Home Blog Pagina 25

‘De jeugd is de groei van je vereniging’

Nadat zijn zoon op voetbal ging en hij zelf ook betrokken raakte, houdt Arjan Klink zich sinds een aantal seizoenen druk bezig met de jeugd van Stellendam. Want naast trainer, is de voormalig speler van WFB ook lid van de jeugdcommissie. En dat doet de inwoner van het dorp vol enthousiasme en plezier. “Je ziet dat spelers vooruitgaan.”

En dat begon voor de 49-jarige Klink dus allemaal een seizoen of drie geleden. Toen zijn jongste zoon besloot te gaan voetballen. “Op die manier ben ik in eerste instantie betrokken geraakt.” Want zelf het shirt dragen van Stellendam, deed de rechtsback niet. “Ik heb tot de B’tjes bij WFB gespeeld, daarna ben ik gestopt.” Iets waar hij achteraf, toch een beetje spijt van heeft. “Eigenlijk had ik niet moeten stoppen, maar op die leeftijd maak je bepaalde keuzes.”

Balans zoeken

Gelukkig kan Klink tegenwoordig als jeugdtrainer, alsnog zijn ei kwijt. Dit seizoen heeft de voetballiefhebber, samen met een aantal jeugdleiders, de JO13 van de club onder zijn hoede. “Het is heel leuk om samen doelen te bereiken. En de jeugd heeft er altijd zin in. Ondanks dat ze allemaal hun eigen persoonlijkheid hebben.” Juist dat laatste, maakt het zo mooi, vindt Klink. “Om het met elkaar naar je zin te hebben en goede prestaties neer te zetten.” Waaronder zijn eigen zoon, vertelt Klink. “Soms is dat wel eens lastig, omdat je toch wat kritischer bent. Maar ik geniet er echt van en het is heel leuk, al kan ik me voorstellen dat hij daar wel eens anders over denkt.” Aan het fanatisme van zijn vader, kan het in ieder geval niet liggen. “Of juist wel”, lacht Klink. “Dat zit toch in de aard van het beestje. Al draait het natuurlijk vooral om plezier hebben.” En ook een beetje presteren. “Daar probeer je een balans in te zoeken. Door iedereen een gelijkwaardige kans te geven en het naar hun zin te laten hebben.” Als lid van de jeugdcommissie, weet Klink als geen ander hoe belangrijk dat is. “De jeugd is de groei van je vereniging. Als je daar niet genoeg energie in steekt… En het algemene bestuur, krijgt al genoeg op hun bordje.” Samen met Justin van der Welle, Nino Wielaard, Germa Laarman en Meindert Blokland, zet hij zich sinds een jaar dan ook actief in voor het jeugdvoetbal bij Stellendam. “Spelers werven, leuke dingen doen of een toernooi organiseren. Dat is ook van belang voor het voortbestaan van de club.”

Begeleiding

Met het aanstellen van Ron van Neck als Hoofd Jeugdopleiding, heeft de vereniging volgens hem de volgende stap in de goede richting gezet. “Ron zal zich vooral gaan bemoeien met het voetballende aspect en het aansturen van trainers.” Een welkome versterking, merkt Klink. “Ik ervaar zelf ook, dat het soms best moeilijk is om een training op een bepaalde manier op te bouwen. Die jongens groeien natuurlijk ook door, daardoor is begeleiding van trainers hard nodig. Daar kunnen we nog wel stappen in maken. Hopelijk kan Ron ons daarbij helpen.” Want aan stoppen, denkt Klink voorlopig nog lang niet. “Als je betrokken bent bij een vereniging, vind ik het belangrijk om mijn steentje bij te dragen. Bijvoorbeeld met de jeugdcommissie. We willen echt iets positiefs neerzetten.” En als trainer? “Spelers gaan je op een gegeven moment voorbij qua niveau en je moet ze wel wat kunnen blijven bieden. Dan is het misschien beter om een écht ervaren iemand voor de groep te zetten. Tenzij ze niemand anders hebben, dan blijf ik het natuurlijk doen!” Want stiekem, vindt Klink het allemaal veel te leuk. “Even iets anders dan het runnen van een eigen autobedrijf, samen sportief bezig zijn én iets opbouwen. Je ziet gewoon dat het vooruitgaat.” Bij een club waar hij zich, ondanks zijn verleden bij WFB, inmiddels helemaal thuis voelt. “Wie je ook bent, iedereen wordt hier geaccepteerd. Die openheid, vind ik het mooie van Stellendam!”

Klik op VV Stellendam voor de laatste artikelen over de club.
Klik op VV Stellendam voor meer informatie over de club.

 

De Schans ondergaat kleine metamorfose

0

KINDERDIJK – Tijdens de zomerperiode is er alles aan gedaan om De Schans, het karakteristieke thuisdomein van De Zwerver, weer helemaal klaar te maken voor een nieuw seizoen en de wat langere termijn. Zo kreeg het tweede veld een compleet nieuwe omheining en werden ook de ballenvangers vernieuwd (zie foto). Ook kregen de dug-outs versteviging en een lik verf.

Maar dat was niet het enige dat veranderde in de afgelopen maanden, zo ligt voorzitter René Struijs toe. ,,Er is achter de schermen volop gewerkt om onze accommodatie nóg mooier, veiliger en gebruiksvriendelijker te maken. Dankzij de inzet van vele vrijwilligers en de steun van onder andere de Club van Honderd is er veel gebeurd. Zo kregen de bestuurskamer en commissiekamer een compleet nieuw aanzicht, mede dankzij een nieuwe vloer.’’

Hij vervolgt: ,,In de kantine en op het terras is een splinternieuwe geluids- en muziekinstallatie met extra speakers geplaatst. Ook de keuken en opslagruimte zijn flink aangepakt: er zijn twee nieuwe vrieskasten, extra werktafels met ruime lades en een nieuwe opstelling gerealiseerd. In de kleedkamers zijn en worden stevige composietbanken geplaatst, waarvan de dragers netjes zijn geschilderd, zodat we alle teams straks weer in stijl kunnen ontvangen. Langs het toegangspad vanaf de Veerdam is een nieuwe leuning geplaatst, waardoor het betreden van het terrein veiliger wordt. Aan de dijkzijde is het grote net van de ballenvanger volledig vervangen.’’

Ook op het gebied van duurzaamheid en veiligheid is er van de zomer doorgepakt. Een nieuwe thermostaat regelt de temperatuur, de leidingen zijn geïsoleerd en de karakteristieke tribune heeft LED-lichtslang gemonteerd. Struijs: ,,In het najaar krijgen de kleedkamergang en de hal voor de kantine nog een nieuwe coatinglaag. Samen maken we, elke dag weer, De Zwerver mooier, sterker, duurzamer en dé plek waar sport en gezelligheid samenkomen.’’

Klik op de Zwerver voor de laatste artikelen over de club.
Klik op de Zwerver voor meer informatie over de club.

‘Ik heb bijna al die jongens gehad in de jeugd’

Hoewel hij niet actief op zoek was naar een nieuwe club, staat Denis Steijn dit seizoen toch als trainer voor de groep bij vierdeklasser Herkingen’55. En als voormalig jeugdtrainer van de vereniging, is dat ook eigenlijk niet zo gek. “Ik heb bijna al die jongens wel een keer gehad in de jeugd.”

Van een aanstelling tot hoofdtrainer, moest het vroeg of laat dan ook een keer komen, lacht Steijn (58). “Dat stond blijkbaar altijd al op de rol bij het bestuur.” En bij de spelersgroep, zo bleek. “Ik was niet op zoek naar een club, zat lekker thuis, maar vanuit de spelersgroep werd mijn naam geopperd.” Want nadat Herkingen’55 uiteindelijk toch besloot om niet door te gaan met Ron van Neck, moest de vereniging uit Herkingen op zoek naar een trainer. “Laten we Denis eens benaderen, dachten ze.”

Testen en meten

En zo geschiedde. “Het is een leuke spelersgroep, met veel kwaliteit. Een mix van jonge jongens en gasten met routine.” Spelers die Steijn stiekem, eigenlijk allemaal al wel kent. Als voormalig jeugdtrainer van de club. “Ik heb ze bijna allemaal wel een keer gehad in de jeugd. Dat is natuurlijk wel een voordeel.” Kortom. “Gewoon het hele plaatje, daar had ik zin in!” En dus had de oud-speler van Rozenburg, de jeugd van Feyenoord en Hekelingen, niet al te veel tijd nodig om na te denken. “Ik heb er een weekendje over nagedacht, maar eigenlijk was ik er snel uit. De club wil graag vooruit én dus krijg ik de mogelijkheid om andere dingen binnen te brengen.” Zoals? “We gaan de spelers allemaal testen en meten, en er komt een Veo-camera, zodat we de wedstrijden kunnen filmen.” De voormalig assistent- en keeperstrainer van Heerjansdam en Feyenoord Soccer Schools, legt de lat dan ook hoog. “We willen graag de gezelligheid behouden, maar toch ook kijken of we dat stapje naar die derde klasse kunnen zetten.” Aan zijn ervaring als hoofdtrainer, na periodes bij onder meer Zwartewaal, Hekelingen, Pernis en Blankenburg, zal het in ieder geval niet liggen. “Ik zit heel erg op het voetbalgedeelte: het team en de speelwijze. We willen gecontroleerd aanvallen. Een bal vooruit heeft voorrang, maar geen kamikaze.” Wel vol erop. “Als trainer houd ik van drukzetten!” En plezier maken. “Als die jongens het naar hun zin hebben bij de club, is er altijd meer mogelijk. Ik ben zelf geen polonaiseloper, zal echt niet naar alle feestjes gaan, maar dat is voor hen wel heel belangrijk.”

Goede kop

Die sfeer, hoopt Steijn dan ook door te trekken naar het veld. “Hopelijk vinden ze het leuk om met mij aan de slag te gaan, dan is het dubbel op.” Wat verwacht de inwoner van Nieuwe-Tonge van de competitie? “Het is voorlopig lastig om in te schatten. Toch moeten we proberen om voor een periode te gaan.” Maar vanzelf, gaat dat natuurlijk niet. “Als we het maximale uit de trainingen én wedstrijden halen, komen de resultaten vanzelf.” De oefenmeester, staat alvast te trappelen. “Ik kijk er het meeste naar uit om met die groep aan de slag te gaan. Daar voel ik me toch het prettigste bij!” Samen met zijn staf. “We willen er echt iets bijzonders van maken. Mijn assistenten gaan ook onderdelen van de training doen, zodat die zich ook verder kunnen ontwikkelen. Ik wil iets achterlaten.” Aan enthousiasme, ontbreekt het bij Steijn dan ook niet. “Er zit bij iedereen een goede kop op, dus we kunnen er met dit team samen echt iets moois van maken!”

Klik op Herkingen’55 voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Herkingen’55 voor meer informatie over de club.

‘Ik sta straks weer gewoon als vader langs de lijn’

Na ruim vijftien jaar als jeugdtrainer, staat Fabian van Lenten komend seizoen gewoon weer even als vader langs de lijn bij DVV’09. Maar dat de voormalig voetballer én voetballiefhebber pur sang snel weer bij een team aan de slag gaat, sluit hij allesbehalve uit. “Ik ben en blijf een verenigingsmens.”

En daar is na twintig jaar in de selectie en het doorlopen van alle jeugdteams, geen woord aan gelogen. “Ik heb altijd bij Dirksland gevoetbald en ben nooit weggegaan. Ben de club altijd trouw gebleven.” Of zoals Van Lenten (49) het zelf zegt: “Lekker bij mijn cluppie, met mijn vrienden.” Want interesse van hoger spelende clubs, had de inwoner van Sommelsdijk genoeg. “Je kon mij overal neerzetten, achterin of in de spits, maar ik was vooral een echte middenvelder. Snel, sterk en technisch.”

Spelletje leren

Kwaliteiten die hij sinds de fusie, in 2009, over probeert te brengen als jeugdtrainer bij DVV’09. “Toen mijn zoontje ging voetballen, ben ik samen met John Vogelaar begonnen bij de kabouters.” Om er na een jaar of acht, even tussenuit te gaan, vertelt Van Lenten. “Dat heb ik van zijn vijfde tot zijn dertiende gedaan, daarna werd het een keer tijd dat er iemand anders voor de groep zou komen te staan.” Tot ook zijn jongste zoon, wilde gaan voetballen. “Die is begonnen bij Flakkee, pas later is die bij DVV’09 gaan spelen.” En dus begon het riedeltje weer opnieuw. “Toen ben ik hem training gaan geven. Afgelopen seizoen heb ik samen met Barry van de Lubbe de JO15 gedaan.” Maar na vijf jaar dezelfde groep te hebben gedaan, vindt Van Lenten het wel even mooi geweest. “Het team valt behoorlijk uit elkaar. Een aantal jongens stopt of gaat werken. En mijn zoon, gaat naar de JO17.” Kortom. “Ik sta straks gewoon weer lekker als vader óf misschien vlagger langs de lijn.” Al sluit hij een nieuwe functie, allesbehalve uit. “De komende tijd kijk ik wel even wat er op mijn pad komt en waar ze hulp nodig hebben. Ik ben en blijf een verenigingsmens.” En iemand die houdt van het spelletje. “Het is gewoon heel leuk om die kinderen het spelletje te leren en te laten zien dat het soms best wel makkelijk is.” Bijvoorbeeld door samen wedstrijden terug te kijken of iets op het bord voor te doen. “Dat zijn allemaal leermomenten.” Leermomenten die hij zelf vroeger, als voetballer meer dan genoeg heeft gehad. “Daardoor kan ik het spelletje wel lezen.” Om het vervolgens op een rustige manier, over te brengen op zijn spelers. “Ik ben een rustige trainer, die absoluut niet staat te springen langs de lijn.”

Van genieten

Afscheid nemen van het trainersvak, doet Van Lenten dan ook absoluut niet. “In de toekomst wil ik absoluut verdergaan als trainer. Of dat nu bij de jeugd of de senioren is.” Want met een voetballende zoon bij het tweede elftal van de club, sluit hij ook dat niet helemaal uit. “Het liefste zou ik natuurlijk iets met één van mijn zoons doen, daar kan ik het meeste van genieten.” Zonder onderscheid te maken. “Ik behandel ze allebei precies hetzelfde. Op het veld ben ik gewoon hun trainer. Dan zet ik ze net zo makkelijk wissel.” Precies zoals het hoort, vindt hij. “Door de fusie, zijn er bij DVV’09 nu veel meer spelers beschikbaar én dus kun je selecteren. Op basis van prestatie of plezier.” Plezier dat Van Lenten als jeugdtrainer, in ieder geval altijd heeft gehad. “De lol met die pubertjes, ga ik het meeste missen. De taal, de kleedkamerhumor, samen onderweg in de auto. Dat valt voor nu even weg.” De vraag is, hoelang dat duurt voor de clubman die in 2017 samen met Patrick Jong het traditionele jeugdkamp van de vereniging nieuw leven inblies. “Ik heb niet voor niks 26 jaar in Dirksland gewoond!”

Klik op DVV’09 voor de laatste artikelen over de club.
Klik op DVV’09 voor meer informatie over de club.

Slinger na vijf jaar terug op het veld: ‘Ik miste de voetbal wel’

Na vijf jaar aan de zijlijn te hebben gestaan, besloot Jarnick Slinger afgelopen seizoen zijn voetbalschoenen weer aan te trekken als speler van NTVV. En ondanks dat de resultaten in de vijfde klasse wat tegenvielen, heeft de verdediger daar allesbehalve spijt van. “Ik miste de voetbal altijd wel.”

Want nadat Slinger (24) op zijn zesde begon met voetballen bij Stellendam, besloot hij op zijn achttiende te stoppen met zijn favoriete spelletje. “Ik heb altijd in Stellendam gewoond, tot we verhuisden naar Dirksland. Dus moest ik toen iedere keer met de bus naar de training. Dat werd, in combinatie met mijn studie, op een gegeven moment te veel.” Ondanks een kampioenschap bij de JO19 én zijn debuut in het eerste, hing de inmiddels inwoner van Nieuwe-Tonge, zijn voetbalschoenen aan de wilgen. “Die vrije avonden en zaterdagen, waren ook wel lekker!”

Nieuwe mensen

Desondanks, bleef het ergens in zijn achterhoofd toch altijd een beetje knagen. “Ik miste de voetbal wel. Zeker nu achteraf, heb ik dat gevoel helemaal. Dan heb ik misschien spijt dat ik ooit ben gestopt.” Maar gelukkig, kwam daar afgelopen zomer NTVV op zijn pad. “Ondertussen ben ik getrouwd en zijn we verhuisd naar Nieuwe-Tonge. En dan ga je natuurlijk bij NTVV voetballen. Lekker in de buurt.” Bij een voor hem, onbekende vereniging, vertelt Slinger. “Eigenlijk kende ik de club helemaal niet. Met Stellendam ben ik er ook niet vaak geweest.” Maar juist dat, was voor de linksback een reden om het wél te doen. “Daardoor leer je nieuwe mensen kennen. Dus dat vond ik wel fijn.” Bleek ook in de praktijk. “Het is een ontzettend leuke groep, er hangt een positieve sfeer en het is altijd gezellig. Mede door onze trouwe supporters.” Eén ding weet Slinger dan ook alvast zeker: “Zolang ik op het dorp woon, zal ik hier zeker weten blijven voetballen!” Al hoopt hij dan wel op wat betere resultaten, is de linkspoot eerlijk. “Daar had ik aan het begin van het seizoen wel andere verwachtingen van. Als je naar ons team en onze spelers kijkt, horen we niet elfde te eindigen.” Maar met slechts zes overwinningen in 26 wedstrijden, overkwam dat de vijfdeklasser dus toch. Zijn verklaring? “We scoren niet heel veel én krijgen ongelooflijk veel goals tegen. Dan wordt het lastig om veel punten te halen.”

Elkaar helpen

En met 76 tegengoals, lijkt daar weinig aan gelogen. “Het is niet eens dat we heel aanvallend hebben gespeeld, eerder meer verdedigend.” Toch lukte het NTVV dus maar zelden, om het doel schoon te houden. “Vaak kregen we in de eerste vijf minuten al een doelpunt tegen, dan loop je meteen achter de feiten aan. Dat is ook een stukje scherpte.” Naast dat het slecht is voor het vertrouwen. “Ik vind oprecht dat we een goed team hebben, maar op de één of andere manier vielen net de puzzelstukjes niet in elkaar.” De doelstelling werd, met slechts drie ploegen onder zich, dan ook ruimschoots niet behaald. “We hoopten de beste Flakkeese ploeg te zijn… Maar als je zo laag eindigt, hoef je daar natuurlijk niet naar te kijken.” Zaak om daar dit seizoen, verandering in te brengen. “Vooral het aantal tegengoals moet echt beter!” Maar hoe? “Verdedigen begint bij de aanval. Je moet met elkaar verdedigen, als team. Daar moet je elkaar zoveel mogelijk bij proberen te helpen.” Zoals Slinger, als linksback ook aanvallend zijn steentje probeert bij te dragen. Al viel dat vies tegen, lacht hij. “Bij corners en vrije trappen ben ik altijd wel gevaarlijk en in de jeugd, scoorde ik regelmatig, dus daar ging ik nu eigenlijk ook wel vanuit. Dat is helaas niet gelukt.” Toch blijft hij het proberen. “Eerst moet je natuurlijk verdedigend goed staan, maar daarnaast wil ik ook weer vaker naar voren gaan. Zeker als ik conditioneel een stapje kan maken.” Gezien de toekomstplannen van de club, is dat wel nodig ook. “Het doel is, om binnen tien jaar in de derde klasse te spelen. Dus dan zullen we de komende drie of vier jaar toch wel stappen moeten zetten.” Komend seizoen, is wat dat betreft een mooi moment om daarmee te beginnen. “Dan bestaat NTVV 75 jaar. Hopelijk kunnen we daar wat sportief succes aan toevoegen.” Aan de steun van zijn vrouw, zal het in ieder geval niet liggen. “Die heeft afgelopen seizoen maar één wedstrijd gemist!”

Klik op NTVV voor de laatste artikelen over de club.
Klik op NTVV voor meer informatie over de club.

‘Achteraf ben ik heel blij met mijn keuze’

Een trainerswissel, geen vaste positie en handhaving via de nacompetitie. Het eerste jaar in het shirt van derdeklasser Den Bommel verliep voor Erik Ruijgers allesbehalve zonder slag of stoot. Toch kijkt de inwoner van Rotterdam vol enthousiasme uit naar het nieuwe seizoen. “Achteraf ben ik heel blij met mijn keuze.”

Een keuze die Ruijgers (24) na al die jaren bij De Jonge Spartaan, moest maken voor zichzelf, vertelt hij. “Bij Spartaan hadden we veel goede spelers en ik wilde graag minuten maken. Dus moest ik naar een andere club, als ik voor mijn eigen ontwikkeling wilde gaan.” En die andere club, werd afgelopen zomer dus Den Bommel. Op een vrij uitzonderlijke manier. “Tijdens een bedrijventoernooi kwam ik een aantal jongens tegen die ik al kende en op die manier ben ik eigenlijk overgehaald.” Zonder spijt, lacht hij. “Het is voor mezelf een goede keuze geweest om hier te gaan voetballen.”

Lastige omstandigheden

En niet voor niks, legt Ruijgers uit. “Bij Spartaan had ik het ook altijd goed naar mijn zin, maar zat ik wel vaak op de bank. Dus ondanks dat ik daar met veel van mijn vrienden speelde, wilde ik bij Den Bommel graag weer mijn spelplezier terugvinden.” Met succes. “De derde klasse is een mooi niveau en we moeten het hier echt hebben van het collectief. Daar ga ik goed op. Dus wat dat betreft is het een goede match.” Desondanks, had Ruijgers in het begin wel even tijd nodig om te wennen. “Het eerste seizoen is toch altijd een beetje aftasten en aankijken. Maar gelukkig ging dat redelijk rap.” Ondanks de soms lastige omstandigheden. “We kregen te maken met een trainerswissel en ik heb op een hoop verschillende posities gespeeld. Van rechtsback en linksback, tot rechtsbuiten.” Kortom, weinig vastigheid dus. “Dat helpt, helemaal als je nieuw bent, allemaal natuurlijk niet echt mee.” Toch begonnen ze bij Den Bommel nog wel voortvarend aan het seizoen, memoreert Ruijgers. “Het begin was goed, maar daarna kwamen we in een dip. En die duurde eigenlijk te lang.” Met het vertrek van trainer Michel Visser tot gevolg. “Zoiets had ik nog nooit meegemaakt, dus dat was wel even schakelen.” Met Dennis van Gils, die na zijn avontuur bij DBGC terugkeerde bij de club, vanaf de winterstop voor de groep, rechtte Den Bommel net op tijd de rug. “Gelukkig kwam, richting het einde van het seizoen, het teamgevoel steeds meer terug. Daar hebben we onderling ook veel gesprekken over gehad. We trokken elkaar echt mee in het ‘moeten’, anders was het gebeurd.”

Saamhorigheid

Want met een elfde plaats en slechts twee punten meer dan directe degradant VVC’68, liep het bijna nog verkeerd af. “Het spel werd de laatste wedstrijden beter en de echte drive kwam weer terug. Je zag dat het begon te leven in het team. Daardoor heb ik mezelf ook niet echt zorgen gemaakt om degradatie.” Via de nacompetitie, verzekerde Den Bommel zich uiteindelijk van nog een jaar derde klasse. “Ik denk dat er wel meer in had gezeten, maar achteraf kunnen we tevreden én trots zijn, dat we het hebben gehaald. Als je als dorpsclub in de derde klasse weet te blijven, heb je toch een voldaan gevoel.” Helemaal door de manier waarop. “De saamhorigheid in de groep… We deden alles voor elkaar in de nacompetitie.” Zaak om dat dit seizoen, meteen vanaf het begin te doen, vindt Ruijgers. “Het ontbrak af en toe ook aan een stukje scherpte, zowel voorin als achterin.” Toch ontbreekt het hem niet aan vertrouwen. “We hebben een ploeg met veel jonge gasten, waar we nog heel veel plezier aan gaan beleven. Juist daarom is het zo belangrijker dat we ons hebben weten te handhaven.” De lat, legt Ruijgers ditmaal dan ook wat hoger. “Persoonlijk zou ik graag wat meer naar boven kijken. We hebben er wat versterking bij gekregen en alle jongens hebben weer een jaar kunnen leren.” En dus, zo redeneert hij. “Ik denk dat onze groep kwalitatief goed genoeg is om boven in het rechterrijtje of onder in het linkerrijtje mee te kunnen doen.” Maar, zo voegt Ruijgers toe. “Dan moeten er wel meer automatismen in ons spel komen. Meer op elkaar ingespeeld raken, meer vastigheden en minder blessures.” Met hem als opkomende rechtsback. “Dat is wel mijn favoriete positie!” En gezien zijn kwaliteiten, waarschijnlijk ook zijn beste. “Explosief, krachtig in de duels en iemand met een goede voorzet.” Een voorzet waar ze bij Den Bommel, als het aan hem ligt, voorlopig nog wel even van kunnen genieten. “Ik heb hier echt wel mijn plek gevonden. De jongens die hier rondlopen, zijn inmiddels vrienden geworden. Daardoor voelt het als een warm bad. Zowel sportief als persoonlijk. Dus ik hoop hier nog wel een paar jaartjes door te gaan!”

Klik op Den Bommel voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Den Bommel voor meer informatie over de club.

VVAC kan verder bouwen in derde klasse

0

VVAC maakte er in het verleden regelmatig een gewoonte van om na een promotie snel weer de afzink te maken. In het afgelopen seizoen vond wat dat betreft een trendbreuk plaats: de Ottolandse brigade van trainer Pieter Lagendijk hield keurig stand in de derde klasse en kan – met een goede jeugdopleiding als basis – verder gaan bouwen aan een stevige basis om het niveau vast te kunnen houden.

OTTOLAND – De 6-2 nederlaag aan het einde van de rit bij DESK in Kaatsheuvel kon het goede gevoel van Lagendijk en zijn manschappen niet meer verstoren. Met glans was VVAC in het streven geslaagd om zich staande te houden in het jaar van de terugkeer in de derde klasse. De beloning: een mooie indeling in de derde klasse K in het seizoen 2025-2026 met Groot-Ammers, SV Meerkerk en Streefkerk als opponenten.

Lagendijk verlengde al in een vroeg stadium zijn contract en kan dus verder gaan op de ingeslagen weg op De Put. VVAC nam aan het einde van het seizoen afscheid van doelman Matthijs de Hoop en ploeggenoot Marck de Heer. Vooral voor De Hoop was het een bijzonder afscheid: hij verdedigde maar liefst twaal seizoenen het doel bij de Ottolanders. Marck de Heer blijft na zijn afscheid als speler wel betrokken bij het eerste team. Hij is inmiddels ingewerkt als leider. Die rol heeft hij overgenomen van Elard de Raad, die het voorzitterschap van Rick den Besten zal overnemen.

Jeugdopleiding

Binnen de jeugdopleiding van VVAC is er met ingang van het nieuwe seizoen wel een verandering. Hoofd jeugdopleiding Ger Klop kondigde eerder dit jaar zijn afscheid aan. ,,Helaas heb ik moeten besluiten om aan het einde van het seizoen te stoppen bij VVAC. Zelf vind ik het heel jammer, maar ik heb onverwachts een week in het ziekenhuis gelegen en daarom vind ik het niet verstandig om bij twee clubs actief te blijven.’’

Klop blijft wel verbonden aan Hardinxveld, waar hij  al wedstrijdanalyses voor he eerste elftal maakte. Bij die club zal hij dit seizoen op de dinsdag- en donderdagavond hoofdtrainer Maarten van Gastelen gaan ondersteunen bij de trainingen. Op zaterdag blijft hij de analyse van de komende tegenstander doen.

Bij de zoektocht naar een opvolger van Klop kwam VVAC uit bij Tristan Brouwer wordt als nieuwe ‘HJO’. Brouwer (55) is woonachtig in Schoonhoven en in het bezit van het diploma TCII. Afgelopen seizoen trainde hij geen team vanwege onregelmatig werk en om bij zijn zoon te kunnen gaan kijken, die bij Smitshoek (derde divisie) speelt. Hij was eerder trainer-coach bij Spirit en Schoonhoven en deed al eerder ervaring op als hoofd jeugdopleiding.

Klik op VVAC voor de laatste artikelen over de club.
Klik op VVAC voor meer informatie over de club.

Sliedrecht: verwachtingen zijn hooggespannen

0
Sliedrecht slaagde erin om vorig seizoen op de valreep het vege lijf te redden en de status van tweedeklasser te behouden. De verwachtingen zijn hooggespannen voor het nieuwe seizoen 2025-2026, want dankzij de kwaliteitsinjectie in de selectie van trainer Sjoerd van der Waal zou het wel eens een mooi seizoen in de vertrouwde omgeving van 2F kunnen worden.

 

SLIEDRECHT – Groot was de opluchting toen Sliedrecht in extremis alle seinen op veilig zette in het afgelopen seizoen en daarmee zelfs een gang naar de nacompetitie kon vermijden. Eind goed, al goed na een jaar waarin het degradatiespook zich opnieuw veelvuldig (en meer dan menigeen lief was) liet zien op De Lockhorst. De 3-1 overwinning bij Dongen maakte in één klap een einde aan de knagende onzekerheid die de Sliedrechters maandenlang had gekweld.

Halverwege het seizoen leek het lot van Sliedrecht al bepaald en dreigde een duikeling naar de derde klasse. Maar de bedrukte stemming sloeg om in geruststellende gedachten dat de klus toch geklaard was en dat met een totaal gerenoveerde selectie na het zomerreces de blik naar boven gericht kan worden.

 

Terugkeer

Want Sliedrecht zal in het nieuwe seizoen een ander gezicht krijgen, zover lijkt duidelijk. In de overschrijvingsperiode veranderde er het een en ander. Mike van Kraaij (WNC), Jasper Sprong (Papendrecht), Fatih Ozbilek (GSC/ODS), Numan Oztürkoglu (GSC/ODS) en Patrick Zwart (Unitas zaterdag) verlieten de club. Daar tegenover stond de komst van Rick Stuy van den Herik (SteDoCo), Jesse Steegwijk (De Alblas), Damian van den Oever (Smitshoek), Justin Beemsterboer en Jessie Oostrum (beiden Sparta AV).

Voor oud-prof Rick Stuy van den Herik betekent het een terugkeer op het oude nest. Stuy van den Herik, nog niet zo lang geleden nog onder contract bij TOP Oss, stak zijn liefde voor zijn ouwe cluppie niet onder stoelen of banken en is blij om weer terug te zijn. Ook voor Justin Beemsterboer geldt dat hij weer terug is op bekend terrein. In 2021 streek hij namelijk al eerder in Sliedrecht, toen in het gezelschap van maatje Sven van der Net, neer.

Beemsterboer (op de foto tijdens zijn eerste termijn in Sliedrecht) maakte destijds de overstap van Papendrecht naar Sliedrecht. Dit keer verruilt hij de amateurs van Sparta, nadat hij in de jaren ervoor tot de selecties van ASWH (in Hendrik-Ido-Ambacht verdween hij al voordat het seizoen goed en wel was losgebarsten), Achilles Veen en Papendrecht.

 

Telefoontje

Papendrechter Beemsterboer, die voor zijn eerste Sliedrechtse avontuur Papendrecht verliet omdat hij meer mogelijkheden en ambitie bij de club uit het baggerdorp zag, werd ‘gelokt’ naar Sliedrecht door een telefoontje van technisch commissielid Dennis Verhoef met wie hij nog samenspeelde. Een telefoontje dat snel de interesse van de aanvaller wekte, die het reizen vanuit zijn woonplaats naar Rotterdam-Noord niet meer zo prettig vond. Sportief gezien was het ook geen fijn jaar, met een degradatie uit de eerste klasse – met tegenstanders als Nieuw-Lekkerland, Oranje Wit en Papendrecht, aan het einde van de rit. ,,Het is niet geworden wat ik er vooraf van gehoopt had’’, is het duidelijke commentaar van Beemsterboer, die blij is dat Jessie Oostrum ook met hem naar Sliedrecht is gekomen.

Op voorhand wrijft Justin Beemsterboer zich al in de handen over de mogelijkheden die hij straks in de competitie onder trainer Sjoerd van der Waal gaat krijgen. ,,Want met de komst van Jessie en mezelf en het feit dat Juhtlen Castillo is gebleven bij Sliedrecht hebben we straks veel scorend vermogen voorin lopen. Bovendien ken ik mijn trainer Sjoerd van der Waal al langere tijd en heb ik ook nog met zijn broer Coen samengespeeld.’’

Er is echter wel een complicerende factor: Beemsterboer heeft ook zijn hart verpand aan vissen. En dat kan nog wel eens in de knoop raken met voetbal. ,,In het najaar staat er weer een vistrip gepland, maar ik denk dat de trainer daar niet blij van wordt.’’ Sliedrecht maakt ook dit seizoen deel uit van de tweede klasse F, waar onder andere de Gorcumse clubs GJS en SVW de tegenstanders zijn.

Klik op Sliedrecht voor de laatste artikelen van de club.
Klik op Sliedrecht voor meer informatie over de club.

Businessclub bij Sliedrecht niet meer weg te denken

0

SLIEDRECHT – Binnen voetbalvereniging Sliedrecht, waar op organisatorisch – en accommodatiegebied volop speelt, is de businessclub een constante factor gebleken. Inmiddels bestaat het uit 85 ondernemers bestaande sponsorcollectief al vijftien jaar en hebben de ondernemers bijgedragen aan de realisatie van veel initiatieven en projecten binnen de vereniging.

In 2010 begon de businessclub van voetbalvereniging Sliedrecht aanvankelijk nog als losse stichting, maar inmiddels maakt zij onderdeel uit van de vereniging. ,,Maar wel op autonome basis’’, licht Vincent Bons (foto), vanaf het begin van de oprichting betrokken bij de businessclub, toe. ,,De leden van de club betalen lidmaatschap, de vereniging bepaalt uiteindelijk wat er met het geld gebeurt.’’

Bij verschillende clubs is het een mechanisme dat de door de businessclub verzamelde gelden vooral naar de hoofdmacht stromen. Bij Sliedrecht ligt dat duidelijk anders: ,,Wij zijn er voor het algemeen belang’’, wil Vincent Bons nog eens nadrukkelijk onderstrepen. Om maar wat voorbeelden te noemen: de businessclub schonk een zestal verrijdbare doelen voor het hoofdveld, een partytent van 12 bij 6 meter én vier robuuste terrastafels. Daarnaast zijn er 54 banken en 28 tafels geschonken met het oog op de Baggercup en het tentenkamp voor de pupillen. Maar ook de tien vlaggenmasten langs het hoofdveld op sportpark De Lockhorst en de vier vlaggenmasten bij de entree staan er dankzij de inspanningen van de businessclub, die ook de karakteristieke koelkasten in de kantine mogelijk maakte. En ook de vier complete sets reserveshirts (geel, groen, blauw en rood) voor de lagere seniorenteams en oudere juniorenteams komen op het conto van de businessclub.

De continuïteit van de businessclub, die niet meer weg te denken valt, in Sliedrecht lijkt ook voor de toekomst gewaarborgd. Bons, die al 45 jaar lid is van Sliedrecht en daarom ook de status van lid van verdienste heeft gekregen, ziet positieve ontwikkelingen. ,,Met Tim van Stek, Martijn Thijsse en Tom de Jong hebben we drie jonge gasten in de businessclub erbij gekregen. Zij brengen nieuwe energie en nieuwe ideeën. Door die jonge gasten zie ik de toekomst vol vertrouwen tegemoet.’’

Klik op Sliedrecht voor de laatste artikelen van de club.
Klik op Sliedrecht voor meer informatie over de club.

Michael Sloof: ‘We zaten er toch een beetje tegenaan te hikken’

Eindelijk! Zo voelde het afgelopen seizoen voor De Jonge Spartaan. Want nadat de derdeklasser de afgelopen jaren al een paar keer dicht bij promotie naar de tweede klasse was, slaagde de ploeg er onder leiding van Ben Mierop in om via de nacompetitie te promoveren. En dus overheerst bij Michael Sloof nog altijd het gevoel van trots. “We hebben geschiedenis geschreven!”

Geschiedenis waar ze in Middelharnis toch wel een beetje tegenaan zaten te hikken, is de 26-jarige Sloof eerlijk. “Als het een paar keer net niet lukt, voelt het nu toch wel een beetje als eindelijk… Helemaal omdat je merkte dat het echt leefde hier.” Met de aanstelling van Mierop, in het verleden onder meer als trainer werkzaam bij vierde divisionist Heerjansdam, onderstreepte De Jonge Spartaan afgelopen zomer de ambities. “Ben bracht nieuwe energie zowel binnen als buiten het veld en bouwde voort op het fundament van de laatste jaren. De promotie is vooral iets wat we als vereniging samen hebben bereikt.”

Leren winnen

Hetgeen uiteindelijk resulteerde in een tweede plaats achter kampioen DVV’09 en het winnen van de derde periode. Wat was volgens Sloof het grootste verschil, met de afgelopen jaren? “We zijn elkaars kwaliteiten nog beter gaan benutten en hebben als selectie tactisch grote stappen gezet. Door goed te kijken naar welke speelwijze het beste bij iedereen past.” Maar ook op fysiek vlak, zijn sprongen gemaakt. “De intensiteit op trainingen lag hoger dan voorheen, waardoor we het seizoen begonnen met flink wat blessures. Maar door jongens af en toe rust te geven, konden we uiteindelijk met een volledig fitte selectie aan de nacompetitie beginnen.” Echter niet alleen het individueel benaderen van spelers droeg daaraan bij, benadrukt de inwoner van Rotterdam. “Als team doen we er binnen én buiten het veld veel voor. Ben heeft ons daarnaast geholpen om een goede tactiek om te zetten in een duidelijk strijdplan. We zijn slimmer gaan spelen, hebben geleerd om momenten te herkennen en wedstrijden volwassen uit te spelen. Dat is misschien wel het grootste verschil: we zijn niet alleen beter gaan voetballen, we zijn echt gaan leren winnen.”

Kantelpunt

Tel daar een hecht teamgevoel bij op, en De Jonge Spartaan bleek afgelopen seizoen een opponent die lastig te verslaan was. Slechts vier keer, eenmaal minder dan kampioen DVV’09, ging de formatie van Mierop onderuit. Sloof, die al sinds zijn vierde bij de club speelt, heeft daar wel een verklaring voor. “We spelen eigenlijk al ons hele leven samen. Daardoor zijn we echt een soort vriendengroep. Dat merk je. Er zit routine, energie, vertrouwen, maar vooral ook plezier in. We weten precies wat we aan elkaar hebben.” Ook als ze een keer achterstaan, zoals eind maart, uit tegen VVC’68. “Toen kwamen we in de laatste tien minuten terug en wonnen we alsnog met 3-4, dat voelde voor ons écht als een kantelpunt. Daarna hadden we in de kantine allemaal het gevoel dat het wel eens iets moois kon gaan worden.” En zo geschiedde. “Het veldspel in de laatste weken was goed, dus we gingen met veel vertrouwen de nacompetitie in.” Alhoewel, begint Sloof te lachen. “Dat gevoel van de vorige nacompetities, waarin het steeds net niet lukte, zat toch een beetje in mijn achterhoofd. Als een soort vloek. Maar dit keer voelde het anders. We waren er klaar voor.”

Hoe het leeft

Gelukkig voor hem en heel De Jonge Spartaan, bleek dat zo te zijn. Mede door de verbeterde randzaken. “Maar ook de betrokkenheid binnen de vereniging is duidelijk gegroeid. Dat heeft zeker bijgedragen aan het succes.” Bleek ook tijdens de allesbeslissende finale, weet de aanvaller nog goed. “Dat is daar een mooi voorbeeld van. Die dag was heel bijzonder! Na het laatste fluitje, heb ik nog drie uur lang met kippenvel gelopen. Als je dan ziet hoeveel zo’n promotie met mensen doet…” Op iedere housewarming of tijdens ieder feestje, wordt het onderwerp dan ook al snel aangesneden, vertelt Sloof. ” Als speler heb je niet altijd door hoe het leeft. Dat maakt je wel trots.” Hoe kijkt hij verder persoonlijk terug op afgelopen seizoen? “Over het aantal goals, een stuk of tien, ben ik niet helemaal tevreden, maar qua spel en mijn ontwikkeling in het drukzetten wel.” Want vooral in dat laatste, moest Sloof een behoorlijke omslag maken. “Ik had eigenlijk geen andere keuze dan harder trainen en meer lopen. Gelukkig is dat beloond!” En niet alleen met promotie. “In balbezit ben ik belangrijk geweest door meer in het middenveld te komen, daar kijk ik positief op terug. En ik ben heel het seizoen fit gebleven. Dat is ook wel regelmatig anders geweest.”

Overtuigd

Zaak om dat, zeker in de tweede klasse, vol te blijven houden. “Ik verwacht dat we meer voetballende ploegen tegen ons zullen krijgen. Iets meer intensiteit, maar minder vaak de lang bal.” Juist dat, is iets waar Sloof naar uitkijkt. “Hopelijk gaan tegenstanders ons vaker onder druk zetten, zodat we zelf ook meer kunnen gaan voetballen.” De doelstelling is even helder als simpel. “Handhaven zonder nacompetitie.” Toch kijkt de spits met een schuin oog, stiekem al een beetje omhoog. “Dromen van nacompetitie of ergens een periode meesnoepen, lijkt me wel iets.” Al weet Sloof als geen ander, hoe groot de uitdaging wordt. “De intensiteit zal omhoog moeten en van achteruit, zullen we in een hoger tempo moeten gaan opbouwen. En ook de aanvallen in de laatste 30 meter, zullen directer moeten worden uitgespeeld.” Toch heeft de Rotterdammer er meer dan genoeg vertrouwen in. “Ik ben er heilig van overtuigd, dat we voor niemand onder hoeven te doen en dat we in die tweede klasse thuishoren.” Want tevreden, is Sloof niet zo snel. “Deze groep heeft voor mijn gevoel de potentie om nóg een stap te maken. Wie weet zit de eerste klasse er dan ook nog wel in?”

Klik op De Jonge Spartaan voor de laatste artikelen over de club.
Klik op De Jonge Spartaan voor meer informatie over de club.

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Ontvang nu ook maandelijkse het laatste nieuws uit het amateurvoetbal in jouw regio.