Home Blog Pagina 13

Borremans speelt met Hoeven vol power en energie

In zijn eerste jaar als trainer van Hoeven, degradeerde Robin Borremans met de club naar de vierde klasse. Afgelopen seizoen, nam hij zijn revanche. En dus is de vereniging na promotie via de nacompetitie, opnieuw derdeklasser. “We hadden al heel snel één doel uitgesproken, dat was promoveren.”

Als het even kon, met een kampioenschap. “Daar wilden we graag voor gaan, maar dat zag er tijdens het seizoen niet naar uit. Clinge liep al vrij vroeg behoorlijk uit.” Een eindsprint, bleek uiteindelijk toch voldoende, vertelt de 38-jarige Borremans. “Aan het einde liep het als een trein. Daardoor werd het alsnog gewoon een heel goed seizoen.” Hoe dat kwam? “Heel veel duidelijkheid in de ploeg. Daar hebben we lang naar moeten zoeken, omdat we ineens het spel echt moesten gaan maken.” En dus werd daar door Hoeven hard aan gewerkt. Samen met gelegenheidstrainer Robèrt Frerichs. “Die kampte met veel blessures, kon niet spelen, maar hebben we toch bij de groep gehouden. Dat is heel belangrijk geweest.”

Spel maken
Een herkenbaar verhaal, voor de trainer die zelf als speler, bij Rijsoord, IFC, ’s-Gravendeel en Rhoon, ook regelmatig te kampen had met zwaar blessureleed. “Ik heb maar tot mijn 27ste kunnen voetballen. Op mijn negentiende kreeg ik mijn eerste blessure en in totaal ben ik drie keer geopereerd aan mijn knie.” En dus besloot Borremans op jonge leeftijd maar meteen zijn trainerspapieren te gaan halen. “Vanuit mijn studie, Sport en Bewegen, vond ik het altijd al leuk om met groepen om te gaan en samen iets te bereiken. Dat zit in me.” En daarnaast, is voetbal een behoorlijk groot deel van zijn leven. Letterlijk. “Naast Hoeven, ben ik ook nog parttime trainer van ZBVH, samen met mijn beste vriend. Dat is toch een beetje mijn club, dus ik kon geen ‘nee’ zeggen.” Al had hij veel van zijn energie, afgelopen seizoen nodig voor Hoeven. “In de derde klasse speelden we meer reactievoetbal, dus hadden we vorig seizoen in het begin moeite om het spel te maken.” Toch was die omschakeling nodig, vindt Borremans. “Met reactievoetbal zijn we gedegradeerd, dat gingen we niet nog een keer doen.” Een interessant proces volgde. “Meer risico in het spel, heeft ons uiteindelijk promotie opgeleverd. Kwaliteiten van spelers benutten, veel druk op de helft van de tegenstander en lopende mensen.” Een tegenstander bij de strot grijpen, noemt hij het. “En niet meer loslaten. Met veel power en energie, dat is echt onze kracht.”

Plezier hebben
Getwijfeld aan een derde seizoen bij de club, heeft Borremans dan ook niet. “Ik heb het hier heel erg naar mijn zin, voel mij gewaardeerd en heb plezier. Daarnaast zie ik het spel ook steeds groeien.” Mede door de inbreng van eigen jeugd. “Het is heel leuk om daarmee te werken en die jongens in te passen.” Al had het ook zomaar heel anders kunnen zijn, vertelt hij. “In principe had ik al een akkoord met Victoria’03, maar die gingen toen nog in gesprek met een andere trainer. Zo kwam uiteindelijk Hoeven op mijn pad.” Mede door een eerdere ontmoeting, lacht Borremans. “Ik speelde als trainer met Steenbergen tegen Hoeven. Toen hielden ze een Oktoberfest en hing er een heel gemoedelijke sfeer. En ik zag potentie. Daarom ben ik op gesprek gegaan.” Drie seizoenen later, is die match er dus nog steeds. “Eerlijkheid vind ik heel belangrijk. Ik sta graag dicht bij die jongens, zodat ze met alles naar mij toe kunnen komen. Net geen vrienden worden, maar wel zo dat spelers altijd zichzelf kunnen zijn en ze weten wat ze aan mij hebben.” Zijn leeftijd helpt hem daarbij, denkt hij. “Daardoor kun je eigenlijk over alles meepraten. In de negen jaar dat ik nu trainer ben, heb ik dat vooral als positief ervaren.” Hoe zit het met zijn eigen ambitie? “Die is de laatste jaren wel anders geworden. Ik heb lang geroepen dat ik zo hoog mogelijk wilde werken, met als doel minimaal hoofdklasse. Nu vind ik het vooral belangrijk om plezier te hebben.” En plezier, dat heeft de inwoner van ’s-Gravendeel. Ook als hij naar voetbal op tv kijkt. “Ik kijk heel graag naar Arne Slot, ook in zijn omgang met spelers.” Toch is dat voor Borremans, in het bezit van zijn UEFA B, niet zijn grootste inspiratiebron. “Tijdens een KNVB-cursus heb ik les gehad van Adrie Poldervaart. Hoe hij sprak, praat en mensen raakt, dat is een geweldige man!” Reden genoeg voor de jonge oefenmeester zelf, om als trainer nog wel even door te gaan. “Al is dit absoluut het laatste jaar dat ik twee clubs doe…”

Klik op VV Hoeven voor meer artikelen over de club.
Klik op VV Hoeven voor meer informatie over de club.

DSE wil dit seizoen écht voor promotie gaan

0

Wisselvallige resultaten, een trainerswissel en een opmars na de winterstop. Vierdeklasser DSE kende een boeiend afgelopen seizoen. Toch had het volgens Nick Buiks stiekem nog mooier kunnen worden. “Persoonlijk had ik op meer gehoopt dan vijfde.”

Helemaal na de eerste drie wedstrijden, begint Buiks (24) met vertellen. “Die wonnen we allemaal en dus dacht iedereen dat er echt iets in zou zitten.” Maar een aantal nederlagen én een trainerswissel verder, dachten ze daar in Etten-Leur noodgedwongen anders over. Al werd onder leiding van interim-trainer Marcel Buijnsters, nog bijna nacompetitie voor promotie gehaald. “Na de winterstop ging het beter en grepen we uiteindelijk net naast de laatste periode.”

Meer duels
Toch had dat er volgens Buiks wel ingezeten, ondanks dat de samenwerking met hoofdtrainer Bas Liebregts nog voor de jaarwisseling werd verbroken. “We hebben het in een aantal wedstrijden gewoon slordig weggegeven.” Waar dat aan ligt? “Jeugdigheid vind ik dan altijd zo’n dooddoener. We waren soms gewoon niet goed óf fit genoeg.” Bij de club waar Buiks nu voor het tweede jaar speelt. “Ik heb vanaf mijn zesde altijd bij Unitas’30 gespeeld. Een jaar of vijf in de selectie, tot ik de overstap moest maken naar het eerste. Daar was geen plek.” Iets waar de inwoner van Etten-Leur naar eigen zeggen op dat moment weinig trek in had. “Mijn vrienden zaten bij DSE en ik kende hier iedereen. Toen was het voor mij al snel duidelijk.” Een iets minder grote club, op een wat lager niveau, maar vooral op gewoon gras, begint Buiks te lachen. “Dat was even wennen! En in die vierde klasse klapt iedereen erop. Dat is anders dan tweede divisie bij de jeugd.” Maar inmiddels, heeft hij het uitstekend naar zijn zin. “In de jeugd wordt er meer positiespel gespeeld, met technische spelers. Nu is het meer duels en fysiek.” Iets wat hem persoonlijk wel ligt, meent hij. “Ik ben lang en ‘fors’, dus kan mijn lichaam nu goed gebruiken.” Sowieso had Buiks niet heel lang nodig om zich aan te passen. “Eigenlijk heb ik nooit echt het gevoel gehad dat ik bij iets nieuws kwam, want mijn twee beste vrienden (Fabian Coremans en Cas Nooren) speelden hier altijd al. Veel jongens kende ik van school en trok ik zelfs mee op. Het is nu een soort vriendengroep op de voetbal.”

Stand verplicht
Maar hoe gezellig ook, er moet natuurlijk ook hard getraind worden. En dat gebeurt, onder de nieuwe trainer Karel Daamen, vertelt Buiks. “Hij houdt wel van lopen, dus beult ons behoorlijk af. Daar merk je wel een groot verschil in, tijdens de voorbereiding. Hopelijk zijn we daardoor straks ook fitter.” Want, zo vindt hij zelf. “We zijn aan onze stand én de club verplicht, om mee te doen voor promotie. Het zit er ook in, dus wat mij betreft moeten we er vol voor gaan.” Met een goede selectie, heeft DSE die doelstelling onderling dan ook duidelijk uitgesproken. “We willen nu écht bovenin meedraaien!” Iets waar hij als centrale verdediger, belangrijk in kan gaan zijn. “Een goaltje of 30, zou wel lekker zijn, hè?” Toch liggen daar niet helemaal zijn kwaliteiten, moet de linkspoot eerlijk bekennen. “Onlangs heb ik er nog drie over het vangnet geschoten. Dus meedoen om promotie én alles spelen, lijkt mij realistischer.” En zo nu en dan goed verdedigen. “Groot en fysiek in orde. Ik zeg dat ik sneller ben geworden, voor mijn gevoel is dat zo, maar volgens mij valt het mee. Of tegen. Voetballend kan het beter, maar ik houd vooral van duels spelen.” Bij DSE dus. “Ik hoop hier nog lekker een tijdje met die gasten te kunnen voetballen. Dat is ook wel een beetje mijn plafond. Samen naar die derde klasse, zou leuk zijn!” Al draait het daar voor Buiks niet alleen om. “Er is veel te doen op de club, qua feestjes.” Iets waar hij maar wat graag een steentje aan bijdraagt. “Van mezelf ben ik wel een ondernemend type, dus ik ben ook onderdeel van een soort activiteitencommissie voor de selectie. Zo organiseren we met een aantal spelers het teamweekend, iets rond Sinterklaas of tijdens kerst. Zulke dingen houden het leuk binnen de groep!”

Klik op DSE voor meer artikelen over de club.
Klik op DSE voor meer informatie over de club.

‘Over die velden lopen en lekker in beweging blijven’

0

Als voetballer niet goed genoeg voor het eerste, maar als vrijwilliger zeker wel. En dus loopt Piet Baremans inmiddels al bijna 50 jaar rond bij DSE. Tegenwoordig voor het zetten van de lijnen. “Gewoon over die velden lopen en lekker in beweging blijven.”

Al begon het ook voor Baremans (75) gewoon als voetballer, net als bij iedereen. “Ik was niet goed genoeg voor het eerste, heb vooral gezellig gevoetbald in het derde.” Zijn positie? “Linksback! Ik liep veel in het pad van de tegenstander. Je moet wat doen, hè?” Toch voelt DSE sinds 1975 als zijn club. “Heel gemoedelijk, echt dat Ettense. Lekker op het fietsje naar de voetbal.”

Routine
Heden ten dage dus om de lijnen te trekken. “Daar ben ik in 2014 mee begonnen. Ze vroegen of ik wilde helpen. Dat wilde ik best, als ik na mijn pensioen thuis kwam te zitten.” Een groepje van twee werd even alleen, maar inmiddels heeft Baremans flink wat versterking gekregen. In de personen van Wim van de Sanden, Ad Brood en Nico Prins. “Nu doen we het met zijn vieren. Dat is veel gezelliger ook!” Moeilijk, vindt de inwoner van Etten-Leur het trekken van lijnen dan ook niet. “Het is inmiddels een routine. Gewoon over die velden lopen en lekker in beweging blijven.” Op woensdagmiddag. “Dan doen we altijd twee velden. Een uurtje per veld, dus in twee uur zijn we klaar.” Gezellig met elkaar, lacht Baremans. “Een beetje buurten.” Hoelang hij dat nog blijft doen, weet de enthousiaste vrijwilliger niet. “Het ligt er een beetje aan hoe ik ter been blijf. Zolang ik zonder problemen kan lopen, blijf ik het doen!” Want de complimenten, doen hem goed. “Als je hoort dat de lijnen er weer netjes opstaan, is dat natuurlijk wel leuk.”

Langs de lijn
Toch begon het voor Baremans, na zijn actieve carrière als voetballer, allemaal als leider van het vierde én bij de jeugd. “Toen ik ooit eens ging kijken bij het vierde, werd ik gevraagd of ik leider wilde worden. Daar zou ik even over nadenken.” Een uurtje later, zo tijdens de derde helft, werd hem de vraag opnieuw gesteld. “Of ik er al over had nagedacht, haha. Vooruit, zei ik. Ik doe het.” En zo werd zijn weekend eigenlijk als vanzelf gevuld. “Was ik op zondagochtend aanwezig als leider en gingen we daarna nog wat wedstrijdjes kijken en pakten we een ‘pilske’.” Ook nu, is Baremans nog regelmatig langs de lijn te vinden. “Ik ga vaak kijken bij het eerste.” Want één ding is zeker, stilzitten is niks voor hem. “Dat is toch gezellig? Zo met elkaar!”

Klik op DSE voor meer artikelen over de club.
Klik op DSE voor meer informatie over de club.

B.S.V. Boeimeer zet in op sportiviteit en respect met de ‘Basis Elf’

0

BREDA – Bij voetbalvereniging BSV Boeimeer is sportiviteit en respect niet zomaar een kreet, maar een kernwaarde die actief wordt uitgedragen. Onder leiding van Danielle van Rosmalen, voorzitter van de commissie Sportiviteit en Respect, heeft de club onlangs de ‘Basis Elf’ geïntroduceerd.

Danielle van Rosmalen is al jaren betrokken bij BSV Boeimeer, zij het aanvankelijk als voetbalmoeder. Haar twee zoons, dertien en negen jaar oud, voetballen beiden bij de club. “Mijn jongens voetballen hier al sinds ze 5 à 6 jaar oud zijn. Ik stond altijd langs de kant en zag dingen gebeuren die me raakten. Toen de club vorig jaar een noodkreet uitstuurde om vrijwilligers te vinden, voelde ik me geroepen. Ik had nog nooit iets voor de club gedaan en heb geen echte voetbalachtergrond, maar het voelde alsof het zo niet langer kon.”

Met dat gevoel trok ze de stoute schoenen aan en besloot ze zich aan te sluiten bij de commissie Sportiviteit en Respect. De commissie fungeert als schakel tussen de teams, de club en soms andere verenigingen. “Als er onsportief gedrag plaatsvindt, kunnen trainers ons informeren. We gaan dan in gesprek met betrokken partijen om de situatie te bespreken en te reflecteren op hoe het anders kan. Het gaat er niet om mensen op het matje te roepen, maar om bewustwording te creëren en samen naar een oplossing te zoeken.”

In samenwerking met andere verenigingen in Breda, organiseerde de commissie een gezamelijke actie: “Langs alle velden in Breda lolly’s werden uitgedeeld aan ouders. Met de slogan ‘Deze topper is een commentaarstopper’ wilden we op een humoristische manier ouders bewustmaken van hun gedrag langs de zijlijn.”

Een belangrijk initiatief van de commissie is de introductie van de ‘Basis Elf’. Deze set gedragsregels vormt de basis voor hoe iedereen zich op de club hoort te gedragen. “We wilden niet alleen reactief handelen, maar ook proactief bijdragen aan een positieve clubcultuur,” legt Danielle uit. “De ‘Basis Elf’ zijn gedragsregels die we verwachten van iedereen die op ons complex komt. We hebben ze visueel aantrekkelijk gemaakt met elf plaatjes, zodat ze ook voor kinderen aansprekend zijn.”

De regels variëren van basisprincipes zoals ‘Iedereen is welkom’ en ‘We tonen respect’ tot specifieke gedragsnormen zoals ‘Schelden en vloeken doen we niet’ en ‘Ouders moedigen aan, coaches coachen’. “Met deze regels willen we een veilig en plezierig sportklimaat creëren, zowel op het veld als daarbuiten. We richten ons niet alleen op spelers, maar ook op ouders en supporters. Het is belangrijk dat we allemaal dezelfde gedragsnormen volgen.”

De ‘Basis Elf’ worden op verschillende manieren onder de aandacht gebracht. “Elke speler heeft een flyer gekregen met de regels. We willen dat iedereen binnen de club ze kent en zich eraan houdt. Daarnaast proberen we met acties zoals de ‘Groene Kaart’ kinderen te motiveren om zich sportief te gedragen. Bij de O12-teams kunnen trainers elke week een groene kaart uitdelen aan de speler die het meest sportief heeft gespeeld. Die kaart geeft recht op een kleine beloning, zoals iets lekkers bij de bar. Zo maken we het leuk en toegankelijk voor de jeugd.”

Klik hier voor meer informatie over BSV Boeimeer.
Klik hier voor meer artikelen over BSV Boeimeer.

‘Er zijn wat spelers weg, dus het heeft even tijd nodig’

De degradatie inmiddels verwerkt, kijkt Olivier Vreugde met Victoria’03 uit naar een mooi seizoen. En dus hoopt de middenvelder in die derde klasse opnieuw hoge ogen te kunnen gooien. “Het is voor ons als team goed om een stapje lager te gaan voetballen.”

En dat terwijl er volgens de 21-jarige voetballer vorig seizoen toch stiekem nog wel wat meer in had gezeten. “Na de eerste seizoenshelft stonden we behoorlijk hoog, daarna kregen we last van blessures en werd het roeien met de riemen die we hadden.” Dat het schip deed zinken, wisten ze in Oudenbosch uiteindelijk dus niet te voorkomen. Met degradatie via de nacompetitie tot gevolg. “Met het team dat we hadden, waren we in principe gewoon een leuke tweedeklasser!”

Beter doen
Toch is zijn gevoel nu wezenlijk anders. “We wisten dat er spelers weg zouden gaan, dus hebben we dit seizoen een ander doel. Met nieuwe jongens, is het vooral even wennen. Daarom is het goed dat we in die derde klasse spelen.” Iets wat ze bij Victoria’03 gedurende het seizoen, ook wel een beetje aan zagen komen. “Drie wedstrijden na de winterstop, wisten we dat het moeilijk ging worden. Een lastige reeks en te weinig punten gepakt.” Tijd om dat dit jaar anders te doen. “Ik ken wat ploegen, dus ik denk dat het realistisch is om bovenin mee te draaien.” Helemaal na vorig seizoen. “Die ervaring nemen we mee. En we zijn gedreven, om het samen beter te doen. Dan gaan we echt niet voor de middenmoot.” Al ligt er een behoorlijke uitdaging, is Vreugde eerlijk. “Er zijn in totaal zes spelers weg, dus dat heeft even tijd nodig. Veel oefenen en trainen, om te kunnen spelen zoals we willen spelen.” Met hem als één van de aanjagers van de groep. En dat klinkt logischer, dan het daadwerkelijk is. “Dit is pas mijn tweede jaar bij het eerste. Op mijn vierde ben ik hier begonnen, daarna heb ik voor de grap een jaartje op hockey gezeten en ben ik ook nog één seizoen naar Hoeven gegaan.” Maar ook als voetballer, nam Vreugde het niet altijd even serieus. “Ik heb lang in een vriendenteam gespeeld, eerst het derde, later het tweede. Dat vond ik toch leuker.” Tot het kwartje bij hem viel. “Als ik er nog alles uit wilde halen, moest ik het op deze leeftijd doen.”

Spel verdelen
Een lastige keuze, maar wel eentje waar Vreugde achteraf blij mee is. “Later zit het er niet meer in. Nu kan ik er nog serieus voor gaan.” Want talent, heeft de jongeling wel. “Ik kon altijd goed voetballen, mocht ook meedoen bij het eerste, maar vond met mijn vrienden voetballen dan toch leuker.” Iets wat hij nu eigenlijk nog steeds doet. “Jongens waarmee ik ben opgegroeid, voetballen er nu nog. Sommigen zijn net als ik doorgeschoven naar één. Om dan na een lange periode weer samen te spelen, is heel leuk.” Hoelang dat nog is, weet de student fysiotherapie echter nog niet. “Ik heb zeker de ambities om hogerop te gaan, dus sta in de toekomst open voor een stap.” Al komt de inwoner van Oudenbosch voorlopig nog vol plezier op zijn fietsje naar de club. Om ‘lekker balletjes te geven’. “Vroeger speelde ik heel aanvallend, tegenwoordig wat meer verdedigend. Op zes het spelletje verdelen vind ik toch het leukste.” Maar, zo lacht hij. “Ik ben ook niet vies van een duel!”

Klik op Victoria’03 voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Victoria’03 voor meer informatie over de club.

Moerse Boys moet na degradatie vooral realistisch blijven

Al snel werden de ogen bij Moerse Boys na de degradatie van afgelopen jaar, gericht op dit seizoen. Want met de nieuwe spelers die moeten worden ingepast, is spelen in die tweede klasse nog niet eens zo verkeerd, denkt aanvoerder Bart van den Broek. “Dit is voor nu het niveau waarop we thuishoren.”

Want na twee degradaties op rij, moeten ze ook bij Moerse Boys voorlopig even realistisch zijn, beseft ook de 30-jarige Van den Broek. “We hebben vier jaar lang in de hoofdklasse, tegenwoordig vierde divisie gespeeld, maar de laatste seizoenen zijn er te veel belangrijke spelers gestopt. Dat heeft ons opgebroken”, vertelt hij. “Die successen waren een samenloop van goede lichtingen, waar andere gasten zich weer aan op konden trekken, het viel allemaal net goed samen. Daardoor wilden jongens van buitenaf ook graag aansluiten.”

Lastig verhaal
Het leverde een aantal fraaie seizoenen op in Zundert, tot drie jaar geleden. Inmiddels vinden we de oranjehemden dus terug in de tweede klasse. “Als je degradeert, is dat altijd een teleurstelling. Toch ging de blik al snel op dit seizoen. We moeten opnieuw een aantal spelers inpassen, dat gaat beter in die tweede klasse, dan in die eerste.” Desondanks had Van den Broek het gevoel dat er iets meer dan degradatie via de nacompetitie had ingezeten. “Na de winterstop waren we nagenoeg compleet, voetbalden we ook goed, tot we weer te maken kregen met blessures. Daar was onze selectie gewoon te smal voor.” En dus was het vanaf dat moment eigenlijk al snel duidelijk, is Van den Broek eerlijk. “We wisten dat de tweede seizoenshelft daardoor een lastig verhaal ging worden. Terwijl we daarvoor echt stappen aan het maken waren én regelmatig controle hadden over wedstrijden.” Hard werken en veel energie leveren, om toch punten te kunnen pakken, was het enige dat Moerse Boys kon blijven doen. “En dan is het geen toeval meer dat je keer op keer niet wint.” Ook niet in de nacompetitie. “Daar begonnen we nog wel met een goed gevoel aan, maar toen hebben we gewoon van een heel goede Limburgse club verloren. Die zijn uiteindelijk ook gepromoveerd.”

Een eer
Degradatie of niet, aan een vertrek bij ‘zijn’ Moerse Boys, heeft Van den Broek geen moment gedacht. “Ik voetbal hier nu sinds mijn vijfde en eigenlijk heb ik nooit overwogen om weg te gaan. Echt aanbiedingen heb ik ook niet gehad, dus dan is het misschien makkelijker om te blijven, maar ik zou het ook niet zo snel hebben gedaan.” Want, zo merkt hij. “Vanuit de jeugd is er heel veel binding met het eerste. Dat gaat over generaties heen. Bijvoorbeeld door jongens die training geven.” Meer dan voetbal dus. “Het voelt daarom voor mij als een eer om voor Moerse Boys te spelen. En het ging natuurlijk lang ook heel goed.” Extra bijzonder, naar zo nu blijkt. “Je gaat nog meer beseffen, hoe knap we het al die jaren eigenlijk hebben gedaan. Om op dat niveau te spelen, met voor 90 procent eigen jongens.” Realistisch om daar ooit weer terug te keren, is het voorlopig dan ook niet. “Ik denk niet dat we in die tweede klasse heel makkelijk zomaar bovenin mee gaan doen. We hebben er een aantal jonge jongens bij, dus het is lastig om wat dat betreft een voorspelling te doen.” Een echte doelstelling, heeft Van den Broek dan ook nog niet. “Hopelijk krijgen we vooral weer vastigheid in het voetballen, dan moet een plek bij de eerste vijf misschien wel mogelijk zijn. Maar ik besef me ook dat het heel pittig kan worden.” Een mooie uitdaging dus. Ook voor hemzelf. “Het is nu aan mij om die gasten op sleeptouw te nemen. Daar haal ik mijn plezier uit.” Helemaal als nieuwe aanvoerder. “Dat is voor mij echt een eer! Al was ik sowieso altijd wel mondig, dus wat dat betreft ben ik niet veranderd.” Ook niet qua spel. “Ik geef altijd veel energie en ga voorop in de strijd. Iemand met veel loopvermogen, snelheid en voetbalinzicht.” Aan stoppen denkt de ‘back’ dan ook nog niet. “Zolang ik fit ben, ga ik nog een paar jaar door.” Helemaal als het spel straks ook weer beter wordt, lacht de inwoner van Zundert. “Als we meer vastigheid en patronen krijgen in balbezit, worden we minder slordig en hoef je niet zo vaak weer terug. Dan kost voetballen ook minder kracht.”

Klik op Moerse Boys voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Moerse Boys voor meer informatie over de club.

Trainer Dennis van der Steen over Senna Kortekaas:

0

“Senna is vorig seizoen vervroegd overgegaan naar de senioren en heeft heel veel gespeeld in het eerste elftal. Hij heeft het heel goed gedaan als centrale verdediger, daar zijn we wel trots op.

Het is mooi dat jongens van de club op die manier doorstoten naar de hoofdmacht. Senna is een jonge jongen die verdedigend al heel sterk is, bovendien is hij goed aan de bal. Hij is snel en kopsterk. Eigenlijk bezit Senna alles wel. En dat voor een jongen van 19 jaar. Misschien dat hij nog iets meer initiatief kan aan de bal, maar nogmaals, hij doet het gewoon hartstikke goed. Ik ben heel gelukkig met hem in onze defensie.”

Vorig seizoen eindigde Maasdijk als tweede in de competitie. “Het was een topjaar”, zegt Van der Steen. “We promoveerden net niet, maar we deden het fantastisch met een ongekend aantal punten. Maar dit jaar is de vierde klasse weer sterker geworden en we zitten in een zwaardere poule met veel Rotterdamse clubs. We proberen hoog in de middenmoot te spelen en als het meezit zien we in de winterstop wel verder. Veel clubs hebben er goede spelers bij, wij niet. Dat wordt best pittig. We missen onze topscorer, Scott van de Graaf, zelfs een groot deel van het seizoen van de eerste seizoenshelft vanwege een wereldreis. We moeten gewoon weer plezier hebben en wedstrijden winnen, maar zeker niet gaan roepen dat we om de bovenste plekken mee gaan doen. We willen er weer een mooi seizoen van maken met z’n allen. We doen het met allemaal jongens, zoals Senna, uit eigen de jeugd die bij ons de kans krijgen. Dan maakt het me extra trots als we draaien zoals we vorig seizoen deden.”

Klik op VV Maasdijk voor de laatste artikelen over de club.
Klik op VV Maasdijk voor meer informatie over de club.

Senna Kortekaas duidelijk over tweede jaar: ‘Ik eis meer van mezelf’

0

Senna Kortekaas is begonnen aan zijn tweede seizoen in de hoofdmacht van vierdeklasser Maasdijk. De verdediger, pas 19 jaar, kijkt met enigszins gemengde gevoelens terug op zijn eerste jaar in het team van trainer Dennis van der Steen. Een jaar vol nieuwe ervaringen en uitdagingen, vertelt hij. “Het was een leuk jaar, maar het begin was wel even wennen.”

“Het niveau ligt duidelijk hoger dan in de jeugd. Niet alleen het spel, maar ook de trainingen zijn een stuk intensiever.” Kortekaas begon zijn voetbalcarrière op vierjarige leeftijd bij Maasdijk en heeft sindsdien altijd met veel plezier bij de club gespeeld. “Ik speel hier nu al vijftien jaar en heb altijd genoten van de gezelligheid na de wedstrijden en trainingen. Het is een fijne club waar ik me echt thuis voel.”

Robin van der Ende
Maar de overgang van de jeugd naar de senioren was toch even slikken. “In de jeugd is het vooral veel voetballen, maar bij de senioren komt er veel meer bij kijken. Het is harder werken, meer tactiek en je wordt echt uitgedaagd om jezelf te verbeteren.” In zijn eerste seizoen wist Kortekaas wel meteen een basisplaats te veroveren. Hij speelde voornamelijk naast de ervaren centrale verdediger Robin van der Ende, die eerder bij Excelsior Maassluis speelde.

“Van Robin heb ik ontzettend veel geleerd. Hij heeft me laten zien hoe je positie moet kiezen en het spel moet lezen. Vooral in het begin sprak ik veel met hem, en dat heeft me echt geholpen om me aan te passen aan het seniorenniveau. Nu merk ik dat ik die rol ook begin over te nemen en probeer ik mijn teamgenoten te helpen.” Het afgelopen seizoen was succesvol voor Maasdijk, met een tweede plaats in de competitie achter kampioen FC Zoetermeer. “We zaten er echt goed bij,” herinnert Kortekaas zich. Maasdijk eindigde op vier punten van de nummer één.

Mis in nacompetitie
“Helaas ging het mis in de nacompetitie. In de eerste ronde verloren we, en dat was ongelukkig. Het was de eerste keer dat ik zo’n spanning voelde, maar nu weet ik wat ik kan verwachten en denk ik dat ik daar dit seizoen geen last meer van zal hebben.” Een van de hoogtepunten van het seizoen waren de derby’s tegen andere Westlandse clubs, Maasdijk tegen Quintus. “Zo’n wedstrijd wil je echt niet verliezen,” zegt hij met een lach. “Je voelt de spanning in de club, iedereen praat erover. Dat geeft extra druk, maar het maakt het ook juist leuker.”

Voor het komende seizoen zijn de verwachtingen hoog. “Ons doel is hetzelfde als vorig jaar: promotie. We hebben vorig seizoen laten zien dat we het kunnen, dus ik denk dat het zeker mogelijk is. Er zitten wel een paar nieuwe clubs in onze poule, dus het zal spannend worden om te zien hoe we tegen die clubs presteren. Maar uiteindelijk moeten we ze toch allemaal verslaan.”

Geen excuses meer
Kortekaas omschrijft zichzelf als een voetballer die graag van achteruit opbouwt en het fysieke duel niet schuwt. “Ik ben misschien niet de grootste en sterkste, maar wel eentje die altijd vooropgaat in de strijd. Ik hou van duels en probeer altijd te voetballen, niet zomaar de lange bal te geven.” Voor zijn tweede seizoen heeft hij ook persoonlijke doelen gesteld. “Ik wil meer van mezelf eisen, vooral in de grotere wedstrijden. Geen excuses meer, ik wil er gewoon staan.”

Naast zijn eigen ambities houdt Kortekaas ook zijn jongere broertje Kayne in de gaten, die begint aan zijn eerste jaar in de onder 19. “Hij moet zijn best doen, en ik hoop echt dat het hem lukt om het eerste team te halen. Voor mijn vader zou het geweldig zijn om ons allebei in het eerste te zien spelen. Hij is er bij elke wedstrijd sinds ik voetbal.”

Thuis
Wat de toekomst brengt, weet Kortekaas nog niet. “Voor nu heb ik het prima naar mijn zin bij Maasdijk. Ambities om hogerop te gaan, daar denk ik nog niet over na. Het is hier gezellig en ik voel me thuis. Dat is voor nu het belangrijkst.”

Klik op VV Maasdijk voor de laatste artikelen over de club.
Klik op VV Maasdijk voor meer informatie over de club.

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Ontvang nu ook maandelijkse het laatste nieuws uit het amateurvoetbal in jouw regio.