Home Blog Pagina 94

Alliance JO9-2 is gek van voetbal

Plezier maken, iets leren én natuurlijk spelen om te winnen. De voetballertjes van Alliance JO9-2 doen het allemaal. Want onder leiding van trainer Rick Jansen, loopt de boel als gesmeerd. “Vorig seizoen waren we twee fases ongeslagen.”

Want hoewel verliezen er natuurlijk ook bij hoort, weet de 41-jarige Jansen als geen ander: “Je hebt het snelste plezier, door te winnen.” En winnen, doen ze bij de JO9-2 van Alliance, dus meer dan genoeg. “Toch moeten ze soms ook leren verliezen en omgaan met tegenslag.” Al hebben ze dat in de drie jaar dat de Roosendaler, zelf oud-voetballer van DVO’60, trainer is, nog maar weinig gedaan, vertelt hij. “Uiteindelijk speel je om te winnen. Als we verliezen, baal ik zelf ook wel even. Maar dat is ook zo weer weg.”

Groeien

Zijn fanatisme begon, zo rond corona, begint Jansen met vertellen. “Joris, mijn zoontje wilde op voetbal, we wonen vlakbij Alliance en ik kende iemand van de jeugd daar.” Toen hij als vader, netjes buiten de hekken stond te kijken, wierp toch maar iemand een keer die vraag op: “Of ik niet ook eens wilde helpen bij de training, ik was er toch altijd al.” En zo geschiedde. Drie seizoenen later, is Jansen er dus nog steeds. “Ik vind het hartstikke leuk om naar te kijken én natuurlijk met je eigen zoon bezig te zijn.” Al is dat nog niet altijd even makkelijk, lacht Jansen. “Je bent toch altijd wat strenger of kritischer. Op de training ben ik trainer, daarbuiten weer gewoon papa.” Gelukkig delen ze dezelfde liefde voor het spelletje. “Hij is helemaal gek van voetbal. Laatst keek ik in zijn schoolboeken, dat gaat alleen maar over voetbal. Dat is toch leuk?” Helemaal als je ze als spelertjes dan ook daadwerkelijk ziet groeien. “Vanaf de JO7, ben ik met ze meegegaan. Als je ze dan vergelijkt met tweeënhalf jaar geleden. Dan zijn ze allemaal enorm vooruitgegaan. Als team, maar ook individueel, qua balvaardigheid.” De trainer weet wel waarom. “Ze zijn nu nog redelijk gehoorzaam, haha!” Misschien ook wel mede dankzij hem. “Ik probeer ze toch altijd op een bepaalde manier te stimuleren. Vorig seizoen waren we twee fases lang ongeslagen, toen heb ik ze aan het einde allemaal een medaille gegeven. Groeiden ze tien centimeter van trots.”

Fanatiek

In een team, dat inmiddels bestaat uit een hoop vrienden. “Ze komen allemaal uit verschillende wijken, sommigen zitten bij elkaar op school, maar ze spreken nu ook buiten de voetbal af.” Toch zit je uiteindelijk op voetbal, om wat te leren. Dus moet er goed getraind worden. “Twee keer in de week, 75 minuten. Altijd een warming-up, wat conditie, balvaardigheid, passen, schieten, positiespel en partij. Daar zijn we het meeste mee bezig. En vooral, veel herhalen!” Met hem als fanatieke trainer langs de lijn. “Die jongens zijn net zo fanatiek! Het is voetbal voor, en voetbal na. Soms zijn ze natuurlijk afgeleid, dan moet je ze er weer even bij roepen. Als ze hun best maar doen.” Geselecteerd wordt er bij Alliance dan ook pas vanaf de JO11. “Het gaat vooral om plezier én samenspelen. Op deze leeftijd weet je nog helemaal niet hoe goed iemand gaat worden. Ze groeien nog zó snel, gaan met stappen vooruit. En je wordt natuurlijk ook beter, als je met betere spelers speelt. Die balans moet je een beetje zoeken.” Ook als het aankomt op verschillende posities. “Ze hebben allemaal een natuurlijke positie, maar staan soms ook ergens anders.” En zijn zoon? “Die is fan van Xavi Simons en Cody Gakpo, dus staat het liefste op links.” Met zijn vader voorlopig nog als trainer. “Ik heb ook de ambitie om mijn trainerspapieren te halen, dus ik ben aan het kijken welke opleidingen ik kan volgen. Uiteindelijk word je daar weer een betere trainer van.” Iets wat zijn eigen vader, eigenlijk altijd al in hem had gezien. “Hij zei dat ik trainer moest worden. Als voetballer, was ik niet zo’n talent.” En zoals wel vaker, had ‘ie gelijk. “Het is voor mij ook een soort uitlaatklep, om de drukte van het werk te vergeten. Ik vind het heel leuk, krijg er energie van en ga altijd met plezier naar de voetbal toe!”

Klik op Alliance voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Alliance voor meer informatie over de club.

Frisse wind doet jeugd Rhoon goed

Er waait al sinds een tijdje een frisse wind door de jeugdafdeling van VV Rhoon. En dat heeft tot resultaat dat het aantal jeugdleden weer aan het stijgen is. “We hebben goede stappen gezet, maar we zijn er nog niet”, zegt Danny van der Steen namens de jeugdcommissie.

Van der Steen (39) vervult in de organisatie een sleutelrol. De accountmanager van de Rabobank heeft met zijn kennis een nieuwe structuur opgebouwd waardoor het enthousiasme weer is toegenomen. “Ik doe het niet alleen, hoor”, haast Van der Steen zich te zeggen. “Met mij is er een hele groep actieve en betrokken vrijwilligers die de jeugdtak nieuw leven hebben ingeblazen.”

Dat laatste was hard nodig, want de coronaperiode had zijn sporen achtergelaten bij Rhoon, dat veel trainers zag afhaken en ook het aantal teams fors zag teruglopen. “Het lag een beetje op zijn gat”, draait Van der Steen, toen al trainer van een jeugdelftal, niet om de hete brij heen. “Er was een te kleine organisatie, te weinig betrokkenheid van ouders en daardoor te weinig trainers en als iemand wel zijn vingertje opstak om training te geven, stond hij er vaak alleen voor. Of hij goede ballen had of doeltjes was ook maar de vraag.”

Het was tijd om de negatieve trend te doorbreken vonden Van der Steen en medetrainers. “We zagen het steeds verder afglijden. We zijn bij elkaar gaan zitten en hebben besloten er met zijn allen de schouders onder te zetten. Met een goede taakverdeling hebben we in relatief korte tijd veel dingen voor elkaar gekregen. Trainers krijgen begeleiding van onze coördinatoren als ze dat nodig vinden, het materiaal is op orde en elk team kan goed gefaciliteerd worden. Daarnaast zorgen we ook dat er naast voetbal altijd wel iets te doen is voor de jeugd. Plezier staat altijd voorop.”

Inmiddels kan de jeugd de weg naar de rode kant van Sportpark De Omloop weer makkelijk vinden. Van der Steen stelt tevreden vast dat het aantal jeugdleden in korte tijd is gegroeid van honderdzestig naar tweehonderd leden. “We zijn als club heel blij met al die nieuwe leden, maar het is wat ons betreft nog maar het beginnetje. Het liefst groeien we door naar driehonderd.”

De mindere jaren hebben gaten geslagen in de leeftijdsopbouw van de jeugdtak, zegt Van der Steen. “We hebben een onder 19 en een onder 17 en daarna een onder 12. Dat is een groot gat. Dat krijg je niet in één of twee jaar goed. Nieuwe leden, dat weet iedere club, melden zich vooral aan bij de jongste jeugd. Vanuit het niets een onder 15 uit de grond stampen, dat gaat ons niet lukken. Volgend seizoen wordt onze huidige onder 12 onder 13. Het is zaak om een brede onderbouw te blijven houden en daar doen we ook hard ons best voor.”

Zelf is Van der Steen trainer van de JO11-1. “Ik ben tot nu toe meegegaan in het team van mijn oudste zoon. Zodra hij niet meer leuk vindt dat zijn vader trainer is, blijf ik dat doen. We hebben een leuk team, dat ook nog zeer aardig kan voetballen. We hebben in de eerste fase promotie afgedwongen naar de hoofdklasse. Dat is behoorlijk aanpoten, maar de jongens leren er een hoop van om tegen sterke tegenstanders te spelen.”

Klik op VV Rhoon voor de laatste artikelen over de club.
Klik op VV Rhoon voor meer informatie over de club.

Ryan Koolwijk geniet van zijn nadagen

De 38-jarige Ryan Koolwijk is bezig aan zijn tweede seizoen bij VV Smitshoek. De voormalige profvoetballer geniet van het ontspannen kunnen voetballen bij de club uit Barendrecht. Daarnaast is hij nog steeds veel te vinden bij Excelsior, waar hij als prof speelde en wat nu de thuishaven is van voetbalschool Migo Sports, die hij met Luigi Bruins runt.

De linksbenige Koolwijk speelde bij Excelsior, maar ook kwam hij uit voor onder meer NEC, FC Dordrecht en PEC Zwolle. Wat velen waarschijnlijk niet weten is dat hij drie seizoenen bij AS Trenčín in Slowakije speelde, waarmee hij in de seizoenen 2014/2015 en 2015/2016 de landstitel én nationale beker tweemaal veroverde. “Die periode in Slowakije was een mooie tijd. Buiten de prijzen om was het een mooie nieuwe ervaring voor ons gezin, die ons veel heeft gebracht. Ik wilde wel eens ervaren hoe het zou voelen om dominanter te kunnen spelen in een team dat echt om de titel meestrijdt. In Nederland speelde ik immers altijd bij laagvliegers,” lacht Koolwijk.

“Mijn agent regelde de overstap naar AS Trenčín. De meeste spelers spraken goed tot gebrekkig Engels en ik leerde zelf de standaard Slowaakse woorden snel. Trenčín ligt dichtbij Wenen en Praag, dus als ik een dag vrij had, hoefden we ons niet te vervelen.”

Een paar jaar na de hoogtepunten in Slowakije beleefde Koolwijk nog een spannend seizoen met Almere City FC. “We deden tot de laatste ronde mee om het kampioenschap in de eerste divisie. Tijdens de play offs verloren we van NEC.”

Smitshoek

Zo’n anderhalf jaar geleden werd Koolwijk, die een Surinaamse moeder heeft, aangesteld als assistent-bondscoach van het Surinaamse voetbalelftal. “De technische directeur van de Surinaamse voetbalbond luisterde naar een podcast waarin hij hoorde dat ik mijn trainersdiploma’s behaald had. Hij dacht: Het is interessant als hij onze staf komt versterken en zodoende werd ik gevraagd.” Momenteel is het even rustig op dit vlak, want een paar oefenduels zoals gewenst, zijn niet tot stand gekomen. In maart 2024 beginnen de kwalificatiewedstrijden voor het WK. Koolwijk: “We maken kans om tegen landen zoals Mexico, Canada, Amerika en Jamaica te moeten spelen en wellicht ook tegen Zuid-Amerikaanse landen zoals Argentinië vanwege een nieuwe opzet.”

Koolwijk verveelt zich echter niet tot die tijd. “Ik train nog drie keer per week bij Smitshoek, waar ik nu voor het tweede seizoen speel. Ik vind het lekker om wedstrijdjes te voetballen, maar hoeveelste we staan weet ik niet precies. Het is niet meer mijn werk. Als prof was je natuurlijk wel altijd goed op de hoogte van de competitiestand. Hoewel ik niet meer dagelijks train, vind ik het belangrijk om mezelf fit te houden. Ik kom altijd vroeger op de club om alvast wat te rekken en strekken en core-stability oefeningen te doen voordat een training bij Smitshoek begint. Ik kan zeker nog een jaar mee, maar het kan zijn dat ik aan het eind van dit seizoen stop.”

Mocht dat er van komen dan kan hij zich nog meer richten op voetbalschool Migo Sports. “Op het complex van Excelsior geven Luigi Bruins en ik voetbaltrainingen. Vaak aan groepen op zondagen en vrijdagen, maar soms ook individuele trainingen op andere dagen van de week.”

Klik op Smitshoek voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Smitshoek voor meer informatie over de club.

 

‘We wilden met ZSC’62 graag bovenin meedoen in de vierde klasse’

Voor Jesper Kriens was de overstap van tweedeklasser MZC’11 naar ZSC’62 twee seizoenen geleden een heel bewuste. Hij koos ervoor om in Scharendijke met vrienden te gaan voetballen. Alleen de degradatie naar de vierde klasse die afgelopen seizoen de Zwaluwen-Stormvogels Combinatie overkwam was een grote teleurstelling. Ook de huidige prestaties in de 4e Klasse C zijn in de ogen van de aanvaller ondermaats.

“We wilden na de degradatie graag meedoen bovenin, maar het is wel duidelijk dat we die doelstelling misschien wat moeten aanpassen. De spoeling is qua mogelijkheden in de selectie gewoon enorm dun en het verschil tussen bank en basis vaak nog te groot. Als je in het verleden met MZC’11 altijd bovenin meespeelde in de tweede klasse, dan is het nu wel af en toe wennen dat je meestal de onderliggende partij bent. Daar moest ik wel enorm aan wennen. Maar dat weet je ook wel wanneer je besluit om bij een relatief kleine dorpsclub te gaan voetballen.”

Toen Kriens de overstap maakte hadden enkele oudere spelers besloten een stap terug te doen of vielen ze weg vanwege blessures. Dat gat moest toen, en ook dit seizoen, voornamelijk met heel jonge jongens worden opgevangen. Dat zie je terug in de resultaten want het is vaak nog veel te wisselvallig. De ene wedstrijd win je en een week later ga je kansloos ten onder. Als we een manier weten te vinden om de prestaties wat meer stabiel te krijgen, dan kunnen we geleidelijk de weg omhoog weer weten te vinden. Want er zijn zeker jongens bij die wel potentie hebben, alleen heeft dat tijd nodig.”

Een snelle terugkeer naar een hoger niveau, dat is wellicht iets wat Kriens en ZSC’62 even uit het hoofd moeten zetten. De allerbelangrijkste opdracht is nu volgens de linksbuiten om ervoor te zorgen dat de ploeg niet nóg een degradatie te verwerken krijgt. “De tegenstanders in deze klasse ontlopen elkaar allemaal vrij weinig. Wij hadden het doel om mee te doen bovenin, maar dat wordt misschien toch een brug te ver. Dan moet je realistisch zijn, want als weet dat de helft van de ploegen er aan het eind van het seizoen uitvliegt dan moet je zorgen dat je sowieso daar niet bijzit. Er wordt toch vaak een andere manier van voetballen gevraagd en is het voor mij als een van de meer ervaren spelers zaak om de rest meer ‘mee te nemen’ en te coachen.”

Nadat Kriens in het verleden actief was in de tweede klasse, heeft hij door omstandigheden het niet gered op dat niveau. “Dat kwam enerzijds door een lastige relatie met de toenmalige trainer en te weinig geduld bij mezelf. Daardoor denk ik niet dat ik er tot op heden alles heb uitgehaald en dat is een verwijt wat ik mezelf wel kan maken. Nu voetbal ik vooral voor het plezier, al wil ik ook nog altijd wel zoveel mogelijk winnen en er binnen de mogelijkheden die er nu zijn het maximale uithalen. Ik stop er best wat tijd in, ben er ook altijd op trainingen en probeer die drive ook op de rest wel over te brengen.”

Dit seizoen zag de inwoner van Renesse zich overigens al op diverse posities terug in de opstelling. Middenvelder, spits en ook vaak als linksbuiten. “Toch zie ik mezelf op dit niveau het liefste terug op ‘10’, want daar denk ik het meeste voor het elftal te kunnen betekenen en mezelf meer met het spel kan bemoeien. Als linksbuiten ben je toch afhankelijk en dan komt het vaker op een paar momentjes aan, al moet ik ook vanaf die positie bepalend kunnen zijn. Want als aanvaller moet ik dit seizoen minstens een doelpunt of zestien maken. Als dat lukt en liefst nog meer, dan hoop ik dat we de weg omhoog kunnen vervolgen en dan zien we wel waar we eindigen.”

Klik op ZSC’62 voor de laatste artikelen over de club.
Klik op ZSC’62 voor meer informatie over de club.

“Als je iedereen ziet feesten en genieten…”

Toen ze een jaar of drie geleden aan de activiteitencommissie bij SC Gastel vroegen of ze zich eens vast wilden bijten in het 90-jarig jubileum, hadden Yorick Bosker en zijn collega’s maar weinig tijd nodig om na te denken. En met succes. Want de club kan terugkijken op een prachtig weekend. “Als je dan iedereen ziet feesten en genieten…”

In het weekend van vrijdag 29 september tot en met zondag 1 oktober, was het dan eindelijk zover. Na maanden, of eigenlijk jaren voorbereiden, kon SC Gastel los. Onder aanvoering van de 28-jarige Bosker dus. “Alles is goed gegaan, iedereen kijkt er heel tevreden op terug. Het was echt een topweekend!” Ook voor hem, als lid van de organisatie. “Lekker druk bezig zijn, overal bijspringen. Daar maak je mij blij mee. Ik zit liever niet stil.”

Zwakke enkels

En stilzitten, heeft Bosker de afgelopen periode dus allesbehalve gedaan. Dat terwijl de Roosendaler van huis uit, zeker geen voetbaldier is, lacht hij. “Ik ben zelf helemaal geen voetballer. Toen ik heel klein was nog wel, alleen had ik zwakke enkels. Op de basisschool heb ik het later nog wel een maandje geprobeerd, maar dan heb je ook geen zin om steeds in te tapen. Ik vond het wel prima zo.” Bosker vond zijn heil in buitenspelen en schermen, tot hij vier jaar geleden via vrienden in aanraking kwam met het zevende van SC Gastel. “Ze hadden een leider nodig en ik was er vaak toch al om te kijken Dat heb ik toen, zonder ervaring, een jaartje gedaan.” Die kennismaking, bracht het balletje aan het rollen. “Daarna wilde ik eigenlijk wel iets blijven doen. Dat werd de activiteitencommissie.” Bij een ‘best grote club’, zo vertelt Bosker. “En toch voelt het als een hechte groep. Waar iedereen betrokken is en het met elkaar kan vinden.”

Gratis

Dus toen een jaar of drie geleden, vanuit het bestuur, de vraag kwam of ze als activiteitencommissie de viering van het jubileum op zich wilden nemen. Was het antwoord al snel ‘ja’. “We moesten iets groots gaan doen, werd er gezegd. Daar zagen we natuurlijk wel een mooie uitdaging in.” Samen met Davey en Diny Forster, pakte Bosker de handschoen op. “Voorbereidingen treffen, facturen sturen, artiesten boeken en tenten regelen. In totaal bestond onze groep uit acht man. Ook om de bardiensten te kunnen draaien.” Leuke dingen doen én regelen dus. “Mensen zien genieten, dat geeft voor ons de voldoening. En ook een stukje waardering.” Maar wat hebben ze nou precies gedaan? Bosker legt het uit. “Op vrijdag hadden we een jeugddag en werd het nieuwe kunstgras geopend. Verder hadden we een voetbaldorp, met allemaal opblaasbare spellen en natuurlijk een kinderdisco.” Tekenend voor de club: “Het was gratis voor alle kinderen, omdat we niemand buiten wilden sluiten.”

Lovende woorden

Op zaterdag stond het zeven tegen zeven-toernooi voor veertien seniorenteams op het programma. De dag werd afgesloten met een feestavond, vol DJ’s en artiesten. Zondag 1 oktober, de daadwerkelijke ‘verjaardag’ van SC Gastel, werd gevierd met een wedstrijd tussen het huidige eerste en de laatste kampioen. Gevolgd door een receptie en een zelf ingericht museum. “De zaterdagavond was voor mij het mooiste! Daar zat het meeste werk in, maar als je dan iedereen ziet genieten en feesten…” Want vanzelf, gaat zo’n jubileumweekend natuurlijk niet. “Davey, Diny en ik, zijn denk ik drie jaar bezig geweest met de voorbereidingen. We hebben het nog nooit zó groot gedaan. De beste prijs zoeken en starten vanaf nul.” Ook het opbouwen zelf, nam meer dan genoeg tijd in beslag. “De dinsdag voor het feest, zijn we begonnen met de tent. De dinsdag daarna, waren we pas klaar. Een hele week dus.” Gelukkig maakten alle reacties tijdens en na afloop, alles goed. “Van het bestuur hebben we lovende woorden gekregen. En ook van andere mensen. Het was een jubileum om nooit te vergeten.”

Vernieuwen

Dat is iets, wat Bosker zelf dan ook absoluut niet gaat doen. “Het 90-jarig bestaan, is heel bijzonder. We zijn inmiddels de grootste club van Halderberge én blijven groeien.” Waarom ze het juist bij SC Gastel hebben gehaald? De vrijwilliger heeft wel een antwoord. “Onze kracht zit hem in de saamhorigheid. Iedereen is wel bereid om wat te doen.” En dus blijft de vereniging levendig. “We blijven ook vernieuwen. Met de kleedkamers, of nu weer het veld. Dat trekt toch aan.” En nu, uitrusten? “Die vraag hebben we onszelf, tijdens de evaluatie, ook gesteld. Wat gaan we hierna doen? Eerst komt de Memorial, daarna op naar de honderd!”

Klik op SC Gastel voor de laatste artikelen over de club.
Klik op SC Gastel voor meer informatie over de club.

 

 

Aanvoerder Daniël Wissel wil met GOES graag terug naar Derde Divisie

Het ambitieuze vv GOES is prima aan het tweede seizoen in de Vierde Divisie begonnen en wist al beslag te leggen op de eerste periode. Aanvoerder Daniël Wissel weet dus in elk geval al dat ze aan het eind van het seizoen kunnen gaan strijden voor promotie naar de Derde Divisie, de klasse waaruit het in 2022 degradeerde. ‘Het doel is om daar weer naartoe terug te keren.’

Naast het winnen van de periodetitel, verlengde de club onlangs ook het contract van trainer Dennis de Nooijer met twee seizoenen en is dus tot 2026 werkzaam op Sportpark ’t Schenge. Het toont de ambitie en tevredenheid die er dit moment heerst in de Goese voetbalclub. Ook Wissel is te spreken over de ontwikkeling die de club en vooral de huidige selectie doormaakt. “Er zijn in de zomer een aantal jonge jongens bijgekomen die op een lager niveau actief waren. Ook daarvoor hadden we al een aantal gasten die uit een lagere klasse bij ons aansloten en die doen het allemaal meer dan uitstekend. Rowan Traas speelde bij Patrijzen, Sjoerd Verhulst bij SVOD’22 en Jeremie Noa bij Terneuzen. Daarvoor hadden we al Timo Lijbers die van Walcheren overkwam en Wout den Engelsman van WHS. Als je ziet hoe die zich allemaal ontwikkelen, dan is dat een groot compliment waard.”

Mocht GOES echter promoveren, dan is de aanvalsleider er van doordrongen dat dan wel versterkingen erbij dienen te komen. “Vergis je niet, het verschil tussen Vierde- en Derde Divisie is echt behoorlijk. De breedte van onze selectie is momenteel groot genoeg voor dit niveau om een en ander op te vangen. Maar in de Derde Divisie worden er toch andere zaken gevraagd wil je daar overleven.”

Zover is het echter nog lang niet, want waar GOES voortvarend van start ging, daar kreeg het net voor de winterstop met wat tegenvallers te maken. Zo werd er onnodig puntverlies geleden en moest de aanvoerder zelf vanwege een breukje in een middenhandsbeentje een paar wedstrijden missen. “Balen maar het seizoen is nog lang genoeg. Ik vind het mooi om die jonge gasten bij te staan en te helpen zichzelf te ontwikkelen naar een hoger niveau als voetballer. In het veld ben ik altijd wel aanwezig qua coaching, dat doe ik van nature al. Daarbij vind ik het mooi om die verantwoordelijkheid te nemen en ook van een trainer daarin te krijgen.”

Wissel neemt ook geregeld met doelpunten het voortouw bij GOES, want ook dit seizoen wist hij voor de winter al tien keer het net te vinden. “Het is als spits altijd prettig wanneer je met doelpunten belangrijk kunt zijn voor de ploeg. Ik hoop er na de winterstop dan in de jacht op een kampioenschap of promotie nog de nodige bij te maken. Het feit dat ik van de trainer de vrijheid krijg om niet vast in de spits te spelen, dat zorgt ervoor dat ik in mijn kracht kom. Het is voor tegenstanders dan ook lastig om te verdedigen en daardoor komen ook vaak anderen vrij. Dat maakt ons onvoorspelbaar en dat zie je terug in de uitslagen, waarin we gemiddeld meer dan drie goals per wedstrijd scoren.”

Vorig seizoen kwam promotie nog te vroeg voor de club, maar sindsdien is men bij GOES in meerdere opzichten goed op weg. “We draaien volop bovenin mee, hebben een goede selectie met veel potentie en verder is alles qua randvoorwaarden ook steeds beter geregeld. Al die zaken zorgen ervoor dat we klaar zijn voor een terugkeer, het is nu alleen aan ons als spelersgroep om het op het veld te realiseren.”

Klik op VV Goes voor de laatste artikelen over de club.
Klik op VV Goes voor meer informatie over de club.

Ruud Romijn legt rode loper uit voor arbitraal trio

Een drankje hier, een broodje daar. De scheidsrechters bij het eerste elftal van RVVH komen niets tekort. Met dank aan Ruud Romijn, die de rode loper uitlegt voor het arbitrale trio.

Hij is al tijdje de gastman die de scheidsrechters en assistent-grensrechters bijstaat bij thuiswedstrijden van de hoofdmacht. “De club zat om het hand omdat mijn voorganger er na vele jaren trouwe dienst mee stopte. Ik had juist aangegeven wel wat te willen doen voor de club en aangezien ik toch al bij elke thuiswedstrijd van het eerste elftal was, is het een kleine moeite om gastman te zijn”, aldus de Riddekerker, die inmiddels ook als secretaris is toegetreden tot het bestuur.

Romijn, 47 jaar en administrateur bij een logistiek bedrijf in Barendrecht, is een echte RVVH’er. Hij begon op zijn tiende en stopte daar zeven jaar geleden mee. “Ik ben nooit een groot talent geweest, hoor. Ik heb ooit deel uitgemaakt van de B-selectie, het derde elftal. Ik mocht meehobbelen, dat was het. Ik kan hier wel zeggen dat ik een goede voetballer was, maar dan lachen ze me allemaal uit op de club. RVVH is voor mij altijd veel belangrijker geweest voor het sociale aspect. Dat is nog steeds zo. De jongens met wie ik voetbalde, hebben kinderen. Daar gaan we met z’n allen naar kijken tegenwoordig. Eigenlijk liggen al mijn  contacten op de club.”

Het zijn van gastman lijkt hem op het lijf geschreven. “Ik vind het belangrijk dat RVVH gastvrij is en dat scheidsrechter op een nette manier worden ontvangen. Vergis je niet dat die mensen vaak uren in de auto zitten voor een wedstrijd. Pas geleden hadden we in de thuiswedstrijd tegen Poortugaal een arbitraal trio, waarvan de scheidsrechter en één van de assitent-scheidsrechters uit Limburg kwamen. De andere assistent kwam helemaal uit Drenthe. Alleen de heenweg duurde langer dan de wedstrijd zelf. Dat vergeten de mensen vaak.”

“Ik leg doordeweeks al contact met het arbitrale trio. Ik vertel dan waar ze kunnen parkeren en dat ik ze ontvang. We hebben binnen het terrein drie plekken apart gereserveerd voor het arbitrale trio. Dat is fijn, omdat de parkeerplaats soms behoorlijk druk kan zijn. Als ze er eenmaal zijn, laat ik ze hun kleedkamer zien en gaan we boven in de bestuurskamer wat eten en drinken en maken een praatje. Ik zorg dat ze drinken krijgen in de kleedkamer voor de rust en na afloop nodig ik ze weer uit om na te praten in de bestuurskamer. Ik vind het contact erg leuk. Je leert de scheidsrechters op een andere manier kennen.”

Nog niet zo lang geleden moest ook oud-betaald voetbalscheidsrechter Roelof Luinge een wedstrijd van RVVH 1 fluiten. “Een bijzondere man”, lacht Romijn. “Hij komt altijd met wat hij noemt een chauffeur. Dat is een vriend die hij ophaalt in Amsterdam. Luinge zelf houdt van gezelligheid. Bij sommige clubs gaan ze na afloop ook wel eens met hem uit eten, maar die voorkeursbehandeling krijgt hij hier niet, haha.”

“Ik vind het mooi dat hij nog steeds fluit. Ik kan me voorstellen dat als je alle stadions in Nederland hebt gezien en alle topwedstrijden hebt gefloten, je geen zin hebt om vierde divisie te fluiten. Hem maakt het niets uit. Als Feyenoord-supporter heb ik hem vroeger enorm vervloekt. Als hij uit de tunnel kwam in De Kuip wist ik dat mijn middag zou worden verpest, haha.”

Klik op RVVH voor de laatste artikelen over de club.
Klik op RVVH voor meer informatie over de club.

 

Isabel Egberts laat Bolnes-talent zichzelf ontdekken

SV Bolnes timmert hard aan de weg bij de jeugd en Isabel Egberts draagt daar een belangrijk steentje aan bij als coördinator van de onder tien en jonger. “We moeten kinderen vooral niet in een keurslijf stoppen.”

“Je moet weg, anders ben je te laat bij SV Charlois”, zegt Marcel Egberts tegen zijn echtgenoot in de catacomben van het Bolnes-clubgebouw. De zaterdagen van het echtpaar staan volledig in het teken van voetbal en Bolnes. “Marcel is coördinator van de onder 11, onder 12 en 13. Onze twee zoons voetballen hier en wij zijn allebei van het aanpakken. We vinden het belangrijk dat de jeugd lekker kan voetballen”, zegt Egberts, die deze zaterdag het nog relatief rustig heeft. Eerder op de ochtend is de onder negen afgelast. “Ik ben coach van twee teams”, legt Egberts uit. “De vorige trainer is gestopt, dus heb ik dat team ook onder mijn hoede genomen. Ideaal is het niet, maar het is lastig om aan vrijwilligers te komen.”

Dat Bolnes moeite heeft om alle teams van eigen trainers en coaches te voorzien is niet zo gek, want de Ridderkerkse club maakt bij de jeugd een stevige groei door. Inmiddels telt de jeugdtak acht teams, exclusief de Champions League waar de allerjongsten wekelijks kunnen excelleren. “De mensen van de club hebben dat geweldig gedaan. Er was hier geen jeugd meer en dat is niet goed voor een club”, meent Egberts. “José Sparreboom heeft een belangrijke rol gespeeld. Dat we in korte tijd dit aantal teams hebben is wel iets om trots op te zijn.”

Met Egberts mag Bolnes de handjes dichtknijpen. De 43-jarige Ridderkerkse brengt naast enthousiasme ook voetbalkennis- en ervaring mee. Egberts speelde, voordat ze haar Rotterdamse man kende, als voetbalster van MSV Duisburg. “Regionalliga, dat is het derde niveau in Duitsland na de eerste en tweede Bundesliga.” Ze had het voetbaltalent niet van een vreemde, want haar vader was profvoetballer bij onder meer Schalke 04.

“Ik ben opgegroeid net over de grens bij Enschede, niet ver van Münster”, vervolgt ze. “Mijn man heb ik ontmoet bij hazewindhondraces. Via hem ben ik in Ridderkerk terechtgekomen. De taal? Ik heb Nederlands altijd al goed kunnen verstaan, maar spreken en schrijven is weer wat anders. Nederlands is best ingewikkeld. Als ik een berichtje stuur in de trainersapp moeten de trainer soms wel lachen over een mengelmoesje van Duits en Nederland. Ik zeg dan altijd maar: als je me begrijpt is het goed.”

Voor Egberts staat voorop dat alle kinderen bij Bolnes plezier hebben. “Zeker bij de jongste leeftijden is het belangrijk om ze lekker te laten voetballen. Op deze leeftijd heeft het geen zin om ze met een opdracht het veld in te sturen. Kinderen moet je vooral zelf laten ontdekken waarin ze goed zijn. De verdediger van nu kan misschien later wel een goede aanvaller worden of andersom. Laat ze lekker dribbelen en met de bal acties maken”, meent ze.

Ze deelt ook een breed gedragen ergernis: het gebrek aan een kunstgrasveld bij Bolnes. “Ik hoop dat de gemeente ons een keer de hand wil toesteken, want de huidige situatie is uiterst vervelend. We hebben een erg natte periode achter de rug. De velden lagen er om de haverklap uit. Geen wedstrijden, maar regelmatig ook geen trainingen. Voor die kinderen is dat drama.”

Klik op SV Bolnes voor de laatste artikelen over de club.
Klik op SV Bolnes voor meer informatie over de club.

Gijs Zwaan gaat fluitend naar Slikkerveer

Zet een voetbaldier voor een uitbundig enthousiaste en leergierige groep en je hebt een ijzersterke mix. Slikkerveer en trainer Gijs Zwaan willen dit seizoen in de derde klasse hoge ogen gooien. “Het voetbalplezier spat er vanaf.”

Vlak voor de winterstop ziet Zwaan (64) nog volop kansen voor zijn elftal. Hij stipt echter meteen aan wat er bij zijn team nog beter moet. “Het scorend vermogen moet omhoog. Als je wilt meedoen om het kampioenschap in derde klasse moet je van de vijf kansen die je krijgt er zeker twee maken. Dat lukt ons in de meeste wedstrijden nog niet. We winnen met 1-0 of met 2-1 of verliezen met 1-0.”

Zwaan trof in de augustus allesbehalve een gewond dier aan toen hij zijn eerste training bij Slikkerveer gaf. De Ridderkerkse club was het seizoen kansloos gedegradeerd, maar dat het plezier en bevlogenheid bij de spelers niet aangetast. “Ik weet zelf ook hoe het is om te degraderen. Na een tijdje ben je het vergeten en ga je weer verder met plezier maken.”

Zwaan trainde in zijn lange trainerscarrière veel clubs, veelal op topamateurniveau. Rijsoord, waar hij zes jaar lang werkzaam was, bracht hij van de tweede klasse naar de hoofdklasse. Verder sieren clubs van naam als Capelle en SteDoCo zijn uitgebreide cv. De afgelopen drie seizoenen was de Rotterdammer trainer van eersteklasser Brielle. “Het verschil met de meeste clubs waar ik gewerkt heb en Slikkerveer is dat de spelers hier écht amateurs zijn. Er wordt bij deze club niet betaald. Ik vind Slikkerveer in veel opzichten lijken op Rijsoord, met de uitstraling van een échte dorpsclub, met lieve, aardige mensen die hun club op één hebben staan. Die beleving vind je terug bij de spelers.”

Daarom ook rijdt Zwaan drie keer per week fluitend naar de training en al regent het pijpenstelen of blaast er een gure wind over het trainingsveld, de getogen Capellenaar geniet van iedere minuut. “Die bevlogenheid van die gasten vind ik prachtig. Ik gun ze daarom ook overwinningen en successen. Weet je, het liefste stel ik zestien man op.”

Zwaan zegt er ook meteen bij dat een kampioenschap of promotie niet vanzelf komt. Gepokt en gemazzeld dat hij is in de voetballerij weet hij dat Slikkerveer nog een weg heeft te gaan. “Het zou hartstikke leuk zijn als we straks bovenaan staan in de winterstop, maar ik heb nog nooit gezien dat de kampioenstaart al in januari wordt opgediend. Ik heb ook geen toverstokje waarmee ik kan zwaaien en Slikkerveer kampioen kan maken.”

Zijn ervaren blik helpt wel mee op Slikkerveer verder vooruit te helpen. “Je moet voetbal niet ingewikkelder maken dan het is”, zegt Zwaan, die speelde bij het Excelsior van Eddy Ridderhof, Makkie Nijsen en Piet den Boer, en al op zijn 26ste werd afgekeurd voor het bedrijven van het betaald voetbal. “Zeker op dit niveau gaat er het er om op het juiste moment je beste spelers aan de bal te krijgen. Als je dat als team door hebt, ben je heel ver.”

Hij verheugd zich nu al op het winterse trainingskamp in Torremolinos. “Lekker vijf dagen op pad met die gasten.”

Niet dat Zwaan aan het uitbundige uitgaansleven van de jeugd meedoet. “We trainen drie keer en doen daarnaast nog een paar sportieve dingen. De avond is voor de jongens. Met de staf gaan we een lekker terrasje pakken.”

Klik op SV Slikkerveer voor de laatste artikelen over de club.
Klik op SV Slikkerveer voor meer informatie over de club.

 

 

Jacob van den Belt meer dan sponsor

Een hoofdsponsor met twee oud-spelers die gevraagd en ongevraagd advies geven over de toekomst van de club. Bij SV Poortugaal ziet men dat als zegen, niet als last. “Ook voor ons telt maar één belang, dat van Poortugaal”, zegt Jacob van den Belt namens hoofdsponsor Portex, dat op de borst van de spelers van het eerste elftal prijkt.

De directeur van Portex Ocean staat op het punt zijn koffers te pakken om naar Dubai te vliegen. In het oliestaatje staan zakelijke ontmoetingen op het programma. “Het hoort erbij”, zegt de oud-doelman, die met Patrick Lagendijk de directie vormt van Portex. “Patrick maakt meer vlieguren dan ik.”

Van den Belt (42) mist door zijn bezoek aan Dubai de laatste wedstrijd van Poortugaal voor de winterstop. “Ik probeer zo veel mogelijk wedstrijden te zien”, zegt hij. “Wat me elke keer opvalt van dit team is dat het erg hecht is. Ik vind dat mooi om te zien.”

Van den Belt mag graag over voetbal praten en als oud-prof komen er ook vaak zinnige dingen uit zijn mond. Bij Poortugaal maken ze dan graag gebruik van zijn expertise. “Tot dit seizoen ben ik keeperstrainer geweest bij de club. Dat vond ik geweldig om te doen. Dan zag je die jongetje wat schuchtig binnenkomen en vol vertrouwen weer vertrekken. Ik ben nog steeds met grote regelmaat op de club. Dat geldt ook voor Patrick. Onze kinderen voetballen bij Poortugaal.”

Van den Belt kan terugzien op een mooie carrière in de top van het amateurvoetbal. Voordat hij bij DOTO en ASWH furore maakte, stond hij onder contract bij Excelsior, RBC Roosendaal en VVV-Venlo. “Bij Excelsior was ik derde keeper en ik heb bijna een seizoen op de bank gezeten als tweede keeper toen Ronald Graafland geblesseerd was. Carlo L’Ami was eerste keeper. Bij RBC was ik tweede keeper achter Wim de Ron. Ik heb drie wedstrijden gespeeld. Ook bij VVV heb ik drie wedstrijden onder de lat gestaan. Ik ben daar maar één seizoen geweest. De Rotterdamse en Limburgse mentaliteit is zo anders. Waar wij ons hart op de tong hebben, zegt een Limburger het nooit rechtstreeks.”

Bij DOTO en ASWH stond hij jarenlang met succes onder de lat. “Ik ben via het voetbal ook terechtgekomen bij Van Donge en De Roo, dat een sponsor was. Ik heb daar twaalf jaar gewerkt, totdat ik in contact kwam met Patrick. We hebben een tweede poot opgezet met Portex Ocean. Wij doen alle import en export op het gebied van zeevracht.”

Net als zijn compagnon sloot Van den Belt zijn actieve loopbaan af bij Oude Maas, één van de twee clubs van waaruit SV Poortugaal werd geboren. “We zijn in korte tijd twee keer gepromoveerd met Warry van Wattum als trainer, we gingen van de derde naar de eerste klasse.”

Dat Portex sponsor is van de club vindt Van den Belt niet meer dan logisch. “We zijn hier in de Albrandswaard met ons bedrijf gevestigd. We vinden het belangrijk om maatschappelijk betrokken te zijn en te kunnen faciliteren dat de jeugd kan voetballen. We waren eerst subsponsor, maar toen de vorige hoofdsponsor stopten, zijn we in dat gat gesprongen. Hoofdsponsor zijn we inmiddels voor het derde seizoen.”

Van den Belt en Lagendijk steunen het beleid van de club, om zo veel mogelijk de rode loper uit te leggen voor eigen jeugd, volledig. “Het eerste elftal moet herkenbaar zijn voor de supporters, met dus zo veel mogelijk eigen opgeleide spelers.”

Klik op Poortugaal voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Poortugaal voor meer informatie over de club.

 

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Ontvang nu ook maandelijkse het laatste nieuws uit het amateurvoetbal in jouw regio.