Rohan de Geus pakt in debuutseizoen met Krabbendijke gelijk de titel
KRABBENDIJKE – Je begint bij een nieuwe club als trainer en staat na vijf duels met vier punten tiende… Koppen bij elkaar, nieuw systeem introduceren en ‘ineens’ gaat het lopen. En zo goed lopen zelfs dat Rohan de Geus in zijn eerste Krabbendijke een kampioenschap aan zijn trainerspalmares kan toevoegen.
“Geweldig is dat toch? Als je met tien punten voorsprong een aantal speelronden voor het eind kampioen bent, dan kan je niet anders zeggen dat het terecht is. We zijn de best voetballende en vooral toch ook de meest constante ploeg gebleken. De statistieken laten zien dat we de beste cijfers kunnen overleggen en daar mogen we met z’n allen best trots op zijn.”
In het begin draaide het niet, had Krabbendijke te maken met veel blessures en in een aantal duels ook pech. Daarnaast had De Geus een heel jonge groep en dat kostte allemaal tijd. “Wennen aan een nieuwe trainer, een nieuwe speelwijze. Die jonge gasten moesten ook omgaan met de grotere intensiteit bij de senioren ten opzichte van de jeugd. We hebben een groep van vijfendertig spelers op papier en daarvan hebben we er bijna dertig ook écht gebruikt dit seizoen. Dus het is een succes van een grote groep mensen die deze titel hebben gepakt. Als je eind oktober nog tiende staat…. Maar we hebben volgehouden en op een gegeven moment was het echt genieten. Als je dan ziet gebeuren dat wat je voor ogen hebt ook echt eruit komt op het veld. Dat tegenstanders geen antwoord hebben op onze tactiek.”
Met een uitstekende keeper, vier verdedigers, twee middenvelders en vier aanvallers regen de tricolores de rest van het seizoen de punten en overwinningen aaneen. “We hebben veel dynamiek in het elftal, jonge leergierige spelers en een aantal ervaren spelers zoals Danny Weber en supersub Ronald Zuidwegt. Dat bij elkaar is voor een trainer heerlijk werken. En als je in je debuutseizoen bij je nieuwe club direct kampioen wordt is lekker. Want na een degradatie is het niet vanzelfsprekend dat je een seizoen erna direct weer promoveert. Of we in de derde klasse nu wel thuishoren is natuurlijk afwachten. Maar voor de ontwikkeling van de spelers is dit een mooie stap omhoog. De JO19 wordt volledig doorgeschoven naar de senioren en ook daar zit genoeg talent tussen. Dat biedt mooie perspectieven en een mooie uitdaging voor komend seizoen. Daar zal handhaving uiteindelijk het nieuwe doel zijn.”
Klik op VV Krabbendijke voor meer informatie over de club.
Klik op VV Krabbendijke voor meer artikelen van de club.
‘Je krijgt bij Spijkenisse vanzelf een groen-wit hart’
Manuel van de Vlekkert (54) is al zeventien jaar een vertrouwd gezicht bij voetbalvereniging Spijkenisse. “Uiteindelijk draait het bij een club om sfeer en gezelligheid. Als je die warmte voelt, wil je nergens anders meer naartoe,” zegt hij tevreden. Als hoofd coördinator breedtesport zet hij zich dagelijks met hart en ziel in. “Ik haal er ongelooflijk veel voldoening uit.”
Zeventien jaar op dezelfde club, dan gaat die club vanzelf onder je huid zitten. “Ze zeggen weleens: als je lang genoeg rondloopt bij Spijkenisse, krijg je een groen-wit hart. Nou, daar herken ik me helemaal in. Het is een stukje trots. Ook voor de gemeente. Spijkenisse is echt mijn cluppie geworden. Naast Feyenoord natuurlijk, maar hier kan ik écht iets betekenen. Bij Spijkenisse kan ik invloed uitoefenen. Wat ik bij Spijkenisse doe, zou ik bij geen enkele andere vereniging kunnen doen. Dat weet ik zeker.”
Toch is niet alles rozengeur en maneschijn. De zorgen zijn er ook. “Een van de grootste knelpunten is het teruglopende aantal vrijwilligers”, zegt Van de Vlekkert serieus. “Ik heb zelf ook wel eens gedacht: is het tijd om te stoppen? Maar ja, als ik stop, en nog iemand stopt, wie pakt het dan op? De maatschappij is veranderd. En daarmee het vrijwilligerswerk ook. Veel mensen realiseren zich niet hoeveel werk er achter de schermen nodig is om een club te laten draaien. ‘Ik betaal contributie, dus het zal wel geregeld zijn’, denken sommigen. Maar zo werkt het echt niet.”
Geweldig team
Gelukkig hoeft hij het niet alleen te doen. “Ik werk met een geweldig team. Dat sociale aspect, dát houdt me hier. We hebben samen iets moois opgebouwd de afgelopen jaren. En je ontmoet hier mensen uit alle hoeken van de samenleving. Dat vind ik prachtig. Ik werk met zes coördinatoren. We doen dit met z’n allen. Samen maken we het verschil. En ik laat dit echt niet zomaar los. Maar als iemand zegt: ‘ik wil het stokje overnemen’, dan doe ik met liefde een stap opzij.”
Echt trots is Van de Vlekkert op wat er in de breedtesport is neergezet. “Een paar jaar geleden zagen we steeds meer jongens van 19 afhaken. Er waren geen passende teams meer voor ze. De bestaande seniorenteams zaten vaak vol met vriendengroepen, waar een jonge speler zich lastig bij aansloot. Dus besloten we: daar moet iets aan veranderen. En nu? Nu hebben we een JO23-2, JO23-3 én JO23-4. Fantastisch. Die gasten spelen gewoon competitiewedstrijden tegen andere clubs in de regio. En het mooiste: we houden ze bij de club.”
Geen gemakkelijke route
Dat Spijkenisse in trek is, verbaast hem niets. “We hebben een wachtlijst! Spelers die hier ooit begonnen zijn en vertrokken omdat er geen plek meer was, willen terugkomen. En dat is het mooiste compliment.” Zelf begon hij ooit als jeugdtrainer. “Bij de F-jes, toen mijn zoon ging voetballen. Zo ben ik erin gerold. Voor je het weet fluit je wedstrijden, word je coördinator van de jeugd, en moet je keuzes maken. Ik koos toen voor het coördinatorschap, en dat heeft uiteindelijk geleid tot die JO23-teams. Geloof me, dat was geen gemakkelijke route. Het heeft veel energie gekost, en heel veel gesprekken. Maar iedereen ziet nu: dit is positief voor de club. Anders waren we veel jongens kwijtgeraakt.”
Van de Vlekkert is vaak op de club te vinden. “Maar soms gaat de rem er wel op, hoor. Ik ben op vaste dagen op de club, op andere dagen doe ik niets met voetbal. En nogmaals: het is heel leuk om te doen. Je krijgt er ook veel credits voor. In maart organiseerden we nog een spectaculair LED-voetbaltoernooi. Twee kwartvelden werden prachtig verlicht met kleurrijke LED-verlichting. Het zorgde voor een unieke en sfeervolle ambiance.”
Klik hier voor meer artikelen van VV Spijkenisse.
Klik hier voor meer informatie over VV Spijkenisse.
Nieuwe koers voor Berkdijk: club kiest voor zaterdagvoetbal en opvallend trainersduo
KAATSHEUVEL – Met de overstap van zondag- naar zaterdagvoetbal komend seizoen en de komst van het ervaren trainersduo Ad van de Wiel en Theo de Jong slaat RKVV Berkdijk een nieuwe weg in. “We moesten vooruit kijken. En dit was het juiste moment om dat te doen,” zegt voorzitter Luc van de Kar, die na dit seizoen afscheid neemt van zijn functie.
Berkdijk kiest daarmee bewust voor de toekomst. De overstap naar zaterdag kwam niet onverwacht: al langer leefde binnen de club het besef dat zondagvoetbal aan aantrekkingskracht verloor. “De jongere generatie wil op zaterdag voetballen. Ook binnen onze eigen jeugd en onder 23-spelers merkten we dat steeds sterker,” aldus Van de Kar. “We hadden eigenlijk gepland om de overgang nog een jaar uit te stellen, maar de omstandigheden vroegen om actie. Toen onze trainer Patrick had aangegeven dat hij zou stoppen na dit seizoen, werd het moment duidelijk.”
De club vond in Ad van de Wiel en Theo de Jong twee trainers die passen bij de nieuwe koers. Beiden hebben een indrukwekkend verleden in het betaald voetbal, maar kozen bewust voor het amateurvoetbal – met het plezier als drijvende kracht. “Via via kwamen we bij Ad uit. Hij was direct enthousiast en stelde zelf voor om samen met Theo de Jong het trainerschap op zich te nemen,” vertelt Van de Kar. “Die combinatie sprak ons meteen aan. Het zijn geen types die met tactische schema’s willen imponeren. Ze willen mensen verbinden, plezier terugbrengen én lekker voetballen.”
Ad van de Wiel staat bekend om zijn markante persoonlijkheid en zijn vermogen om leven in de brouwerij te brengen. Zijn aanpak: niet te moeilijk doen. “Trainer zijn op dit niveau draait niet alleen om winnen,” zei hij eerder. “Het gaat erom dat de kantine vol zit, dat er weer gelachen wordt. Dan volgt de rest vanzelf.” Zijn compagnon Theo de Jong – oud-Feyenoorder en WK-finalist in 1974 – brengt de ervaring én de papieren mee om het duo officieel te maken. Samen willen ze Berkdijk nieuw elan geven.
Binnen de club is de aanstelling van het duo voor volgend seizoen met enthousiasme ontvangen. “Het geeft reuring, en dat is goed. We zijn in veel opzichten een volksclub, met veel betrokkenheid en sfeer. Juist daarom passen Ad en Theo hier goed,” aldus Van de Kar. “Ze zijn benaderbaar, brengen iets mee en zorgen dat er over Berkdijk gepraat wordt.”
De overstap naar de zaterdag sluit ook aan op andere veranderingen binnen de club. Zo groeit de jeugdafdeling snel. Waar het enkele jaren geleden begon met een handvol kinderen en vaders die zelf gingen trainen, is het inmiddels uitgegroeid tot een serieuze tak met eigen jeugdplan, activiteiten in de wijk en binding met de omgeving. “Kinderen voelen zich hier thuis. Dat is de kracht van Berkdijk.”
Voor Van de Kar is het een mooi moment om het stokje door te geven. “Na meer dan vijftig jaar bij de club en vijf jaar als voorzitter, is het tijd. Ik blijf lid, mijn kleinzoon gaat hier straks voetballen. Dus echt weg ben ik niet.”
Klik op RKVV Berkdijk voor de laatste artikelen over de club.
Klik op RKVV Berkdijk voor meer informatie over de club.
Een leven voor de club: Cor de Bie geridderd tijdens 100 jaar NEO’25
WAALWIJK – Tijdens de jubileumreceptie op vrijdag 9 mei viel er een diepe stilte in het clubhuis van NEO’25. De burgemeester van Waalwijk nam het woord, en tot zijn grote verbazing hoorde Cor de Bie zijn naam vallen. Kort daarna kreeg hij, zichtbaar geëmotioneerd, een Koninklijke Onderscheiding opgespeld. Een eerbetoon aan meer dan zestig jaar tomeloze inzet voor de oudste zaterdagvoetbalvereniging van Noord-Brabant.
NEO’25 viert dit jaar haar honderdjarig bestaan. Opgericht in 1925 als korfbalvereniging, maakte de club in de jaren dertig de overstap naar voetbal – een destijds gewaagde keuze in het behoudende Sprang-Capelle. Door de jaren heen verhuisde de club maar liefst vijf keer, kende ze oorlog, wederopbouw, promoties en groei, en vond ze uiteindelijk haar plek op sportpark De Gaard in Waalwijk. In al die decennia waren er vele vrijwilligers actief, maar weinigen met zo’n lange staat van dienst als Cor de Bie.
“Cor is vanaf 1962 onafgebroken betrokken geweest bij de club,” vertelt Mari van Ee, oud-secretaris en tegenwoordig archivaris van NEO’25. “Hij was jeugdleider, jeugdvoorzitter, organisator van het befaamde Zilveren Molentoernooi, KNVB-consul, klusjesman en aanspreekpunt voor jong en oud. Een clubman pur sang.”
Van Ee is een naam die binnen NEO’25 ook zeer vertrouwd is. Na bijna vijftig jaar lidmaatschap, waarvan 22 jaar als secretaris, is hij nu vooral actief als archivaris en klankbord voor het bestuur. “Ik voel me jong, maar ben inmiddels 66 en twee jaar gestopt met werken. De club is nog steeds mijn passie.’’ Van Ee diende de aanvraag in voor de Koninklijke Onderscheiding van De Bie. “Het is een secuur proces dat maanden duurt, maar als iemand het verdiende, dan was het Cor wel. Zijn inzet is breed én diep. Hij heeft letterlijk aan de basis gestaan van wat de club nu is.”
De onderscheiding viel samen met de jubileumreceptie – precies honderd jaar na de oprichtingsdatum van de club, 9 mei 1925. Een avond vol herinneringen, verhalen en ontmoetingen, met als hoogtepunt de decoratie van De Bie. “Zijn familie was stiekem binnengeloodst, zodat het echt een verrassing was,” vertelt Van Ee. “Hij had het totaal niet zien aankomen. Toen hij doorhad wat er gebeurde, zag je hem echt vechten tegen de tranen. Dat was prachtig.”
NEO’25 koestert haar verleden, en mensen als Mari van Ee zorgen ervoor dat die geschiedenis levend blijft. “Samen met mijn vrouw hebben we dertig grote borden gemaakt met beeldmateriaal, oude video’s, en verhalen uit alle hoeken van de vereniging. Deze worden tentoongesteld tijdens onze grootse reünie op 12 juni. In het clubhuis komt een mini-museum, zodat een kleine driehonderd (oud-)leden van NEO een stukje van die historie kan herbeleven.”
Ook Cor de Bie droeg jarenlang bij aan dat erfgoed. “Zijn technische kennis kwam goed van pas bij verbouwingen, tribunes en velden. En als consul van de KNVB zorgde hij altijd dat wedstrijden veilig konden doorgaan. Ook al moest hij soms streng zijn.”
Voor Van Ee is de benoeming van Cor een erkenning van het grotere geheel: de kracht van vrijwilligerswerk. “Clubs bestaan bij de gratie van mensen zoals Cor. We moeten hun verhalen blijven vertellen – niet alleen om hen te eren, maar ook om jonge generaties te inspireren.”
Klik hier voor meer artikelen over NEO’25 .
Klik hier voor meer over NEO’25.
‘Dan moet alles op het niveau van de Tweede Divisie zijn’
Nadat hij een kleine twee jaar geleden begon als Hoofd Jeugdopleiding van Kozakken Boys, gaat Arjen Borsje bij de derdedivisionist inmiddels door het leven als Coördinator Voetbal en Ontwikkeling. En dat is niet alleen een mooie titel, maar vooral ook een heel belangrijke functie, zo vertelt hij. “Het is veel, leuk én uitdagend!”
Een uitdaging die eind 2023 dus eigenlijk al begon, in Werkendam. “Johan van der Werff vertrok als technisch directeur, toen hebben we het beleid en de organisatie tegen het licht gehouden.” Met de nodige aanpassingen tot gevolg, waaronder het in het leven roepen van zijn functie, als Coördinator Voetbal en Ontwikkeling. “Ik ben verantwoordelijk voor het aanstellen van de trainers voor de selectieteams, dat wil zeggen het eerste, de O23 en de JO19. Maar ook het samenstellen van de teams en het coördineren van het beleid.”
Kans grijpen
Kortom, nagenoeg alle technische zaken. “Trainingen kijken, wedstrijden kijken, gesprekken voeren met spelers én trainers, maar ook persoonlijke ontwikkelingsplannen maken, vastleggen en uitvoeren.” Dat alles, klinkt als veel. “Het is ook veel. Soms misschien wel te veel. Maar het is ook leuk en uitdagend. En ik ben het gewend om het druk te hebben.” Ook de resultaten van het eerste, geven Borsje (57) meer dan genoeg energie. “We spelen met een jong en fris elftal nu boven in de Derde Divisie, hopelijk kunnen we ooit weer die stap naar de Tweede Divisie maken.” Al is dat misschien nog niet eens het allerbelangrijkste. “Jonge spelers grijpen hun kans, daar doen we het voor.” Toch gaat dat niet zomaar, weet Borsje als geen ander. “We hebben onze selecties bewust kleiner gemaakt, zowel bij het eerste, als bij de O23 en de JO19. Waarom? Zodat we meer ruimte hebben om talenten door te kunnen laten schuiven.” De gedachte daarachter, is dan ook simpel, legt hij uit. “Toen ik begon, had het eerste elftal een selectie van 26 spelers. Dan moet er veel gebeuren, voordat een talent een keer een kans krijgt. Nu zijn drie spelers die begonnen waren bij de O23, een vaste waarde bij het eerste.” Onder meer door ze afgelopen seizoen mee te laten trainen. “Als een soort stage. Daarmee hebben ze hun plekje verdiend. Dat laat zien dat we op de goede weg zijn.” Ruimte creëren voor jonge gasten, noemt Borsje dat. “Aan ons om hun potentie vroegtijdig te herkennen.”
Aansluiting
Op die manier werd vorig jaar min of meer tegelijkertijd, de renovatie van het eerste elftal in gang gezet, memoreert de inwoner van Werkendam. “We degradeerden natuurlijk uit de Tweede Divisie, dan gaan er altijd een aantal spelers weg.” Aan hem destijds de taak, om een winnend team samen te stellen. “Je probeert iedere positie dubbel bezet te krijgen. Door ervaring aan te vullen met talent. Dus achter een ervaren rot, moet een jong en enthousiast iemand zitten.” Al begint dat natuurlijk met opleiden. “Wat dat betreft is de voetbalschool, waar we sinds dit seizoen mee zijn begonnen, een belangrijke pijler. Daardoor worden niet alleen jeugdspelers, maar ook jeugdtrainers getraind.” Trainers die ondersteund worden door Borsje en de reeds nieuw aangestelde Hoofd Jeugdopleiding Robert Hooijmans. “We hebben geen tussenlichtingen meer, waardoor we werken met een JO13, JO15 en een JO17. Allemaal met gediplomeerde trainers. In die leeftijdscategorieën, selecteren we dan ook.” Zodat ze uiteindelijk, aansluiting kunnen krijgen met de O23 en het eerste. “Daarom moeten we bijvoorbeeld onze JO19 op divisieniveau zien te houden.”
Eendagsvlieg
Hoe maakt Borsje na een kleine twee jaar hard werken, de balans op? “We kunnen tevreden zijn over de stappen die we hebben gemaakt.” Maar, hij weet met al zijn ervaring als voormalig jeugdscout bij NAC Breda, PSV en Ajax, als geen ander hoe het voetbalwereldje werkt. “Alles wordt getoetst aan het succes van het eerste elftal. Voor de buitenwereld dan tenminste.” Al heerst ook op dat vlak, tevredenheid wat Borsje betreft. “Het elftal is groeiende en doet mee voor promotie, maar we moeten ook niet te snel gaan. De basis staat er, nu moeten we doorbouwen en dat proces doorzetten.” Helemaal nu ze bij Kozakken Boys ook de rest van de organisatie goed hebben staan. “Dan is het een kwestie van finetunen.” Zijn contract, loopt dan ook niet voor niks twee jaar door. “Verandering heeft tijd nodig, dat gaat stap voor stap.” Helemaal als de ambities groot zijn. “Op termijn hopen we weer een rol van betekenis te kunnen spelen in de Tweede Divisie, maar dan moet alles daaromheen, ook van dat niveau zijn. Anders ben je een eendagsvlieg en val je heel snel weer terug.”
Schijnwerpers
Gelukkig kun je dat aan Borsje wel overlaten. “Ik loop al bijna heel mijn leven rond in de voetballerij en mijn kennis en kunde, ligt voornamelijk bij het ontwikkelen van oudere jeugdspelers. Dat je die visie dan mag koppelen aan een club in de top van het amateurvoetbal en met jongens die heel graag willen, maakt het voor mij een ontzettend mooie uitdaging.” Die hij eigenlijk liever een beetje op de achtergrond, met beide handen aanpakt. “Dat is het grote verschil met de rol van Hoofd Jeugdopleiding. Bij de jeugd gaat alles stapje voor stapje, terwijl je bij het eerste meteen moet presteren. Daar staan de schijnwerpers er vol op.” Maar van de wijs, brengt dat Borsje niet. “We moeten gewoon stoïcijns doorgaan!”
Klik op Kozakken Boys voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Kozakken Boys voor meer informatie over de club.
Dani Roodnat Speler van het Jaar VV Papendrecht
Tijdens het voetbalseizoen worden de verrichtingen van de hoofdmacht van Voetbalvereniging Papendrecht nauwkeurig gevolgd door een keur aan voetbaldeskundigen. Zij geven na afloop van elke competitiewedstrijd punten aan de spelers. Zo komt een ranglijst tot stand. Tijdens de afsluiting van het seizoen werd de top drie bekendgemaakt.
Dani Roodnat bleek tijdens het seizoen 2024-2025 het meeste aantal punten behaald te hebben en werd op grond daarvan uitgeroepen tot Voetballer van het Jaar. De centrale verdediger, die elke wedstrijd een ruime voldoende scoorde en een stabiele factor was in het elftal, heeft de eer om de bijbehorende prijs, de Gouden Schoen, aan het begin van het nieuwe seizoen in ontvangst te mogen nemen. Hij vormde vaak het hart van de Papendrecht-defensie met de nummer 2, Cees Baars, die al twee keer Speler van het Jaar was. De top drie wordt gecompleteerd door de aanvallende middenvelder Izzy Karfouh.
Klik op vv Papendrecht voor meer informatie over de club.
Klik op vv Papendrecht voor meer artikelen over de club.
Yerseke beleeft volgens Rick Poleij een ondermaats seizoen
YERSEKE – De voorgaande seizoenen vonden we Yerseke in de tweede klasse van het zaterdagvoetbal vaak in de bovenste regionen terug. Dit seizoen moet de Bevelandse ploeg tot het eind vol aan de bak om nacompetitie voor degradatie af te wenden. Volgens Rick Poleij beleeft hij met zijn ploeg een ondermaats seizoen.
“We hebben teveel steken laten vallen en daardoor kostbare punten verspeeld. Persoonlijke fouten, soms gemakzucht en het gegeven dat er enkele bepalende spelers vertrekken of stoppen. En ook de trainer die afscheid neemt. Het zou niet mogen, maar het zorgt in mijn ogen wel voor een andere dynamiek en kan onbewust wel meespelen tijdens wedstrijden. Want voorgaande jaren deden we altijd bovenin mee en nu lukt het gewoon niet om constant te presteren.”
Toch heerst er volgens de aanvaller echter nog geen paniek binnen de club. “Nee, want we hebben op dit moment absoluut de kwaliteiten om op dit niveau mee te komen. Alleen zit het niet altijd mee in wedstrijden en zullen we tot de laatste wedstrijd vol gas moeten geven om de nacompetitie te ontlopen. Het moet ook wel worden gezegd dat deze tweede klasse door de versterkte degradatieregels van de voorgaande jaren echt een stuk sterker is geworden. Alleen IFC stak er ver bovenuit, maar de rest zit relatief dicht bij elkaar. Het is een competitie waarvan je wekelijks bij de les moet zijn om uiteindelijk niet in de problemen te komen en dat hebben we in sommige wedstrijden simpelweg niet goed gedaan.”
Poleij woont in Yerseke en speelt al zijn gehele leven voor de dorpsclub. Vanuit de A-jeugd stroomde hij jaren geleden direct door richting de selectie en verdween er nooit meer uit. “Sinds mijn achttiende zit ik bij de selectie. Ik ben één seizoen gestopt, maar toen Marco Groeneveld hier trainer werd ben ik weer begonnen. Sindsdien speel ik vrijwel wekelijks. Al is het niet altijd op de positie waar ik het beste tot mijn recht kom en heb ik al op veel verschillende posities gespeeld. Voornamelijk in de spits, maar ik heb ook al vaak genoeg rechtsback gespeeld onder andere.”
In zijn ogen is de 30-jarige timmerman het beste als hardwerkende aanvaller die vooral de gaten trekt voor onder meer Guus de Leeuw. Ik ben geen spits die het van de doelpunten moet hebben, want ik scoor nooit veel maar daar liggen ook mijn kwaliteiten niet echt. Maar als je soms in wedstrijden op drie verschillende posities staat dan is het wel eens lastig schakelen. Al zal ik altijd mijn stinkende best doen en hard werken. Want dat blijft mijn inziens de basis van alles in het voetbal. Als we dat de komende weken met z’n allen aan de dag leggen, dan ben ik er van overtuigd dat we ook komend seizoen tweedeklasser zijn.”
In het verleden was Poleij ook actief als jeugdtrainer maar daar is hij inmiddels mee gestopt. Wel maakt hij onderdeel uit van de technische commissie bij de jeugdafdeling van de club en van daaruit is hij verantwoordelijk voor de indeling van de teams aan het begin van het seizoen. “Leuk om te doen en om op die manier iets voor de club op een andere manier te kunnen betekenen. Training geven was leuk, maar daar ben ik uiteindelijk mee gestopt. Nu ligt de focus op het voetbal en daar hoop ik ook de komende jaren nog een rol van betekenis te kunnen vervullen. Er komt een nieuwe trainer en dat is verfrissend denk ik. Iedereen begint op nul en moet aan de bak. Maar eerst dit seizoen goed afmaken, want met Yerseke horen we wel gewoon in de tweede klasse thuis en we gaan er alles aan doen om dat zo te houden.”
Klik op vv Yerseke voor de laatste artikelen over de club.
Klik op vv Yerseke voor meer informatie over de club.