de twee voormalig voorzitters Jeroen Stevens en Paul Sengers. 

HANK – Paul Sengers  – hij was in de jaren ‘80-‘90 twaalf jaar voorzitter van de club – houdt zich op verzoek bezig met accommodatiezaken. Jeroen Stevens was voorzitter van 2013 tot 2016 en is in totaal acht jaar bestuurslid. Er zit voor dit gesprek dus wat kennis aan tafel. Stevens: ,,Er stond een belofte van de gemeente Werkendam dat elke voetbalclub in de vijf kernen over een kunstgrasveld moest kunnen beschikken. Wij zijn samen met Dussense Boys als laatste aan de beurt.”

Toen duidelijk werd dat het kunstgrasveld er ging komen, stelde Be Ready ook haar eisen. Een compleet veld met drainage, omheining, tegelpad en verlichting. Intern is besloten dat het hoofdveld in aanmerking kwam om kunstgras aan te leggen. Het tweede veld was geen optie omdat daar hoogspanningskabels onderdoor naar de Kurenpolder lopen. ,,Wij durven het niet aan om daar kunstgras op te leggen”, legt Stevens uit.

Be Ready dient voor de aanleg van een compleet kunstgrasveld inclusief ledverlichting binnen het budget van 500.000 euro te blijven. Sengers: ,,Wij kiezen aanvankelijk voor één verlichtingsarmatuur per mast maar kunnen dat in de toekomst verdubbelen als wij dat nodig achten. Het kunstgras wordt overigens wel afgevuld met kurk wat volgens kenners beter bespeelbaar is dan een infill met rubberkorrels waar in het verleden ook de gezondheidsdiscussie over is ontstaan.” Be Ready blijft overigens beschikken over een hoofdveld met de grootse afmetingen van 105×69 meter. Op 8 mei is door het bedrijf Topsport begonnen met het afgraven van de grond. Volgens planning wordt het veld twee maanden later opgeleverd.

Zelfwerkzaamheid
Be Ready breidt het sportpark tussen de parkeerplaats en het hoofdveld ter hoogte van de middenlijn meteen uit met de bouw van twee extra kleedkamers en een kleedruimte voor de scheidsrechter. Aan de zijde van het veld komt een flinke overkapping, die een soort tribune-idee kan gaan geven. Een flinke groep supporters kan daar straks bij slecht weer droog staan. Er wordt voor de bouw van de kleedkamers veel van de eigen leden gevraagd. Sengers: ,,Zonder zelfwerkzaamheid gaan wij het niet redden. Vanuit het gemeentepotje kunnen wij ongeveer een ton halen. Ik verwacht dat wij 50.000 euro tekort komen maar wij willen dan meteen de fietsenstalling aanpassen en de toegangspoort verleggen. Sengers verwacht dat de nieuwe kleedkameraccommodatie nog dit jaar overeind staat. ,,Dat gaat hopelijk lukken dankzij die grote groep vrijwilligers die Be Ready steunt.”

Door ingrepen van de KNVB is het voetbal veranderd. De jeugdteams spelen wedstrijden op kleinere velden met vier tot zes spelers per team. Dat betekent meer teams op het sportpark, dus meer kleedruimten nodig. Ook bij Be Ready spelen 35+-voetballers op vrijdagavond. Straks komt misschien ook nog het vermaledijde walking football, het zogeheten  loopvoetbal, eraan. Veel ex-voetballers moeten er niet aan denken.

Youk Tak: de stille kracht van Virtus

Hij doorliep alle jeugdelftallen bij de club en staat nu al weer vijf jaar zijn mannetje in het eerste team van Virtus. Youk Tak (23) vervult als ‘stofzuiger’ een belangrijke rol op het middenveld bij de zondag derdeklasser.

Volgens Virtus-trainer Jack Sweres is Youk Tak van onschatbare waarde voor zijn ploeg. De verdedigende middenvelder valt binnen de lijnen vaak niet erg op, maar vormt volgens hem een belangrijke schakel in zijn blauw-witte formatie. “Hij is een beetje de stille kracht van ons team”, zegt Sweres over zijn nummer zes. De persoon in kwestie kan lachen om deze woorden van zijn oefenmeester. “Ik ben inderdaad niet de persoon die de ballen erin schiet of die achterin de aanvallers uitschakelt. Als verdedigende middenvelder loop ik eigenlijk overal en nergens om ballen af te pakken en vervolgens weer in te leveren bij mijn ploeggenoten. Ik ben zeg maar de stofzuiger van het team.”

Tak speelt al zijn hele voetballeven bij de zondagclub uit Zevenbergen. “Ik begon in de F-jes bij Virtus en heb er alle jeugdelftallen doorlopen. Als eerste-elftalspeler heb ik het hier nog altijd erg goed naar mijn zin. Ik ken iedereen bij de club en mijn vrienden voetballen ook hier. We hebben een jong en gezellig team, dat is ook erg fijn. Als spelers hebben we dezelfde hobby’s naast voetballen. Zo houden we allemaal van een goed feestje, al drinken we op zaterdagavond uiteraard met mate”, voegt hij hier lachend aan toe.

Op Sportpark De Meeren wreven ze zichzelf afgelopen zomer eventjes in de ogen nadat de KNVB de competitie-indeling van het nieuwe seizoen bekend had gemaakt. Virtus 1 speelt in district West 2 regio Rotterdam. “Iedereen vindt dit wel jammer hoor. Dit betekent dat we geen derby’s spelen. Zonde, want dat zijn goede wedstrijden voor de baromzet”, zegt Tak. Zevenbergen ligt in een uithoek van Brabant, dus geografisch gezien is de keuze van de KNVB niet heel gek. “Maar ik had liever wat potjes in de regio gespeeld, want het is leuker om tegen bekenden te spelen.”

De indeling in de regio Rotterdam heeft ook voordelen volgens Tak. “We spelen al jarenlang in de derde klasse en willen graag eens promoveren. Misschien is dit wel het seizoen dat het gaat gebeuren. Het niveau in deze regio is naar mijn mening lager dan in de competities met louter Brabantse clubs. Zelf doen we bovenin mee. Ik denk dat we ons kunnen kwalificeren voor de nacompetitie en dan zien we wel wat er mogelijk is.” Gaat Tak zich meer met aanvallen bemoeien om deze doelstelling te bereiken? “Nee hoor”, lacht de nummer zes. “Ik blijf ballen afpakken en lever ze daarna in bij mijn teamgenoten. Dan mogen zij het spel maken.”

Smitshoek: ‘Eigen jeugd is alles voor ons’

Bij Smitshoek is de doorstroming van jeugd cruciaal. Richard Middelkoop, de coach van het eerste team, licht met speler Sean Verburg toe hoe de club te werk gaat. Middelkoop opent met een interessante stelling om de visie van Smitshoek te accentueren. Onlangs besloot de club om niet verder te gaan met Mustapha Ceelen, een oud-prof die als linksback behoorlijk uit de voeten kan. “We hebben op die plaats een jongen die op termijn ook goed kan worden”, vertelt Middelkoop. “Zijn naam is Ramon van der Wal en we willen niet dat zijn doorstroming geblokkeerd wordt, ook al is Ceelen een prima speler.”

In het eerste team van Smitshoek staan zes spelers die de eigen opleiding doorliepen. De eigen kweek, zoals dat vroeger nogal eens in de Panini-albums werd genoemd. Van de 24 selectiespelers van de vereniging is de helft begiftigd met Smitshoek-DNA. “Eigen jeugd is alles voor ons, zij vormt ons handelsmerk”, weet Middelkoop.

Dat talentvolle voetballers de club trouw blijven wanneer zij vanuit de A-jeugd komen, heeft niet te maken met een grote financiële compensatie. Wanneer een talent snel zijn zakken wil vullen, moet hij vooral naar een andere club verkassen. “Wij bieden een goede begeleiding en opleiding en bieden randvoorwaarden die andere clubs vaak niet kunnen bieden”, aldus Mddelkoop. “Als een voetballer in zichzelf wil investeren, doet hij er goed aan om bij ons te blijven. We hebben drie trainers bij het eerste elftal en hebben daarnaast een uitstekende medische staf. Alles is perfect geregeld bij de club, we stoppen veel tijd in de organisatie rondom trainingen en wedstrijden. Het is geen rommeltje bij ons, waardoor de sfeer ook altijd goed is. Uiteindelijk blijken voetballers daar toch erg gevoelig voor te zijn.”

Talentvolle A-junioren mogen op maandag met de selectie meetrainen. Zij profiteren van de kennis van een man als Frank Karreman, een oud-prof die bij Capelle overbodig was maar bij Smitshoek andere verdedigers haarfijn kan uitleggen hoe ze moeten staan om controle over de situatie te krijgen. “We streven een mix na van routine en talent”, weet Middelkoop. “Karreman is een jongen die jongeren graag op sleeptouw neemt en in de wedstrijd scoort hij altijd een zeven in het centrum. Omdat Frank die zeven altijd haalt, kunnen we op de backposities jonge jongens opstellen die soms nog foutjes maken. Zij scoren soms een vijf maar kunnen eens door het ijs zakken omdat Frank dat met zijn constante prestaties compenseert. Per saldo komen we op een voldoende uit.”

De 23-jarige Sean Verburg beaamt de zienswijze van zijn trainer. Als linksbuiten krijgt hij de ruimte om zichzelf te ontplooien. “Smitshoek is een fantastische club”, stelt Verburg. “Ik ben bij deze club begonnen en houd het er voorlopig nog graag vol. Er is een enorme saamhorigheid in de selectie, wat voor een groot deel komt doordat we elkaar allemaal kennen vanuit de jeugd. We gaan ook naast het veld veel met elkaar om. Stappen, een biertje drinken. We gaan met de club ook eten bij Van der Valk.”

Van den Burg is rechtsbenig en daar ligt volgens hem ook zijn kracht. Zoals het de moderne buitenspeler betaamt, komt hij vaak naar binnen om op doel te pegelen. “Ik mag alleen nog wat meer scoren”, is hij zelfkritisch. “Vroeger was dat mijn sterke punt, maar de laatste maanden hapert het nogal. We winnen ook lang niet altijd met Smitshoek, maar spelen soms tegenstanders echt helemaal overhoop met goed positiespel dat het gevolg is van visie. Dat ik daar deel van mag uitmaken, maakt mij erg trots.”

Henk Spelde voelt zich thuis bij RVVH

Vrijwilliger Henk Spelde (57) is al erg lang betrokken bij de club RVVH. Via zijn zoon is hij bij de club RVVH terecht gekomen. Zijn zoon is al twaalf jaar keeper bij het Eerste elftal, die daarvoor al bij enkele andere clubs in de regio heeft gespeeld. Zelf heeft hij vroeger ook gevoetbald, bij het Noorderkwartier.

Henk doet tal van werkzaamheden binnen de club. De inkoop en verkoop van de club wordt geregeld door de voorzitter Mario Papavoine en Henk. Ook wordt het schoonmaken van de kantine en de voorraden geregeld door Henk. Op wedstrijddagen van RVVH regelt hij het beveiligerswerk, wat een zeer belangrijke taak is. Het draaien van de kassa, de kaartcontrole en de controle op het alcoholgebruik moet consequent worden uitgevoerd. Daarom is het fijn dat er vrijwilligers voor aanwezig zijn.

Henk werkt niet in zijn eentje als vrijwilliger bij RVVH. De club heeft een team van vier vrijwilligers die dagelijks op de club te vinden zijn. Zelf is hij de jongste, de andere vrijwilligers zijn rond de vijfenzeventig jaar. Rond half acht zijn ze al op de club te vinden, waar de groep wordt gesplitst in een buitengroep en een binnen groep. Als alle taken zijn uitgevoerd, wat meestal zo’n 4 uur duurt, zit de dag er voor de vrijwilligers op.

Henk hoopt het vrijwilligerswerk nog lang te kunnen uitvoeren. Als hij eventueel een baan zou vinden, zou die nog altijd bij de club betrokken blijven met het doen van vrijwilligerswerk. Voor hem voelt het een beetje als werk: ‘’ik ben echt ergens mee bezig en heb een doel die ik wil laten slagen’’. Versterking is altijd welkom. Zelf vindt hij het niet meer dan normaal dat als je zonder baan zit je iets van vrijwilligers werk doet.

Hij voelde zich meteen thuis bij RVVH. Hij houdt echt van het voetbal, en dan met name het amateurvoetbal. Ook merkt Henk dat het werk wat hij verricht wordt gewaardeerd, wat hem ook weer een bepaalde voldoening geeft. Hij vindt het dan ook niet meer dan normaal dat mensen vrijwilliger worden binnen een club. Mensen die constant schreeuwen langs de lijn dat iets beter moet, daar heeft Henk niets mee. “Je moet niet schreeuwen, maar doen”.

Verder merkt Henk ook op dat als het goed gaat met RVVH, dat er ook meer mensen op de club komen. Voor het volgende seizoen verwacht hij dat het eerste van RVVH goed mee gaat draaien in de eerste klasse.‘’ Misschien kunnen ze wel voor een verassing gaan zorgen, want RVVH heeft een erg uitgebalanceerd elftal’’. Zelf gaat hij ook iedere uitwedstrijd mee, en kijkt hij uit naar het komende seizoen.

Vacature: SC Welberg is op zoek naar een trainer voor de JO15-1.

Voor het komende seizoen zijn wij, SC Welberg, nog hard op zoek naar een trainer voor de JO15-1Dit team van 17 spelers dat volgend jaar zal spelen in de 4e klasse heeft al de beschikking over een coach voor op de zaterdag en assistentie op de trainingsavonden.

Echter zijn wij nog opzoek naar een gemotiveerde trainer die de trainingen oppakt en op zaterdag eventueel ook erbij is om samen met de andere coach en leiders er een mooi seizoen van te maken!
De trainingsavonden zijn nog bespreekbaar, er zal 2 keer in de week getraind gaan worden.

Mocht u vragen of eventuele interesse hebben in deze mooie functie? Dan kunt u contact opnemen met Stephan Jonk via: 06-34297802 of stephanjonk@msn.com.

Vacature: SC Welberg is op zoek naar een trainer voor de JO15-1.

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Ontvang nu ook maandelijkse het laatste nieuws uit het amateurvoetbal in jouw regio.