Home Blog Pagina 10

FC Drunen zit zonder jeugdteams

0

Bij FC Drunen staat het jeugdvoetbal momenteel onder druk. Althans, voor nu. Door een tekort aan spelers moest de club dit seizoen stoppen met zowel de JO11 als de JO17. “Dat is natuurlijk een beslissing die je liever niet neemt,” vertelt bestuurslid en vrijwilliger Jeroen Laros (51). “Maar we hadden simpelweg geen andere keuze.”

De club communiceerde dit tijdig, zodat spelers de ruimte kregen om een andere keuze te maken. “Een groot deel van de JO17 is doorgestroomd naar de senioren. De overige jongens zijn naar omliggende verenigingen gegaan. Dat is jammer, maar op dit moment was het onvermijdelijk.”

Laros raakte zelf via zijn zoon Timo betrokken bij FC Drunen. “Ik ben van oorsprong een RKDVC-man, maar Timo voelde zich daar op een gegeven moment niet meer thuis. FC Drunen is kleinschaliger en gemoedelijk. Iedereen kent elkaar, dat sprak ons aan.” Inmiddels zet Laros zich al jaren in voor de club, eerst als leider van de JO17 en nu als wedstrijdsecretaris en kantinemedewerker.

Hoewel het jeugdvoetbal tijdelijk stilligt, is de club zeker niet leeg. “We hebben nog altijd meerdere seniorenteams en zelfs een zaalvoetbalteam. Er gebeurt hier genoeg.” Toch hoopt Laros op nieuwe aanwas. “Spelers die nu elders voetballen en misschien op zoek zijn naar iets anders, zijn hier van harte welkom.”

De blik is nadrukkelijk op de toekomst gericht. “Volgend seizoen willen we graag starten met een puppyteam, de kabouters. Vanaf de basis moet je het weer opbouwen.” Hij beseft dat dat tijd kost. “Voor een kleine club is dit een langdurig traject. Kinderen kiezen vaak sneller voor grotere verenigingen waar klasgenoten spelen. Dat is de realiteit.”

Een fusie is voor FC Drunen geen optie. “Dan raak je als kleine club je identiteit kwijt. Mensen komen juist hierheen vanwege het persoonlijke en laagdrempelige karakter.” Financieel staat de vereniging inmiddels weer stevig. “We zijn gezond, hebben trouwe vrijwilligers en oud-spelers die blijven terugkomen.”

Laros blijft zich inzetten zolang hij er plezier in heeft. “En dat is er nog steeds. Jeugdvoetbal is voor mij het mooiste wat er is. Zonder jeugd heb je geen toekomst. Daarom blijven we werken aan nieuwe plannen om die jeugd weer naar Drunen te halen.”

Klik hier voor meer artikelen over FC Drunen
Klik hier voor meer informatie over FC Drunen

Méer keuze voor eigen jongens bij SSS

Het seizoen 2024-2025 bracht absoluut niet wat SSS zich vooraf had voorgesteld van de jaargang, die roemloos eindigde. En dus werd er lering getrokken in Klaaswaal, waar trainer Paul Bestebreur aan zijn derde jaar is begonnen en met een selectie met een meer eigen gezicht de prestatiecurve naar boven moet zien te buigen.

KLAASWAAL – Het is de keuze die op verschillende plekken in de Hoeksche Waard al eerder gemaakt werd door bepaalde verenigingen. Ook Strijen en ’s-Gravendeel kozen ervoor om meer en meer met spelers uit de eigen opleiding en een ‘dorpsgezicht’ in het eerste team te gaan werken.

Ook bij het Klaaswaalse SSS, dat in de derde klasse in het voorbije seizoen teleurstellend presteerde en ver verwijderd bleef van de verdeling van de prijzen, werd de balans opgemaakt en een lichtelijk andere koers ingezet: niet meer spelers halen om het halen, maar alleen kwalitatieve toevoegingen van buitenaf en meer herkenbaarheid met spelers uit eigen gelederen.

Toekomstbestendig

In de derde klasse I neemt SSS na acht gespeelde wedstrijden de vijfde plek in, waarbij in die reeks wedstrijden soms onnodig punten werden verspeeld. In een competitie waarin Bruse Boys nu al ongenaakbaar op weg lijkt naar het kampioenschap zal het nog een hele toer worden om uiteindelijk een plekje te verwerven in het toetje, maar SSS heeft in ieder geval een weg ingeslagen die toekomstbestendig zou moeten zijn.

Voor dit seizoen werden verscheidene spelers vanuit het tweede team doorgeschoven naar het eerste. Waar SSS Ti-Jay Bins, Roy van Raam, Ernesto Figueira Comojo, Frank van der Linden, Edison Warner, Nick Rorijs en Yunus Ekiz van het Klaaswaalse toneel verdwenen, kwamen Jasper Barendrecht, Guus Tieleman, Niels Nederlof en Nathan Zevenbergen juist naar de selectie van Bestebreur toe.

Daarmee is de verfrissing in de selectie aangebracht, waarnaar SSS eigenlijk al in het eerste deel van dit kalenderjaar hunkerde. Toen de prestaties minder werden, kwam de klad er steeds meer in en zakte ook de sfeer en de bereidwilligheid om voor elkaar door het vuur te gaan. SSS, dat enige tijd tegen de top had aangehikt, gleed steeds verder weg op de ranglijst en dat temperde de motivatie aanzienlijk.

Met een meer (en weer) hongerige groep is die historie uitgepoetst. De eerste stappen zijn gezet, het is nu aan de selectie om in het vervolg van de competitie zodanige stappen te maken dat de curve écht een knik naar boven gaat maken.

Klik hier voor meer informatie over SSS
Klik hier voor meer artikelen over SSS

ASWH Evenementen brengt sfeer

Jacqueline en Petra zijn de drijvende krachten achter ASWH Evenementen. Zij vertellen dat er na de Corona-periode enorm veel energie vrijkwam om weer leuke dingen te mogen organiseren bij ASWH.

Het familieweekend, waarbij de jeugdspelers kunnen kamperen op de voetbalvelden en er vrijdag en zaterdag veel voetbalactiviteiten zijn waaronder de ouder-kindwedstrijden waar iedereen naar uitkijkt, werd zo positief ontvangen dat besloten werd om ASWH evenementen te vormen. Op die manier konden alle initiatieven die ontstonden gestroomlijnd worden en met elkaar worden afgestemd.

En dat werkt, want het aantal evenementen dat ASWH organiseert is nog nooit zo groot geweest als nu. Daarbij wordt gezorgd dat er voor alle leeftijdscategorieën iets te doen is. Voor de jongste jeugd is er Pietenpret waarbij pieten meedoen met de training, voor gameliefhebbers is er het FIFA toernooi, voor 65 plussers wordt een supporterslunch georganiseerd voorafgaand aan een wedstrijd van ASWH 1, er is maandelijks een bingo-avond en er zijn feestavonden, thema pubquizen, een Padeltoernooi, een Halloween activiteit, de traditionele boutmiddag en het rad van avontuur. En last but not least bij een voetbalvereniging: voetbalactiviteiten, zoals de Wintercup, het meetrainen met het Eerste Elftal, het Oliebollentoernooi en het eerdergenoemde familieweekend.

Het is onmogelijk om aan te geven wat het leukste evenement is dat ASWH organiseert, daarvoor zijn er simpelweg te veel en heeft elk evenement zijn charme. Juist de diversiteit aan activiteiten en vooral dat dit met zoveel verschillende mensen binnen ASWH wordt gedaan maakt het zo geweldig.

Een bekende strofe uit het clublied van ASWH luidt “we doen het met en voor elkaar” en dat is precies wat hier gebeurt. Voor grote evenementen worden werkgroepen gevormd en vindt veel overleg plaats. De KNVB bekerwedstrijd tegen SC Heerenveen van vorig seizoen werd daardoor niet alleen een sportief hoogtepunt, maar ook sociaal. Binnen de hele vereniging, van kantine tot fanshop, van jeugdleden tot sponsors en van veiligheid tot communicatie werd alles uit de kast gehaald om samen het succes te maken dat deze avond was.

En uit elk geslaagd evenement komen ook weer nieuwe ideeën voor een volgend evenement. Zo ontstond dit jaar spontaan het idee om het Oktoberfest dat dertien jaar geleden voor het laatst was georganiseerd nieuw leven in te blazen. De landschapsdoeken werden vervolgens uit de opslagruimten opgediept en weer in orde gemaakt voor een geweldig feest waarbij werkelijk iedereen op de dansvloer eindigde.

Voor alle mensen die ASWH een warm hart toedragen is er dus wel een activiteit: van de jongste jeugd tot en met het oudste lid. Georganiseerd door vrijwilligers met een hart voor de vereniging. En dat is precies zoals de makers van het clublied in 1987 al schreven: “Daar zijn mijn vrienden, daar bij ASWH, het kan er zo gezellig zijn!”

Klik op ASWH de laatste artikelen over de club.
Klik op ASWH voor meer informatie over de club.

Smitshoek zet zich in voor Hospice De Reiziger: “Het geeft zoveel voldoening”

Bij voetbalvereniging Smitshoek gaat maatschappelijke betrokkenheid verder dan alleen wat er op het veld gebeurt. De club werkt sinds kort samen met Hospice De Reiziger in Barendrecht – een plek waar mensen in hun laatste levensfase met zorg en warmte worden omringd. Een van de drijvende krachten achter die samenwerking is Paul van Loo, die zich al decennia vrijwillig inzet voor de club én het hospice.

Twee petten op

Van Loo (81) is ambassadeur van Smitshoek en vervult daarnaast de rol van gastheer bij Hospice De Reiziger. “Ik loop eigenlijk met twee petten op,” vertelt hij met een glimlach. “Bij Smitshoek ben ik ambassadeur, bij het hospice vrijwilliger. En dat combineert mooi, want beide werelden draaien om betrokkenheid en mensen iets meegeven.”

Zijn stap richting het hospice kwam min of meer toevallig. “Ik had mijn bestuursfuncties in de sportwereld net neergelegd – ik was 72 en dacht: het is mooi geweest. Maar een vriend vroeg of ik eens wilde komen kijken bij een hospice in oprichting. Ik dacht eerst: ik ben net klaar met al dat vrijwilligerswerk! Toch ben ik gegaan, samen met mijn vrouw en dochter. En we zijn er nooit meer weggegaan.”

Sinds de opening in 2016 is Van Loo daar actief als gastheer. “We helpen de verpleging, ontvangen familie en proberen de gasten op hun gemak te stellen. Het is bijzonder werk – intens soms, maar vooral dankbaar. Je kunt op kleine momenten veel betekenen voor mensen. Dat geeft enorm veel voldoening.”

Een club met een warm hart

Diezelfde toewijding brengt Van Loo ook mee naar Smitshoek. “Onze vereniging telt inmiddels zo’n 1800 leden. We hebben een G-voetbalteam, een walking football-afdeling en een 35+-competitie. Dat laat zien hoe breed en sociaal onze club is,” zegt hij trots. “Smitshoek is een vereniging waar ruimte is voor iedereen, van jong tot oud.”

De samenwerking met Hospice De Reiziger past volgens Van Loo perfect bij dat karakter. “Smitshoek wil niet alleen sportief presteren, maar ook maatschappelijk iets terugdoen. In het verleden steunde de club al projecten als het Ronald McDonald Huis en PIPA. Nu hebben we gekozen voor een lokaal doel, iets wat dichtbij onze gemeenschap staat.”

Het initiatief kwam tot stand via de commerciële commissie van Smitshoek. “Marcel van den Einde kwam naar me toe en vroeg of ik namens de club ambassadeur wilde worden richting het hospice. Dat vond ik een eer. De bedoeling is om samen acties op te zetten die geld opleveren voor het hospice, maar ook de maatschappelijke kant van Smitshoek laten zien.”

Van shirtveilingen tot Rad van Avontuur

En dat lukt uitstekend. “We zijn op allerlei manieren actief,” vertelt Van Loo enthousiast. “Bij wedstrijden, toernooien en evenementen is er vaak een inzameling of een verloting voor het hospice. We hebben gesigneerde shirts van Sparta, Feyenoord en RKC die binnenkort worden geveild via de businessclub. Ook tijdens het bedrijventoernooi komt er een kleine bijdrage per team voor De Reiziger.”

Daarnaast staat Smitshoek regelmatig met een kraam op lokale evenementen. “Op Koningsdag, maar ook bij jeugdtoernooien,” legt Van Loo uit. “Soms verkopen we wat, soms doen we een verloting. En tijdens ons beroemde Rad van Avontuur in de kantine draaien we voortaan een extra ronde voor het hospice. Dat levert al snel duizend euro op – maar nog belangrijker: het zorgt voor betrokkenheid.”

“Ik ben een tevreden mens”

Van Loo is inmiddels veertig jaar lid van Smitshoek en kreeg in die tijd al meerdere onderscheidingen voor zijn inzet – van Lid van Verdienste tot een Koninklijke onderscheiding. Toch blijft hij bescheiden. “Ik heb alle schouderklopjes al gehad die een mens kan krijgen,” zegt hij lachend. “Ik tel mijn zegeningen en hoop dit nog een tijdje te mogen doen.”

Hoewel hij de tachtig al gepasseerd is, bruist hij nog van energie. “Leeftijd is maar een getal,” zegt hij nuchter. “De een van zestig ziet eruit als honderd, de ander van tachtig als zestig. Het gaat erom dat je blijft doen wat je leuk vindt. Zolang ik iets kan betekenen – voor de club én voor het hospice – blijf ik dat met liefde doen.”

Met de samenwerking tussen Smitshoek en Hospice De Reiziger komt voor Van Loo alles samen waar hij voor staat: sportiviteit, saamhorigheid en maatschappelijke kracht. “Het mooie is,” besluit hij, “dat we met voetbal iets kunnen betekenen voor mensen buiten het veld. Dat is precies waar Smitshoek voor staat.”

Klik op Smitshoek voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Smitshoek voor meer informatie over de club.

‘Ik heb er een leuker leven voor teruggekregen’

Terug van een blessure aan zijn knie, is Djurre Verschut bij derdeklasser DESK weer helemaal fit én vol vertrouwen begonnen aan het nieuwe seizoen. En na een goede start van de competitie, durft de middenvelder stiekem al te dromen van promotie. “Ik zou heel graag hoger willen spelen!”

De voortekenen, zijn wat dat betreft in ieder geval goed. “Het gaat wel lekker!” Ook op persoonlijk vlak dus. “Vorig seizoen had ik lange tijd last van een blessure. Overstrekkingsletsel, waardoor er vocht in mijn knie bleef zitten. Daardoor heb ik uiteindelijk zes maanden niet kunnen voetballen. Nu voel ik me weer fit!” Het gevoel, is dan ook goed, bij de 23-jarige Verschut. “Ons doel is om kampioen te worden. Of via de nacompetitie te promoveren.” Iets wat afgelopen seizoen, uiteindelijk niet lukte. Ondanks een derde plaats en het overnemen van de derde periode. “We werden heel snel uitgeschakeld. Dus achteraf, hadden we het ook niet echt verdiend.”

Niet meer weg

Toch overheerst bij Verschut vooral de tevredenheid. “Als je SVW en WSC zag, de nummers één en twee, denk ik dat we het maximale eruit hebben gehaald. Daar kunnen we tevreden mee zijn. Al hebben we het misschien laten liggen tegen de onderste ploegen.” Want aan vertrouwen, geen gebrek. “We hebben echt een goed voetballend team, met veel snelheid. Als we deze groep bij elkaar kunnen houden, moet bovenin tweede klasse of misschien wel eerste klasse kunnen. Dat lijkt me heel vet!”

Vertrekken, ziet Verschut zichzelf dan ook niet zo snel doen. “Ik hoef niet meer naar een andere club. Mijn ambitie is om zo hoog mogelijk met DESK te voetballen en gewoon lekker zo lang mogelijk hier te spelen.” Dat klinkt logischer, dan het daadwerkelijk is. Gezien zijn verleden in het profwereldje. “Ik heb zeven jaar lang bij PSV gezeten. Vanaf de F’jes tot de C’tjes.” Een mooie tijd, vol met leuke tegenstanders. Van Barcelona en Chelsea tot aan Arsenal en Ajax.

Welke spelers kan hij zich nog herinneren? “Onder andere Ryan Gravenberch, Jamal Musiala en Brian Brobbey.” Maar ook een paar van zijn teamgenoten, spreken tot de verbeelding. “Ik zat in het team bij Mohamed Ihattaren en Ian Maatsen.” Toch voetbalt Verschut nu in de derde klasse en staat hij niet in volle stadions. “In mijn laatste jaar zat ik, nadat ik hersteld was van een gebroken knieschijf, bijna alleen maar op de bank. Terwijl ik mijn vrienden plezier zag hebben bij DESK…” De keuze, was dan ook simpel voor Verschut. Mede ingegeven door zijn ouders. “Die zagen dat ik er geen plezier meer in had. Dus besloot ik halverwege het seizoen, rond de kerst, terug te gaan naar DESK.”

Stukje discipline

Spijt, heeft hij daar nooit van gehad. “Soms had ik wel willen weten hoe ver ik had kunnen komen, maar ik heb er uiteindelijk een leuker leven voor teruggekregen.” Want, zo relativeert de inwoner van Kaatsheuvel. “Je moet er ook heel veel voor laten. En het profvoetbal, is een harde wereld. Op dat moment moest ik daar ook naar school, dat was ook niet makkelijk. Uiteindelijk heb ik de mooiste jaren van een jeugdopleiding meegemaakt, denk ik.”

Teruggekeerd op het oude nest, viel Verschut met zijn neus in de boter. “Toen was ik veertien of vijftien. Gewoon lekker plezier hebben en voetballen met je vrienden.” Al moest hij daar in het begin wel even aan wennen, is de middenvelder eerlijk. “Ik heb toen zelfs nog een tijdje bij de C2 meegedaan, omdat ik niet speelgerechtigd was. Het is natuurlijk een lager niveau én er worden meteen allemaal dingen van je verwacht. Gelukkig zitten er bij ons in het team nu ook een hoop jongens die hoger hebben gespeeld, dat voetbalt toch lekkerder. Daar kun je jezelf aan optrekken.”

Zijn debuut gemaakt op zijn zeventiende, draagt Verschut nog altijd zijn geleerde lessen bij PSV met zich mee. “Je leert daar vooral om zelfstandig te worden. Iedere ochtend nam ik om half zeven ‘s ochtends de bus, om vervolgens ‘s avonds pas weer thuis te komen. Dat is ook een stukje discipline wat je opbouwt.”

Merkt hij nu ook in zijn dagelijkse leven, als werkvoorbereider bij een leerverwerkingsbedrijf in Waalwijk. “Ik vind het helemaal niet erg om hard te werken of om een keer langer te blijven. Terwijl onze generatie daar normaal wel moeite mee heeft.” Een karaktereigenschap die hij ook in het veld, maar al te goed kan gebruiken. “Eerst stond ik op zes of acht, nu sta ik meer op tien.” Een positie waar Verschut naar eigen zeggen het beste uit de voeten kan. “Ik houd het meeste van aanvallen en vooruit voetballen. Een rustige en slimme speler, die het moet hebben van zijn passing en positionering. Niet zo snel, maar wel een echte teamspeler!”

Klik hier voor meer artikelen over DESK
Klik hier voor meer informatie over DESK

‘Bij Rijnmond Hoogvliet Sport bruist de jeugd van energie: het lijkt soms wel een mierennest’

Bij Rijnmond Hoogvliet Sport wordt er met trots naar de jeugd gekeken. De club uit Hoogvliet is de afgelopen jaren uitgegroeid tot een levendige vereniging waar plezier, ontwikkeling en ambitie hand in hand gaan. Nick Meivogel, bestuurslid jeugdzaken, vertelt over de groei van de jeugdafdeling, de saamhorigheid binnen de club en de plannen voor de toekomst.

Van ouder langs de lijn tot spil in de jeugdopleiding

Wat begon als een simpel verzoek om te helpen bij een training, groeide voor Meivogel uit tot een passie. “Mijn zoon begon met voetballen en toen kreeg ik van Frank Sparrenboom een netje met ballen in mijn handen gedrukt”, lacht hij. “Vanaf dat moment ben ik eigenlijk nooit meer gestopt. Ik ben iemand die graag organiseert en ondersteunt, en dat is binnen deze club alleen maar gegroeid.”

Inmiddels maakt Meivogel deel uit van het bestuur en houdt hij zich, samen met een team van jeugdcoördinatoren en sinds kort een Hoofd Jeugdopleiding (HJO), bezig met alles wat met de jeugd te maken heeft. “We hebben de afgelopen jaren veel opgebouwd. De jeugd heeft de toekomst, en daar willen we bij Rijnmond Hoogvliet Sport echt in investeren.”

De jeugd in beweging

Eén van de speerpunten van de club is het thema ‘jeugd in beweging’. Daarmee bedoelt Meivogel niet alleen letterlijk sporten, maar ook de groei van de hele jeugdafdeling. “We zijn als vereniging echt bezig om meer kinderen naar de club te trekken. Dat doen we met prestatie- én recreatieve elftallen, maar ook door allerlei activiteiten te organiseren. Denk aan toernooien, voetbalclinics of een kinderbingo. Iedereen is welkom — ook kinderen die nog geen lid zijn.”

De aanpak werpt zijn vruchten af. “Vijf jaar geleden hadden we nog velden over. Nu zitten we met vier velden vol, soms zelfs overbezet. Alleen al bij de mini’s lopen er veertig kinderen rond. Het lijkt soms wel een mierennest, maar dat is geweldig om te zien.”

Plezier blijft de basis

Ondanks de groei blijft plezier het fundament van de jeugdopleiding. “We willen dat ieder kind met plezier op zijn eigen niveau kan voetballen”, benadrukt Meivogel. “Er zijn kinderen die richting de hoofdklasse kunnen, maar ook jongens of meisjes die pas net beginnen. Voor iedereen moet er plek zijn.”

Dat vraagt soms om een zorgvuldige balans. “Je hebt altijd ouders die vinden dat hun kind een niveau hoger hoort te spelen. Dat hoort erbij,” zegt hij met een glimlach. “Maar wij zijn daar heel transparant in. Aan het eind van elk seizoen lichten we de indelingen toe. En omdat we al jaren met hetzelfde team van trainers werken, is er veel wederzijds vertrouwen.”

Groei in prestatie en kwaliteit

Naast plezier wil Rijnmond Hoogvliet Sport ook de kwaliteit omhoog trekken. De club ziet dat haar jeugdteams steeds vaker worden opgemerkt door profclubs. “Bijna elk jaar vertrekken er wel jongens naar Feyenoord of Sparta,” vertelt Meivogel. “Dat is natuurlijk het grootste compliment dat je als club kunt krijgen. Tegelijkertijd willen we ook talenten behouden die bij ons verder kunnen groeien.”

Om dat te bereiken, investeert de club volop in trainersopleidingen. “Vroeger deden er misschien vijf trainers mee aan een KNVB-module, nu zijn dat er meer dan twintig. Hoe beter de trainers, hoe beter de trainingen — en dus de ontwikkeling van onze spelers.”

Investeren in ontwikkeling

De groei van de jeugdafdeling vraagt ook om investeringen in faciliteiten. “We doen elk jaar mee aan de Grote Clubactie, waarmee we geld ophalen voor materialen. Zo kunnen we alle teams voorzien van goede goals, ballen en tenues,” legt Meivogel uit. “Daarnaast hebben we allerlei trainingshulpmiddelen — van touwladders tot springhekjes — zodat we trainingen uitdagend kunnen maken voor elke leeftijd.”

Ook wordt er naar de spelers zelf geluisterd. “We vragen de kinderen wat ze leuk vinden, wat ze meer willen doen. Je krijgt dan soms de leukste ideeën terug. Dat zorgt ervoor dat ze zich gehoord voelen en nog meer plezier hebben.”

Toekomst vol vertrouwen

Na de coronaperiode, waarin veel oudere jeugdteams verloren gingen, is de groei weer in volle gang. “Onze JO16 is flink gegroeid, en bij de JO14 zie ik jongens lopen waarvan ik denk: die kunnen over een paar jaar in het eerste elftal spelen,” zegt Meivogel trots. “De toekomst ziet er rooskleurig uit.”

Wat volgens hem het succes verklaart? “Het plezier spat eraf. De kinderen gaan met een glimlach naar de club, ouders raken steeds meer betrokken, en de saamhorigheid is groot. Dat is uiteindelijk waar je het allemaal voor doet.”

Klik op Rijnmond Hoogvliet Sport voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Rijnmond Hoogvliet Sport voor meer informatie over de club.

‘Profvoetbal is door mijn knieën niet realistisch’

Na eerder assistent-trainer én techniektrainer te zijn geweest, staat Walterson van Drunen sinds dit seizoen bij de JO14 van RKDVC op eigen benen. Een rol die hem uitstekend ligt, al zou de voormalig jeugdspeler van Willem II liever zelf op het veld staan. Pijnvrij dan tenminste. “In augustus 2024 heb ik besloten om daar te stoppen, omdat het niet meer ging met mijn knieën.”

Een hard gelag, na negen jaar in de jeugdopleiding van Willem II. “Ik ben in totaal vier of vijf jaar geblesseerd geweest. Had altijd last van mijn knieën. Voetballen op hoog niveau, was daardoor niet meer realistisch.” Maar wat het nu precies is, weet Van Drunen (19) na al die jaren ook nog steeds niet. “Dat is heel onduidelijk. Ik voel als ik beweeg een steek en een drukkende pijn, in allebei mijn knieën.” Toch besloot de inwoner van Drunen om dit seizoen aan te sluiten bij het eerste van RKDVC. “De pijn voel ik nog steeds, maar het is te doen. En ik wil gewoon graag voetballen, dus dat heb ik er wel voor over.”

Leerzame lessen

Aanbiedingen van verschillende profclubs, liet hij de afgelopen maanden lopen, vertelt Van Drunen. “Het liefste zou ik dat doen, want mijn droom is nog steeds om profvoetballer te worden. Maar of dat realistisch is?” De vraag stellen, is hem waarschijnlijk beantwoorden. “Ik loop nog steeds dagelijks bij fysio’s rond en leef als een topsporter.” Inmiddels dus weer terug op het oude nest.

“Vanaf mijn vijfde tot met tiende, heb ik bij RKDVC gespeeld. Daarna ben ik naar Willem II gegaan.” Om vervolgens in de JO19, noodgedwongen te moeten stoppen. Hoe kijkt de rechtsbenige centrale verdediger terug op zijn tijd in Tilburg? “Je moet er heel veel voor over hebben. Dat is wel eens iets wat mensen vergeten. Je maakt lange dagen en het is echt niet altijd leuk.” Maar, zo voegt Van Drunen daaraan toe. “Qua stukje discipline, heb ik veel geleerd. Wat is er nodig? Ook in randzaken, zoals school. Juist zodat de focus optimaal op voetbal kan liggen.”

De jongeling spreekt dan ook van leerzame lessen. “Die neem ik mee voor de rest van mijn leven. Net als de mooie herinneringen. Daardoor word je gemaakt als persoon.” Lessen én herinneringen, die Van Drunen nu als trainer van de JO14, mee hoopt te geven aan zijn spelers bij RKDVC. “Een bepaalde discipline, probeer ik natuurlijk wel over te brengen op die jongens. Maar ook het om leren gaan met tegenslagen. Daar word je volwassener van.”

Hoe bevalt het hem tot nu toe als hoofdtrainer? “Je krijgt een bepaalde verantwoordelijkheid. Dat vind ik leuk. Al is dat, zeker met pubers, nog wel eens lastig. Gelukkig zijn ze wel heel erg gemotiveerd.” Ervaring, heeft Van Drunen wat dat betreft dan ook genoeg. “Afgelopen jaar heb ik mijn studie Sport en Bewegen afgerond, toen moest ik ook een jaar stage lopen.” Dat deed hij, niet geheel verrassend, bij RKDVC. “Ik ben twee seizoenen assistent-trainer geweest, bij de JO15 en de JO17, en ik ben een jaar techniektrainer geweest bij de JO8 en JO9.”

Dagelijks missen

Wat voor team is de huidige JO14? “Het zijn veel vrienden van elkaar. Die logeert met die, en die logeert met die.” Een voordeel, maar soms ook een klein nadeel, weet Van Drunen. “Daardoor hebben ze best wel speels gedrag.” Al is daar genoeg ruimte voor, vertelt hij. “Ik houd van grapjes maken. Behalve als we trainen, dan moet het serieus zijn.” En moeten zijn spelers op tijd zijn. “Voor iedere minuut dat iemand te laat is, moet iedereen een rondje lopen. Zodat ze elkaar daarop aan gaan spreken.” Een werkwijze, die zijn vruchten lijkt af te werpen. “Er komen altijd heel veel ouders kijken, dat geeft toch een stukje voldoening. En het geeft de bevestiging dat je het goed doet.”

Wat voor trainer is hij? “Een leergierige! Ik wil zelf graag leren, maar natuurlijk vooral die jongens wat leren. Ook tactisch, probeer ik ze al dingen bij te brengen.” Vooral door veel te voetballen. “We doen veel vormen waarbij ze na moeten denken. Altijd met een spelelement, zodat ze kunnen winnen.” Fanatisme, waar Van Drunen keer op keer van kan genieten. “Ik vind het vooral heel leuk om op het veld te staan en hun potentie te zien.” Want potentie, ziet hij genoeg. “Mijn doel is om die jongens hogerop te laten komen, én dat kunnen ze!”

Hoe gepassioneerd Van Drunen als trainer ook is, het zelf op hoog niveau voetballen, mist hij nog dagelijks. “Ik vind het training geven leuk, maar niet als vervanger. Het is leuk voor erbij. En om connectie te houden met het spelletje.” Want voor de verdediger, is het niet ‘maar gewoon voetbal’. “Veel mensen zeggen dat, maar dat was het niet voor mij. Ik was er iedere dag mee bezig.” Of hij dat straks als trainer ook ziet zitten, weet Van Drunen nog niet. “Misschien zou ik voor mezelf ooit een voetbalschool op willen richten, naast mijn vaste baan.” Een baan, waar hij nu hard voor aan het studeren is. “Ik zat eerst op het ROC in Tilburg, nu doe ik de hbo-opleiding Vastgoedkunde in Eindhoven.” Met de instelling, die hij als voetballer én als trainer, ook heeft. “Ik wil er het maximale uithalen!”

Klik hier voor meer artikelen van RKDVC
Klik hier voor meer informatie over RKDVC

izilindo Mendes da Silva: stille kracht en tweede aanvoerder bij Meeuwenplaat

Sizilindo Mendes da Silva is bezig aan zijn tweede seizoen bij Meeuwenplaat en heeft in korte tijd een vaste plek veroverd binnen de selectie. De 24-jarige creatieve middenvelder, die vaak als nummer tien speelt, draagt inmiddels de band van tweede aanvoerder. Een rol die past bij zijn rustige karakter én zijn groeiende invloed binnen het team.

Mendes da Silva zette zijn eerste voetbalstappen al op jonge leeftijd, geïnspireerd door zijn moeder die zelf ook voetbalde. Via jeugdopleidingen bij onder meer Rotterdam United, GLZ, Alexandria ’66 en Zwaluwen maakte hij de overstap naar het seniorenvoetbal. Bij Zwaluwen rook hij even aan het eerste elftal, maar trainerswissels, blessures en corona zorgden voor een grillige periode. “Toen voelde ik dat het tijd was voor een nieuwe stap.”

Die stap bracht hem eerst bij sv Poortugaal, waar hij via de Onder 23 uiteindelijk minuten maakte bij het eerste. Een echte doorbraak bleef echter uit. Via trainer Ronald van der Zalm kwam hij vervolgens bij Meeuwenplaat terecht. “Dat voelde meteen goed. Ik heb hier rust gevonden.”

Ondanks zijn introverte karakter heeft Mendes da Silva een duidelijke stem binnen de groep. Als tweede aanvoerder fungeert hij als schakel tussen spelers en staf. Op het veld onderscheidt hij zich met loopvermogen, spelinzicht en scorend vermogen vanuit het middenveld.

Na het kampioensjaar van vorig seizoen verloopt de huidige competitie moeizaam, maar zijn vertrouwen in de groep blijft groot. “De resultaten vallen tegen, maar de onderlinge band is sterker dan vorig jaar. Daar kunnen we op bouwen.”

Klik op de link voor meer artikelen over VV Meeuwenplaat
Klik op de link voor meer informatie over VV Meeuwenplaat

Span droomde van het eerste: ‘Hoopte daar zelf ooit te staan’

0

Na een promotie is het altijd even wennen — dat merkt ook derdeklasser Waspik. Na de succesvolle nacompetitie van vorig seizoen vallen de resultaten dit jaar tot nu toe nét te vaak de verkeerde kant op. Toch blijft Jent Span positief. “Als we zo blijven voetballen, komen de punten vanzelf.”

Die punten laten voorlopig nog op zich wachten, erkent Span (20). “In een aantal wedstrijden hadden we echt meer kunnen halen.” Dat lukte niet, vaak door details. “We krijgen regelmatig laat een tegengoal. Dat is ook gewoon pech.” Volgens hem is er maar één oplossing: blijven werken. “Keihard blijven gaan, ook om het vertrouwen vast te houden. We weten inmiddels dat we dit niveau aankunnen.”

Wennen aan een hoger niveau

Het verschil tussen de vierde en derde klasse bleek groter dan verwacht. “Dat hebben we misschien een beetje onderschat,” zegt Span. “Tegenstanders zijn technisch sterker. Vorig seizoen konden we veel ploegen na zeventig minuten kapot spelen. Nu moet je negentig minuten vol gas geven. Eén moment van verslapping en je wordt meteen afgestraft.”

De doelstelling is helder. “Handhaving staat voorop. Als dat lukt, kunnen we kijken of we richting het linkerrijtje kunnen.” Aan het niveau twijfelt hij niet. “We horen thuis in de derde klasse. Dat moeten we alleen nog bewijzen.”

Een promotie om nooit te vergeten

De promotie van vorig seizoen voelt nog altijd bijzonder. “Dat was echt een fantastisch jaar,” zegt Span, die toen zijn eerste seizoen bij de selectie draaide. “Als je dan meteen promoveert, is dat heel speciaal.” Lang deed Waspik mee om het kampioenschap, maar het werd uiteindelijk een tweede plek. “Achteraf was die promotiewedstrijd via de nacompetitie misschien nog mooier. Dat was de vetste wedstrijd die ik ooit heb gespeeld.”

Met bussen vol supporters langs de lijn werd het een dag om nooit te vergeten. “Iedereen die je kende was er. Zoiets maak je niet vaak mee.” Na een korte dip zette de ploeg snel de knop om. “We wisten dat promotie erin zat. Daar hebben we ons volledig op gefocust.”

Van jeugd naar mannenvoetbal

Voor Span zelf was het ook een jaar van aanpassen. “Ik kon op mijn zeventiende al naar het tweede, maar ben bewust bij de jeugd gebleven.” Een seizoen later maakte hij de stap naar het eerste. “Zonder verwachtingen. Gewoon alles geven.” Dat hij mocht blijven, voelde als een beloning.

De overgang naar het seniorenvoetbal was duidelijk merkbaar. “Je gaat van spelen tegen leeftijdsgenoten naar duels met gasten van in de dertig. Alles gaat sneller, harder.” Ook op training. “Als je daar niet vol gaat, val je meteen door de mand.”

Zijn rol binnen het team wisselde regelmatig. Van centrale verdediger tot rechtsback, linksbuiten en uiteindelijk weer middenveld. “Ik ben rustig aan de bal en vind het leuk om de opbouw te verzorgen.” Het liefst speelt hij op zes, al is dat niet altijd mogelijk. “Aan de zijkant heb je vaak net iets meer tijd.”

Een echte clubjongen

Wat zijn positie ook is, één ding staat vast: Span wil bij Waspik spelen. “Ik ben hier lid sinds ik geboren ben,” zegt hij lachend. “Mijn ouders hebben hier ook gevoetbald. Ik ben ermee opgegroeid.” Als kind keek hij langs de lijn naar het eerste elftal. “Dan hoopte je daar ooit zelf te staan. Dat dat nu werkelijkheid is geworden, blijft bijzonder.”

En met dat gevoel én vertrouwen blijft Span strijden voor lijfsbehoud. “Als we blijven doen wat we nu doen, gaat het onze kant op vallen.”

Klik hier voor de gepersonaliseerde clubpagina van Waspik

Poortugaal droomt voorzichtig verder: ‘Het is nog een lange weg, maar we gaan er vol voor’

Bij SV Poortugaal blijft het vizier strak op de vierde divisie gericht. De ploeg van trainer Oscar Biesheuvel staat momenteel bovenaan, heeft de eerste periodetitel al op zak en draait een seizoen waar de achterban stilletjes van begint te dromen. Toch blijft één iemand opvallend nuchter: middenvelder Jesse Vermaat, die in zijn eerste seizoen meteen een vaste waarde én publiekslieveling is geworden. Hij praat uitvoerig over het kampioenschap, de concurrentie en het gevoel binnen de ploeg.

‘Nog veel te vroeg om over een titel te praten’

Wie Vermaat ook maar probeert te verleiden tot grote uitspraken, vist achter het net. Poortugaal staat er uitstekend voor, maar de 23-jarige nummer tien wil vooral niet te vroeg juichen. „Het is nog een lange weg te gaan,” begint hij. „Ik ga niet zeggen: we worden kampioen, want dat is veel te ver weg. Maar we gaan natuurlijk wel met het team ons uiterste best doen om te kijken of we aan het einde van het seizoen met die prijs staan.”

Dat de ploeg de eerste periode binnensleepte – in de knetterende derby tegen Smitshoek – zorgde voor euforie, maar geen gemakzucht. „We weten dat we sowieso nacompetitie spelen, dat is fijn. Maar je kunt dan denken: we zitten toch goed. Of je denkt: juist nu moeten we doorzetten. Iedereen binnen de ploeg kiest voor dat tweede. De focus ligt op het kampioenschap.”

Stabiliteit, beleid en teamspirit

Wat opvalt in alles wat Vermaat vertelt: het gevoel binnen de selectie. Poortugaal heeft geen sterrenensemble maar een hecht elftal dat al langer samenspeelt, aangevuld met gericht gehaalde versterkingen. „Ik vind echt dat we een team zijn,” legt hij uit. „Er zijn genoeg ploegen waarbij je merkt dat het nog niet staat, maar bij ons is het anders. De club doet het goed, spelers blijven, en alleen op specifieke posities wordt er gericht iets bijgehaald. Je merkt dat jongens onderling goed zijn met elkaar, buiten het veld ook. Dat zie je terug in hoe we spelen.”

De sfeer is minstens zo belangrijk als het spel zelf. „Op trainingen is het serieus, maar ook gezellig. We zien elkaar niet alleen op zaterdag, maar ook door de week, of in de stad. Er is veel contact. Dat maakt zo’n groep sterk.”

Resultaten helpen – maar ook tegenslag wordt snel verwerkt

Het draait, de punten worden gepakt en Poortugaal staat bovenaan. Dat helpt. Maar volgens Vermaat schuilt de ware kracht in hoe de ploeg omgaat met mindere momenten.
„We hebben dit seizoen ook wedstrijden gehad waarin we punten lieten liggen. Dan zie je soms even de andere kant van het team. Maar iedereen schakelt snel door. We kijken wat beter moet en daarna direct weer vooruit. Dat vind ik een sterke eigenschap van deze ploeg.”

De middenvelder kwam afgelopen zomer over van SCO, werd in recordtempo basisspeler en verlengde al voor volgend seizoen. Niet gek, gezien het perspectief dat Poortugaal biedt. „Het plan van de club, de spelers die blijven, de jongens die ze willen halen… dat geeft mij echt vertrouwen richting de toekomst.”

Spannende strijd bovenin: ‘Smitshoek gaat lang meedoen’

Met concurrenten als XerxesDZB, Jodan Boys en HBS is het bovenin ongekend spannend. De vraag wie de grootste uitdager wordt, vindt Vermaat lastig te beantwoorden.
„We hebben Jodan Boys nog niet gehad. Die begonnen minder maar staan nu alweer derde, dus daar kan ik nog weinig over zeggen. Maar ik vind zelf dat Smitshoek tot het einde wel bovenin mee blijft doen.”

Het belooft dus een lange, zware strijd te worden in de vierde divisie. Maar Poortugaal heeft de koppositie, de periode én het geloof in elkaar.

Vermaat zelf? Die geniet, maar bewaart de rust. „Ik ben blij dat ik bij dit team hoor en dat ik betrokken mag zijn bij het verhaal richting een mogelijk kampioenschap. Maar eerst gewoon elke week onze punten pakken. Daarna zien we wel waar we staan.”

Klik op Poortugaal voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Poortugaal voor meer informatie over de club.

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Ontvang nu ook maandelijkse het laatste nieuws uit het amateurvoetbal in jouw regio.