Home Blog Pagina 20

‘Mario Been sprong er voor mij echt bovenuit’

0

Ondanks dat hij graag had willen promoveren en het qua prestaties nog beter had gekund, kijkt Joep van den Ouweland met een positief gevoel terug op zijn eerste seizoen als trainer van derdeklasser Bavel. Met het vertrouwen, is bij de oefenmeester uit Gilze dan ook niks mis. “Ik zou graag kampioen willen worden of promoveren.”

Precies zoals ook afgelopen seizoen, eigenlijk al de bedoeling was. “Uiteindelijk is dat niet gelukt, omdat we het in de eindfase hebben weggeven.” Want met slechts negen punten uit de laatste zeven duels, moest Bavel uiteindelijk genoegen nemen met een derde plaats. En dat terwijl de ploeg lange tijd bovenaan stond. “Als we dit jaar écht mee willen doen, moeten we constanter worden. Nu hebben we het uit onze handen laten glippen.” Desondanks, heeft de 41-jarige Van den Ouweland allesbehalve spijt van zijn overstap naar Sportpark De Roosberg. “Ik heb het super naar mijn zin gehad! Het is een leuke groep én vereniging, alleen had ik graag willen promoveren.”

Anders trainen

Dat gebeurde, met een achterstand van zes punten op koploper Madese Boys, uiteindelijk dus net niet. “Als je zó dichtbij bent, wil je naar die tweede klasse… Het is ook extra zuur, dat je als nummer drie geen nacompetitie hebt. In feite hebben we het één wedstrijd voor het einde weggeven.” Toch voelt de voormalig profvoetballer van onder meer Go Ahead Eagles en De Graafschap zich helemaal thuis bij de derdeklasser. “Ik had bij Gilze graag nog een jaartje doorgegaan, maar de club wilde na twee seizoenen wat anders. Bavel staat te boek als een nette en fijne club, dus ik was blij dat ze met mij in gesprek wilden.” En die verhalen, bleken te kloppen, vertelt Van den Ouweland. “Daar is geen woord aan gelogen! Iedereen staat voor je klaar, er zijn een hoop vrijwilligers die het beste met de vereniging voor hebben en alles is goed geregeld. Het is echt een club die perfect bij mij past.” En ook de klik met de spelersgroep, is aanwezig. “Je merkt aan die jongens, dat ze het leuk vinden om op een andere manier te trainen dan dat ze gewend waren.” Hoe dat er in de praktijk aan toegaat? “Ik ben niet zo van een standaard warming-up, daarom zet ik liever twee rondo’s uit. Daarna gaan we vaak naar een positioneel gerichte pass- en trapvorm en we spelen veel positiespelletjes. Want door dingen te herhalen, word je een betere voetballer.” Met tactiek, probeert Van den Ouweland zijn spelers tijdens trainingen niet al te veel te vermoeien, vertelt hij. “Dan sta je veel stil én voetbal is voor mij ook vrijheid. Zoek voor jezelf de ruimte in balbezit, zeg ik altijd. Al moet je in het verdedigen en drukzetten natuurlijk wel bepaalde patronen hebben.”

Meer begrip

Patronen, die ook kunnen veranderen, lacht de inwoner van Gilze. “We hebben in het begin van het seizoen, redelijk gedurfd gespeeld. Met drie verdedigers. Maar uiteindelijk zijn we overgestapt naar vier, omdat de jongens zich daar prettiger bij voelden.” Typerend voor hem als trainer, denkt Van den Ouweland. “Ik probeer zoveel mogelijk tussen die gasten te staan en naar ze te luisteren. Niet zo autoritair en in voor een geintje. Je kan bij mij best een keer een training missen, als je daar een goede reden voor hebt. Door met ze mee te denken, krijg je spelers sneller achter je, denk ik.” Bijvoorbeeld tijdens wedstrijden. “We hebben echt geleerd om tactische aanpassingen te doen, om tot een beter resultaat te komen.” Ondanks dat Van den Ouweland als trainer, altijd zoveel mogelijk probeert uit te gaan van eigen kracht. “Ik houd van initiatief, goed voetbal en drukzetten. Een vast systeem heb ik niet echt, omdat je toch altijd afhankelijk bent van het materiaal.” Materiaal, dat de oud-middenvelder vol enthousiasme helpt om verder te ontwikkelen. “Dat is het leukste van trainer zijn, om je kennis en ervaring over te kunnen dragen.” Ervaring, die Van den Ouweland als ex-profvoetballer natuurlijk meer dan genoeg heeft. “Ik denk dat het wel een voordeel is, omdat je dingen toch sneller ziet. En je weet hoe spelers redeneren, je bent toch één van hen geweest. Daardoor heb je op sommige momenten misschien wat meer begrip.” Het bezig zijn met oefenvormen en het coachen van medespelers, zat er bij Van den Ouweland dan ook altijd al wel in, herinnert hij zich. “Ik ben regelmatig aanvoerder geweest, dat is ook niet voor niks. Als speler noteerde ik wel eens trainingen. Van iedere trainer neem je toch wel iets mee, ook in de benadering van spelers.” Wie zijn beste trainer ooit was? “Mario Been sprong er voor mij bovenuit. Die stond echt tussen de jongens, had leuke trainingen en was een leuk mens. Daar heb ik het meeste van geleerd. Doordat hij zelf ook goed kon voetballen, neem je ook sneller dingen van zo iemand aan.” Wat dat betreft, heeft ook Van den Ouweland zijn voetbalverleden alvast mee. “Ik zou met Bavel heel graag kampioen willen worden of promoveren. Maar de competitie is sterk, dus er is meer dan genoeg concurrentie!”

Klik op vv Bavel voor de laatste artikelen over de club.
Klik op vv Bavel voor meer informatie over de club.

‘Het gaat bij ons thuis heel veel over voetbal’

Als trainer van de JO12-2 bij Groen Wit, probeert Olav van der Wulp vol passie en enthousiasme over te brengen wat hij zelf als voetballer ooit allemaal heeft geleerd. En voorlopig, lukt dat best aardig, vertelt hij. “Plezier is het allerbelangrijkste, zodat ze met een grote glimlach rondlopen.”

Een doelstelling, waar hij zo’n vijf seizoenen geleden mee begon. Destijds als trainer van de JO8. “Dat is een beetje de trend bij Groen Wit. We staan te springen om vrijwilligers, dus als je kind gaat voetballen, doen ze al snel een beroep op ouders.” Heel erg, vond de 50-jarige Van der Wulp dat overigens niet. “Samen met Jerry Oors, doe ik dat nu al drie jaar. Ik heb zelf jaren gevoetbald, dan is dit ontzettend leuk om te doen!” Begonnen bij de jongste jeugd en inmiddels aanbeland bij de JO12-2. De teamsamenstelling, behoeft de nodige uitleg. “De club heeft besloten om vanaf de JO10 te beginnen met selecteren, waardoor je een soort nieuwe mix krijgt.”

In de klas

Een mix, die Van der Wulp stiekem al behoorlijk goed kent. “Ongeveer de helft van de jongens, heb ik al eerder in het team gehad.” En daarnaast. “Kennen ze elkaar ook allemaal al wel. Veel zitten bij elkaar op school of in de klas.” Waaronder dus ook zijn eigen zoontje. Hoe dat gaat? “Voorlopig prima! Je moet er altijd voor waken dat het niet ‘het zoontje van’ wordt, maar eigenlijk ben je altijd strenger voor je eigen kind.” Soms ook thuis, lacht Van der Wulp. “Mijn andere zoontje voetbalt in de JO10-2, dus het gaat bij ons heel veel over voetbal.”

Want ook de inwoner van Breda zelf, weet van kinds af aan niet beter. “Ik heb vanaf mijn zevende, altijd in de jeugd bij Advendo gevoetbald. En op mijn zeventiende, maakte ik daar mijn debuut in het eerste.” Alvorens hij vanwege zijn studie, na een seizoen of vijf besloot te stoppen. Al duurde dat maar even. Een jaar of drie. “Studiegenoten van mij kwamen uit Ulvenhout, die vroegen of ik het leuk zou vinden om bij UVV’40 te komen voetballen. Dat heb ik toen gedaan, tot mijn 36ste.” Veelal als rechtsbuiten, later als middenvelder. “Ik was klein, maar snel. Een bal over de verdediging heen, was vaak een prooi voor mij.” Dankzij zijn kinderen, kwam hij een aantal seizoenen geleden bij Groen Wit terecht. “We wonen in de wijk Westerpark en ik hoorde goede verhalen over de club.”

Niveauverschillen

Verhalen, die bleken te kloppen. Van der Wulp is dan ook helemaal op zijn plek bij de vereniging uit Breda. “Voetbal is gewoon mijn spelletje. Ik kijk het graag en daarnaast ben ik al sinds mijn jeugd supporter en seizoenkaarthouder van NAC.” Enthousiasme, dat hij als jeugdtrainer goed kan gebruiken. “Het is leuk om dingen over te brengen, die je zelf als voetballer hebt geleerd.” En dat doet Van der Wulp, dan ook vol fanatisme. “We zijn vooral bezig met het samenspel en overzicht houden. Medespelers blijven zien en niet met je hoofd naar beneden lopen.” Onder meer door af te werken, partijtjes te spelen én penalty’s te oefenen. “Maar ook tactisch, probeer ik ze alvast wat te leren. Met name bepaalde slimmigheidjes.”

Toch is in alles, één ding het allerbelangrijkste: “Dat ze plezier hebben en met een grote ‘smile’ rondlopen.” Precies zoals Van der Wulp dat zelf ook twee avonden in de week en op zaterdag doet. “Ik heb verder geen ambities als trainer, maar dit vind ik gewoon heel leuk om te doen.” Helemaal nu de club sinds vorig seizoen een jeugdbeleidsplan heeft geïntroduceerd. “Dat geeft toch handvaten én structuur. En het kweekt begrip.” Onder meer voor de teamindelingen. “Die leveren altijd discussies op, dat is bij iedere club het geval.”

Toch is Van der Wulp blij met de ingeslagen weg, vertelt hij. “Binnen de teams, had je regelmatig te maken met niveauverschillen. Daardoor werd het plezier bij de jongens soms minder. Door te gaan selecteren vanaf de JO10, krijg je meer gelijkwaardigheid tussen spelers. Daarom vind ik het een goede keuze.” Voorlopig, ziet de voetballiefhebber dan ook geen reden om wat anders te gaan doen. “Tenzij mijn zoontje het niet meer wil natuurlijk!”

GPC-trainer Salim ben Sellam staat voor jaar van belangrijke keuzes

VLISSINGEN – Hij promoveerde én degradeerde in zijn eerste twee seizoenen bij GPC Vlissingen. Salim ben Sellam wil nu, met een behoorlijk vernieuwde selectie in zijn derde jaar als GPC-trainer proberen om er een hechte groep van te maken en te kijken tot hoever zijn selectie kan reiken. Daarnaast staat hij voor een aantal uiteenlopende keuzes en afwegingen die hij moet maken.

“Het is vorig seizoen niet helemaal gelopen zoals we vooraf misschien hadden gehoopt. Realistisch gezien wisten we wel dat het een lastig jaar zou worden. De derde klasse herbergt veel heel sterke ploegen zoals De Meeuwen, Zeelandia Middelburg, FC Dauwendaele en nog een aantal. Die hebben zoveel ervaring en ook kwaliteiten in de groep, daar waren wij simpelweg niet tegen opgewassen. We bleken niet goed genoeg en zijn dan ook terecht gedegradeerd.”

In de zomerperiode vertrokken er een aantal jongens uit bij GPC om hun geluk elders te gaan beproeven op een hoger niveau. “Verder zijn er nog was jongens gestopt of in lagere elftallen gaan voetballen. Daarvoor hebben we wel wat ervaring teruggekregen en zijn er van onder andere JVOZ en VC Vlissingen nog wat spelers bijgekomen. Maar ook vanuit het tweede elftal hebben we vier spelers doorgeschoven. Kwalitatief is het misschien minder dan voorheen, al is de selectie voor mijn gevoel nu wel veel meer in balans. Ervaring, loopvermogen en doelgerichtheid hebben we nu beter verdeeld over de groep en dat moet nu allemaal in elkaar worden gepast door mij als trainer.”

Ben Sellam werd enkele jaren geleden afgewezen voor de opleiding TC1 en zag daardoor dat hij als trainer de afgelopen seizoenen minder werd uitgedaagd.

“En juist dat heb ik wel nodig om te kunnen doorgroeien. Dat mis ik nu een beetje en daarom wil ik heel goed gaan afwegen welke kant ik wil opgaan als trainer. Of wil ik na tien jaar mezelf vol focussen op het trainersvak misschien weer een aantal seizoenen gaan richten op het zelf spelen van wedstrijden met vrienden. Want ik ben sinds mijn zesentwintigste trainer en al op mijn achtentwintigste gestopt met voetballen, maar de geur van gras en het zelf tegen een bal trappen dat mis ik nog altijd. Dus wie weet wat de toekomst brengt. Voorlopig telt echter alleen nog GPC en daar ga ik alles aan doen om met die vernieuwde groep te proberen een leuk seizoen te draaien en te trachten om dicht in de buurt van eventuele prijzen te komen.”

Naast het hoofdtrainerschap bij de Vlissingse vierdeklasser is Ben Sellam ook voorzitter bij Zaalvoetbalvereniging Groene Ster, heel druk met zijn eigen bedrijf binnen het jeugd- en jongerenwerk én wordt hij straks voor de tweede keer vader.

“Dat laat zien dan mijn dagen en avonden heel druk bezet zijn. Het zorgt er bovendien voor dat ik dit jaar voor een aantal heel belangrijke keuzes sta. Wat wil ik? Waar zie ik nog de uitdagingen in? Wat past allemaal beste bij elkaar? Die vragen verdienen een antwoord en daar ga ik de tijd voor nemen. Als trainer is het soms frustrerend dat je een training voorbereidt en op de dag zelf nog drie afmeldingen krijgt bijvoorbeeld. Al is dat ook inherent aan het niveau en niet direct een verwijt. Soms wel jammer, want je werkt toch ergens naartoe en ben daar altijd eerlijk in naar jongens. Je moet wel investeren in jezelf wil je iets bereiken. Hopelijk kunnen we met elkaar dit seizoen bij GPC Vlissingen de puzzelstukjes op de juiste plek leggen en wellicht dat het dan tot iets heel moois kan leiden.”

‘We doen alles met een dikke knipoog’

De derde helft, kleedkamerhumor én het traditionele verslag op zondagavond in de groepsapp, om het weekend mee af te sluiten. Het vierde elftal van Baronie, is veel meer dan een voetbalteam. En onder aanvoering van Richard Rovers, op papier het oudst-spelende lid, blijft dat voorlopig ook nog wel even zo. “We doen alles met een dikke knipoog.”

Waaronder dus het wedstrijdverslag, iedere zondagavond stipt om 21:30 uur in de app. “Die maak ik! Over de wedstrijd, de week en een hoop andere onzin. Het is eigenlijk een vorm van literatuur of poëzie, om het weekend mee af te sluiten.” Sterker nog. “We hebben er zelfs een boek van gemaakt. Van 114 pagina’s.” De groepsapp, beter bekend onder de naam ‘het halftientje’, staat volgens Rovers (53) symbool voor Baronie 4. “Het is een pure vorm van kameraadschap. Dingen met elkaar delen.”

Vliegangst

En dat doen ze bij de club uit Breda, al een behoorlijk lange tijd, vertelt de inwoner van Bavel. “Dit seizoen zijn we het vierde, maar we zijn ook al Baronie 10 geweest. Vijf jaar geleden waren we Baronie 10, daarna 7, vorig jaar 5 en nu dus 4.” Een vriendenteam, waar Rovers al bijna tien jaar lang onderdeel van is. “Het is een stukje sociaal én maatschappelijk.” Maar bovenal, heel leuk om nog lekker te kunnen voetballen. “Ik wilde graag nog doorgaan, dus toen ben ik aangesloten bij het team van mijn broer. Dat was meteen keileuk!”

En dat terwijl Sportpark De Blauwe Kei, in eerste instantie niet zijn thuisbasis was. “Vanaf mijn zesde ben ik begonnen bij JEKA, dat is hier natuurlijk een beetje een doodzonde, en toen ik zestien was, ben ik naar Baronie gegaan.” Dat terwijl hij de mogelijkheid kreeg, om op jonge leeftijd bij NAC Breda te gaan voetballen. “Toen ik daar op de radar stond, veranderde plezier bij mij in druk. Daar had ik geen zin in. Daarom ben ik rond mijn elfde of twaalfde ook bij JEKA gestopt.” Van druk, is nu uiteraard allesbehalve nog sprake. Al is het alleen maar door de gezamenlijke weekendjes weg. “Dat doen we steevast ieder jaar. We zijn een keer met een bus naar Schalke 04 geweest, maar meestal organiseren we de uitjes ergens in Nederland.”

En niet zonder reden, lacht hij. “We hebben onze eigen Dennis Bergkamp, die durft niet te vliegen.” Desondanks, zoeken de teamgenoten elkaar regelmatig op, zo blijkt. “Voor een pubquiz of een avondje NAC.” Want daar, draait het volgens Rovers uiteindelijk allemaal om. “Je hebt een verleden met elkaar, dus de onderlinge voetbalpraat is het leukste. Maar daarnaast, heb je ook een band met de club en de vrijwilligers.”

Fanatisme

Rovers maakte in het verleden, voornamelijk als speler van het derde, dan ook de nodige furore. “Ik stond vaak in de as en was echt iemand waar je niet graag tegen wilde spelen. Wel een goede techniek, maar ook een beetje van dik hout zaagt men planken. Vroeger werd ik vaak Van Bommel genoemd, tegenwoordig meer Pirlo. Ik blijf nu graag uit de duels, haha!” Heel veel aan spelen, komt hij de afgelopen jaren echter niet meer. “Op mijn leeftijd, wordt dat steeds wat lastiger. Daarom fluit ik nu regelmatig onze thuiswedstrijden, en als ik speel, sta ik laatste man.”

Doordeweeks, zorgt Rovers voor de trainingen. “We trainen op dinsdag, als we genoeg man hebben. Dat is vaker niet dan wel.” Desondanks, grepen ze afgelopen seizoen wederom het kampioenschap. “En we haalden de kwartfinale van de beker. Dat laat wel zien welke drive we nog steeds hebben.” Er wordt dan ook niets aan het toeval overgelaten. “Aan het begin van het seizoen, voeren we altijd een soort topoverleg. In dit geval met de nieuwe aanvoerder, de leider, drie sleutelspelers en met mij. Dan maken we afspraken over het wisselbeleid en de speelwijze. Dat is toch een bepaald fanatisme.”

Fanatisme wat Rovers, die ondertussen ook nog trainer is van Bavel JO16, nog altijd in zich heeft. “Mijn twee jongens voetballen ook allebei, maar ik wil graag betrokken blijven bij het team. Als ik me fysiek goed voel en geen last krijg van blessures, teken ik gewoon weer bij. En anders word ik leider of scheidsrechter!”

Groene Ster Vlissingen wil nieuwe generatie talenten verder ontwikkelen

VLISSINGEN – Het afgelopen seizoen pakten zich steeds dikkere wolken samen boven sporthal Baskensburg en viel na twaalf seizoenen Eredivisie uiteindelijk het degradatiedoek voor Groene Ster. De Vlissingers verloren in mei jl. hun laatste duel op het hoogste niveau van FCK/de Hommel (4-6) en zullen daarom dit seizoen uitkomen in de Eerste Divisie Futsal.

“Enerzijds wel een teleurstelling natuurlijk, al zag je wel dat het gaandeweg de competitie steeds een moeilijker verhaal werd om te overleven. Jammer, maar we hebben er voldoende vertrouwen in dat we op termijn weer in de Eredivisie kunnen terugkeren. We hebben er als bestuur en TC geen harde datum op vastgeplakt maar we willen nu vooral de talenten die we in onze gelederen hebben op een iets lager niveau verder doorontwikkelen”, zegt André Sierveld van Groene Ster.

Te lang is er volgens de oud-speler en huidig bestuurslid van de club geleund op de ‘gouden generatie’. Daarvan zijn inmiddels jongens gestopt, spelen elders of hebben een stapje teruggedaan. “Maar met de terugkeer van Hicham Bouzambou én de afspraken die we met JVOZ hebben gemaakt rondom Zakaria el Hattach krijgt voor komend seizoen onze eerste selectie een flinke kwaliteitsimpuls. Daarnaast hebben we ook echt een aantal heel jonge zaalvoetbaltalenten in huis en die krijgen nu volop kansen om zich op een iets lager niveau te gaan manifesteren en ontwikkelen. Wanneer we er als vereniging in slagen om de boel bij elkaar te houden dan denk ik zeker dat er in de toekomst weer zaalvoetbal op het hoogste niveau mogelijk moet zijn.”

Azdine Boufrahi zal ook dit seizoen als hoofdtrainer voor de groep staan. Hij was al eerder trainer bij Groene Ster en maakte als interim gedurende de laatste maanden het vorig seizoen af. “Adzine heeft bewezen dat spelers zich goed kunnen doorontwikkelen onder hem. Daarom denken we dat hij de aangewezen persoon is om misschien wel te gaan toewerken naar een nieuwe generatie spelers voor Groene Ster waarmee we weer jaren vooruit kunnen. Ook onze jeugdopleiding herbergt voldoende potentie, dus wat betreft de toekomst zie ik het hier zeker positief tegemoet.”

Sinds de oprichting in 2007 behaalde Groene Ster Vlissingen vijf kampioenschappen en kwam het sinds 2013 onafgebroken uit in de Eredivisie. “Het is jammer dat je even niet op het allerhoogste podium actief bent, maar soms moet je een stapje terugdoen om straks weer sterker terug te keren.”

Het teamgevoel is terug bij WDS’19

Na een goede voorbereiding en een overtuigende zege op SC Emma om de competitie af te trappen, viel een achtste plaats afgelopen jaar uiteindelijk behoorlijk tegen voor vierdeklasser WDS’19. En dus doet Quinten van Zalen er voor dit seizoen een flink schepje bovenop. “We moeten op zijn minst voor een periode gaan!

Een doelstelling die ze afgelopen seizoen, stiekem misschien ook al wel hadden in Breda. Zeker na een ijzersterk begin. “We draaiden misschien wel onze beste voorbereiding ooit. En daarna begonnen we de competitie met een 8-0-zege op SC Emma.” Kortom. “Alles zag er rooskleurig uit!” Maar rooskleurig werd het daarna, dus allerminst. “Vervolgens hebben we veel diepe dalen gekend.” Waar dat aan lag? De 23-jarige Van Zalen heeft wel een idee. “Het was voor ons heel moeilijk om met nederlagen om te gaan.”

Geen geheel

En met een seizoen waarin WDS’19 in totaal uiteindelijk elf keer verloor, krijg je het dan dus erg lastig. Merkte ook de gymdocent in opleiding. “Er kwam steeds meer gezeur naar elkaar op het veld. Niet inhoudelijk, maar als een soort aanval op de persoon zelf. Daardoor waren we niet meer één geheel.” Ook de nodige teamavondjes, bleken niet genoeg om de competitie te redden. “Daardoor kwam het teamgevoel wel weer wat meer terug, alleen was het verlies toen natuurlijk al geleden.”

Want met een achtste plaats, is Van Zalen nog altijd allesbehalve tevreden. “Ik had gehoopt dat we mee zouden doen voor de top vier.” Maar met slechts twee punten boven de nacompetitie, moesten ze zich bij WDS’19 eerder zorgen maken om degradatie. Al heeft de inwoner van Breda, die werkt in een kinderopvang, dat nooit echt gedaan. Mede door de wedstrijd tegen kampioen Terheijden, vertelt hij.

“Toen speelden we echt weer als een collectief en bleven we met z’n allen gaan. Dat gaf een heel positief gevoel.” Een gevoel dat Van Zalen graag mee wil nemen naar dit seizoen. Zonder te hoog van de toren te blazen. “We moeten nu natuurlijk een beetje voorzichtig zijn met onze doelstelling. Toch denk ik dat we op zijn minst voor een periode moeten gaan. Nacompetitie spelen en bij de eerste drie eindigen.” Aan de sfeer, kan het dit keer in ieder geval niet liggen, weet Van Zalen. “Die zit er goed in! Iedereen zoekt elkaar op en er zijn geen aparte groepjes meer.” Van spelletjes voor de training, tot aan samen ontbijten voor een oefenwedstrijd. “Eigenlijk is dat een beetje vanzelf gegaan, ook met de nieuwe jongens die erbij zijn gekomen. Dat klikt goed.”

Mee opgegroeid

Met die versterkingen én het verbeterde teamgevoel, heeft Van Zalen dan ook vertrouwen in een succesvoller seizoen. Al komt dat niet vanzelf, weet ook de verdediger. “We kunnen goed goals voorkomen, nu moeten we ze ook zelf gaan maken. Dat moeten we echt beter gaan doen.” Het liefste zou hij daar hoogstpersoonlijk zelf, een bijdrage aan willen leveren. “Ik sta nu vaak centraal achterin, maar eigenlijk vind ik mezelf meer een rechtsback. Iemand met aanvallende intenties, veel loopvermogen en snelheid. En ik verlies bijna nooit een kopduel, omdat ik behoorlijk hoog kan springen.” Kwaliteiten waar ze bij WDS’19 al geruime tijd van kunnen genieten. “Sinds mijn zevende. En ik heb nooit ergens anders gespeeld.” A

l scheelde dat laatste niet veel, moet Van Zalen eerlijk bekennen. “Afgelopen seizoen zou ik eigenlijk naar Victoria’03 gaan, maar dat is uiteindelijk niet doorgegaan.” Hoe dat kwam? “Ik had geen auto en ‘moest’ hier nog een jaar training geven, omdat ik mijn VC2 via de club heb gehaald. Alles bij elkaar, was dat net een beetje te druk geweest.” Naast het feit dat afscheid nemen van zijn club, nog niet zo makkelijk is, lacht Van Zalen. “Vroeger wist ik niet beter. Ik woon op drie minuten van het sportpark, dus op zondag ging je altijd naar de voetbal en bleef je vervolgens een hele dag hangen.

Naar het eerste kijken, buskruit spelen en pas ‘s avonds weer naar huis. Daar groei je mee op.” In de hoop daar zelf ooit ook te mogen spelen. “Ik weet alles nog. In de nacompetitie speelden ze toen tegen Beek Vooruit, dat vergeet ik nooit meer. Toen dacht ik wel: het zou heel gaaf zijn als ik daar later mee mag doen.” En zo geschiedde. “Op mijn zeventiende zat ik bij het eerste!” Na eerst alle jeugdteams te hebben doorlopen én training te hebben gehad van zijn huidige trainer, Gino Macnack. “Daardoor weet hij nog beter wat mijn kwaliteiten zijn en waar ik mezelf moet verbeteren.” Want ambities, heeft Van Zalen genoeg. “Ik hoop in de toekomst nog een stap hogerop te gaan!”

Papendrecht JO12-1 wordt 2e op sterk bezet toernooi

Nadat Papendrecht JO12-1 op zaterdag 4 oktober de eerste fase had afgesloten, was het een dag later tijd voor een mooi toernooi: de Future Stars Cup. Vooraf was duidelijk dat het een zware dag zou worden. In de poule werd aangetreden tegen een hoofdklasseteam uit Amsterdam en twee voetbalscholen

Poulewedstrijden
De eerste wedstrijd tegen het sterke hoofdklasseteam ging lange tijd gelijk op. De rood-zwarten leverden veel strijd en ook voetballend zag het er goed uit. Het verschil zit vaak in de details. Dean was sneller bij de bal dan twee verdedigers en met een mooie passeerbeweging ging hij om de keeper heen om met zijn rechtervoet te scoren. De tweede wedstrijd tegen een voetbalschool verliep verrassend makkelijk. Het feit dat Milan een hattrick scoorde, hielp daar natuurlijk wel bij. Onder andere een prachtige vrije trap in de kruising en sterk positiespel waren met name voor de trainers leuk om te zien. Eindstand 4-1.

De derde wedstrijd was weer tegen een voetbalschool. Met 1 punt was Papendrecht JO12-1 zeker van de finale. Ondanks dit gegeven werd gekozen om voor de winst te gaan middels aanvallend voetbal. Het resulteerde in een open wedstrijd met kansen over en weer. Levi hield de ploeg een aantal keer met prachtig keeperswerk in de wedstrijd. De strijd en passie gecombineerd met het nakomen van afspraken zoals omschakelen, druk zetten en goed positiespel leidden tot een nieuwe zege: 1-0.

De finale
De finale om de toernooizege was tegen PVCV, een heel goede ploeg met allemaal balvaardige kinderen. Qua veldspel waren de teams aan elkaar gewaagd met iets meer kansen voor de tegenstander. Helaas lukt het Papendrecht niet om een doelpunt te maken. Op het moment dat de trainers zich al opmaakten voor de penaltyserie, kregen de rood-zwarten twee minuten voor tijd toch nog de 1-0 tegen.

Conclusie
Enorm blij met het resultaat. Tegen alle verwachtingen in is Papendrecht JO12-1 tijdens het sterk bezette toernooi als 2e geëindigd. De teleurstelling zal de komende dagen ongetwijfeld verdwijnen en dan blijft trots over.

Klik op vv Papendrecht voor meer informatie over de club.
Klik op vv Papendrecht voor meer artikelen over de club.

Thomas Huberts wil nu vooral vlieguren maken als eerste keeper

OOST-SOUBURG – Hij speelde van zijn dertiende tot twintigste al eens eerder voor RCS uit Oost-Souburg. Na drie seizoenen FC Dauwendaele en één seizoen bij Derde Divisionist v.v. Goes is Thomas Huberts terug op Sportpark de Alblas. Daar wil hij nu maar één ding: vlieguren maken als eerste keeper.

 “Met die intentie ben ik wel naar RCS gekomen inderdaad. Het was voor mij bij v.v. Goes natuurlijk een ontzettend leerzaam jaar. Trainen op zo’n hoog niveau daar word je wel beter van, maar ik ben nu vierentwintig en dat is een leeftijd waarop ik gewoon als eerste keeper onder de lat moet staan. Er waren verschillende opties, maar ik had bij RCS het beste gevoel en tot nu toe is de overstap een goeie gebleken.”

Huberts begon met voetballen in de jeugd van FC Dauwendaele, waar hij na zijn eerste avontuur bij RCS ook al drie seizoenen keepte. Daarna was hij bij v.v. Goes de vaste stand-in voor Matthew Lentink en maakte hij een paar keer zijn opwachting in het elftal wanneer Lentink interlandverplichtingen had bij Aruba. “Dat was een duidelijk afspraak, maar je wilt natuurlijk als voetballer altijd spelen. Dat zat er bij Goes niet in en daarop heb ik besloten dat ik verder wilde kijken en elders voor mijn kansen wilde gaan.”

Bij RCS liggen de kaarten helder geschud op tafel en is Huberts normaal gesproken de eerste keus van trainer Michel Leonhart. “Dat is wel zo besproken, al moet je het wel gewoon op het trainingsveld en tijdens de wedstrijden laten zien. Met Raven Buckley is er nog een keeper in de selectie die zorgt voor een goede en gezonde concurrentiestrijd. Samen moeten we elkaar scherp houden en het beste uit elkaar naar boven halen. Daar worden wij als keeper en ook RCS als team uiteindelijk beter van.”

Door de jaren heen heeft Huberts wel het nodige gezien en meegemaakt bij zijn verschillende clubs aan ervaringen. Maar de onbetwiste nummer één zijn is iets waar hij naar op zoek was. “Ik heb nu wel meer ervaring en ga nu proberen om vooral in de coaching en het wegzetten van de achterhoede mezelf verder te ontwikkelen. Dat is iets wat beter moet. In de één tegen één ben ik sterk en ben ook een prima reactiekeeper. Al heb ik nog alles te bewijzen en kan in alle facetten nog verbeteren in mijn ogen. Daar helpen speelminuten het beste bij en die krijg ik hier. We hebben dit seizoen én een nieuwe trainer én een aantal nieuwe spelers erbij. Dat vraagt wel gewenning en daardoor spelen we nu misschien nog te vaak de lange bal. Het is de bedoeling als we eenmaal aan elkaar gewend zijn om van achteruit meer te gaan voetballen en opbouwen.”

Volgens de doelman heeft RCS de doelstelling om binnen een paar jaar te promoveren naar de tweede klasse. “Dat is de intentie en ik denk ook zeker dat we daarvoor de kwaliteiten in de selectie hebben. Een goede mix van jonge talentvolle spelers en ervaren krachten die op een hoger niveau hebben gespeeld. Als we eenmaal op elkaar zijn ingespeeld dan zie ik ons dit seizoen gewoon bovenin meedoen. We willen graag voor promotie gaan, het liefst al dit jaar. Maar lukt dat niet dan zéker toch volgend jaar. Ik heb de bewuste keuze gemaakt om een stap omlaag te doen, puur voor de speelkansen. Van derde divisie naar derde klasse is een flink verschil, maar dat heb ik er graag voor over. Investeren in mezelf, een leider worden onder de lat, om in de toekomst misschien over twee of drie jaar weer een mooie stap omhoog te zetten. Maar dan wel als eerste keeper, dát is mijn uiteindelijke doel!”

 

 

Spirit alleen koploper na zege op Wieldrecht

0

Spirit heeft zaterdag een belangrijke overwinning geboekt op Wieldrecht. Op Sportpark Ouderkerk won de ploeg van trainer Wout Ooms met 4-2 en klom daarmee naar de eerste plaats in de 3e Klasse H.

Moeizame start voor Spirit
De thuisploeg kende een lastig begin. Spirit speelde slordig, met onnauwkeurige passes en misverstanden in de opbouw. De eerste kansen waren dan ook voor Wieldrecht. Doelman Sean Luthart moest al vroeg ingrijpen met enkele goede reddingen, en na tien minuten bracht de paal redding voor Spirit. Aan de andere kant was Kevin de Redelijkheid dichtbij met een schot dat net naast ging.

Na ruim een kwartier kwam Wieldrecht verdiend op voorsprong met een afstandsschot van twintig meter: 0-1. Pas na een half uur kreeg Spirit meer grip op de wedstrijd. Pogingen van Ruben Slooff en Kevin de Redelijkheid misten precisie, maar Levi de Jong zorgde met een knappe schuiver voor de gelijkmaker: 1-1.

Wieldrecht opnieuw op voorsprong
Kort na rust leek Spirit opnieuw de controle te verliezen. De verdediging greep niet goed in, waardoor een Wieldrecht-aanvaller zijn meegelopen ploeggenoot vrij voor het doel kon zetten: 1-2. Ook daarna kreeg de Dordtse ploeg nog enkele kansen, maar doelman Luthart hield zijn team met reddingen in de wedstrijd.

Spirit herpakt zich
Na tien minuten in de tweede helft kwam Spirit opnieuw langszij. Thico Addicks draaide zich knap vrij in het strafschopgebied en schoot de 2-2 binnen. Vanaf dat moment nam Spirit het initiatief over. Pogingen van Levi de Jong, Thico Addicks en Ruben Slooff werden echter nog gekeerd door de Wieldrecht-doelman.

Een kwartier voor tijd kreeg Spirit de kans om de wedstrijd te kantelen. Marijn Advocaat werd binnen de zestien in de rug gelopen, waarna de scheidsrechter naar de stip wees. Ruben Slooff bleef koel en schoot Spirit op voorsprong: 3-2.

In de blessuretijd besliste de aanvoerder de wedstrijd definitief door ook zijn tweede treffer van de middag te maken: 4-2.

Spirit koploper
Door de overwinning is Spirit nu alleen koploper. Concurrent Hardinxveld verloor verrassend bij Overmaas (3-2), terwijl Perkouw (2-2 bij Slikkerveer) en DFC (1-1 bij Rijsoord) gelijkspeelden. EBOH leed een 2-0 nederlaag bij Pelikaan. Onderaan blijven Wieldrecht en De Alblas puntloos, waarbij laatstgenoemde met 3-4 verloor van FC IJsselmonde.

Volgende week: uit naar EBOH
Volgende week reist Spirit af naar Dordrecht voor de uitwedstrijd tegen EBOH op sportcomplex Schenkeldijk. De ploeg uit Ouderkerk zal daar haar koppositie willen verdedigen.

Klik op VV Spirit voor de laatste artikelen over de club.
Klik op VV Spirit voor meer informatie over de club.

NSVV voor de derde keer onderuit

0

Na twee achtereenvolgende nederlagen stond afgelopen zaterdag de lastige uitwedstrijd tegen de lijstaanvoerder van dat moment, BVCB, op het programma. De stormachtige wind speelde een belangrijke rol en maakte goed combinatievoetbal erg lastig, maar dat gold uiteraard voor beide ploegen. 

 

NSVV trapte af met de wind in de rug, wat niet direct een voordeel was, want veel diepe ballen gingen vaak te hard. Beide ploegen probeerde er het beste van te maken. Echte kansen bleven uit. Het meeste gevaar van NSVV kwam nog uit dode spelmomenten. Tot de 12e minuut. Een slippertje van een BVCB-verdediger op de achterlijn stelde Dion van Kralingen in staat de vrijstaande Jasper Huisman te bereiken, die de bal voor het intikken had. Een mooie opsteker zo met de wind in de rug.

Het optimisme van de NSVV-aanhang duurde echter nog geen 10 minuten, toen BVCB-aanvaller Brekelmans de bal onhoudbaar vanaf de rechterflank binnenschoot. Nog geen twee minuten later lag ook de tweede erin. Ditmaal een kopbal vanuit een hoekschop. Feitelijk was het hierna gedaan met de dadendrang van NSVV. In de blessuretijd voorkwam Fabian Korbijn nog een derde tegentreffer.

Kjetil Mol was in de rust geblesseerd in de kleedkamer achtergebleven, Liam Borg was zijn vervanger, Jeroen Voshart verhuisde daardoor naar het centrum van de verdediging.

Het was de tweede helft vooral lopen achter de tegenstanders, die veel feller waren in de duels. 10 minuten na rust deelde BVCB de genadeklap uit. Het lukte NSVV niet of nauwelijks meer om maar in de buurt van het vijandelijke doel te komen en ook de wissels brachten daar geen verandering in. BVCB haalde nog twee keer de trekker over en zo eindige de wedstrijd uiteindelijk in een kansloze 5-1 nederlaag.

Volgende week speelt NSVV thuis tegen GVV Unitas, aanvang 14.30 uur.

Opstelling NSVV:

Jarmo Hartgers, Rick Berghout, Kjetil Mol (46e Liam Borg), Quinton Burk (63e Boyd van Andel), Fabian Korbijn, Sven Moerland, Jeroen Voshart, Nathan Bernadina (63e Peter Jan Cazander), Sander Backx, Dion van Kralingen (73e Davy Snijders), Jasper Huisman (63e Finn Langerak)

Ruststand: 2-1
Eindstand: 5-1

Klik op NSVV voor meer informatie over de club.
Klik op NSVV voor meer artikelen over de club.

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Ontvang nu ook maandelijkse het laatste nieuws uit het amateurvoetbal in jouw regio.