Home Blog Pagina 8

Strijen heeft spiraal definitief omgebogen

De tekenen van herstel waren vorig seizoen al nadrukkelijk zichtbaar en die tendens zet zich ook in de beginfase van de huidige competitie door: de neergaande spiraal voor de hoofdmacht van Strijen is definitief omgebogen en de ‘Kanaries’ zingen in de vierde klasse absoluut een toontje mee. Dit seizoen onder leiding van nieuwe trainer Brian Roquas.

STRIJEN – De ommekeer kwam in het afgelopen seizoen onder Roquas’ voorganger Shane van Bogaert, die in de tweede helft van de competitie de gevoelige snaar bij de spelers had gevonden waardoor Strijen zich opeens meldde als een serieuze gegadigde voor de nacompetitie. Een verlenging van het seizoen kwam er niet, maar de basis voor een vervolg was wel al gelegd.

Schwung

Na het vertrek van Van Bogaert staat Strijen dit seizoen onder leiding van de gelouterde trainer Brian Roquas, die met een flinke staat van dienst naar het Keendorp kwam. Roquas (foto) had eerder al Brian Roquas trainerswerkzaamheden bij clubs als Soccer Boys, WDS, SHO, Spartaan’20, Kogelvangers, Neptunus-Schiebroek en Rhoon. Bij die club was hij slechts één seizoen werkzaam. Al aan het begin van dit kalenderjaar maakte hij zijn vertrek bekend. ,,In een eerder stadium had ik al contact met Strijen gehad, maar toen was het nog niet rondgekomen. Nadat ik bekend had gemaakt dat ik aan het einde van het seizoen bij Rhoon zou vertrekken, is de zaak met Strijen wel snel tot een afronding gekomen.’’

En zo kon de opvolger van Shane van Bogaert zich al enigszins oriënteren op zijn nieuwe club, die na een kleine vrije val op de competitieladder en met een steeds krapper wordende selectie naar de vierde klasse was afgedaald. Daar kende ‘Strien’ vorig seizoen ook een lastige start, maar gedurende het seizoen kwam de schwung er duidelijk in. Met als resultaat dat de geel-zwarten flink herrezen.

Balans

Die tendens zet zich ook dit seizoen door, al moet Strijen het in de beginfase van de competitie in de vierde klasse F vooral hebben van de wedstrijden op het eigen complex aan de Sportlaan. In de eerste acht wedstrijden bouwde Strijen in eigen huis een ongeslagen reeks op, maar werd er van de vier uitbeurten maar één in winst omgezet. Toch heeft Roquas er alle vertrouwen in dat zijn ploeg de opgaande lijn gaat doortrekken in dit kalenderjaar en gaat meedoen voor de prijzen, met nacompetitiedeelname als beoogd resultaat.

Wel heeft de nieuwe oefenmeester gesleuteld aan de balans, zo liet hij weten. ,,De balans in het elftal was wel een klein beetje zoek. Het verschil tussen routine en doorgebroken jeugdspelers was niet optimaal, dus daarin heb ik wat moeten schuiven. Maar ik ga ervan uit dat de jeugdspelers die vorig seizoen al ingepast zijn, dit seizoen een grote stap maken, waardoor het uiteindelijk wel naar elkaar toe zal groeien.’’

Klik hier voor meer informatie over VV Strijen
Klik hier voor meer artikelen over VV Strijen

’s-Gravendeel wil meer voetbalvormen aanbieden

Voetbal in alle mogelijke vormen aanbieden. Dat is één van de uitgangspunten die het bestuur van voetbalvereniging ’s-Gravendeel nadrukkelijk omarmt. Naast het reguliere competitievoetbal voor jongens en meisjes, mannen en vrouwen, kijkt de club daarom steeds breder naar uitbreiding van het voetbalaanbod op sportcomplex De Trekdam.

Voorzitter Leo de Vlaming is een groot voorstander van het Wij-gevoel binnen de vereniging en dat blijft niet bij woorden alleen. Achter de poorten van De Trekdam wordt dit gedachtegoed ook daadwerkelijk in de praktijk gebracht. Een mooi voorbeeld daarvan is het kaboutervoetbal, dat vorig seizoen werd geïntroduceerd en vanaf het eerste moment een groot succes bleek.

Iedere woensdag melden de allerkleinste voetballers zich trouw op het complex om spelenderwijs kennis te maken met de bal. Al snel groeide de groep naar vijftien enthousiaste ‘kabouters’. Die groep bleef gedurende het hele seizoen stabiel en kent ook aan het begin van het nieuwe seizoen nog altijd veel aanwas.

Volgende stappen

Hoewel het kaboutervoetbal nog in de opstartfase zit, wil ’s-Gravendeel doorpakken. De club onderzoekt dit seizoen of er geoefend kan worden tegen leeftijdsgenootjes van omliggende verenigingen. Zo kunnen de jongste spelers spelenderwijs ervaring opdoen en wennen aan samenspelen, bewegen en vooral plezier maken. Tegelijkertijd betekent dit dat de opleiding binnen de club al op zeer jonge leeftijd begint.

Daarnaast kijkt ’s-Gravendeel verder dan alleen jeugdvoetbal. In navolging van Zinkwegse Boys, momenteel de enige vereniging in de Hoeksche Waard met G-voetbal, onderzoekt de club of er voldoende draagvlak is om deze voetbalvorm aan te bieden. Hiervoor wordt gekeken naar zowel de animo onder potentiële spelers als naar vrijwilligers die deze doelgroep kunnen begeleiden.

Walking football

Ook walking football staat op de wensenlijst. Deze populaire voetbalvorm voor 60-plussers wint bij steeds meer verenigingen terrein en ’s-Gravendeel wil daarin niet achterblijven. Inmiddels hebben zo’n vijftien geïnteresseerden aangegeven graag deel te nemen zodra het initiatief van start gaat.

Walking football is laagdrempelig en draait niet om snelheid of fysiek contact, maar om spelinzicht, beweging en sociale verbondenheid. Ervaring is niet vereist, waardoor de instap voor iedereen toegankelijk is. De kans is dan ook groot dat bezoekers van De Trekdam binnenkort niet alleen jeugd- en seniorenvoetbal zien, maar ook walking footballers in actie.

Klik op de link voor meer artikelen over vv ’s-Gravendeel
Klik op de link voor meer informatie over vv ’s-Gravendeel

Leo de Vlaming is zeker geen tussenpaus

Vorig jaar stapte Leo de Vlaming naar voren als opvolger van Eric Hoekman, die zijn voorzittershamer bij voetbalvereniging ’s-Gravendeel neerlegde. Aanvankelijk deed hij dat met het label interim-voorzitter, maar sinds de meest recente algemene ledenvergadering is dat woord definitief verdwenen.

Het leek er aanvankelijk op dat De Vlaming slechts tijdelijk het voorzitterschap zou waarnemen. “Maar inmiddels zit ik er aan vast,” zegt hij met een glimlach. “De situatie van vorig jaar heeft er eigenlijk toe geleid dat ik nu voorzitter ben.” Omdat er destijds nog geen officiële opvolger was, nam hij het stokje tijdelijk over. “Dat gaf mij ook de ruimte om te ontdekken of deze rol bij mij paste. En eerlijk gezegd is het me meer mee- dan tegengevallen.”

Tijdens de laatste ledenvergadering meldde zich geen tegenkandidaat, waardoor De Vlaming officieel werd benoemd. In ’s-Gravendeel is hij al jarenlang een bekend gezicht, onder meer door zijn ondernemerschap. “Een voorzitter is tegenwoordig geen vanzelfsprekendheid meer,” benadrukt hij. “Kijk maar naar clubs in de regio die helemaal geen voorzitter hebben.”

Volgens De Vlaming is het steeds lastiger om vrijwilligers te vinden binnen sportverenigingen. Om die reden schreef hij een brief aan alle leden. “Iedereen ziet bij binnenkomst dat we een prachtig complex hebben en dat deze club van ons allemaal is. Maar dat betekent ook dat we samen verantwoordelijkheid moeten nemen. Als er geen bezetting is in de kantine, moeten we niet wegkijken, maar zelf inspringen.”

Boven de kantine hangt niet voor niets de spreuk ‘Niet ik, niet jij, maar wij’. “Die mentaliteit kost tijd,” erkent De Vlaming. “Mensen zitten tegenwoordig niet te wachten op verplichtingen. Maar als je positief blijft en mensen benadert zonder dwang, zijn ze vaak wél bereid iets te doen. Met stroop vang je nu eenmaal meer vliegen dan met azijn.”

Hoewel hij nu voorzitter is, voelt dat voor hem niet als een grote verandering. “Ik ben geen voorzitter die alleen aanstuurt. Ik doe nog steeds mee in de sponsorcommissie en verzorg de inkoop. Dat kost me geen moeite, dat vind ik juist leuk.” Zijn uitgangspunt is duidelijk: “Niemand is groter dan de club.”

Binnen ’s-Gravendeel gebeurt volgens De Vlaming veel moois. “We zijn bezig met verduurzaming en werken aan een voetbaltechnisch plan voor de jeugd. Dat soort ontwikkelingen geven energie. Dáár doen we het uiteindelijk voor.”

Klik op de link voor meer artikelen over vv ’s-Gravendeel
Klik op de link voor meer informatie over vv ’s-Gravendeel

Jacco vindt een leven lang gezelligheid bij ASWH

Jacco Stehouwer is al zijn hele leven verbonden aan ASWH. En hoewel hij er nooit meer weg zal gaan, is hij geen uitgesproken voetballiefhebber. Hoe dat zit? Jacco vertelt bevlogen over zijn band met de club die voor hem vooral draait om mensen, verbinding en gezelligheid.

Geboren en getogen in Hendrik-Ido-Ambacht kende Jacco als vanzelf de weg naar Sportpark Schildman. Met vrienden begon hij ooit te voetballen bij ASWH, maar al na een half jaar bleek het spel zelf niet zijn passie. Toch verdween hij niet van de club. Integendeel. De sfeer, de gezelligheid en het gevoel van saamhorigheid trokken hem steeds weer terug naar de vereniging.

De inmiddels 45-jarige Jacco herinnert zich nog goed hoe hij als tiener langs de lijn stond bij ASWH 1. Na afloop volgde steevast de derde helft in de kantine: lootjes kopen bij het rad van avontuur, een kerststol of een tas boodschappen winnen en vooral samen lachen met vrienden en bekenden. Met een drankje erbij voelde alles simpel en goed – geluk in zijn puurste vorm.

Na zijn verhuizing naar Ridderkerk raakte ASWH een tijd op de achtergrond. Jacco was druk met werk en werkte aan zijn droom: een eigen onderneming. Die droom werd werkelijkheid in 2019 met de oprichting van JSS Safety & Consultancy. Wat begon vanuit huis, groeide al snel uit tot een professioneel bedrijf. In april 2025 betrok Jacco een eigen pand in Ridderkerk, met fijne werkplekken en ruimte om klanten te ontvangen.

De band met ASWH werd opnieuw aangehaald toen hij werd gevraagd iets te betekenen voor het team van zijn neefje. Samen met zijn vriend Peter Alderliesten, wiens zoon in hetzelfde team speelt, verzorgde hij trainingspakken voor de spelers. Een zichtbare en gewaardeerde bijdrage, waarmee Jacco weer vaker op het sportpark te vinden was.

Terug op bekende grond, bij wedstrijden van zijn neefje, laaide de liefde voor ASWH opnieuw op. Als ondernemer wilde Jacco iets terugdoen voor de maatschappij en bijdragen aan datgene waar hij zelf zoveel plezier aan beleeft: het verenigingsleven. Door ASWH te sponsoren ondersteunt hij een plek waar kinderen leren samenwerken, zich ontwikkelen en vriendschappen voor het leven sluiten – in een warme en gezellige omgeving.

Met trots kijkt Jacco naar zijn eerste reclamebord langs het veld. Inmiddels zijn dat er al vier. In januari 2024 sloot hij zich aan bij de ASWH Business Club. Daar vond hij, net als vroeger, gelijkgestemden met wie hij evenementen bezoekt, bedrijven leert kennen en onder het genot van een hapje en drankje praat over ASWH, het leven en het ondernemen.

Bij wedstrijden van ASWH 1 is Jacco dan ook regelmatig te vinden. En bij mooi weer? Dan staat deze levensgenieter steevast op het horecaplein – precies daar waar voor hem alles samenkomt.

Klik op ASWH de laatste artikelen over de club.
Klik op ASWH voor meer informatie over de club.

‘Toen stonden ze allemaal keihard te juichen’

Begonnen als jeugdtrainer van zijn oudste zoon, is Geert Pijper bij Pelikaan nu inmiddels trainer van zijn dochter. En hoewel het soms ietwat zoeken is naar de balans, geniet hij daar als trainer van de JO11-3 met veel plezier van. “Enthousiasme is het belangrijkste.”

En enthousiast, dat zijn ze, bij de JO11-3 van Pelikaan. “Iedere wedstrijd weer, zijn ze gemotiveerd. Dat is het leuke!” Zelfs, nu er met enige regelmaat wordt verloren. “Ik probeer af en toe op zaterdag een opdracht te bedenken, waarmee ze dan een zakje chips kunnen verdienen. Puur om ze te motiveren.” Hoe dat werkt in de praktijk? Pijper (43) legt het met een grote glimlach uit. “Laatst stonden we best wel ruim achter, maar als ze in het laatste kwart twee keer zouden scoren, kregen ze een beloning. Dat lukte! Stonden ze allemaal keihard te juichen.”

Andere beleving

Na tien jaar als jeugdtrainer, weet Pijper dan ook wel hoe hij zijn pupillen moet motiveren. “Dit is nu het tweede seizoen dat ik dit team doe. Ooit begonnen als trainer van mijn oudste zoon, nu zit ik bij mijn dochter.” Hoe dat is? “Leuk, maar soms ook lastig. Je probeert toch de balans te zoeken, tussen het niet voortrekken, of juist wat kritischer zijn.” Gelukkig, doet de inwoner van Zwijndrecht het niet alleen. “We doen de trainingen met een aantal vaders, dat is heel fijn! Daardoor kun je elkaar toch aanvullen.” Want ondanks dat Pijper 35 jaar aan voetbalervaring met zich meebrengt, weet hij als geen ander hoe verschillend kinderen kunnen zijn. “Mijn zoon en dochter beleven voetbal op een totaal andere manier. Mijn zoon van veertien is heel erg prestatiegericht en is op donderdag al bezig met de wedstrijd van zaterdag. Terwijl mijn dochter op zaterdagochtend bij wijze van spreken nog niet weet tegen wie ze moet.” Maar juist dat, is voor Pijper misschien wel het allermooiste. “Dat verschil in beleving, vind ik mooi om te zien.” Heel stiekem, herkent de oud-speler van Pelikaan zichzelf er misschien ook wel in. “Ik heb hier een jaar of zeven in het eerste gespeeld, toen werden andere dingen interessanter.” Toch trapt de voormalig verdediger of middenvelder, die ooit begon bij Piershil, ook nu nog steeds een balletje. “In de 35+, met jongens waar ik vroeger ook altijd mee heb gevoetbald.” Pijper voelt zich dan ook uitstekend op zijn plek bij de vereniging, nadat hij op zijn vijftiende in Zwijndrecht kwam wonen. “Het is echt een familiaire club. Met een stevige basis en een gemoedelijke sfeer. Niemand doet gekke dingen.” Kortom. “Het is een club die bij me past!” Mede door de cultuur. “Iedereen wil presteren, maar tot op zekere hoogte. Niet ten koste van alles.”

Een dolletje

En juist dat, maakt het voor Pijper zo leuk om bij Pelikaan jeugdtrainer te zijn. “Daar kan ik uren over praten! Maar voor mij, draait het vooral om het voetbalplezier dat je wekelijks ziet.” Zijn voldoening, is dan ook groot. “Ik geloof heel erg in het belang van teamsport. Samen leren winnen én leren verliezen. Maar ook de interactie met elkaar, kinderen wat bijbrengen én zelf actief bezig zijn. Dat is voor mij het leukste van trainer zijn.” Op welk niveau dat dan ook is. “Ik ben eigenlijk van selectievoetbal, naar meer recreatief gegaan.” Een overstap, waar hij in het begin wel even aan moest wennen. “Ondanks dat ik het mezelf had voorgenomen én wist dat ze iets minder intrinsieke motivatie zouden hebben, viel het toch tegen. Ik had normaal altijd heel de training klaar staan, zodat je meteen door kunt gaan. Maar dat willen deze kinderen helemaal niet. Die willen af en toe ook even een dolletje maken.” Minder intensiteit en iets luchtiger, dus. “Uiteindelijk heb ik dat omarmd en gaat het hartstikke goed.” Vooral tijdens het inmiddels traditionele ‘Amerikanen’. “Daar eindigen we iedere training mee!” Maar wat is het precies? “Het is eigenlijk een soort spelletje. Spelers moeten op doel schieten, en als je mist moet je keepen. Dat is echt een hit!” En een mooi drukmiddel, lacht hij. “Als ze vervelend lopen te doen en je dreigt dat we niet gaan ‘Amerikanen’, dan gaan ze weer.” Tussendoor wordt er natuurlijk ook getraind op techniek en dingen die beter kunnen tijdens de wedstrijd. Maar het allerbelangrijkste? “Is enthousiasme!” Enthousiasme, wat Pijper iedere keer merkt als hij op de club komt. Of door het winkelcentrum loopt, lacht hij. “Soms kom je jongens tegen, die je vroeger training hebt gegeven. Dan roepen ze van een afstand: hey, trainer! Dat vind ik mooi. Ook om ze af en toe weer te zien voetballen.” Stoppen, zal de voetbalvader dan ook niet zo snel doen. “Zo lang mijn dochter voetbalt, blijf ik het doen!” En dus, starten ze na de winterstop met een nieuw team. “We hebben een aantal meiden in de JO11-3, maar je merkt dat dat steeds lastiger wordt. Dus ga ik, samen met Tim den Boer en Joery van der Waal, de hoofdtrainer van het eerste, een MO11 op poten zetten. Hun dochters zitten ook in het team!”

Klik op Z.V.V. Pelikaan voor meer artikelen over de club.
Klik op Z.V.V. Pelikaan voor meer informatie over de club.

Bekri geniet als trainer: ‘Alsof je zelf moet spelen’

Toen de vraag vanuit de club kwam of hij iets wilde betekenen als vrijwilliger, hoefde Mhamed Bekri niet lang na te denken. Inmiddels is de inwoner van Barendrecht bezig aan zijn derde seizoen als jeugdtrainer bij de JO11-2 van Heerjansdam. “Het mooiste is om te zien hoe die jongens groeien.”

Zijn trainersavontuur begon bij de JO8-3, daarna volgden de JO9-2 en nu dus de JO11-2. “Omdat ik zelf heb gevoetbald, leek het me leuk om trainer te worden. En ja, ook van mijn eigen zoontje.” Dat zorgt soms voor andere dynamiek, lacht hij. “Hij vraagt net wat vaker of hij iets mag.” Heel vreemd is dat niet, want voetbal speelt een grote rol in het gezin. “Ik heb ook twee dochters die voetballen. Thuis gaat het eigenlijk altijd over voetbal.”

Zelf stopte Bekri al relatief jong met voetballen. Hij begon bij De Egelantier Boys en speelde daarna tien jaar bij TransvaliaZW, waar hij op jonge leeftijd al zijn debuut bij de senioren maakte. “Op mijn 21ste ben ik gestopt. Daarna heb ik nooit meer echt gevoetbald.” Toch kriebelt het soms nog. “Tijdens trainingen of wedstrijden denk je wel eens: nu zou ik zelf het veld in willen.”

Die energie stopt hij nu in zijn trainersrol. Samen met Melvin Schilt begeleidt hij een team dat bestaat uit klasgenootjes van twee basisscholen, uit Barendrecht en Heerjansdam. “In het begin was het even wennen, ook omdat we van een kwart veld naar een half veld gingen. Maar daarna ging het eigenlijk heel goed en wonnen we veel wedstrijden.”

Resultaten zijn leuk, maar niet leidend, benadrukt Bekri. “Ik vind het vooral belangrijk om spelers te analyseren en ze dingen mee te geven voor later.” Soms loopt hij daarin zelfs vooruit op de leeftijd. “Ik ben al bezig met posities en spelinzicht. Dan begrijpen ze het sneller en lopen ze voor.”

De trainingen zijn gestructureerd. “Maandag focus ik me meer op conditie, woensdag doen we veel techniek en afwerken.” Daarbij gebruikt hij onder meer oefeningen uit de Rinus-app van de KNVB en inspiratie van internet. “Het zijn jongens die echt willen leren. Dan moet je ze blijven uitdagen.”

Zijn fanatisme steekt hij niet onder stoelen of banken. “Ik ben een aanvallende trainer, heel fanatiek.” Toch kijkt hij ook vooruit. “De club heeft aangeboden dat ik de VC1-cursus kan doen. Dat lijkt me interessant.” Voorlopig staat één ding vast: “Zolang mijn zoontje voetbalt, blijf ik dit doen. En daarna? Wie weet. Ik zie mezelf hier nog wel verder in groeien.”

Klik op VV Heerjansdam voor de laatste artikelen over de club.
Klik op VV Heerjansdam voor meer informatie over de club.

SSS gastheer voor Jonger Oranje Talentendag

KLAASWAAL – Dat SSS speciale voetbaldagen prima kan huisvesten, bewees de Klaaswaalse vereniging dit jaar met de organisatie van de finaledag van de strijd om de Hoeksche Waard Bokaal. In de eerste maanden van het nieuwe jaar komt er weer zo’n bijzonder evenement aan op het sportcomplex van de derdeklasser: op maandag 16 februari 2026 dan wordt bij SSS de Jonger Oranje Talentendag gehouden.

Voor wie nog nooit van dit fenomeen gehoord heeft: de Jonger Oranje Talentendag is de mogelijkheid voor jonge voetballers om zich in de kijker te spelen bij de scouts van de diverse profclubs. Maar dat is niet alleen het allerbelangrijkste: de dag staat toch vooral ook in het teken van plezier beleven aan het voetbal en met leeftijdsgenoten die in de periode 2012 tot en met 2019 geboren zijn.

De Talentendag begint om 10.30 uur op het terrein aan de Jaap Kosterstraat en eindigt om 14.45 uur. Spelers die behoren tot de leeftijdscategorie die hiervoor is aangegeven, kunnen zich aanmelden voor de dag via de link op de website van SSS. Zij zijn dan in ieder geval voor een onvergetelijke ervaring in de nog prille carrière verzekerd.

Klik hier voor meer informatie over SSS
Klik hier voor meer artikelen over SSS

Nijssen op zijn plek bij IFC: ‘Ambitieus, maar wel heel hecht’

Een ambitieuze trainer bij een ambitieuze club: de samenwerking tussen eersteklasser IFC en Michael Nijssen verloopt vooralsnog uitstekend. Toch is de trainer uit Numansdorp kritisch, ondanks de sterke seizoensstart. “Ik vind dat we nog niet op ons echte niveau hebben gespeeld.”

Volgens de 40-jarige oefenmeester heeft dat meerdere oorzaken. “Het ligt deels aan onszelf, maar ook aan de weerstand. Na een paar seizoenen in een lagere klasse moet je daar weer aan wennen.” Dat IFC zich desondanks in de top vijf bevindt, noemt hij een luxeprobleem. “Als promovendus is dat mooi, maar het gevaar is dat je gaat denken: we winnen toch wel. In deze klasse werkt dat niet. Je moet vanaf minuut één vol gas geven.”

Sinds afgelopen zomer staat Nijssen aan het roer bij IFC. Na een leerzaam seizoen zonder eigen club – waarin hij zijn VC4-diploma behaalde en stage liep bij Smitshoek – was de timing perfect. “Ik merkte hoeveel ik het hoofdtrainerschap had gemist.”

Bij Smitshoek werkte hij samen met Edwin de Koning. “Hij denkt altijd vanuit de mens. Dat sprak me enorm aan.” Die mensgerichte aanpak past Nijssen nu ook toe bij IFC. “Ik ben een trainer die duidelijk is, maar plezier staat voorop. Iedereen moet zich goed voelen.”

De keuze voor IFC was bewust. Via Martin de Koning, die hem nog kende van TOGR, kwam het contact tot stand. “IFC is ambitieus, maar ook hecht. Een echte dorpsclub met een vaste kern, net als NSVV. Dat past bij mij.”

In de praktijk loopt hij ook tegen uitdagingen aan, zoals beperkte trainingsruimte. “We trainen vaak op een half veld.” Toch wordt er meegedacht. “De club heeft geïnvesteerd in een Veo-camera voor videoanalyse. Dat helpt enorm.”

Sportief ligt de lat hoog. “Ons doel is meedoen om de eerste vijf plekken. Als dat lukt, doen we het goed.” Tegelijkertijd blijft hij realistisch. “Blessures kunnen altijd roet in het eten gooien.” Iets waar hij zelf als speler ervaring mee had. Door zware knie- en achillesproblemen stopte hij al op zijn 29ste.

Die tegenslag versnelde zijn route richting het trainerschap. Via jeugdteams en het tweede elftal bij NSVV bouwde hij gestaag aan zijn loopbaan. “Uiteindelijk wil ik als trainer het divisievoetbal in. Dat is een ambitie. Maar het totale plaatje moet kloppen: plezier, ontwikkeling en uitdaging.”

Bij IFC lijkt dat voorlopig het geval. “We hebben weinig veranderd aan de speelwijze. Hoog druk zetten, aanvallen, energie leveren – dat is onze kracht.” En met het groeiende besef dat niets vanzelf gaat, kijkt Nijssen met vertrouwen vooruit. “We kunnen beter. En dat is juist het mooie.”

Klik op IFC voor de laatste artikelen over de club.
Klik op IFC voor meer informatie over de club.

‘Kijken of mijn werkwijze hier ook zou passen’

Een stap terug naar vertrouwde grond. Zo voelt de overstap van Seolto naar Groote Lindt voor Ricardo van den Bos. De Dordtenaar verlengde onlangs zijn contract en voelt zich inmiddels helemaal thuis bij de vierdeklasser. “Het grootste verschil? De derde helft duurt hier wat korter,” lacht de 42-jarige trainer.

Hoewel de organisatie en vrijwilligersmentaliteit sterk doen denken aan zijn vorige club Seolto, ziet Van den Bos ook verschillen. “Voetbaltechnisch zijn ze hier verder. En mensen uit de Randstad zijn soms wat meer op zichzelf dan in Brabant.” Binnen zijn spelersgroep merkt hij daar weinig van. “Die jongens spelen al lang samen. Het is echt een vriendengroep.”

Na twee seizoenen bij Seolto werd Van den Bos in januari benaderd door Groote Lindt. “Dat belletje kwam onverwacht, maar voelde meteen goed.” Als voormalig speler van Wieldrecht kende hij de club bovendien goed. “Ik heb er vroeger vaak tegen gespeeld. Terug onder de rook van Dordrecht, dat sprak me aan.”

Sportief gezien bleek het uiteindelijk geen stap hogerop door degradatie van Groote Lindt, maar dat hield hem niet tegen. “Ik wilde zien of mijn speelwijze hier zou passen.” Die speelwijze is duidelijk: aanvallend voetbal, vanuit een sterke organisatie. “Ontwikkeling staat centraal. Fouten maken mag, zolang je ervan leert.”

Verbeterpunten zijn er genoeg. “Vooral verdedigend, in de afstemming en restverdediging. We krijgen nog te makkelijk goals tegen.” Ook in balbezit ligt een uitdaging. “Tegen een laag blok hebben we het soms lastig.” Toch maakt Van den Bos zich geen zorgen. “Als alles al perfect was, hadden we niks meer te doen.”

Na een lastig vorig seizoen is ook het vertrouwen een aandachtspunt. “Je merkt dat het mentaal sporen heeft nagelaten.” Toch kijkt hij omhoog. “We willen bovenin meedoen en het liefst een periode pakken.” De lat ligt hoog. “Top vijf en meedoen om promotie, dan ben ik tevreden.”

Hoewel hij kritisch is op het puntenaantal, ziet hij groei. “De inzet is top. De groep komt steeds dichter bij elkaar qua niveau. Dat is voor mij het belangrijkste.”

Klik hier voor meer informatie over Groote Lindt
Klik hier voor meer artikelen over Groote Lindt

Alle eer voor clubmensen Koos en Ramon

Hoe eer je op een volwaardige manier leden die heel veel voor de club betekend hebben (of nog steeds doen na een lange tijd) of die plotseling besluiten om hun heil elders te gaan zoeken? Bij het Klaaswaalse SSS hebben ze daar wel een duidelijke gedachte over: die behandel je met het grootst mogelijke respect.

KLAASWAAL – Het Klaaswaalse SSS heeft er een traditie van gemaakt: leden die veel betekenen of betekend hebben komen in aanmerking voor de Bert Tros-bokaal, een onderscheiding voor leden die zich op uitzonderlijke wijze hebben ingezet voor de vereniging. Het is een eerbetoon dat toont wat voor vereniging SSS is, maar ook recht doet aan degene die de bokaal overhandigd krijgt.

Die eer was eerder dit jaar weggelegd voor Ramon Versteeg, een niet weg te denken gezicht bij de Klaaswaalse voetbalvereniging. Althans, tot voor kort dan want hij besloot dit jaar de club te verlaten en de overstap te maken naar Kogelvangers in Willemstad. Een verhuizing naar Brabant zorgde ervoor dat de clubliefde voor SSS weliswaar niet meer op het complex zelf belijd kon worden.

Duizendpoot

Nadat Ramon Versteeg met voetballen gestopt was, spande hij zich op uitgebreide schaal voor SSS in. Zo was de duizendpoot trainer van diverse jeugdteams, had hij zitting in de toernooicommissie en in het jeugdbestuur, nam hij de kleedkamerindeling voor zijn rekening en klom hij met de regelmaat van de klok in de pen (of in het toetsenbord van de computer) om wedstrijdverslagen in elkaar te zetten. Ramon was, met andere woorden, op vele terreinen actief en zette zich met alle energie en liefde in voor zijn vereniging.

Daar kwam dus dit jaar een einde aan en daar moest, zo vond de vereniging, uitgebreid bij stilgestaan worden. Voorzitter Johan Zevenbergen was dus present om Ramon Versteeg op fraaie wijze uitgeleide te doen: met een stevige handdruk, met de Bert Tros-bokaal maar vooral met het overdragen van het gevoel dat Ramon ook na het verlaten van SSS nog steeds gewaardeerd zou worden voor alles wat hij gedaan heeft.

Optelsom

Op de jongste algemene ledenvergadering van SSS brak ook een moment van opperste waardering voor een van de prominente leden aan. Tot zijn grote verrassing werd Koos Schop naar voren gehaald om in het bijzijn van zijn familieleden het predicaat ‘lid van verdienste’ opgespeld te krijgen. Daarbij was er een overeenkomst met Ramon Versteeg: ook Koos Schop ontpopte zich al die jaren dat hij zich voor de club heeft ingezet tot een man met veel talenten. Zo was hij leider, actief als sponsor, bestuurslid voetbaltechnische zaken, was hij een dragende kracht binnen de supportersvereniging, had hij zitting in de commissie die de bouw van de kleedkamers 9 en 10 voorbereidde en was hij commissielid bij de voorbereiding van het 90-jarig bestaan van SSS. Ook nu is Koos Schop nog bezig bij zijn club als lid van het onderhoudsteam.

Die optelsom maakte zijn benoeming tot lid van verdienste niet meer terecht. Van de aanwezigen leden kreeg de clubman in hart en nieren een warm applaus, maar toch vooral het gevoel dat al zijn inspanningen enorm gewaardeerd werden en worden.

Klik hier voor meer informatie over SSS
Klik hier voor meer artikelen over SSS

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Ontvang nu ook maandelijkse het laatste nieuws uit het amateurvoetbal in jouw regio.