Home Blog Pagina 1318

Geen zee te hoog voor VDL’s duizendpoot

Marco van der Zee is het prototype voetbalfanaat waarop prachtige amateurverenigingen drijven. Hij zou zo kunnen figureren in een reclamespot van de KNVB. Een duizendpoot met voetbaltechnische bagage én interesse in het ontwikkelen van talent. Bij VDL zijn ze blij met hem.

Als er over een of twee seizoenen een talent uit de lichting die hij nu onder zijn hoede heeft als trainer in het eerste elftal belandt, zal hij trots zijn. VDL is een pure amateurclub waar eigen jeugd voorrang krijgt en waar net als overal de jeugd in de hoogste leeftijdscategorieën niet de makkelijkste is. “Geen probleem, ik heb veel geduld. Dat moet je ook hebben in deze tijd als trainer”, glimlacht Van der Zee.

Van der Zee, die zelf jarenlang bij VDL actief was als voetballer, heeft oog voor veel zaken in een club. Hij lijkt soms op een kleine ondernemer die overal kansen ziet. Het fraaie sportcomplex van de bijna 100-jarige vereniging, dat in de afgelopen seizoenen een ware face-lift heeft ondergaan en inmiddels prachtige faciliteiten biedt, was in de ogen van Van der Zee perfect voor het onderbrengen van veel KNVB-activiteiten en de in de regio inmiddels beroemde keepersschool van voormalig profkeeper Arjan van der Kaay.

De KNVB loopt inmiddels met hem weg en ook Van der Kaay prijst zich gelukkig met Van der Zee, die ook actief meewerkt binnen het Jeugplan Nederland van de KNVB. “Mijn functie is voornamelijk facilitair manager. Mijn taken zijn het verzorgen van alle zaken rondom de activiteiten op onze locatie. Daarnaast ben ik betrokken bij de organisatie en planning van accommodaties in de regio voor de KNVB en de planning en verzorging van de scheids en grensrechters.”

Een druk baasje, zullen sommigen denken. Maar Van der Zee maakt duidelijk dat het ontwikkelen van talent in het amateurvoetbal ook veel voldoening geeft. “Tijdens de wedstrijddagen en toernooimomenten ben ik ook als assistent actief en ontferm me dan veelal over de reserves en verzorg samen met de fysio de voorbereiding van wissels en de verzorging van de spelers.”

Hij heeft nog meer plannen. Een fraai sportcomplex biedt grote mogelijkheden en hij merkt dat er behoefte is aan extra trainingen bij de jeugd én de ouders van die talentvolle jeugd. “We staan nu nog met een keeperschool op het complex, maar mocht de ruimte er komen wil ik er een voetbalschool naast gaan zetten. Deze kan dan actief worden op woensdagmiddag en zondag.”

Van der Zee vindt VDL een prachtige club waar veel mogelijk is. Het is ook een club van deze tijd, zegt hij. “Met een meidenafdeling die fantastisch is. Damesvoetbal wint aan populariteit, meer dan jongensvoetbal. Mijn eigen kinderen bepalen zelf of ze hockeyen of voetballen. Zo bepalen meisjes ook zelf of ze of voetbal gaan.”

VDL is een vereniging met 600 leden die ‘goed aan de gang is’, zegt Van der Zee, die in het dagelijks leven werkzaam is in sportmanagement. “De club leeft. Dat merk je op alle fronten. Je moet alleen de mensen duidelijk maken hoe het werkt.  Vroeger werd je vanuit de kerk of de gemeenschap naar een vereniging gestuurd en vulde je een taak in. Nu komen mensen hun kind brengen en zeggen: Ik betaal toch contributie, dus verwacht ik dat dit en dat geregeld is… Zo werkt het natuurlijk niet”, vult hij aan.

Bas Belder houdt van avontuur én FC Perkouw

Een lange voetbalcarrière was hem niet gegund, maar een leven zonder FC Perkouw is voor Bas Belder geen leven. Bij zijn al uitgebreide taken behoort sinds kort een nieuwe, die van bestuurslid. “Ik hou van deze club”, legt hij een openlijke liefdesverklaring af.

In de tijdens de coronaperiode fraai opgeknapte kantine van FC Perkouw doet Belder op een rustige zaterdag zijn verhaal. “We hebben vandaag vooral uitwedstrijden”, legt hij uit. “Het eerste en tweede spelen uit.”

Het betekent dat Belder het deze zaterdag rustig aan kan doen. Normaal is hij al vroeg in touw. “Ik ben scheidsrechterscoördinator, ik fluit zelf natuurlijk ook. Soms twee wedstrijden, als het moet drie. Jeugd, senioren, het maakt niet uit.”

Die veelzijdigheid hoort volgens hem bij de kleinschaligheid van FC Perkouw. “We zijn een kleine club met maar tien elftallen. Dat betekent dat je ook uit een beperkte poel van vrijwilligers kan putten. Veel mensen steken hun handen uit de mouwen. Ik ben één van de vele vrijwilligers die zich belangeloos inzet.”

Sinds enige tijd maakt hij deel uit van het bestuur van de Berkenwoudense dorpsclub. Dat hij pas 22 jaar is, speelde volgens hem geen rol, wel dat hij een Perkouw-hart heeft. “Die saamhorigheid, dat samen rooien met elkaar, zit er diep in. Ik kan me geen leven voorstellen zonder Perkouw. Ik loop hier van jongs af aan rond. Dit clubgebouw is mijn tweede thuis.”

Het liefste had hij dat ook nog gedaan als actief voetballer, maar zijn knieën zijn volgens hem niet gemaakt om te voetballen. “Ik heb altijd problemen gehad. In de jeugd zeiden ze dat het kwam door groeipijnen, maar ik bleef klachten houden. Ik hou het er maar op dat mijn lichaam niet gemaakt is voor voetbal.”

Dat vindt hij jammer, maar het is geen reden om FC Perkouw vaarwel zeggen. “Ik ben altijd al geweest met training geven. Ik haal mijn plezier nu uit andere dingen. Deze club met elkaar overeind houden vind ik een zeer nobel doel.”

Dat is niet altijd makkelijk, zeker als er een twee jaar durende coronapandemie om de hoek komt kijken. “We hebben ons er goed doorheen geslagen”, meent Belder. “We hebben zelfs kans gezien om de kantine een nieuwe look te geven. Als bestuur hebben we nog veel meer plannen. LED-verlichting bijvoorbeeld en op termijn renovatie van de kleedkamers. Maar eerst moet er wel gespaard worden. We doen geen onverantwoorde uitgaven”, zegt het algemeen bestuurslid.

In die coronatijd had Belder alle tijd om zijn tweede hobby volop te beoefenen. Als wielrenner ontdekt hij graag de wilde wijde wereld. “Ik heb de afgelopen jaren echt het langeafstandsfietsen ontdekt. Ik fiets soms wel tot vijfhonderd kilometer. Vaak in mijn eentje.” Zo maakte hij nog niet zo lang geleden een fietstocht naar de Noordkaap in Noorwegen, bij elkaar zo’n drieduizend kilometer,. “Ik heb genoten. Ik ben wel terug met het vliegtuig gegaan. Na drie weken wachtte mijn studie economie.”

 

 

In gesprek met Marlon van der Schelling van VV CKC

De 25-jarige Marlon van der Schelling is geen onbekende bij VV CKC. Bij de club uit Rotterdam Kralingseveer is hij naast trainer van de JO15-1 ook coördinator van de jeugd en lid van de activiteiten commissie. Daarnaast maakte Marlon tot voor kort deel uit van de selectie bij de Rotterdammers.
Dominos_voorjaar2021
Achtergrond
Marlon heeft gestudeerd op het Albeda college in Rotterdam. Hier heeft hij de opleiding sport & bewegen afgerond. Uiteindelijk is hij komen werken bij DPFC health fit & dance. “Na twee jaar ben ik de uitdaging in dit werk verloren en op zoek gegaan naar iets anders met meer uitdaging”, vertelt hij. In mei 2020 zou van der Schelling beginnen met een nieuwe opleiding, maar dankzij Corona werd dit uitgesteld naar augustus. “Inmiddels ben ik al ruim anderhalf jaar bezig en heb ik gevonden wat ik zocht”, aldus Marlon.

Voetbal loopbaan
De vrijwilliger van VV CKC is begonnen met voetballen bij de club in een team met jongens die op een wachtlijst stonden. Al snel werd hij overgeplaatst naar een team in de F’jes. In het verdere verloop van zijn jeugd heeft hij alle selectie elftallen doorlopen tot Alexandria’66, in de B’tjes kwam om een stap hogerop te gaan. Hier heeft de oud verdediger in de landelijke jeugddivisies gespeeld. In die jaren is van der Schelling twee keer kampioen geworden en heeft hij de beker gewonnen.

Na een operatie besloot Marlon om terug te keren naar zijn oude nest. “Bij CKC maakte ik op mijn achttiende mijn debuut in het eerste elftal en sindsdien ben ik niet meer weggegaan”, vertelt hij. Inmiddels speelt van der Schelling niet meer in het eerste elftal. “In dit seizoen heb ik helaas de beslissing moeten nemen om te stoppen in de selectie dankzij werkomstandigheden”, vertelt hij.

Vrijwilliger
Naast het voetballen is Marlon op meerdere vlakken actief binnen de club. Zo is hij naast jeugdtrainer van de JO15-1 ook lid van de activiteitencommissie en coördinator van de jeugd. “Een leuke bezigheid naast mijn opleiding”, vindt hij zelf. De jeugdtrainer vindt het leuk om te zien hoe zijn spelers zich ontwikkelen. “Het is altijd leuk om te zien als jouw spelers uiteindelijk terechtkomen bij clubs als Feyenoord, Sparta, ADO Den Haag, en Ajax”, vertelt Marlon. Ook met zijn taak binnen de activiteiten commissie is van der Schelling nog lang niet klaar. In deze taak organiseert hij verschillende evenementen voor de club. “Als je dan achteraf alleen maar positieve geluiden hoort krijg ik enorm veel energie om dit te blijven doen”, zegt hij.
_NEW_Fysiotherapie Rozenburcht_250097Toekomst
In de toekomst hoopt de vrijwilliger een belangrijke pion te zijn binnen de opleiding van de vereniging. “Ik hoop onze jeugd, maar ook de trainers een goede basis te geven en hierna uit te breiden naar volwaardige selectietrainers”, vertelt Marlon. “Ik hoop daarnaast ook een bijdrage te kunnen leveren aan het niveau van de spelers die door kunnen stromen naar het eerste elftal door middel van een zo goed mogelijke opleiding te bieden waar uiteraard hard werken gecombineerd gaat met leuke activiteiten”, gaat de coördinator verder.  Dat hard werken in hem zit blijkt ook uit zijn voorbeeldspeler. Hier noemt hij Dirk Kuyt. “Het was misschien niet de allerbeste speler, maar wel iemand die altijd tweehonderdprocent gaf. Daar kan ik mijzelf wel mee identificeren”, vertelt de oud-speler.

VV CKC
Wat de vrijwilliger vooral mooi vindt van zijn VV CKC is dat het een club van vooral vrijwilligers is. “Ik waardeer iedereen die iets doet binnen de club. Samen zorgen we er namelijk voor dat de club draait en groeit”, aldus Marlon. Daarnaast vindt hij het ook mooi dat de club leeft: “Het is hier op de zaterdag altijd supergezellig en dat is natuurlijk ook belangrijk.” In de toekomst verwacht hij dat VV CKC een mooie toekomst tegemoet gaat. “We zijn met meerdere mensen binnen de club bezig om CKC nog gezelliger en beter te maken. We zijn een weg ingeslagen, er moet nog best wat gebeuren, maar als het allemaal draait hebben we CKC weer een stuk mooier op de kaart gezet”, sluit hij af.

Foto van Mario Sliep

Klik op VV CKC voor het laatste artikel over de club

De tussenstand met Verón Knol van vv Capelle

Verón Knol is dit jaar een nieuw gezicht in de selectie van vv Capelle. De centrale verdediger doet het dit seizoen vooral met invalbeurten in het eerste en maakt veel minuten in het tweede. We spraken met de verdediger over de teamprestaties, zijn persoonlijke prestaties en het aankomend trainingskamp.

Dominos_voorjaar2021

Verón is bezig aan zijn eerste jaar in de selectie bij vv Capelle waar hij op 18-jarige leeftijd zijn debuut maakte in de hoofdmacht. In het verleden speelde de mandekker bij DCV, Sparta Rotterdam, Alexandria’66 en XerxesDZB. We vroegen Verón naar de teamprestaties in de eerste seizoenshelft. “Ik denk dat we als team een hele goede eerste seizoenshelft hebben gedraaid. We staan bovenaan in de competitie en we hebben een team dat voor elke meter strijd. Verder heerst er ook een goede sfeer dus ik heb er alle vertrouwen ik dat we er een mooie tweede seizoenshelft van gaan maken!”

Persoonlijk heeft Verón het vooral moeten doen met een paar invalbeurten. “Zelf heb ik het voornamelijk met minuten in het tweede elftal moeten doen, daarnaast heb ik één of twee invalbeurten en een aantal oefenwedstrijden in het eerste gespeeld. De concurrentie is heel erg hoog maar ik denk dat ik daar alleen maar van kan leren en op lange termijn een betere speler van zal worden.” De mandekker houdt zijn ogen en oren open om vooral te leren van teamgenoten. “Jongens als Sander Fischer en Wesley Pollemans hebben zo veel ervaring, waar ik als jonge jongen nog erg veel van kan leren.”

_NEW_Fysiotherapie Rozenburcht_250097

Verón kijkt uit naar de tweede seizoenshelft, waarbij zijn ontwikkeling centraal staat. “Natuurlijk hoop ik dat wat meer minuten ga maken dan in de eerste seizoenshelft. Daarbij moet ik ook een beetje geduld hebben. Zolang ik zorg dat ik fit ben en mezelf ontwikkel gaan die minuten vanzelf komen.”

In de winterstop staat er voor vv Capelle een trainingskamp op het programma. “We gaan in midden januari op trainingskamp naar Marbella! Daar kijk ik enorm naar uit. Het wordt mijn eerste trainingskamp, dus ik ben benieuwd wat me allemaal te wachten staat, haha.” Hopelijk leidt dit tot goede prestaties van het elftal en kan het de stijgende lijn voortzetten. “Ik hoop op het kampioenschap in de Hoofdklasse, dat zou echt top zijn. De club heeft de ambitie om zo snel mogelijk terug te keren in de derde divisie, want daar hoort Capelle ook thuis.”

Foto; Annemiek van Dillen

Klik hier voor meer informatie over vv Capelle.
Meer artikelen lezen over vv Capelle? Klik hier.

Ammerstol gewend om te overleven aldus den Hartog

Bij de start van de competitie, eind september tegen Gouderak, mocht Ammerstol eindelijk de shirts met de nieuwe hoofdsponsor van het eerste elftal onthullen. “Die lagen al ruim een jaar klaar”, zegt secretaris Erwin den Hartog. “We hadden afgesproken met de hoofdsponsor dat de overeenkomst pas zou ingaan als er weer gevoetbald zou worden.”

Den Hartog is blij dat er weer activiteit is op de velden. Hoewel Ammerstol nog steeds een goed gevulde bankrekening heeft, moest de club tijdens coronatijd ook financieel een veer laten. “Ik hoef niemand te vertellen hoe belangrijk inkomsten zijn uit de bar. Als die voor langere tijd wegvallen, heeft dat gevolgen voor de langere termijn. Als club moet je op een gegeven moment zaken gaan vervangen en dat vergt forse investeringen.”

Dominos_voorjaar2021

Den Hartog is daarom blij dat het hele proces rond de harmonisatie van de voetbalcomplexen in de gemeente Krimpenerwaard is afgerond. “We hebben duidelijkheid nu, dat is belangrijk voor de toekomst. We gaan wel iets meer betalen, maar niet drie keer meer. Dat was met de omvang van de club wel een probleem geweest.”

Qua ledental kwam Ammerstol ongeschonden de coronaperiode uit. “We hadden niet meer opzeggingen dan normaal. Als ik vier zeg is dat veel. Ongeveer hetzelfde aantal heb ik ook als nieuw lid ingeschreven.”

Ammerstol schreef vijf jeugdteams in voor de competitie: een onder acht, een onder 10, een onder elf, een onder dertien en een onder zeventien. “Er valt een gaatje tussen de dertien en de zeventien. Dat is jammer.” Het is het lot van een kleine vereniging uit een klein dorp waar de vergrijzing heeft toegeslagen en het aantal kinderen in de basisschoolleeftijd afneemt.

“We hebben hier wel een nieuwe wijk gekregen”, reageert Den Hartog. “In die huizen zijn vooral jonge gezinnen en jonge stelletjes gaan wonen. De eerste resultaten zien we daar nu al van. We hopen natuurlijk dat dat een kweekvijver wordt, maar de wijk, De Kromme Draai, is wel minder groot geworden dan aanvankelijk de bedoeling was. Het project omvat nu pakweg vijftig, zestig woningen, waar in 2008 ooit het plan was voor 160 à 180 woningen. Dat zou een uitbreiding zijn geweest met een kwart van het aantal inwoners van Ammerstol. Dat had echt zoden aan de dijk gezet.”

Ook op ander vlak kan Ammerstol wel wat nieuw bloed gebruiken. Het vrijwilligersbestand is behoorlijk vergrijsd de afgelopen jaren. “Ik heb het zelf gezien tijdens coronatijd. Ik heb tijdelijk de bestuurskamer gebruikt als kantoor en zag onze vrijwilligers steeds langskomen. De trend is dat ze ouder worden en minder in getal. Wij zijn niet de enige vereniging die daarmee te maken heeft, maar het baart mij wel zorgen. Die vrijwilligers nemen het onderhoud voor hun rekening. Ze worden alleen steeds ouder en er komen geen jongere mensen bij. Onze lijnentrekker is bijvoorbeeld 79 jaar. Het zijn mensen met een clubhart, maar op een gegeven moment kunnen ze het lichamelijk niet meer aan en worden dan gedwongen te stoppen.”

Meer artikelen over Ammerstol, klik hier.

Meer artikelen over Ammerstol, klik hier.

DCV niet langer op drijfzand gebouwd aldus Hans Scheffer

DCV werkt hard aan een gezonde toekomst. Nu er een oplossing is gevonden voor de schulden richt de club zich op de verouderde accommodatie. “Het heeft tijd nodig, maar we maken stappen.”

Twee jaar geleden stond DCV er beroerd voor. Een krakkemikkige accommodatie, die hard toe was aan vernieuwing, en een financieel slechte positie, met veel schulden, dat was de staat van de 102-jarige club, die op dat moment op drijfzand leek gebouwd. Het nieuwe bestuur stond voor een grote uitdaging om én te saneren én te vernieuwen. Die eerste slag is nu gemaakt.

Dominos_voorjaar2021

“Een belangrijke oorzaak van het probleem is dat er lang onduidelijkheid is geweest over de toekomst van deze locatie”, zegt bestuurslid Hans Scheffer. “Er zijn in de loop van de jaren diverse scenario’s voorbij gekomen, van nieuwbouw op een andere bestemming tot het verschuiven van het complex op dit sportpark. Ondertussen werden er ook geen reserveringen gedaan voor een eventuele ver- of nieuwbouw.”

Daarnaast leefde de club lang op te grote voet en rezen de kosten de pan uit. Om de hoge uitgaven te betalen moest de club schulden maken. “Die schuld hebben we geprobeerd als eerste op te lossen. We hebben daarvoor een lening gekregen van de gemeente tegen nul procent rente. Die lening moeten we binnen een paar jaar terugbetalen. Gelijktijdig zijn we  drastisch gaan snijden in de kosten. We gaven als club gewoonweg te veel geld uit. Om gezond te worden was het snijden in die uitgaven een noodzakelijke maatregel.”

Ondertussen ging het bestuur ook hard aan de slag met dat andere dossier dat als een molensteen om de nek van DCV hing: de accommodatie. Scheffer: “Het was heel belangrijk om antwoord te krijgen op de vraag of we zouden verhuizen of we hier zouden blijven? Die duidelijkheid hebben we van de gemeente gekregen. We blijven op deze locatie. Duidelijkheid hebben we ook gekregen over wie verantwoordelijk is voor wat. De gemeente zorgt voor de velden, wij als club voor de opstallen. Ik vind dat ook logisch, want in het clubgebouw zit de cultuur en identiteit van een vereniging verborgen. Dat is dus een taak van de club en niet van de gemeente.”

De financiële positie van DCV maakt echter dat de club wel hulp nodig heeft van de gemeente wil het de huidige opstallen – clubgebouw en noodgebouw – vernieuwen of vervangen. “Een nieuw clubgebouw vergt een enorme financiële investering”, zegt Scheffer. “Zoiets kunnen we niet alleen. De gemeente zou daar een rol in kunnen spelen met bijvoorbeeld een lening. Daarover zijn we nu in gesprek met de gemeente. De gesprekken verlopen zeer constructief en zowel gemeente als gemeenteraad stellen zich zeer positief op.”

Een gezonde financiële huishouding moet volgens Scheffer het fundament zijn waarop DCV wordt gebouwd. “Op voetbalgebied ligt er een gezonde basis. We hebben plus achthonderd en gaan er vanuit dat we in de toekomst naar duizend leden groeien. We hebben al een verzoek neergelegd bij de gemeente om het natuurgras op het hoofdveld te vervangen door kunstgras. Daarmee zou de bespeelbaarheid enorm toenemen.”

Voor meer informatie over DCV, klik hier.
Meer artikelen lezen over DCV, klik hier.

Gehavend Spirit speelt met 2-2 gelijk in vermakelijk duel met Wippolder

Spirit heeft zijn 2e wedstrijd van de bekercompetitie niet weten te winnen. Na de 2-1 nederlaag bij Berkel vorige week, kwamen de Ouderkerkers zaterdag niet verder dan een 2-2 gelijkspel tegen Wippolder.

https://www.restaurantca

De bezoekers kwamen al vroeg op voorsprong nadat Tim de Vaal balverlies leed rond het eigen 16 meter. Doelman Wouter Korteweg was vervolgens kansloos: 0-1.
Lang kon de ploeg uit Delft niet genieten van de voorsprong, want 3 minuten later trok Ruben Slooff een rush vanaf de middenlijn tot in het strafschopgebied waarna de aanvaller de bal onder de Delftse doelman schoot (1-1). Kort daarna kwam Spirit zelfs op voorsprong door een doelpunt van Ferri Rietkerk. Zijn inzet van randje strafschopgebied ging via de binnenkant paal het doel in: 2-1.
Er waren op dat moment nog maar slechts 8 minuten gespeeld.

Beide ploegen creëerden daarna kansen om de score verder uit te breiden maar misten de scherpte bij de afronding. Vlak voor rust lukte het Wippolder wel. Balverlies in het eigen strafschopgebied werd meteen afgestraft: 2-2.
In de 2e helft startte Wippolder feller. Het zette meer druk naar voren wat soms hachelijke momenten opleverde in de buurt van het Ouderkerkse doel. Toch kreeg Spirit ook kansen. Christian Schrader (zijnet) en Tim van der Zee (raakte de bal niet goed) hadden hun ploeg weer op voorsprong moeten zetten. Maar Wippolder hield Spirit onder druk. De gevaarlijkste kans was een schot op de lat. In de slotfase, met name in de blessuretijd gaven beide ploegen een slotoffensief. Tim de Vaal kopte de bal in de handen van de vallende keeper en Wouter Korteweg voorkwam in de slotminuut een treffer door gestrekt de bal uit de kruising te tikken.

Fysiotherapie Rozenburcht_250097

‘Een terechte uitslag’, gaf Richard van Cappellen na afloop toe dat met een gehavend team aan de start kwam. De oefenmeester moest het doen zonder een aantal vaste basisspelers. Laurens Visser raakte afgelopen donderdag op de training geblesseerd. Ook Kevin Kriek (weekend weg) en Cris de Jong (voorzorg) zaten niet bij de wedstrijdselectie. Timme van Hof zat wel op de bank, maar was niet fit voor een hele wedstrijd. Met het oog op de start van de competitie over 2 weken nam Richard van Cappellen geen risico met sommige spelers. Dinsdag volgt eerst nog een vriendschappelijke wedstrijd tegen Olympia en volgende week zaterdag de laatste bekerwedstrijd van de poule tegen Heinenoord. Spirit heeft nog een kleine kans om zich te plaatsen voor de volgende ronde.Er zal dan met 2 doelpunten verschil gewonnen moeten worden van de 1e klasser. De andere wedstrijd mag dan geen winnaar kennen.

Bron: vv Spirit
Foto: René Bitter

Klik hier voor meer informatie over vv Spirit.
Klik hier voor meer artikelen over vv Spirit

 

Hoofdmacht Capelle in nieuw ‘gelikt’ tenue

Meerdere groentinten sieren komend seizoen het nieuwe thuisshirt. van Capelle 1. “Mooi hé”, laat Arjan Kwakkernaak, bestuurslid commerciële zaken, vol trots het nieuwe thuistenue van de hoofdklasser zien. Capelle stapt komend seizoen over van kledingleverancier. Na zes jaar Macron is Robey de nieuwe partner van de club.

“Ons contract met Macron liep af”, zegt Kwakkernaak. “We hebben uiteraard ook weer met elkaar om tafel gezeten. We hebben prima kunnen samenwerken. Tegelijkertijd hebben we ook andere kledingleveranciers de kans gegeven om zich te presenteren en met een aanbod te komen.”

Kwakkernaak draait er niet om heen. In een tijd dat clubs het financieel lastig hebben door corona speelden de financiën een grotere rol dan anders. “Ik ga daar niet om liegen. Kleding is jaarlijks een grote kostenpost voor de club. Wij kleden alle teams, van de JO8 tot het eerste, van top tot teen aan. We hebben op alle fronten moeten bezuinigen. Spelers hebben afgezien van hun vergoedingen. Ons geluk was dat het contract met Macron afliep en dat we een nieuwe samenwerking konden aangaan. Robey kwam met een heel goed financieel aanbod, zeker als je dat afzet tegen de uitstekende kwaliteit dat het biedt.”

Capelle gaat gefaseerd over. De club wacht geen operatie die in een paar maanden tijd uitgevoerd moet zijn. “We maken een zachte landing”, zegt Kwakkernaak. “Alleen ons eerste speelt komt komend seizoen in Robey-tenue. Daarna volgen andere teams. Over drie jaar moet heel de club in de nieuwe tenues lopen. Waarom we dat zo doen? Heel simpel, dit seizoen hebben we net nieuwe kleding aangeschaft voor de jeugd met een goed doel, Stichting Pallieter. Die tenues gooi je niet na een seizoen waarin ze amper zijn gebruikt weg. Dat zou kapitaalvernietiging zijn. De tenues van het eerste, die ook nog prima zijn, gaan naar de JO19.”

Het nieuwe uittenue van Capelle ziet er volgens Kwakkernaak al even gelikt uit als de combinatie die voor eigen publiek wordt gedragen. “Zwart, met groene accenten. Het straalt klasse uit”, aldus Kwakkernaak.

Voor meer informatie over Capelle, klik hier.
Meer artikelen lezen over Capelle, klik hier.

‘Geremd’ Nieuwerkerk is nog even hongerig

Nieuwerkerk stapte in 2019 definitief over van de zondag naar het zaterdagvoetbal. Het doel: binnen vier seizoenen in de tweede klasse spelen. Corona remde de ambities van de 1900 leden tellende club, maar de honger is niet verdwenen.

Net als elke andere club werd er bij Nieuwerkerk ook aangehikt tegen de switch. Op sportpark Dorrestein lag dat net nog wat gevoeliger omdat het eerste elftal in het seizoen 2017/2018 nog een eersteklasser uit het rechterrijtje van het klassement was. “Het idee was om het uit te zingen totdat de KNVB het mogelijk zou maken om naar dezelfde klasse op zaterdag over te stappen”, kijkt voorzitter Hans Jeroense terug. “We werden echter ingehaald door de tijd. In 2017 is ons tweede zondagteam als eerste zaterdagelftal al gaan spelen in de vierde klasse. Voor mij was de druppel die de emmer deed overlopen het feit dat we ook voor ons tweede team op zondag spelers moesten halen. Dat heeft ons besluit om over te stappen versneld.”

Ron Luijten, die bij Sparta al bekend was met een dergelijk project, werd door Nieuwerkerk binnengehaald om de Dorresteinclub op de zaterdag in de vaart van volkeren op te stuwen. “We konden meteen starten met een prima selectie met als basis zeven spelers die eerder op zondag speelden. Dat waren bepaald niet de minste jongens. Keeper Sander Hoffmann, Bart Slob, Stefan van der Vlegel en Remco Langerveld. Voor Remco geldt: als je zo’n speler in je elftal hebt lopen – een speler van buitencategorie – mag je je handjes dichtknijpen.”

Nieuwerkerk slaagde met verve voor het eerste examen en werd in 2019 kampioen van de vierde klasse. Het jaar erop was het elftal hard bezig om verder door te stoten. “We wonnen de eerste periodetitel en waren dus al zeker van de nacompetitie”, zegt Luijten. Toen de coronaduister inviel, was Nieuwerkerk met Oud-Beijerland en SSS nog midden in de titelrace verwikkeld. “We moesten nog tegen elkaar. We stonden op twee punten van de tweede plaats.”

Ook dit seizoen waren de voortekenen goed. Nieuwerkerk plaatste zich met negen punten uit drie wedstrijden voor de knock-out fase van het bekertoernooi. In de competitie was het gedeeld koploper met tien uit vier. “We speelden nóg beter dan vorig seizoen. We hadden weer een grote kans op promotie gehad”, baalt Luijten. De teleurstelling van twee verloren seizoenen heeft bij hem het heilige vuur niet gedoofd. “Ook bij de ploeg niet. Nu we weer aan het trainen zijn, merk ik dat iedereen nog even hongerig is. Iedereen wil met deze mooie club omhoog. Het zegt genoeg dat bijna alle spelers hun jawoord al gegeven voor volgend seizoen.”

Dat geldt niet voor Sander Hoffmann. Luijten: “Hij heeft besloten om te stoppen. Hij heeft het druk met werk en zijn gezin. Zo’n besluit moet je respecteren.” Een keepersprobleem krijgt Nieuwerkerk volgens de trainer niet. “We hebben komend seizoen met Roy Spierings en Kevin de Geus twee uitstekende keepers die op een hoger niveau niet zouden misstaan.”

Als er versterkingen komen, zijn dat spelers die een Nieuwerkerk-verleden hebben of spelers die volgens Luijten een extra prikkel aan de huidige selectie kunnen geven. “Spelers krijgen bij ons geen cent”, zegt Jeroense. Toen Nieuwerkerk van de zondag naar de zaterdag overstapte was dat ook het sein het stuurwiel om te gooien en volop in te zetten op de eigen jeugd. “Met bijna tweeduizend leden moet er een fatsoenlijk eerste elftal, dat in de tweede klasse kan spelen, samengesteld kunnen worden”, aldus de voorzitter.

Klik hier voor meer informatie over Nieuwerkerk

Klik hier voor meer artikelen over Nieuwerkerk

De Groot maakt van druk een deugd bij Bergambacht

Hij kent de wens van de club om eindelijk eens promotie naar de derde klasse te verwezenlijken. Jerry de Groot is niet alleen naar Bergambacht gekomen voor de gezelligheid, maar ook om te presteren. “Die druk vind ik alleen maar fijn.”

Van een leuke beeldspraak is de 47-jarige trainer uit Nieuwerkerk nooit vies. Toen de nieuwe Bergambacht-oefenmeester werd gevraagd naar zijn ervaringen in de met 1-6 gewonnen uitwedstrijd tegen Moordrecht meldde hij doodleuk dat het gras van de thuisclub ‘tot aan de oksels reikte’. Hij geeft nu toe dat dat ‘lichtjes’ overdreven was. “Het veld zat vol met gaten en kuilen. Ik snap best dat je daar geen last van hebt als je de lange bal speelt, maar als je wilt voetballen, zoals wij, is het een drama.” Die verpakte boodschap zegt veel over de persoon die De Groot is als trainer. Een voetbaldier, die ook gevoelig is voor de omgeving waarin hij werkt. Intussen weet hij goed in te schatten waar hij zelf het beste tot zijn recht komt. Hij kende succesvolle periodes bij clubs (Gouda, Steeds Hooger), maar ook minder succesvol, zoals bij Hekelingen en HOV/DJSCR waar hem het plezier werd ontnomen door gebeurtenissen en hij zijn trainersspullen vroegtijdig inleverde. “Iedere trainer maakt wel eens een verkeerde inschatting.”

Bij Bergambacht had hij het goede gevoel meteen. “Ik heb altijd graag in de Krimpenerwaard willen werken. De mentaliteit spreekt me aan. Het dorpse. Geen gezeur, maar mouwen opstropen. Wat dat betreft ben ik wel een beetje uitgekeken op de stadse mentaliteit. Als spelers er twee, drie keer naast staan, stoppen ze. Dat zie ik hier in Bergambacht niet snel gebeuren.”

Een paar jaar geleden kwam het al bijna tot een ‘huwelijk’ tussen De Groot, die werkzaam is in de fi nanciële dienstverlening, en de blauwzwarten. “Ik zat bij de laatste twee, niet wetende dat Bert Potuyt de andere kandidaat was. We vonden elkaar toen al erg leuk. Bergambacht koos voor Bert, maar meldde wel dat ze graag in contact wilde blijven. Daarom heb ik de club de afgelopen jaren altijd nauw gevolgd. Als trainer van Gouda speelde ik zelf tegen Bergambacht.”

Alsof het in de sterren was geschreven kwam het in aanloop naar dit seizoen wel tot een samenwerking. “Even voor de jaarwisseling belde Bergambacht of ik een bakkie kwam doen. Na één gesprek was het beklonken.”

De Groot profileert zichzelf als een trainer ‘die ervoor wil zijn voor de spelers’. “Het is zeker geen eenrichtingsverkeer. Ik leg vaak mijn oor te luister. We moeten het samen doen.” Dat ‘doen’ slaat op de zware opgave waarvoor Bergambacht zich gesteld ziet. Na drie verloren finales in de nacompetitie, waarvan de laatste twee tegen Lekkerkerk, hunkert men op sportpark De Hofkamp naar promotie. “Iedereen ziet ons als één van de favorieten”, reageert De Groot. “Daar heb ik geen moeite mee, maar garanties biedt het niet. Gelukkig is het elftal intact gebleven na de gemiste promotie. Dat zegt ook veel over de onderlinge verbondenheid”, aldus de Nieuwerkerker, die verder Floreant, BSC’68 en Haastrecht noemt als concurrenten.

Bergambacht liep al op de tweede speeldag tegen een zeperd aan (Floreant). “Het lastige van onze start was dat we niet wisten waar we precies stonden. In de beker hadden we met 10-1, 9-0 en 7-1 gewonnen. Daar word je niet veel wijzer van. Het aspect dat er de nodige derby’s op het programma staan speelt in deze afdeling ook een rol.”

“Onlangs nog werd ik aangesproken door iemand van de club: of ik alsjeblieft er voor kon zorgen dat we de derby’s met Stolwijk en Ammerstol gaan winnen. Alle vier graag, zei hij er nog bij. Die beleving, daarom weet ik dat ik hier op mijn plek zit.”

Wil je meer informatie over de club Bergambacht? Klik hier.
Lees hier ook ‘Bergambacht denkt mee met de middenstand’

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Ontvang nu ook maandelijkse het laatste nieuws uit het amateurvoetbal in jouw regio.