Home Blog Pagina 31

Dani Gladdines over het seizoen van Vrederust

Voor het eerst in 90 jaar wist Vrederust de derde klasse van het zaterdag te bereiken. In een nek-aan-nek race met VVC’68 kroonden Dani Gladdines (27) en Vrederust zich tot kampioen. Maar krap tien maanden later moeten ze vol aan de bak. ‘Het gaat dit seizoen helaas niet zoals we vooraf hadden gehoopt.’

Waar vorig seizoen voor de aanvaller en zijn ploegmaats de bal vaak net de goede kant oprolde, daar ziet de wereld er voor Gladdines een niveau hoger toch een stuk anders uit. “We hebben in ons kampioensjaar momenten gehad dat de goal alsnog viel op het eind of dat een bal via de binnenkant van de paal erin ging. Nu is het tegenovergestelde het geval en zat het ons op cruciale momenten juist tegen. Daarnaast hebben we ook te maken met een reeks aan blessures en beschikken we helaas over een smalle kern. Dat is dan lastig op te vangen en zo loop je een heel jaar eigenlijk achter de feiten aan.”

Het gebrek aan jeugd is dan volgens Gladdines wel een gemis maar ook een gegeven waar iedereen bij Vrederust vooraf weet van had. “Iedereen die meedoet die zet zich voor de volle honderd procent in, maar tegen heel sterke ploegen en tegen clubs waar wel geput kan worden uit jeugdelftallen die op niveau spelen kom je dan tekort. Geen schande maar realiteit. Voor ons is het zaak om elke week te proberen het maximale eruit te halen en hopen dat we op die manier met vechtlust en mentaliteit nog wat punten pakken.”

In de huidige competitie ziet de geboren Tholenaar twee teams die er in zijn ogen echt bovenuit steken met DVV’09 en Klundert. “Ook koploper Halsteren is gewoon heel stabiel en dan zie je dat je daarmee heel ver kunt reiken. Die stabiliteit die missen wij dit seizoen. We zijn een paar keer écht door de ondergrens gezakt zoals tegen DVV’09, Klundert en ook Bruse Boys. Het is niet dat we geen kansen krijgen, maar we maken er dit jaar gewoon te weinig.”

Gladdines groeide op bij Tholense Boys en speelde daarna onder meer een aantal seizoenen bij RKVV Halsteren, waarna hij terugkeerde bij Tholense Boys. De laatste drie seizoenen draagt hij het shirt van v.v. Vrederust. Toch heeft hij sportief gezien al jarenlang een belemmering die er voor kortere of langere periodes voor zorgt dat voetbal even op een lager pitje staat. Noodgedwongen. De oorzaak? Een zeldzame variant van de auto-immuunziekte SLE. “Dat speelt al sinds mijn achttiende ongeveer maar een paar jaar geleden werd het heftiger. Ik kreeg allerlei klachten en vooral gewrichtspijnen. Toen ging in de medische molen in en ben in verschillende ziekenhuizen helemaal binnenstebuiten gekeerd. Een verschrikkelijke periode, waarbij ik niet of nauwelijks iets kon. De afgelopen twee seizoenen heb ik alles gespeeld en in het kampioensjaar had ik een mooi aandeel, dat koester ik en pakt niemand me af.”

Dit seizoen is de bijdrage van de rechtsbuiten een stuk beperkter. “Ik heb nu maar vijf of zes duels gespeeld en is heel frustrerend. Net nu de ploeg elke speler hard nodig is stak de ziekte weer de kop op. Het is de grilligheid en moet het nu per week bekijken. Voetbal is leuk, maar een goed en gezond leven is belangrijker met voldoende energie om er ook thuis te zijn voor het gezin. Maar hopelijk kan ik dit seizoen nog van waarde zijn voor Vrederust. Alles wat ik nog kan en mag spelen is winst.’’

Klik op v.v. Vrederust voor de laatste artikelen over de club.
Klik op v.v. Vrederust voor meer informatie over de club.

Vivoo is blij dat herontwikkeling van het sportpark gaat beginnen

Bij de Huijbergse voetbalvereniging Vivoo zijn ze bij dat er in juni eindelijk begonnen gaat worden met de herontwikkeling van hun sportpark en de nieuwbouw. In eerste instantie zouden er twee nieuwe kunstgrasvelden komen, maar dat worden er nu anderhalf. Daarnaast worden ook de kleedruimtes en kantine volledig nieuw gebouwd. ‘We zijn blij dat het er na jaren nu echt van gaat komen. De velden waren op en de club was er gewoon aan toe’, zegt voorzitter Rob de Rond.

“De herontwikkeling speelt al ruim vijftien jaar. Er waren altijd plannen en ideeën. Van verhuizen naar een andere locatie tot de aanleg van twee volwaardige kunstgrasvelden. Het heeft het allemaal niet gehaald, maar toch hebben we altijd hoop gehouden dat er iets moois zou uitrollen voor de club. En gelukkig heeft de lange adem effect gehad en gaan ze nu in juni eindelijk starten.”

Doordat de andere locatie natura2000 gebied bleek te zijn moest het dus uiteindelijk toch gebeuren op de huidige plek aan de Veenbes. “Wekelijks heb ik intensieve overleggen gehad met allerlei instanties, bedrijven, omwonenden en gemeente. Dat was tijdrovend en heeft veel gevraagd van een groep mensen die een warm hart hebben voor de club.  Het huidige wedstrijdveld wordt een halve slag gedraaid en achter het veld komt nu een trainingsveld waarop wel competitiewedstrijden voor de jeugdteams kunnen worden gehouden, maar niet voor de seniorenelftallen. Beide velden worden voorzien van verlichting dus dat maakt de mogelijkheden ook een stuk groter.”

Bovendien is de voorzitter blij dat beide velden toch kunstgras worden. “Absoluut. Het trainingsveld was al tijden afgekeurd qua kunstgras en het hoofdveld moest ook dringend worden vervangen. Het betekent dat we nu, ongeachte de wisselende weersomstandigheden de velden altijd kunnen gebruiken om te trainen en wedstrijden te spelen.”

Wat eveneens dringend aan vervanging toe was, dat waren de gebouwen op het complex zoals de kantine, kleedkamers en de bestuurskamer. “Die zijn niet meer van deze tijd, had last van lekkages en was ook niet duurzaam. We hebben daarvoor Bouwmanagement Van Velthoven ingeschakeld om een mooi ontwerp te maken. Daar is BMVV zeker in geslaagd waardoor we een prachtige kantine, zes gloednieuwe kleedkamers en een ruime bestuurskamer krijgen. De bouw daarvan zal in het najaar van 2024 starten en een klein jaar in beslag nemen.”

Het geheel aan werkzaamheden zorgt ervoor dat 250 leden die de club rijk is voor een jaar zullen moeten uitwijken naar andere verenigingen in de gemeente Woensdrecht. “Niet ideaal maar daar zullen we onze weg in moeten vinden met z’n allen. Gelukkig hebben we goede contacten met de omliggende clubs en we zijn blij dat ze ons daarin willen helpen. Het gaat dan met name om het spelen van wedstrijden, want de trainingen blijven we wel zoveel als kan doen hier bij Vivoo. Dat moet kunnen, want met de aanleg van de velden wordt gestart in juni en gaat zo’n drie maanden duren.”

De kosten die gemoeid zijn met de totale metamorfose is flink. Voor de velden moet 1,5 miljoen worden afgerekend, terwijl de kosten van de nieuwe gebouwen is beraamd op 1,3 miljoen. “Dat is fors, maar het is ook iets waarmee we weer een flink aantal jaren vooruit kunnen. De gebouwen laten we doen in eigen beheer en daarvoor schakelen we lokale bedrijven en sponsoren van Vivoo in. Zo krijgt de nieuwe nog een extra blauw Vivoo-tintje mee. Alle inspanningen hebben bloed, zweet en tranen gekost maar als het eenmaal klaar is dan krijgen we er tegen eind 2025 echt iets heel moois voor terug.”

Klik op Vivoo voor meer artikelen over de club.
Klik op Vivoo voor meer informatie over de club.

Casper Theunissen is bij SPS jeugdcoördinator, bestuurslid én speler

Al vijftien seizoenen loopt Casper Theunissen rond op het sportcomplex van SPS. Bij de club, volgend seizoen uitkomend in de vijfde klasse is de twintigjarige CIOS-student niet alleen speler bij het tweede elftal, maar bovendien ook jeugdcoördinator en bestuurslid. ‘Op deze manier wil ik graag mijn steentje bijdragen voor de club.’ 

Wat voor Theunissen vanuit zijn CIOS-opleiding begon als een stageproject, daar is hij inmiddels bezig aan zijn tweede seizoen als zelfstandig jeugdcoördinator. Net direct een rol die voor de hand ligt op een zo jonge leeftijd. “Misschien niet nee, maar inmiddels is iedereen er wel aan gewend gelukkig. Het was voor mij ook wel fijn dat ik destijds een jaar heb meegelopen met Anco van de Werf. Die gaf aan ermee te willen stoppen en heeft me wegwijs gemaakt. Sinds twee jaar doe ik het nu zelfstandig en het gaat me wel goed af denk ik. Het is leuk om met jeugd bezig te zijn, om de boel op de rit te zetten en de coördineren. In het verleden heb ik wel al vanuit mijn Uefa-C opleiding stagegelopen als jeugdtrainer bij de club, maar dit is toch nog wel even wat anders haha.”

Contact met en aanspreekspunt zijn voor de ouders, zorgen dat alle teams binnen de jeugdafdeling goed zijn voorzien van kader en van voldoende spelers, dat is vooral het takenpakket van de jeugdige SPS-er. “Ik dacht in eerste instantie altijd dat het een flinke rol zou zijn waaraan je heel veel tijd kwijt bent. Maar in de praktijk valt het gelukkig mee. Nou moet ik ook zeggen dat we een prima groep vrijwilligers hebben en dat helpt natuurlijk wel mee. De secretaris zegt altijd ‘de club is van ons allemaal’ en zo is het precies. Als iedereen een stukje voor zijn of haar rekening neemt, dan is het voor iedereen behapbaar en dat blijkt perfect te werken bij ons.”

Vanuit zijn rol heeft Theunissen, die doorgaans dus als speler actief is bij het tweede elftal van de club, ook zitting in het bestuur. “Ik denk dat ik waarschijnlijk wel één van de allerjongste bestuursleden zal zijn die hier in de buurt actief is. Het is wel mooi om te zien dat het hier binnen onze vereniging een aanzuigende werking heeft. Want steeds meer jongere leden zetten zich in voor de club. Dat varieert van het fluiten van jeugdwedstrijdjes tot het actief deelnemen in de activiteitencommissie bijvoorbeeld. Dat is in mijn ogen een goede ontwikkeling en zeker ook noodzaak om de boel zo lang mogelijk overeind te houden en daarmee de leefbaarheid te waarborgen voor de toekomst.”

Het regelwerk, de telefoontjes en alle andere zaken vallen op het takenbordje van de inwoner van Poortvliet, die op zijn vijfde lid werd bij de club. En op zaterdag is hij al van heel vroeg in de ochtend op de vereniging paraat. “Iedere zaterdag zet ik de veldjes uit waarop de teams hun jeugdwedstrijdjes spelen ik vind het ook niet meer dan normaal dat ik bij alle ploegjes geregeld mijn gezicht laat zien. Dat is ook wel zo leuk voor de spelertjes en ook richting de ouders. En het is ook echt heel erg leuk om al die enthousiaste en fanatieke koppies lekker te zien voetballen.  Stiekem ben ik ook best wel trots dat ik al op  zo’n jonge leeftijd deze rol mag vervullen bij de club en dat ik van de mensen ook het vertrouwen en de waardering krijg en voel. Op die manier ben ik ook een beetje medeverantwoordelijk dat we de jeugd op het dorp behouden en er hopelijk op termijn weer wat jeugdspelers doorstromen naar onze seniorenafdeling.”

Klik op SPS voor de laatste artikelen over de club.
Klik op SPS voor meer informatie over de club.

 

Seizoen voor Halsteren zondag geslaagd na winnen tweede periode

Een ijzersterke reeks wedstrijden leverde voor RKSV Halsteren de winst in de tweede periode op. Tot tevredenheid van middenvelder Jeroen Beerendonk. ‘Sindsdien hebben we overigens te weinig punten behaald dus het is zaak snel weer het goede gevoel te krijgen.’

Beerendonk is, de langst dienende speler in de selectie van de immer ambitieuze geelhemden en momenteel bezig aan zijn tiende seizoen in de hoofdmacht van de zondagtak bij Halsteren. “Samen met Thomas van der Spek en aanvoerder Jelle Vromans speel ik er inderdaad het langste. Dat zegt in mijn geval ook wel iets over hoe goed ik het hier naar mijn zin heb. Ik speel wekelijks en heb gelukkig, ook dit seizoen weer, nog altijd mijn waarde voor het elftal. Per seizoen ben ik als defensieve middenvelder meestal wel goed voor tussen de vijf tot acht goals. Inmiddels heb ik er zeven gemaakt, dus over dat aspect ben ik zeker tevreden. Al ben ik, zeker na de winterstop, net als de rest van de ploeg jammer genoeg niet wekelijks constant geweest.”

Sinds de ploeg van trainer Erwin de Nijs, die eerst zou vertrekken maar toch volgend seizoen tot vreugde van Beerendonk alsnog blijft, de periodetitel pakte is de klad er wat ingekomen. “Dat ligt totaal niet aan de situatie met de trainer overigens, want daarover zijn we heel tevreden. Toen we hoorde dat Erwin wilde vertrekken om plaats te maken hebben Thomas, Jelle en ik de ploeg bij elkaar geroepen en hebben we bij het bestuur aangegeven graag met Erwin door te gaan. Hij geeft goede trainingen, communiceert perfect met de groep, heeft een prima visie en altijd een goed strijdplan. Dat we nu in de middenmoot staan ligt voornamelijk bij ons als groep omdat we gewoon te weinig hebben gebracht de laatste maanden. Gelukkig heeft het bestuur naar ons geluisterd en hebben we ook Erwin weten te overtuigen, want voor deze groep werkt zijn aanpakt perfect.”

De ‘box tot box’-middenvelder is inmiddels achtentwintig, maar dus al tien seizoenen één van de sterkhouders van de ploeg nadat hij overkwam van De Fendert uit zijn woonplaats Fijnaart. “Het eerste jaar speelden we toen eerste klasse en werden kampioen. Sindsdien speel ik hier altijd op hoofdklasse- en Vierde Divisieniveau. Het zou natuurlijk erg leuk zijn als het ooit zou lukken om die Derde Divisie te bereiken. We zijn er al een paar keer dichtbij geweest.”

Nadat de ploeg zich al snel had veilig gespeeld en ook het kampioenschap uit het zicht was, had Halsteren volgens Beerendonk niet direct meer iets om te spelen na het veroveren van de periodetitel. “Dat is een slecht excuus maar zoiets sluipt dan blijkbaar toch in de ploeg. We hebben een aantal duels écht slecht gespeeld en niet gebracht wat we kunnen. Daar speelt ook dat we veel blessuregevallen hebben en dus steeds met andere spelers moeten voetballen. Ook geen excuus, maar wel verklaarbaar. Toch is het zaak om weer het goede gevoel van eerder dit seizoen terug te pakken, want we beschikken over een ploeg met heel veel talent en kwaliteit. Als we dat op juiste moment weer laten samenkomen dan weet je nooit welke krachten er vrijkomen in zo’n extra reeks wedstrijden. Dat we een periode zouden pakken hadden we vooraf niet gedacht, dus maakt het seizoen sowieso al geslaagd.”

Klik op Halsteren voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Halsteren voor meer informatie over de club.

Damian van Haaften beleeft bij Smerdiek seizoen met dubbel gevoel

Een voetbalseizoen met een dubbel gevoel, zo kan het voetbaljaar voor keeper Damian van Haaften van SV Smerdiek het best worden beschreven. De sluitpost debuteerde in het eerste elftal van zijn club, maar degradeerde in zijn debuutseizoen met zijn ploeg naar de nieuw de vormen vijfde klasse. ‘Mooi dat ik nu de kans krijg, maar heel jammer dat we het uiteindelijk niet hebben gered.’

Van Haaften kijkt niettemin voor zichzelf wel terug op een goed debuutjaar als opvolger van de gestopte Jerrol Laurman. “Jerrol had natuurlijk een brok aan ervaring en was een keeper die verbaal ook altijd enorm aanwezig was qua coaching. Dat zijn zaken waar ik nog heel veel in moet groeien, maar gaandeweg denk ik wel dat dit aspect ook beter wordt. Zelf heb ik me als keeper dit seizoen voldoende kunnen laten zien, want in de wedstrijden die we hebben gespeeld heb ik genoeg te doen gehad…. De eerste wedstrijden had ik wel last van spanning, maar dat lijkt me ook niet heel erg raar als je vanuit de JO19 de stap maakt naar de senioren en dan direct de kans krijgt onder de lat.”

Dat Van Haaften nu met keepershandschoenen in het eerste elftal van zijn club zou staan, daar had hij zes jaar geleden zelf geen seconde rekening mee gehouden. “Nee helemaal niet zelfs want toen voetbalde ik nog gewoon. Ik kreeg echter last van een hardnekkige knieblessure en de specialist gaf toen te kennen dat voetballen een te groot risico zou worden qua belasting van de knie. Toen ik vroeg naar alternatieven om te blijven sporten zei hij me dat ik wel kon proberen om te gaan keepen. Dit vanwege de iets mindere belasting qua lopen. Dat heb ik toen gedaan en dat bleek goed te gaan. Sinds die tijd keep ik en dat bevalt me wel.”

Vanaf de JO17 kreeg hij keeperstraining van Aad van Meenen, Rienie Moerland en zijn oom Corné van Haaften. Dankzij hen maakte hij een mooie ontwikkeling door in zijn nieuwe rol op het veld. “Elke training en wedstrijd leer ik nu nog nieuwe dingen. De tips en tricks probeer ik zoveel mogelijk te absorberen en toe te passen. Het is een gegeven dat ik de basistechnieken van het keepersvak nooit heb geleerd en die nu in een soort ‘spoedcursus’  onder de knie moet krijgen. Toch gaat het steeds beter en daardoor groeit natuurlijk ook mijn vertrouwen. De wedstrijden zijn voor mij daarin nog altijd de belangrijkste leermomenten, want dan moét je er gewoon staan. Het mooie is dat je als keeper het spel voor je hebt en dus goed kunt observeren hoe een wedstrijd verloopt.”

Daardoor zag Van Haaften het dit seizoen bij de vierdeklasser ook meer dan geregeld misgaan voor zijn neus. “We kregen elke week wel voldoende kansen, maar scoorden gewoon te weinig en gaven soms te simpel de kansen en goals weg. Dan weet je dat je het lastig krijgt in een competitie waarin toch een aantal heel sterke teams tegenover je staan. Toch hadden we gehoopt om de dans te kunnen ontspringen maar helaas is dat niet gelukt.”

Met een verjongde selectie zal Smerdiek dus moeten proberen om vanuit de vijfde klasse weer de weg omhoog te gaan vinden.  “Veel jonge jongens, waaronder ook ikzelf zijn doorgeschoven en nieuw met seniorenvoetbal. We moesten vooral wennen aan het fysieke aspect. Het doel was om boven de streep te eindigen maar in die missie zijn we niet geslaagd. Blij ben ik wel met mijn debuutseizoen en de kansen die ik nu krijg als eerste keeper. Hopelijk kunnen we vanaf komend seizoen weer terug omhoog kijken.”

Klik op SV Smerdiek voor de laatste artikelen over de club.
Klik op SV Smerdiek voor meer informatie over de club.

Stijn van der Kroon en Halsteren zaterdag winnen titel in derde klasse

Ooit zette Stijn van der Kroon (21) zijn eerste stapjes op het voetbalveld in de F11 van RKVV Halsteren. Zestien jaar later wint hij met Zaterdag 1 het kampioenschap in de 3e Klasse B. ‘We wilde gaan voor een periode en een plek in de middenmoot maar dat doel hebben we maar bijgesteld.’

De jeugdige verdediger is dus al heel wat jaren drie keer per week op Sportpark De Beek te vinden en voelde nooit de behoefte elders te gaan spelen. “Ik ben hier als klein ventje ooit begonnen in de F’jes nadat ik mijn zwemdiploma A had gehaald. Dat heb ik in sneltreinvaart gedaan, want eerder mocht ik niet op voetbal haha. Vanaf de E-pupillen heb ik daarna altijd in de selectieteams gespeeld tot ik enkele seizoenen geleden een paar keer mocht meetrainen met de Zondag 1. Al snel bleek dat daar voor mij de kansen heel klein zouden zijn, omdat het niveau daar voor mijn gewoon te hoog was. Ik besloot daarop om bij het zaterdagteam aan te sluiten en dat was de beste keus die ik heb kunnen maken. Want ik voetbal vooral om wekelijks ook zoveel mogelijk minuten te maken en die kansen waren daar veel groter.”

In het elftal ziet Van der Kroon zichzelf steevast terug in de basisformatie van de trainers Erik van der Giesen en Anton Verweij. “We wilden in eerste instantie gaan voor middenmoot een meedoen om een periodetitel. Die pakten we begin maart en toen hebben we de blik omhoog gericht.”

In het dagelijks leven pendelt hij tussen Halsteren en Rotterdam waar hij aan de Erasmus Universiteit een master Finance & Investment volgt. “Dan is voetbal een heerlijke manier om je energie kwijt te kunnen en daar geniet ik altijd optimaal van. Het is mijn tweede jaar bij de senioren en merk in alles dat ik nog steeds mezelf ontwikkel. Ik krijg vertrouwen van de staf en speel vrijwel alles. In het verleden was ik altijd middenvelder, maar nu als linksback zie en voel ik de progressie. In het verdedigen, in het kiezen van de juiste momenten ook om mee in te schuiven naar voor. Conditioneel kan ik het aan en ook fysiek sta ik mijn mannetje dus dat ik wel prettig. Het is een geweldig team om in te voetballen en alle puzzelstukjes zijn gewoon dit seizoen in elkaar gevallen.”

Weinig blessures en een kwalitatief goede selectie die na het vertrek van wat ervaren krachten werd aangevuld met vooral jonge spelers. “Dat is ook goed uitgepakt gelukkig. Iedereen knokt voor elkaar en dat zag je groeien gaandeweg het seizoen. Voor volgend jaar komen er een aantal nieuwe spelers bij en zorgt voor extra concurrentie. Dat houdt iedereen scherp.”

Het kampioenschap past ook prima in het beleid van de club dat jaren geleden werd gestart met de zaterdagtak om zodoende als een perfecte brug te kunnen dienen tussen jeugdafdeling en het zondagelftal. “Die stap was altijd gigantisch en heb ik zelf ook ervaren. Nu merk ik geleidelijk aan mee te groeien naar een hoger niveau en dat kan ideaal zijn om de stap te maken. Zelf heb ik nu niet meer direct die ambitie omdat ik hier op mijn plek zit. Ik speel wekelijks en dat was wat ik wilde. Zoveel mogelijk voetballen op een zo mooi mogelijk niveau. Daar zijn we met z’n allen hard op weg naartoe.”

Klik op Halsteren voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Halsteren voor meer informatie over de club.

‘We hebben dit seizoen als ploeg teveel domme punten verloren’

Met een aantal sterke ploegen die allemaal in aanmerking wilden komen voor promotie en het kampioenschap wist Jim Kanters dat Prinsenland bijna wekelijks top moest zijn om mee te kunnen strijden. Dat lukte soms wel, maar te vaak ook niet volgens de aanvaller/ middenvelder. ‘We hebben teveel domme punten verloren en dat is doodzonde.’

Sinds 2018 komt Prinsenland uit in de derde klasse, nadat het in 2012 als fusieclub tussen DIVO en Dinteloord nog begon als eersteklasser. Toen was Kanters negen jaar oud en was het zijn doel om ooit een rol te vervullen in het eerste elftal. “Dat lukte me toen ik een jaartje of vijftien was, ik bij de selectie kwam en geregeld mee mocht doen. Maar pas sinds vorig seizoen ben ik ook echt basisspeler. Daar geniet ik van ik vind het geweldig om voor deze mooie club te mogen spelen.”

Waar Prinsenland elk seizoen volgens Kanters goed uit de startblokken schiet, sluipt er gaandeweg dan toch vaak een soort nonchalance in het spel. “Dat is niet goed en daardoor lopen we uiteindelijk achter de feiten aan. We denken te makkelijk en soms lijkt het alsof we proberen om op zestig procent wedstrijden te winnen. Dat werkt met de teams in onze competitie natuurlijk niet en dan loop je regelmatig tegen zeperds op. Nu moeten we achtervolgen en hopen dat tegenstanders nog fouten maken, terwijl we zeker in mijn ogen voetballend gezien mee moeten kunnen doen.”

Vooral na de winter was het in de ogen van de flankaanvaller veel te wisselvallig. “We winnen thuis van DVV’09 en De Jonge Spartaan, maar verliezen ook van Alliance. Gaan er uit dik af tegen DVV’09 en spelen gelijk tegen koploper Halsteren. Dus we kunnen ons zeker meten met de topteams maar dan moeten we wel vanaf de start scherp zijn en er vol de focus op hebben. Kwaliteit is er voldoende, maar mentaal is het nog te grillig bij velen. En dat moeten we eruit zien te krijgen willen we in de toekomst een stap voorwaarts kunnen maken.”

Want dat er ambitie aanwezig is bij de gewezen eersteklasser, dat moge duidelijk zijn. Kanters kan zich wel vinden in die ambitie van de club en hij hoopt ook dat het ooit bewaarheid wordt. “Ik zit hier prima op mijn plek en onze trainer Natalino Storelli blijft nog minstens drie seizoenen. Hij heeft aangegeven dat hij de ambitie heeft om ons als groep terug te brengen naar de tweede klasse. Daar wil ik graag bij zijn en proberen om mijn bijdrage aan te leveren.”

Waar Storelli de snelle Kanters veelal op ‘tien’ laat spelen, heeft de jongeling zelf een voorkeur voor een rol als linksbuiten. “Daar denk ik met mijn snelheid en onvoorspelbaarheid van grotere waarde te zijn en voel ik me ook vrijer als speler. Maar de trainer is degene die beslist en probeer de rol die ik krijg van hem zo goed mogelijk te vervullen. Daarom baalde ik wel dat ik er vanwege een keelontsteking en operatie aan mijn amandelen een lange tijd uitlag. Dan sta je aan de kant en kan je niks doen. Op die momenten merkte ik pas hoeveel voetbal voor mij betekent en ga je beseffen dat het toch wel mooi is om wekelijks op een mooi niveau in een eerste elftal te kunnen en mogen spelen. Ik ben gelukkig weer fit en hoop mezelf als Prinsenland-speler de komende jaren nog te blijven doorontwikkelen.”

Klik op vv Prinsenland voor de laatste artikelen over de club.
Klik op vv Prinsenland voor meer informatie over de club.

Oud-doelman Dennis Uijl nu keeperstrainer én voetballer bij Tholense Boys

Met een rijk verleden als doelman en een bak aan keeperservaring kwam Dennis Uijl twee jaar geleden binnen bij Tholense Boys. Niet om er te strijden voor een plek onder de lat, maar om te gaan voetballen bij Tholense Boys 4. Inmiddels is hij ook keeperstrainer bij de selectie en geeft hij één keer per week training.

“Dat is enorm leuk om te doen en ik probeer om de ervaring die ik in het verleden heb opgedaan als keeper nu over te brengen op de keepers van de selectie. Ik woon inmiddels met mijn vrouw, die uit Tholen-stad komt en onze twee kleine kinderen in een nieuwbouwwijk achter sportpark De Bent, ideaal dus ook.”

Via de jeugd van SPS, RBC en Halsteren kwam Uijl via Halsteren zondag terecht bij VVC’68. Daarna volgde nog v.v. GOES en SV Dosko. Daar kreeg Uijl te maken met serieuze heupklachten en moest hij noodgedwongen de handschoenen aan de wilgen hangen. Voetballen lukt echter nog wel en zodoende is hij bij een groep vrienden in het vierde elftal van Tholense Boys gaan spelen. “Leuk om op deze manier toch nog van het voetbalspelletje te kunnen genieten en gelukkig hebben we met Sander Nagtegaal een prima keeper daar onder de lat staan. Ik ben nu vijfendertig en dan is het van de ene kant jammer dat ik niet meer kan keepen, maar om met vrienden nu puur voor de gezelligheid toch nog lekker een balletje te kunnen trappen dat geeft veel voldoening.”

Toen ze uiteindelijk bij de club op zoek waren naar een keeperstrainer was de optelsom ook heel snel gemaakt. “Vanuit de club werd mijn naam geopperd en heb toen een paar goede gesprekken gehad met hoofdtrainer Leon de Witte en het bestuur. Heb direct ook aangegeven dat ik best één avond per week de keepers voor mijn rekening wilde nemen en niet meer dan dat. Want met een drukke baan en een gezin met jonge kinderen zijn de vrije uurtjes spaarzaam. Dat was prima en zodoende ben ik ook in de rol van keeperstrainer terecht gekomen en dat loopt lekker. Het enige jammere is dat we met het vierde op zaterdag nagenoeg altijd op dezelfde tijd spelen als het eerste elftal dus David écht aan het werk zien lukt vaak niet helaas. Toch krijg ik wel voldoende mee hoe het is gegaan en gezien hij de minst gepasseerde goalie is van de competitie, gaat het vrij aardig haha.”

Waar het eerste elftal promoveert naar de derde klasse, daar zit er voor Tholense Boys 4 zeker geen kampioenschap in. “Nee verre van haha. We hebben een groep jongens die allemaal prima kunnen ballen, maar we trainen niet dus dat breekt ons af en toe tegen jongen honden wel eens op. Maar dat mag de lol tijdens wedstrijden niet drukken. We proberen te gaan voor de winst maar niet te koste van alles en al zeker niet van ons spelplezier.”

Dus ondanks de heupklachten als keeper, is het overbrengen van zijn ervaring als keeperstrainer en het heerlijk ‘ballen voor de lol met maten’ de nieuwe voetbalinvulling die Uijl nog even hoopt vol te houden. “Het trainerschap kost niet extreem veel tijd en ik heb lol in wat ik doe nu. Bovendien heb ik geen pijn en dat is me ook heel veel waard terwijl ik de hobby kan blijven uitoefenen waarvan ik het meeste geniet. Wat wil je dan nog meer?”

Klik op Tholense Boys voor meer artikelen over de club.
Klik op Tholense Boys voor meer informatie over de club.

Vaste basisplaats is voor Julian de Heer bij NOAD’67 hét sportieve doel

Het belangrijkste doel was voor NOAD’67 primair om bij de bovenste zes teams in de competitie te eindigen. Die missie is geslaagd al had men, zeker toen men als tweede de winterstop inging, gehoopt kans te maken op meer dan een plek in de subtop. 

In de 4e Klasse D van het zaterdagvoetbal was er, net als in veel andere competities, sprake van een duidelijke tweedeling qua niveau. “Er zat een flink gat tussen de linker- en de rechterrij en daarom hadden we vooraf gehoopt dat we langer een rol bovenin konden vervullen. Maar doordat we toch te maken kregen met flink wat blessures en daardoor bepalende spelers langere tijd niet beschikbaar waren had dat jammer genoeg invloed op de resultaten.”

Voor De Heer was de afwezigheid van basiskrachten juist een kans om zichzelf te profileren en te laten zien dat hij toch meer is dan een ideale twaalfde man. “Ik sta niet wekelijks in de basis en dat is wel eens balen natuurlijk. Want iedereen wil graag zoveel mogelijk minuten maken en wedstrijden spelen. Van origine ben ik eigenlijk middenvelder, maar bij ons is daar de concurrentie dusdanig groot dat ik voornamelijk mijn kansen moet pakken als linksback. Ik maak gelukkig wel elke week mijn minuten maar hoop uiteindelijk toch wel meer te mogen worden dan invaller of basiskracht bij afwezigheid van anderen.”

Toch zal hij als echte Fliplander nooit zeuren of zaniken dat hij niet speelt. “Nee joh, daar heb je niks aan. Ik geniet van elke minuut speeltijd die ik krijg van de trainer en hoop hem daarin te overtuigen dat ik in de basis hoor. Maar ik ben ook realistisch genoeg om te weten dat andere wellicht meer voetballende kwaliteiten hebben dan ik die het vooral van inzet en werklust moet hebben. Op trainingen en op de momenten dat ik speelkansen krijg doe ik mijn stinkende best voor de ploeg en de club en meer kan ik niet doen.”

De 25-jarige De Heer is al twintig jaar lid bij de club en maakt sinds vijf jaar vast deel uit van de selectie. Een wekelijkse basisplaats heeft hij echter nog altijd niet weten te veroveren. “Dat knaagt wel eens, maar van de andere kant ben ik blij om speler van NOAD’67 te zijn. Mijn vrienden voetballen er en ik kijk er nog altijd wekelijks naar uit om wedstrijden te spelen en te gaan trainen. Doordeweeks heb ik een kantoorbaan, dus dan is het heerlijk om na een dag op kantoor heerlijk op het voetbalveld mijn energie kwijt te kunnen. Doordat ik in de ogen van de trainer veelzijdig inzetbaar ben dan weet ik vooraf niet óf ik speel en op welke positie. Nadeel is soms wel eens dat je niet altijd even constant bent in je prestaties omdat je soms moet schakelen qua positie in het veld. Maar daarin hoop ik nog de nodige stappen te zetten.”

Voor de toekomst is de ambitie bij De Heer meer dan duidelijk: een vaste basisplaats veroveren in het elftal. Dat kan hij dan doen bij de nieuwe trainer Peter van Poortvliet die tussen 2001 en 2025 ook al werkzaam was bij NOAD’67. “Dan begint iedereen weer op nul en dat geeft weer nieuwe kansen, ook voor mij. Want ik denk zeker dat ik als basiskracht voor dit team van waarde kan zijn en daar ga ik ook alles voor doen om dat te realiseren.”

Klik op NOAD’67 voor meer artikelen over de club.
Klik op NOAD’67 voor meer informatie over de club.

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Ontvang nu ook maandelijkse het laatste nieuws uit het amateurvoetbal in jouw regio.