Voor Ad Teunissen is en blijft er maar één club

0
123
Unitas'30

Hij trainde tot zijn 75ste de jeugd, is nog steeds lid en doet volop vrijwilligerswerk. Ad Teunissen is bij Unitas’30 een clubman in hart en nieren. En dus geniet de voormalig voetballer, wonend ‘op De Leur’ er nog iedere dag van. “Zo kan je toch wat blijven doen voor de club.”

Want de inmiddels 78-jarige Teunissen mag dan net zijn gestopt met het trainen van de jeugd, stilzitten doet de clubman natuurlijk niet. “De kantine, het sportpark en de tribune, ruimen we netjes op. Even schoonvegen, met een groep van een mannetje of acht.” Vol oud-voetballers, vertelt hij. “Samen de wedstrijden doornemen, we zijn eigenlijk een soort sprekende krant.” Want wedstrijden missen, doet de vrijwilliger eigenlijk niet. “Thuis ga ik altijd bij het eerste kijken. Limburg vind ik wat te ver, ben je weer een hele dag van huis af.”

Weinig veranderd

Al was dat in zijn tijd misschien niet veel anders. “Ik was twaalf jaar en acht maanden, toen werd ik lid. Op 1 januari 1958, ging ik naar de ambachtsschool.” Toch was Teunissen er eigenlijk al veel eerder bij, herinnert hij zich. “Mijn broers voetbalden er al, dus vanaf het moment dat ik kon lopen, liep ik op het voetbalveld. Je mocht alleen niet eerder lid worden.” Ergens anders, voetbalde de ‘linksbinnen’ nooit. “Ik was heel standvastig!” Maar het eerste, bereikte hij eigenlijk niet. “Een paar keer, vaak speelde ik bij het tweede.” Op een positie dus, die je nu eigenlijk niet meer kent. “Dat was heel anders! Net als het voetballen nu.” Maar behalve dat, is er bij Unitas’30 volgens hem maar weinig veranderd. Aan de sfeer dan. “Het is gewoon een geweldige club. En dat blijft het. Eentje waar ik met veel plezier kom.” Sinds vroeger. “Je zat bij de muziek en op voetbal. Meer was er in die tijd niet. Al heb ik ook nog even judo gedaan.” Naast het vele seizoenen trainen van de jeugd dus. “Ik heb alle categorieën gehad. Van die gasten, zijn er al opa’s bij nu.” Ook de lagere elftallen, gaf Teunissen training. Pas op zijn 75ste, vond hij het genoeg. “Met 60 ging ik met pensioen, toen zijn we op woensdagmiddag gaan trainen. Dat was een leuke tijd. Kaboutertjes, die net begonnen met voetballen. Sommige van die jongens, zitten nu in het eerste.”

Sociaal

Ook in het bestuur, vervulde Teunissen jarenlang trouw zijn rol. “Ik ben tien jaar lang de ‘voetbaltechnische man’ geweest.” Toch vond hij één ding het allerleukste: “De sociale contacten. Dat zouden meer mensen moeten doen, niet alleen vrijwilligers. Gewoon gezellig bij elkaar komen, met het hele dorp bijeen. Dat is een sociaal gebeuren, zoiets moet je stimuleren.” En dat niet alleen. “Veel mensen weten niet hoe leuk vrijwilligerswerk is.” Teunissen duidelijk wel. “Op maandag en zondag zijn we op de club. We hebben timmermannen, stratenmakers, lassers en klusjesmannen, dus dat doen we allemaal zelf. Zo helpen we de club ook financieel een handje.” Gewoon simpel door te bellen. “Als er een goal kapot is, bellen ze ons op woensdag op: We hebben weer een klusje. Dan gaan we.” Alles mag en niks moet. “Zo werken wij!” Want één ding is volgens Teunissen zeker. “Het is een prachtige club én een plezierige groep. Dat willen we graag zo houden.” Met hem er als het goed is bij. “Het houd je ook op de been! Gewoon gaan en altijd bezig zijn. Als ik mezelf zo voel, kan ik het prima volhouden en blijven we het lekker doen.” Net als wonen op ‘De Leur’. “Daar blijf ik!”

Klik op Unitas’30 voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Unitas’30 voor meer informatie over de club.