Home Blog Pagina 1319

Openingsdag DKS’17

DKS’17 is een SVO uit Oost Zeeuws-Vlaanderen, die ontstaan is uit een samenwerking tussen de dames- en meisjes teams van V.V. Steen en RKVV Koewacht. In het begin was het natuurlijk wel even wennen, maar de klik is er ondertussen en het samenspel is ook een stuk beter. De doelstelling van DKS’17 is het in stand houden en verder ontwikkelen van het vrouwenvoetbal in Oost-Zeeuws-Vlaanderen.

De samenwerking kwam als redding voor beide teams. Het team van V.V. Steen telde zestien speelsters, maar door blessures en een zwangerschap waren er soms extra speelsters nodig. Die extra speelsters kwamen van RKVV Koewacht, maar ook Koewacht had soms speelsters nodig. Die kwamen dan weer vanuit V.V. Steen. De bundeling van krachten is uitgelopen tot de oprichting van DKS´17.

Om dat te vieren wordt op 29 september het officiële bestaan van DKS’17 gevierd. Dit wordt gedaan door een openingsdag plaats te laten vinden op locatie van Sportpark ’t Steen. Op die zaterdag spelen alle vier de teams van DKS’17 thuis. Tevens zullen de tenues gepresenteerd worden en de teamfoto’s worden gemaakt. De dag zal feestelijk afgesloten worden door middel van een feest met DJ!

We hopen dat dit samen met iedereen een geslaagd feest gaat worden!
Boven dit bericht en op de Facebookpagina van DKS´17 is het programma van deze dag te vinden. https://www.facebook.com/events/1996853017062754/

‘Advendo is een kleine, maar hechte club’

De laatste jaren liep het ledenaantal van Advendo flink terug. De club uit Hoge Vucht baalt van die ontwikkeling, maar bestuurslid René Messersmid blijft optimistisch over de toekomst. “We maken er het beste van en hopen dat meer jeugdspelers de weg vinden naar ons sportpark.”

Maar liefst vier dagen in de week is René Messersmid te vinden bij Advendo. De Bredanaar bekommert zich bij de roemruchte club om de seniorenteams van de vereniging, maar dat is niet de enige taak die hij uitvoert op sportpark Het Kadijkje. Op deze zaterdagmiddag is hij assistent-scheidsrechter bij het duel dat de JO13-1 speelt tegen Baronie JO13-6 en amper twee uur later is hij de leidsman van het duel Advendo 2-SV Capelle 3. “Verder ben ik op zondag assistent-scheidsrechter bij ons eerste team en ben ik de leider van Advendo 3, waarin mijn zoon speelt. En op dinsdag en donderdagavond ben ik aanwezig bij de trainingen van de selectie om onze hoofdtrainer te helpen”, vertelt Messersmid in de kantine van de Bredase club.

Net als zoveel vrijwilligers kwam hij bij Advendo terecht toen zijn zoon zich aanmeldde bij de voetbalvereniging. “Ik ben een betrokken ouder. Toen ik merkte dat de club een tekort aan vrijwilligers had, heb ik wat taken op me genomen. Vervolgens word je ook voor andere dingen gevraagd en ik was bereid om de club te helpen.” Hij omschrijft Advendo als een kleine, maar hechte club. “Ik heb erg veel leuke mensen leren kennen sinds ik hier rondloop”, aldus Messersmid. “Helaas hebben we weinig vrijwilligers, maar met de clubmensen heb ik door de jaren heen wel een erg goede band opgebouwd.”

Het ledenaantal van Advendo daalde de laatste jaren van ruim 600 naar zo’n 250 leden. Volgens Messersmid heeft deze negatieve spiraal meerdere oorzaken. “Veel trouwe, oude leden zijn gestopt omdat ze de veertig waren gepasseerd. Daarnaast valt de aanwas van nieuwe leden tegen. We hebben voornamelijk leden uit Hoge Vucht en in deze wijk hebben veel gezinnen het moeilijk qua inkomsten. Er zijn aardig wat jongens die hier spelen omdat de gemeente hun contributie betaalt via een subsidieregeling. Er zijn veel ouders van jongens die het niet breed hebben. Als je geen auto hebt, kun je een team ook niet naar een uitduel brengen. Sommige teams moesten we door dit probleem uit de competitie halen.”

Toch wil Messersmid niet te negatief praten over Advendo. “We roeien met de riemen die we hebben en maken er het beste van met z’n allen. Hopelijk weten potentiële leden spoedig de weg naar ons sportpark te vinden. We zijn een nette club en hebben ruimte voor extra teams. Zo zijn we bijvoorbeeld blij met ons zaterdagseniorenteam, dat het leuk doet. Ook met ons eerste team timmeren we aan de weg. Helaas draaien we net als vorig jaar onderaan mee in de vijfde klasse, maar we hebben een compleet nieuwe spelersgroep. Het heeft wat tijd nodig, we hopen in de toekomst langzaam stappen te maken”, zegt Messersmid. “En eigenlijk geldt dat voor de hele vereniging.”

”Ik verwacht niet dat we nog in de standaardklasse gaan voetballen met VV Borssele”

Het vlaggenschip van VV Borssele begint dit seizoen alweer aan het vijfde opeenvolgende jaar in de reserveklasse van het amateurvoetbal. In het seizoen 2013/2014 kwam Borssele voor het laatst uit in de vierde klasse van het zaterdagvoetbal.

Volgens vaste doelman Pim Minnaard zal dit in de komende jaren niet veranderen. “Ik verwacht niet dat we nog in de standaardklasse gaan voetballen. Stiekem hoop ik er natuurlijk wel op.” Borssele telt momenteel slechts tachtig leden en wordt bestuurd door een aantal liefhebbers. Dankzij deze liefhebbers heeft de vereniging nog steeds bestaansrecht. “We zijn een kleine club, maar de sfeer is onderling uitstekend. Door deze club hebben veel jongens een vriendschap gecreëerd. Dit is ook één van de redenen waarom de club ook de komende jaren door zal blijven gaan.”

De dertigjarige Minnaard is al een aantal jaar betrokken bij de club en heeft geen intentie om de vereniging te verlaten. “Ik ben nu bezig aan mijn vierde seizoen, voel me goed bij de club en zie mij voorlopig ook niet ergens anders spelen. Ik heb een hechte band met alle betrokkenen binnen de club.” Om de club levend te houden moet Borssele samenwerken met andere verenigingen. “We hebben momenteel maar één seniorenteam. In de jeugd werken we samen met Lewedorpse Boys en Nieuwdorp en dat verloopt goed. Zonder deze verenigingen wordt het een moeilijk verhaal.”

Ondanks dat Borssele een klein dorp is, heeft de vereniging niet het karakter van een echte dorpsclub. Op de zaterdagen komen er dan ook maar weinig mensen uit het dorp naar de voetbal kijken. “De mensen uit het dorp hebben weinig binding met de voetbal, omdat de meeste spelers niet uit Borssele komen. Ondanks de geringe bezoekersaantallen is het iedere zaterdag enorm gezellig. Op wedstrijddagen krijg ik er nog één taak bij. Ik zorg ervoor dat mijn ploeggenoten veilig thuiskomen.”

Luctor Belting Europe draagt regionale sport een warm hart toe

Luctor Belting Europe en HVV’24, twee partijen die al een paar decennia onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn. ‘Een heel erg belangrijke sponsor, zeg maar een ‘gouden’ sponsor voor onze club.’

Duidelijk kunnen de woorden van voorzitter Jan Pleunis niet klinken. En zo is het ook. Wie het sportpark van HVV’24 aan de Zandstraat betreedt, die kan niet om Luctor Belting heen. Reclameborden rond het veld, bij het scorebord, een prachtige pannakooi, een kinderspeeltoestel achter het doel…. Maar ook kledingsponsor van enkele jeugdteams, al tien jaar naamgever van het tweedaagse jeugdtoernooi, hoofdsponsor van de damesafdeling én hoofdsponsor van het eerste elftal.

Warm hart
“Als je het zo achter elkaar leest, dan is het inderdaad een hele lijst. Maar dat komt ook omdat we als bedrijf de voetbalvereniging een meer dan warm hart toedragen. Hulst is toch de stad waar we in de jaren zeventig het bedrijf zijn gestart en we willen de leefbaarheid in de regio zoveel mogelijk ondersteunen. En dat doen we vooral bij HVV’24.

Maar ook andere sportclubs en evenementen ondersteunen we door middel van sponsoring”, zegt eigenaresse Bianca Adam-Morcus. Want naast HVV’24 kan men ook bij hockeyclub MHC Rapide en Tennisclub Hulster Ambacht in Hulst op Luctor Belting Europe vertrouwen als sponsor, terwijl ook bij o.a. v.v. Terneuzen, RIA W Westdorpe, v.v. STEEN, KVV Klauwaerts, VCA 2011 Averbode, KFC Beekhoek – Geel en de Belgische profclub Waasland-Beveren tal van sponsoruitingen te zien. “We willen vooral dat de jeugd de kans en voldoende mogelijkheden krijgt om op een mooi niveau te kunnen sporten, te bewegen en zich te ontwikkelen. Maar ook om het verenigingsleven in de regio te ondersteunen en zodoende op peil te houden. Dat vinden we binnen onze bedrijfsfilosofie ook belangrijk. Het is een stuk maatschappelijk verantwoord ondernemen in onze ogen.”

Luctor Belting Europe is in de begin jaren 70 gestart met het leveren van transportbanden met 24h/24h- service aan landbouw in de provincie Zeeland. Snel daarna zijn ook leveringen aan diverse industrieën in en buiten de regio erbij gekomen. Daarbij moet u denken aan bijvoorbeeld, chemische industrie, zand- en grindbedrijven, overslagbedrijven, recyclagebedrijven, voedingsindustrie etc. Vandaag de dag heeft Luctor Belting Europe naast zijn hoofdkantoor in Hulst, ook vestigingen in België en Frankrijk. In totaal telt het bedrijf inmiddels ruim vijftig medewerkers.

Cultuur
Naast de sponsoractiviteiten op het gebied van sport ondersteunt Luctor Belting Europe ook diverse regionale culturele evenementen en heeft Luctor Belting Europe een mooie bijdrage geleverd aan het Industrieel Museum te Sas van Gent. “Want naast sport is ook cultuur een belangrijke vorm van leefbaarheid die we binnen onze regio van harte ondersteunen als bedrijf.”

Daarnaast blijven wij op zoek naar spelers binnen ons eigen team die ons op diverse niveaus als medewerker blijven ondersteunen binnen het Luctor Belting team.

Dominic van Oosterhout houdt eer van familie hoog bij Hoeven

 

De tribune bij het hoofdveld is vernoemd naar zijn opa en zijn vader was er jarenlang actief als speler en trainer. En Dominic van Oosterhout (21) zelf alweer voor het derde seizoen in het eerste team van VV Hoeven. “Ik voetbal bij een fantastische club.”

 

Dominic van Oosterhout is afkomstig uit Sint Willebrord en logischerwijs ging hij als klein jochie voetballen bij Rood-Wit. Bij die club doorliep hij de volledige jeugdopleiding en de rappe aanvaller sloot daarna aan bij de selectie. “Ik had het op zich goed naar mijn zin bij die club, maar een blessure gooide roet in het eten”, zo vertelt hij. “Toen ik weer fit was, viel ik in de selectie buiten de boot en dus ging ik op zoek naar een nieuwe club. Dat werd Hoeven.”

 

Van Oosterhout tribune

Helemaal verrassend was het niet dat juist VV Hoeven de nieuwe club werd van Van Oosterhout. Zijn vader Richard speelde bij die club jarenlang in het eerste team en later werd hij ook hoofdtrainer bij de blauw-witten. Ook zijn opa Bart van Oosterhout speelt een rol in de historie van Hoeven. Hij deed in de rol als terreinknecht enorm veel voor de dorpsclub en als dank voor al zijn inspanningen werd op sportpark Achter ’t Hof zelfs de tribune naar hem vernoemd. “Natuurlijk speelden deze aspecten wel mee in mijn keuze voor Hoeven”, licht de aanvaller toe. “Mijn familie heeft al erg lang een bijzondere band met de club en ik wist ook wel wat ik hier kon verwachten. De sfeer is goed, langs de lijn is het vaak erg druk en ik wist dat er in de spelersgroep veel kwaliteit zat.”

 

Kampioenschap

Bij Hoeven viel Van Oosterhout spreekwoordelijk gezien met zijn neus in de boter. In zijn eerste seizoen eindigde het team als tweede en liep de club in de nacompetitie promotie mis naar de tweede klasse. Vorig seizoen presteerde de ploeg van Eric Koenraads nog beter: voor het eerst in 25 jaar werd Hoeven toen kampioen. “Zondag 20 mei was echt een geweldige dag”, weet Van Oosterhout nog goed. “We wonnen met 2-0 en hebben daarna een gigantisch feest gevierd. Het was bizar hoeveel fans er langs de lijn stonden en door hun vuurwerk en gezang zorgden ze voor een fantastische sfeer.”

 

Voor het eerst in de historie komt Hoeven dit seizoen uit in de tweede klasse. Van Oosterhout is een van de jonkies in de blauw-witte kampioensploeg en de concurrentie voor een team in de basiself is hevig, zo ondervond de rappe aanvaller in zijn eerste seizoenen bij de club. “Ik heb mezelf helaas nog niet kunnen ontwikkelen tot vaste basisspeler, heb vorig seizoen vaak genoegen moeten nemen met invalbeurten. Dit komt mede omdat ik pech heb gehad met blessures, maar ook omdat we een goede spelersroep hebben. Soms werd ik opgesteld als rechtsback, maar liever speel ik als rechts-of linksbuiten.”

 

Wat verwacht Van Oosterhout van het debuut van Hoeven in de tweede klasse? “Ik vind dat een plek bij de eerste zeven ploegen het streven moet zijn. Het is sowieso een hele leuke competitie-indeling. Vooral naar de ontmoetingen met Cluzona kijk ik uit, want onze supportersgroepen zijn goed bevriend. Na onze thuiswedstrijden wordt er denk ik sowieso weer veel gefeest, daar hechten ze bij Hoeven namelijk ook veel waarde aan”, lacht hij.

Feest in Chaam: 60 jaar vol voetbalplezier

Voetbalvereniging Chaam bestaat alweer 60 jaar. Een leeftijd om trots op te zijn, maar vergis je niet: Chaam is eerder een energieke tiener dan een verzuurde pensionado.

Na 60 jaar bloeit en bruist Chaam nog altijd. Een grote groep vrijwilligers is de afgelopen tijd weer bezig geweest met het helpen bij de renovatie van de kleedkamers, het neerzetten van een tribune en het vervangen van het straatwerk rondom het al zo mooie complex. Daarnaast is de club inmiddels helemaal zelfvoorzienend qua energie, dankzij de zonnepanelen. “Chaam doet het net even anders. Wij houden ons handje niet op bij de gemeente, maar investeren zelf. Dankzij dit alles kunnen wij ook de komende jaren weer door als een gezonde vereniging.”

Daniël Elst (49) is sinds vier jaar voorzitter van de club. “Ik kwam binnen via mijn zoontje die ging voetballen. Ik werd eerst leider van zijn team, ging vervolgens in de sponsorcommissie, werd bestuurslid en ben nu dus al vier jaar voorzitter.” En hij is een trotse preses. “Chaam is echt een mooie dorpsclub, heel hecht en met een grote schare aan supporters. Iedereen in Chaam heeft ooit wel iets met de voetbalclub gehad.” Hij kan zijn geluk niet op met de vele vrijwilligers, mensen als terreinman Jack Kusters die de club zo hard nodig heeft. “Dankzij hem ligt ons hoofdveld er bijvoorbeeld echt op en top bij, terwijl het seizoen al voorbij is. Dat soort vrijwilligers zijn goud waard, zij zijn dag en nacht met de club bezig.”

Na zestig jaar draait het eerste elftal ook naar behoren. Na de promotie van een jaar eerder wist de club zich afgelopen seizoen te handhaven in de vierde klasse. “Met een jonge groep, waar we ook mee vooruit kunnen richting de toekomst. Alleen de keeper stopt, verder blijft iedereen en we krijgen er nog twee jongens bij die in Chaam zijn komen wonen. Wij doen het alleen met onze eigen jongens, dat hoort bij deze club.”

Ook het meisjesvoetbal mag niet vergeten worden, want Chaam heeft een imposante traditie wat dat betreft. Er wordt al veertig jaar meisjesvoetbal bij de club gespeeld. “Zij vormen een kwart van het ledenaantal. Dat is voor ons heel belangrijk, daar zijn we erg blij mee.”

Spirit ziet in meisjestak groeimodel

Een meisjesafdeling, daar zit muziek in dacht Spirit een paar jaar geleden. Inmiddels telt de meisjestak van de Ouderkerkse club vijf teams en als het aan jeugdcoördinator Ingrid Snijders ligt gaat de groei door. “We hebben de afgelopen jaren vol gas gegeven en dat blijven we doen.”

Dat Spirit de meisjestak – de club heeft ook nog één vrouwenelftal – serieus neemt, blijkt uit de organisatie. Die bestaat naast Snijders uit Bas Jonker, Frank van der Hoeven en wedstrijdsecretaris John den Boer. “En daarnaast hebben we nog veel enthousiaste trainers en leiders”, laat Snijders weten.

“Vijf jaar geleden zijn we begonnen met vijf meisjes”, vervolgt de 50-jarige Ouderkerkse, die moeder was van één van die meisjes, Fleur, die, inmiddels een stukje ouder en groter, bij Excelsior speelt. “Fleur en haar vriendinnen moesten toen in jongensteams spelen, maar dat was wel het begin van een enorme toeloop. Twee seizoenen geleden zijn we begonnen met een eigen meisjesafdeling, nu hebben we een MO9, twee MO11-teams, een MO13 en een MO17. Ons eerste doel is om minimaal één team in alle leeftijdsklassen te hebben. Dat hopen we voor komend seizoen te verwezenlijken.”

“Onze wens is om per leeftijdsklasse minimaal twee teams te hebben. Dan kun je ook gaan scheiden. Het kwaliteitsverschil in het team is nu vaak heel groot. Er spelen meiden in die ver zijn in de ontwikkeling, maar ook meiden die net begonnen zijn en de basis nog moeten leren.”

De KNVB adviseert clubs om meisjes zo lang mogelijk (tot de C) bij jongens te laten voetballen. Dat zou volgens de bond het beste zijn voor de ontwikkeling van de meisjes. “Wij laten dat open”, zegt Snijders. “De speelsters mogen zelf kiezen. De één vindt het prettig met jongens te voetballen, de ander geeft juist de voorkeur om in een meisjesteam te spelen. Voor talenten is er nog de mogelijkheid van de regiotraining.”

Inmiddels is Spirit ‘ingericht’ op een meisjestak. De club heeft er vier kleedkamers bijgekregen. “Niet alleen voor de meisjes, maar je zag dat bij veel clubs doordat meisjes gingen voetballen te maken kregen met praktische problemen. Als je drie meisjes hebt die met de jongens meespelen, dan kun je ze niet met die jongens in één kleedkamer stoppen. Dan heb je meer ruimte nodig. Ik weet nog dat onze meiden in het begin zo’n beetje overal werden weggestopt, van de bezemkast tot aan de wasruimte aan toe. Bij Spirit is dat inmiddels opgelost, zeker met de komst van de vier nieuwe kleedkamers”, lacht Snijders.

Ook op technisch gebied heeft Spirit stappen gezet. “Bas Jonker  heeft als Hoofd Jeugdopleiding een op de meisjes gericht plan gemaakt, Frank van der Hoeven begeleidt en ondersteunt trainers”, legt Snijders, zelf ook in het bezit van een trainersdiploma, uit. “We proberen zo veel mogelijk te werken met gediplomeerde trainers, zoals Spirit ook bij de jongens doet. Je ziet natuurlijk wel het verschil tussen meisjes die pas beginnen te voetballen op hun dertiende, veertiende en die al sinds hun achtste of negende jaar spelen. Ervaringsjaren zijn erg bepalend voor het niveau.”

Speciale vriendinnenmiddagen moeten ervoor zorgen dat de meisjestak blijft groeien. Snijders: “Het is belangrijk dat je het gezellig maakt voor die meiden. Nieuwe meisjes heb je heus niet zomaar binnen. Dat lijkt misschien zo, maar je moet voor nieuwe leden echt vechten. Ook toen de Oranje-vrouwen Europees kampioen werden kwamen ze niet aanwaaien.”

SJC FC Lisse De tweede zege is een feit

Het avontuur in de derde divisie lijkt nu pas echt begonnen. De bekerwedstrijd aan de Duinwetering en de bij voorbaat verloren strijd tegen DOVO op het vijfde veld achter de kantine kunnen we afvinken als onwenselijk en daarom maar heel snel vergeten. De geweldige entourage rondom de eerste wedstrijd op het hoofdveld tegen FC Lisse was er eindelijk weer eens een die past bij de club SJC. En waarover dus met heel veel plezier verslag kan worden gedaan.

Het begon met een heerlijke zomeravond waarop voetballen sowieso heel plezierig is. SJC begon de wedstrijd zoals van SJC verwacht kan worden. Fris en fruitig met de blik naar voren maar bepaald niet naïef. Hoewel FC Lisse via Siali de eerste kans kreeg toonde SJC zich vanaf minuut één, de minimaal gelijkwaardige tegenstander. Het was superspits Tom Duindam die na 12 minuten voor SJC een mogelijkheid kreeg. Maar zijn kopbal viel zomaar in de gelukkig grabbelende handen van Cummins.

In de 20e minuut was het dan ook Tom Duindam die de 1-0 liet aantekenen. Geweldige actie op rechts met een splijtende voorzet van Dario Lovechio. Waar Tom zomaar tegenaan kon lopen en het net liet bollen. Verrassend genoeg kwam er van de kant van FC Lisse nauwelijks zichtbare reactie. Kennelijk vertrouwde men toch wel op een goede afloop. SJC bleef waarschijnlijk mede daardoor de ploeg die het meest recht had op een voorsprong. Met enkele verrassende actie kwam Lisse wel een paar keer richting de 16 maar de SJC verdediging kwam nauwelijks in gevaar. En een enkel afstandsschot werd steeds een prooi voor Kevin Schelvis. De ruststand was dan ook 1-0.

Na rust aanvankelijk hetzelfde beeld. FC Lisse beschikt over een aantal balvaardige spelers maar als collectief staken de blauw-gelen schril af tegen de eenheid die de zwart-witten uitstraalden. De overtuiging waarmee bijvoorbeeld Baouchi een bijna kans afwisselde met een knal op het doel die maar net naast vloog, beloofde veel goeds. De 2-0 van alweer Tom Duindam, nu op aangeven van Mike van Toor, kwam nauwelijks onverwacht.

Maar dit bleek voor FC Lisse wel het sein om wat meer strijd te gaan leveren. Er kwamen voor hen ook een aantal mogelijkheden. Eerst kon Ayoub vrij aanleggen maar zijn schot was voor de uitstekend keepende Kevin Schelvis. Even later moest deze toch zwichten toen van der Putten een rebound verzilverde: 2-1.

Trainer Robbert de Ruiter, die vooraf meldde dat FC Lisse ambitieus wilde meedoen in de strijd om het kampioenschap, begreep dat er snel wat moest veranderen. Met een drietal wisselspelers probeerde hij de wedstrijd te laten kantelen. Ook Sjaak Polak reageerde en bracht Melvin van Stijn voor Demir Strojil. Het moet gezegd dat Lisse soms wel erg gevaarlijk door kwam. Maar verdedigend sloeg SJC, met Schelvis als betrouwbare sluitpost, er zich kranig doorheen. Op het allerlaatste moment dacht Lisse toch nog de gelijkmaker te kunnen noteren, maar een fantastische reactie van Kevin Schelvis voorkwam dit. Waardoor SJC 3 punten kan bijschrijven op het saldo wat nu op 6 uit 4 komt zodat de ploeg met veel vertrouwen de wedstrijd tegen AJAX tegemoet kan zien.

Marciano Aalders klaar voor Italiaans avontuur

Twee dagen na zijn laatste wedstrijd voor Rijnsburgse Boys tegen Koninklijke HFC stapte Marciano Aalders op het vliegtuig naar Bolzano. De 26-jarige Amsterdammer, opgegroeid in Barneveld, emigreert naar Italië.

Zijn voornaam doet een Italiaanse link vermoeden. “Klopt”, zegt hij, kort voordat hij naar zijn nieuwe vaderland afreist. “Ik heb Italiaanse roots. Mijn ouders – mijn vader is overleden – zijn  allebei Nederlands, maar verder weg is er wel Italiaans bloed.”

De belangrijkste reden om naar het Zuid-Europese land te verkassen is zijn broer Marinio. “Hij woont er al tien jaar en heeft het ontzettend naar zijn zin. Ik ben natuurlijk regelmatig bij hem en zijn gezin op bezoek geweest en op die manier ben ik het land steeds beter gaan leren kennen en waarderen. De zon schijnt bijna altijd, het leven verloopt wat rustiger dan hier.”

“Ik heb natuurlijk wat met het land en ik was ook toe aan iets anders. Niet dat ik in Nederland niet gelukkig ben, maar door mijn scooterongeluk vorig jaar ben ik wat anders tegen bepaalde zaken aan gaan kijken”, vertelt Aalders, die door dat ongeluk in kritieke toestand in het ziekenhuis lag.

“Daardoor ben ik gaan beseffen dat het zomaar over kan zijn en daarom doe ik zoveel mogelijk dingen die ik leuk vind. Dit is er één van. Ik kan me voorstellen dat mensen het zien als een reuzenstap, maar ik heb er een goed gevoel bij. Ik heb er ook echt zin in.”

Aalders emigreert niet alleen, hij maakt ook meteen een loopbaanswitch. Hij gaat wonen en werken in Lazise, een bekende badplaats aan het Gardameer, dat zomers wordt overstroomd door Nederlandse toeristen. “Ik ga werken op de receptie van een vakantiepark. Dat is heel wat anders dan wat ik in Nederland heb gedaan”, zegt de middenvelder, die als accountmanager werkte bij Sharp in Almere, een bedrijf in scan- en printapparatuur.

“Op 1 juni, vier dagen na mijn aankomst in Italië, ben ik al begonnen in mijn nieuwe baan. Het wordt aanpoten, dat is zeker. In het hoogseizoen zal ik veel uren maken.”

Daarnaast gaat hij zaalvoetballen met broer Marinio. “Bij een Serie B-club op ongeveer een uur afstand van Lazise. Zaalvoetballen staat in Italië op een wat hoger niveau dan bij ons. De Serie B is te vergelijken qua niveau met onze Eredivisie”, aldus Aalders, die in het verleden al eens een ‘blauwe maandag’ actief was op het veld in Italië. “In de Serie C, maar dat was geen succes.”

“Het zaalvoetbalseizoen is vrij kort en valt in een periode om de winter, als het werk in het vakantiepark stilligt, te overbruggen. Het overlapt maar een maand. De intensiteit is vergelijkbaar met die bij Rijnsburgse Boys. We trainen drie keer en spelen een wedstrijd.”

Met zijn broer heeft hij voor de toekomst ook andere plannen. “Het is een droom van ons allebei om een eigen vakantiepark te beginnen of een bed en breakfast te runnen. Maar eerst moet ik goed geacclimatiseerd zijn. Het werkt daar toch net iets anders dan in Nederland.”

Hij spreekt al een aardig woordje Italiaans. “De taal gaat me redelijk goed af, maar ik wil het straks wel vloeiend spreken. Dat duurt nog wel even, denk ik.”

Zijn avontuur bij Rijnsburgse Boys blijft door zijn verhuizing naar Italië beperkt tot één seizoen. “Ik had me natuurlijk een ander seizoen voorgesteld. Door het scooterongeluk is de eerste competitiehelft volledig in het water gevallen. Ik heb uiteindelijk toch nog aardig wat wedstrijden gespeeld na mijn revalidatie. Ik heb daardoor het gevoel dat ik heb bijgedragen aan de mooie vijfde plaats van dit seizoen.”

Rob Storm wijst Victoria’04 weg naar voren in 4e klasse

Rob Storm is dit seizoen teruggekeerd bij Victoria’04 (za). Storm was tien jaar speler van het eerste elftal, nu hoopt hij de Vlaardingers hogerop te helpen als trainer.

Met zijn 34 jaar is Storm de jongste trainer uit de Victoria’04-geschiedenis. Het is zijn eerste club als hoofdtrainer, de afgelopen vijf seizoenen was hij werkzaam in de jeugdopleiding van Barendrecht. “Ik heb er veel zin in”, zegt hij. “De club is een weg ingeslagen waarin het een prestatiegericht klimaat wil creëren. Het is aan mij om de eerste stap te zetten.”

Vorig seizoen speelde Victoria’04 bovenin mee in de vierde klasse. De Vlaardingers strandden in de tweede ronde van de nacompetitie. Dit seizoen hoopt Storm wel promotie te bewerkstelligen. “Het is geen must in de zin van ‘dat het geen ramp is als we niet promoveren’ maar promotie is wel ons uitgan punt. Dat heb ik tijdens de kick off begin augustus ook gezegd tegen de selectie. Victoria’04 heeft prachtige faciliteiten en daar hoort minimaal een derdeklasser bij.”

Makkelijk gaat het niet worden, weet Storm ook. “De concurren- tie is groot. FC Maense is vorig seizoen tweede geworden en wil kampioen worden, Hermes- DVS heeft een goede ploeg en VFC-zaterdag heeft ook niet stilgezeten. Ik verwacht dat wij vieren, met wellicht nog een verrassing, om de bovenste plekken gaan spelen.”

Volgens Storm is dat een reële doelstelling voor Victoria’04. “We zijn drie spelers kwijtgeraakt, maar we hebben ook spelers erbij gekregen. In de breedte zijn we sterker geworden.”

Winst hoopt de jonge oefen- meester vooral te halen uit een andere speelwijze. “Vorig seizoen werd er 4-4-2 gespeeld en werd er naar achteren gehangen. Die speelwijze zal worden ingewisseld voor een type voetbal waarin we meer aan de bal zijn. Dat proces van omschakelen kost tijd, maar ik ben ervan overtuigd dat het ons uiteindelijk wel meer gaat opleveren.”

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Ontvang nu ook maandelijkse het laatste nieuws uit het amateurvoetbal in jouw regio.