Home Blog Pagina 84

Combi-elftallen pakken verrassend goed uit: ‘Hechte vriendengroepen geworden’

Bij DSS’14 en VV Ophemert is iets bijzonders aan de hand. Omdat de aanwas in de jeugd beperkt is bij de dorpsclubs uit Varik en Ophemert kwam het steeds vaker voor dat jongens en meiden in de verkeerde leeftijdscategorie speelden. Daarom zetten de twee gezworen rivalen hun trots opzij en startten twee combinatie-elftallen: de JO15 en de JO16. 

‘’Ik had eigenlijk niet verwacht om ooit weer op een voetbalveld te staan’’, zegt Jeroen van Santen. De Variker speelde zelf ooit bij DSS’14 en Ophemert, net zoals vele anderen in de regio. Maar toen zijn dochtertje Benthe vroeg of ze ook op voetbal mocht, belandde hij toch weer op het sportcomplex in Heesselt. ‘’Ik dacht dit is mijn kans! Op de club kwam ik zo veel oude bekenden tegen. Het was als een warm bad en ik dacht: ‘Hier moet ik meer mee doen’, vertelt Van Santen.

Van het een kwam het ander en hij nam een soort adviseursrol voor het bestuur op zich. ‘’Ophemert kwam met een praktische vraag bij ons bestuur. Zij merkten dat hun onder 15 en onder 16 teams steeds dunner bezet raakten en konden de selecties eigenlijk niet rond krijgen. Wij hadden een soortgelijk probleem. Omdat ik voor beide clubs heb gespeeld vroeg het bestuur me om hier mijn mening over te geven’’, legt Van Santen uit.

Combi-elftallen

Van Santen kwam eigenlijk al snel tot een oplossing: de combi-elftallen. ‘’Ik zette alles opzij en vroeg mezelf: hoe kunnen we die jongens en meiden het beste laten sporten? Er was oprecht één belang en dat was die kinderen aan het voetballen houden. En of dat in een wit of een rood-groen shirtje is, maakte ons echt niks uit’’, vertelt hij.

De samenwerking is sinds de seizoenswisseling van start gegaan. Sindsdien spelen de JO15 en JO16 in een speciaal ontworpen shirt, dat de clubkleuren van beide teams honoreert. Het wit van Ophemert is als canvas gebruikt, daaroverheen lopen drie groene banden met rode randen die de kleuren van DSS’14 representeren. ‘’Benny Reuvers heeft dat gesponsord, waar we hem erg dankbaar voor zijn’’, zegt Van Santen.

‘’Het plezier spat er vanaf’’, zegt Van Santen trots als hij vertelt over hoe de samenwerking verloopt. ‘’De kinderen in de elftallen zijn binnen no-time vrienden geworden, terwijl ze uit andere dorpen en clubs komen. De presentie bij de trainingen en wedstrijden is ook erg hoog, dat zegt wel wat. Het belangrijkste is dat ze het plezier teruggevonden hebben in het spelletje.’’

Omdat de teams redelijk 50/50 verdeeld zijn trainen ze één avond in de week bij VV Ophemert, op dinsdag, en één avond bij DSS’14. Dat beide clubs slechts veertien minuten fietsen uit elkaar liggen, maakt dat dat op zich geen probleem is, legt Van Santen uit: ‘’Thuiswedstrijden doen we ook om en om. We proberen voor de sfeer op de club wel om alle teams op dezelfde dag thuis te laten spelen. Wedstrijdsecretaris Van Bekkum doet daar zijn uiterste best voor. Hij doet erg goed werk.’’

Toekomst

Vanwege de positiviteit die zingt rondom het project worden alle lichtingen nu goed in de gaten gehouden. Dreigen er gaten te vallen, is er immers een goed werkende oplossing gevonden: ‘’We hebben structureel overleg met een groepje mensen op gebied van doorstroming in de jeugd. Tussen de JO10 en de O23 wordt er nauwkeurig gekeken of iedereen op zijn of haar niveau kan voetballen. Ook met het oog op doorstroom naar de senioren. Stoppen spelers namelijk al eerder omdat ze plezier in het spelletje aan het verliezen zijn, dan zullen we dat ook merken in onze seniorenteams. Het is vanwege de korte loop van het project nog niet te zeggen wat voor effecten de samenwerking heeft op dat gebied’’, legt Van Santen uit. 

Wat beide clubs ook voor ogen hebben is het professionaliseren van de jeugd. Nog een manier om de toekomst van de dorpsclubs te waarborgen: ‘’We hebben allebei VTON in gebruik genomen. Dat is een programma dat ook door profclubs gebruikt wordt, met een schat aan trainingsoefeningen, waarmee je een schema kunt creëren. Trainers hebben soms de neiging hun training heel erg te baseren op wat ze bij de laatste wedstrijd gezien hebben. Met VTON kijk je meer naar het lange termijn effect. Met dit plan proberen we weer sponsoren te binden’’, vertelt Van Santen.

De twee clubs zijn dus bewust bezig met hun toekomst. Het woord ‘fusie’ durven beide clubs echter nog niet in de mond te nemen. Van Santen kiest zijn woorden met tact: ‘’Dat er uiteindelijk een verdere samenwerking komt, zou ik niet uitsluiten. De kans is aannemelijk.’’

Klik op VV Ophemert voor de laatste artikelen over de club.
Klik op VV Ophemert voor meer informatie over de club.

Kevin Dercks geeft Excelsior Maassluis nog lang niet op

Kevin Dercks speelt al negen jaar op sportpark Dijkpolders en degradeerde in die jaren nooit met Excelsior Maassluis. Dat wil de 32-jarige routinier van de Tricolores graag zo houden. “Er is werk aan de winkel.”

De winterstop is normaal gesproken een moment om uit te rusten en even bij te tanken, maar de stop tussen de eerste en tweede competitiehelft was voor de tweededivisionisten dit keer erg tekort. “Voor ons was die nog korter, omdat we in de week van kerst nog voor de KNVB-beker speelden bij DEM”, zegt Dercks, die 2 januari alweer met Excelsior Maassluis de eerste training afwerkte. “We zijn van 5 tot en met 10 januari op trainingskamp geweest naar Barcelona. Die zaterdag erop stond voor ons alweer de eerste competitiewedstrijd op het programma. Het begint bijna op profvoetbal te lijken.”

Hij zegt dat lachend, want Dercks heeft, ervaren als hij is met voetbal op tweede divisieniveau, wel een mening over de ontwikkelingen die zich volgens hem in razendsnel tempo ontwikkelen. “Geld heeft altijd een belangrijke rol gespeeld, maar je ziet nu ook dat er grote verschillen ontstaan tussen clubs. Toen we bij Spakenburg speelde, stond daar een hele batterij aan trainers klaar, tot aan een speciale warming-up trainer aan toe. Daarmee win je geen wedstrijd, maar je ziet wel een ontwikkeling dat de clubs mét geld steeds meer en beter nadenken hoe zij de spelers kunnen faciliteren. Waar vroeger een speler een berg geld kreeg overgemaakt en drie keer kwam trainen en op zaterdag een wedstrijd ging spelen, werkt hij tegenwoordig een heel programma af, inclusief krachttraining.”

Kapitaalkrachtig

Dercks legt daarmee een direct verband met de situatie van zijn eigen club. Excelsior Maassluis is zoals bekend geen kapitaalkrachte vereniging en moet het vooral hebben in het investeren in jonge eigen talenten. “We hebben het op die manier jaren gered en we hebben ook jaren op een goed niveau meegedraaid in eerst de topklasse en wat nu de tweede divisie heet. We eindigden meestal zo rond de zevende, achtste plek.”

Inmiddels is dat een plek waarvan Excelsior Maassluis kan dromen. De eerste competitiehelft verliep voor de formatie van Dercks uitermate teleurstellend. Met acht punten uit vijftien wedstrijden staat Excelsior op de zeventiende plaats, vlak voor hekkensluiter Kozakken Boys, dat evenveel punten heeft, en kort achter nummer zestien FC Lisse, dat één punt meer verzamelde. Het gat tussen de onderste drie en nummer vijftien Rijnsburgse Boys (achttien punten) is fors. Dercks realiseert zich dat. 

“We begonnen het seizoen best aardig”, reageert de accountant van beroep. “We haalden de eerste zes wedstrijden zes punten. Niet heel goed, maar ook niet heel slecht. Daarna hebben we echter nog maar twee keer gelijkgespeeld. Op één of twee wedstrijden na zijn we nergens zoek gespeeld, feit was wel dat we vrijwel elke wedstrijd met klein verschil verloren. We hebben zeker tegenslag gehad en wat weinig geluk, maar alleen daarachter verschuilen zou niet goed zijn. Het heeft zeker ook te maken met kwaliteit. We zijn als Excelsior vooral afhankelijk hoe jonge spelers zich ontwikkelen.”

Dercks blijft echter positief. “Er is werk aan de winkel, maar we hijsen de witte nog niet”, stelt de middenvelder de aanhang gerust vlag dat het met de strijdlust van hem en zijn ploeggenoten wel goed zit. “Met Darren Maatsen hebben we er in de winterstop een ervaren aanvaller bijgekregen. Hij kent de slagen van de zweep. We hebben een grote inhaalrace te maken, maar we zijn nog niet halverwege.”

Bekersuccessen

Dercks houdt zich bovendien vast aan de bekersuccessen. “De 1-0 overwinning op FC Volendam was natuurlijk hét hoogtepunt, maar daar krijg je jammer genoeg geen punten voor voor de competitie.”

Dercks neemt het woord ‘degradatie’  niet één keer in de mond. Veelzeggend daarvoor is dat hij niet eens weet hoe de degradatieregeling eruit ziet. “Eerst punten halen, daarna ga ik me daarin wel eens verdiepen.”

Rotterdammer Dercks heeft bovendien een veel groter vraagstuk te beantwoorden de komende tijd. Als dertiger heeft hij als voetballer meer verleden dan toekomst. “Ik word in de zomer 33 jaar en dan is het logisch dat je als voetballer op dit niveau gaat nadenken over je toekomst. Ik heb een volledige baan als accountant. Dat is nu al niet altijd te combineren met voetbal. Bij Excelsior weten ze dat ook en geven mij daar de ruimte voor. Tegelijkertijd vraagt die combinatie veel van mezelf en van mijn lichaam. Als je ouder wordt, wordt je als voetballer ook gevoeliger voor pijntjes. Ik heb vorig seizoen een aantal maanden moeten missen vanwege een rugblessure. Gelukkig heb ik dit seizoen veel minder hinder van die rug, maar het blijft wel een zwakke plek.”

Klik op Excelsior Maassluis voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Excelsior Maassluis voor meer informatie over de club.

Zwaluwen biedt fans volop vermaak

Het is weer leuk langs de lijn bij Zwaluwen. Als het eerste elftal speelt, is dat een garantie voor vermaak. De Vlaardingse vierdedivisionist koppelt dat bovendien met knappe prestaties.

Trainer Henk de Zeeuw had onlangs bij het trainingskamp in Torremolinos alle reden om zijn spelers wat minder hard af te knijpen dan andere seizoenen. “Een trainingskamp moet nuttig en aangenaam zijn. Ik wilde de eerste drie dagen hard trainen en een goede oefenwedstrijd spelen. Daarna mocht van mij de voet van het gaspedaal.”

De oefenmeester kijkt dan ook met veel voldoening terug op de eerste competitiehelft. Zwaluwen maakte daarin indruk en niet alleen met goede prestaties. Het was vooral de manier waarop dat gebeurde. Tegenstanders werden volle bak onder druk gezet en wedstrijden werden gespeeld met een hoge ‘intensiteit’. “Voor het begin van het seizoen had ik hiervoor getekend”, zegt De Zeeuw. “We hebben in de zomer heel gericht spelers gehaald, maar het is altijd maar de vraag hoe spelers het oppikken. Achteraf gezien hebben een geweldige mix van kwaliteiten, waarbij wat betreft vooral het vermogen om te willen leren in het oog springt.”

Zwaluwen is geen club waar het geld tegen de muren klotst en als er de selectie moet worden versterkt, moet dat gebeuren met veelal spelers die niet eerder op het niveau actief waren. “Onze scouting is cruciaal”, reageert De Zeeuw. “We kijken vooral naar spelers op een lager niveau waarvan wij denken dat zij de potentie hebben om door te groeien naar het niveau van vierde divisie of hoger.”

Zo werd de scouting ook begin dit jaar op pad gestuurd. Daarbij lag de nadruk op versterking voor de voorhoede. “We maakten vorig seizoen te weinig goals. We hebben heel erg gekeken naar data. Spelers die makkelijk doelpunten maken, maar ook de nodige assists achter hun naam hebben.”

Spelers als O’neal Maatsen ontwikkelde zich in het eerste half jaar in het zwart en wit stormachtig. Zwaluwen plukte Maatsen weg bij eersteklasser Zwervers uit Capelle aan den IJssel. Wat nog belangrijk was, was dat De Zeeuw aanvallende visie volledig kon uitvoeren met zijn nieuwe selectie. “Vorig seizoen hebben we vooral pragmatisch voetbal gespeeld. Met de kwaliteiten die we nu hebben kunnen we het voetbal spelen dat wij zelf ook graag willen. Vol op de aanval en constant bij de tegenstander de druk erop.”

Dat leverde Zwaluwen in de eerste dertien wedstrijden 23 punten, goed voor een vierde plaats, maar met nog één inhaalwedstrijd te spelen, ook goed voor virtuele tweede plek. De Zeeuw vindt dat zijn elftal zichzelf nog tekort heeft gedaan. “We hebben de kans om de periodetitel te winnen laten liggen. Bij RKAVV speelden we onnodig gelijk, bij LRC Leerdam stond het tot de negentigste minuut 2-2, waarna we vervolgens met 4-2 verloren. Bij FC ’s-Gravenzande kwamen we goed terug van een 2-0 achterstand om alsnog met 3-2 te verliezen. Alles bij elkaar had er nog meer ingezeten.”

De Zeeuw ontwijkt vragen over de ambities voor de tweede competitiehelft. “Ik ben geen trainer die me laat leiden door de ranglijst. Ons doel is zo goed en leuk mogelijk voetbal te spelen. Dat mensen dat herkennen doet me goed, want het wordt steeds drukker bij thuiswedstrijden.”

Jeugdspelers inpassen en spelers met een krasje een tweede kans geven, dat is de visie die hij deel met de club. “We zijn in de zomer met Boy de Jong en Stefano Gonsalves twee ervaren krachten kwijtgeraakt. Die ervaring missen we nog wel eens op momenten. Maar zulke jongens liggen gewoon niet voor het oprapen.”

Klik op vv Zwaluwen voor de laatste artikelen over de club.
Klik op vv Zwaluwen voor meer informatie over de club.

Hans en Ria van der Lugt Victoria’04-pareltjes

Gouden krachten zijn ze voor hun club. Hans en Ria van der Lugt zijn daar twee voorbeelden van bij het Vlaardingse Victoria’04. Hans is al ruim veertig jaar actief als vrijwilliger in de voetbalwereld en Ria ook al geruime tijd.

De 70-jarige Hans is al zestig jaar lid van eerst Fortuna Vlaardigen en na de fusie van Victoria’04. “Ik ben begonnen als tienjarige in de D-pupillen samen met mijn vriendje Frans Beekhuizen. Ik speelde een tijdje in D8 met mijn jongere broer Kees, die veel meer talent had. Hij sloeg een jeugdcontract bij FC Vlaardingen af, want hij had geen trek in reizen naar Roda JC en FC Groningen. Hij bleef bij Fortuna en na zijn diensttijd in Seedorf speelde hij lang in goede elftallen in de jaren tachtig. Hij maakte de promotie vanuit de vierde naar de derde en tweede klasse mee.” 

Voetbalcarrière 

Aan de voetbalcarrière van Hans van der Lugt kwam abrupt een einde. “Ik kwam niet verder dan Fortuna 5 en lagere elftallen. Ik moest stoppen nadat ik tijdens een wedstrijd alles scheurde rond mijn enkelbanden.” Even moet hij nadenken wanneer dat was.  “Toen Linda net geboren was”, helpt zijn vrouw Ria (66) hem herinneren. “Dus op 28-jarige leeftijd. Onze dochter was nog een baby en jij moest gips om en op krukken lopen.”

Gelukkig vond Van der Lugt plezier in het fluiten van wedstrijden bij de RVB. “Oude Maas, Rijnmond, Zwarte Waal, Rhoon, Rockanje, Hellevoetsluis. Ik kwam op vele plekken. Toen ik werk kreeg met meer reizen ben ik gestopt bij de RVB. Ik ben toen bij Fortuna lagere elftallen gaan fluiten en dat deed ik na de fusie ook in de beginjaren van Victoria.” 

Op zijn 62ste stopte hij als arbiter. Daarna trad hij toe tot de werkploeg bij de Vlaardingse club. “Er zijn natuurlijk veel klussen te doen op zo’n groot complex met vijf velden. Wij doen dit vrijwel dagelijks met een handvol mensen. Kees Bouwman, oud-prof bij Fortuna, zorgt voor de eerste verdieping. Wim Mourits (oud-prof bij SVV, red.) en Henk Steenbergen houden op de begane grond de vloeren bij en verven daar van alles. Ik hou mij hoofdzakelijk met de velden bezig, samen met een aannemer. Op onze drie grasvelden moeten we regelmatig de kalklijnen opnieuw aanbrengen.”

”Bij de middencirkel en in het strafschopgebied betekent dit dat één persoon van een duo met een touwtje rondloopt dat goed strak vastgehouden moet worden. Door hobbels en bobbels worden de lijnen soms minder mooi getrokken. Dan krijgen we natuurlijk allerlei opmerkingen. “Dat komt door de kromming van de aarde die ik gevolgd heb”, pareer ik dan. Of ik stel de vraag: Kom je het zelf een keer voordoen? Dan zijn ze vaak snel uitgepraat.”

“Toch is het soms wel teleurstellend dat er zo gereageerd wordt naar vrijwilligers die met hart en ziel het beste voor hun cluppie proberen te doen.”

Zijn vrouw Ria wilde zelf als midtwintiger ook gaan voetballen bij Fortuna. Ze raakte echter zwanger van hun eerste dochter Linda, waarna ook Joyce volgde. “Ik moest er in de beginjaren zijn voor de meiden, maar toen ze nog vrij jong waren begon ik vrijwilligerswerk te doen. Ik ben begonnen met bar- en keukendiensten draaien en klaverjasavonden organiseren. Die keukendiensten waren best zwaar, van half twaalf tot half zeven stond ik dan in de vette baklucht.”

Tegenwoordig ontfermt zij zich over het interieur bij Victoria. “Meestal drinken we met alle vrijwilligers op doordeweekse dagen rond tien uur uur koffie. Maar als we net een doelnet aan het vervangen zijn vergeten we vaak de tijd”. lacht Hans.

Klik op sc Victoria’04 voor de laatste artikelen over de club.
Klik op sc Victoria’04 voor meer informatie over de club.

Arno van de Woestijne laat VDL-keepers groeien

Hij kreeg zelf pas op zijn 24ste zijn eerste keeperstraining. Arno van de Woestijne moest het keepersvak bij VDL vooral zelf ontdekken. Anno 2024 leidt hij de keepers voor de selectie op. “De potentie is groot.”

VDL is in de familie Van de Woestijne wat de klok slaat. Op zaterdag wordt pa (48) bij thuis- en uitwedstrijden van VDL 1 altijd omringd door vrouwlief en zijn jongste dochter. “Mijn jongste dochter keept in het tweede vrouwenelftal, mijn oudste dochter heeft ook gevoetbald bij VDL, maar kreeg al heel snel het advies om te stoppen. Ze scheurde op haar veertiende haar enkelbanden en meniscus. Die knieën zijn wel een familiedingetje.”

Steeds terugkerende knieproblemen verhinderde Van de Woestijne zelf echter niet om een behoorlijke staat van dienst op te bouwen als doelman in de VDL-selectie. “Als je bij VDL vraagt wie de beste keeper is geweest van de club zullen ze mij zeker niet als eerste noemen”, zegt hij. “Eerder een John van der Meij en Tim Teerlink. Ik kijk zelf tevreden terug op mijn periode in de selectie. Ik heb alles bij elkaar toch zo’n honderdvijftig wedstrijden in het eerste gespeeld, totdat ik op mijn 32ste moest stoppen omdat mijn knieën echt aan gort waren.”

Van de Woestijne kreeg de basisplaats in VDL 1 zelden cadeau. “Het is meermaals gebeurd dat er een nieuwe trainer kwam die ook een nieuwe keeper meenam. Uiteindelijk eindigde ik tussen de palen. Ik vond het ook nooit erg om in het tweede te spelen. Op de training liet ik zien dat ik de beste was en daardoor kon de trainer niet meer om mij heen.”

Toen hij was gestopt, ging hij zich al snel ontfermen over de talentvolle keepers bij zijn club. “Ik ben een jaar vertegenwoordiger geweest  van de selectie in het bestuur, maar dat was niks voor mij. Laat mij maar lekker mijn gang gaan met de keepers. Ik heb eerst de jeugd gedaan en later zijn daar de selectiekeepers bijgekomen. Inmiddels train ik de selectie al een jaar of negen.”

Daar was hij een paar jaar geleden bijna mee gestopt. “Ik werkte op booreilanden en dat was zeer onregelmatig. Daardoor miste ik zeker vier van de tien trainingen. Ik vond dat niet eerlijk ten opzichte van de keepers, dat ik serieus heb ik overwogen om te stoppen. Een paar jaar geleden heb ik echter een andere baan gekregen en daardoor kan ik er altijd zijn.”

Van de Woestijne traint op dinsdag de drie selectiekeepers Sjors de Bruijn, Marcel Scheick en Ruben Valstar. “We zitten dit seizoen gelukkig wat beter in de keepers. We hebben jaren van grote keepersproblemen gehad. Vorig seizoen nog heb ik zelf een wedstrijd onder de lat gestaan bij het tweede en een keer bij het eerste op de bank gezeten. Dit seizoen heb ik ook één wedstrijd op de bank gezeten, maar dat kwam meer door een samenloop van omstandigheden. Marcel is deze zomer min of meer komen aanwaaien. Hij is 33, had een paar jaar niet gekeept, maar heeft wel een serieuze achtergrond. Hij werkte echter in de continue-dienst. Dat laatste zorgt er ook voor dat hij minder geschikt is voor het eerste elftal.”

De jonge Sjors de Bruijn (21) maakt dit seizoen volgens Van de Woestijne een betrouwbare indruk. “Hij heeft alle facetten van het keepen redelijk goed onder de knie. Hij keept pas een jaar of vier, vijf en was daarvoor voetballer. Dat zie je in zijn meevoetballen terug. Daarnaast is hij sterk in de lucht en zijn spelhervattingen zijn meer dan uitstekend. Hij legt de bal zo bij spelers op de stropdas.”

Sinds drie maanden zijn ook vier talentvolle jeugdkeepers aangesloten bij de keeperstraining van de Van de Woestijne. “Stuk voor stuk jongens die erg leergierig zijn. Ik vind het belangrijk dat een keeper goed coacht, maar ook bravoure heeft. Zo van ‘daar staat iemand’.”

Klik op VDL Maassluis voor de laatste artikelen over de club.
Klik op VDL Maassluis voor meer informatie over de club.

 

Vrijwilligersjacht VFC krijgt een vervolg

Meer menskracht om cruciale verenigingstaken te vervullen. Dat was de inzet van VFC toen de club vorig jaar met een pilot startte om nieuwe vrijwilligers te werven. De pilot krijgt vanwege succes een vervolg.

VFC kampte net als andere verenigingen met een tekort. “Het probleem was niet van vandaag of gisteren en speelde al langer”, vertelt secretaris Rob Vermeer, die met vijf andere betrokken VFC’ers deel uitmaakt van het projectteam ‘Wij zijn VFC’. “We redden het niet met de vaste groep vrijwilligers. We kwamen overal handjes tekort, maar de situatie was vooral nijpend in de commissiekamer en achter de bar op zaterdag. Het was op een gegeven moment zelfs zo erg dat we op het punt waren gekomen dat we gedwongen werden om de commissiekamer dicht te houden en de bar te sluiten. Dat is natuurlijk funest voor je vereniging. Er moeten wedstrijden gespeeld worden en om omzet te draaien moeten bar en keuken open zijn.”

Het zes man en vrouw tellende projectteam kreeg begin vorig jaar de opdracht om over een oplossing na te denken. “We hebben alle opties bekeken, tot het inhuren van mensen achter de bar aan toe”, zegt Wendy Terporten, die eveneens lid is van het projectteam. “Wij kwamen al snel tot de conclusie dat die optie niet paste bij VFC. We willen een echte vereniging blijven, waarbij we willen uitdragen dat die vrijwilligerscultuur een belangrijk goed is. Ga je mensen betalen, dan krijg je ook meteen met andere problemen te maken. De contributie zal omhoog moeten en de vraag rijst ook welke vrijwilliger betaal je wel en welke niet.”

VFC zocht het in een ander model, waarbij leden en ouders van jeugdleden wat Vermeer en Terporten noemen ‘iets dwingerder’ wordt gevraagd om per jaar een bescheiden aantal uur vrijwilligerswerk te doen. “We hebben eerst een rekensom gemaakt. We hebben ingeschat hoeveel uren we aan vrijwilligers nodig hebben achter de bar en in de keuken en in de commissiekamer. Die uren hebben we gedeeld door het aantal leden. We kwamen uit op één of twee keer vier uur een vrijwilligerstaak per seizoen. Dat is prima te overzien.”

Dat is volgens Terporten ook wat zij en haar medeleden van het projectteam terugkrijgen van spelende leden en ouders van jeugdleden. “We zijn nu een tijdje bezig en heel veel mensen zijn enthousiast. Ze leren de vereniging op een andere manier kennen.”

Dat heeft wellicht ook te maken waarop VFC de pilot bij de leden heeft gebracht. “Goede communicatie is erg belangrijk”, benadrukt Terporten. “We hebben via al onze sociale mediakanalen onze leden op de hoogte gesteld van wat we van plan waren. Daarnaast hebben we veel mensen benaderd en aangesproken, vooral rondom de velden. Alles met het doel om zo breed mogelijk draagvlak te creëren.”

VFC heeft ervoor gekozen om de vrijwilligerstaken per team te vervullen. Terporten: “Het betekent in de praktijk dat elk team twee mensen levert op het moment dat het team aan de beurt is. Wie dat zijn regelt het team zelf. Hoe ze dat verder inkleden is ook aan de teams zelf. Er zijn ook teams die vier mensen leveren die dan niet vier uur maar elk twee uur achter de bar of in de keuken staan. We hebben in eerste instantie wel de trainer en leiders benaderd van een team, maar het is wel de bedoeling dat de coördinatie door iemand anders wordt gedaan. We willen voorkomen dat trainer en leider nog meer druk ervaren.”

De invoering van het systeem is zo goed ontvangen bij de club dat de leden inmiddels groen licht hebben gegeven om er mee door te gaan. “In elk geval tot het einde van dit lopende seizoen”, zegt Vermeer. “We gaan nu ook kijken hoe we andere tekort in functies kunnen aanvullen. We willen vooral de boodschap overbrengen aan de leden en de ouders van de jeugdleden dat samen doen ook veel leuker is.”

Klik op VFC Vlaardingen voor de laatste artikelen over de club.
Klik op VFC Vlaardingen voor meer informatie over de club.

 

 

Dennis Louter gedijt bij vrije rol

Hij wil zijn vader graag overtreffen als het gaat om aantal dienstjaren in de hoofdmacht van MVV’27. In dat geval heeft Dennis Louter (25) nog een aantal jaren te gaan. “Die twaalf jaar ga ik halen.”

Een paar dagen na de 0-0 tegen OVV komt er een grote zucht uit de mond van Louter. Dat zijn elftal niet aan klantenbinding heeft gedaan is nog zachtjes uitgedrukt volgens de aanvaller, die zelf ook stempel op de wedstrijd kon drukken. “We waren zwak aan de bal. De meeste jongens hadden een offday. Zulke wedstrijden zitten er wel eens tussen. Als je niet kan winnen, moet je zorgen dat je niet verliest. Zo’n wedstrijd was het.”

Een dag na de wedstrijd hing hij met trainer Hakan Cupur aan de lijn om te kijken waarom het niet liep. “We sparren veel”, zegt Louter. “Ik vind het heerlijk om te praten over voetbal en tactiek. Ik heb altijd mijn mondje klaar. Dat weten ze ook op de club. Ik ben kritisch, maar niet té. Ik vind dat ik als ervaren speler moet helpen om als team beter te worden.”

Als speler in het veld gedijt hij vooral bij een vrije rol. Die vrijheid krijgt hij van zijn trainer, die hem als een ‘voetbalintelligente speler’ beschrijft. “Ik speel officieel als linksbuiten, maar ben geen linksbuiten die, zo gezegd, aan de zijlijn is geplakt. Ik wil graag de bal hebben. En als ik die niet krijg ga ik naar die bal op zoek. Mijn medespelers weten ook dat ik de bal graag in mijn voeten heb. Meestal komt er dan wel iets goed uit, zet ik een medespeler met een steekpassje vrij voor het doel of maak ik zelf een actie.”

Zijn vader schopte het tot twaalf seizoenen in MVV 1 en als het aan de medewerker van een evenementenbedrijf ligt gaat hij daar overheen. “Dat is wel mijn doel. Ik lijk qua voetballer overigens totaal niet op mijn vader, die, als ik de verhalen thuis aan tafel hoor, vroeger vooral een harde werker was.” Hard werken doet Louter zeker ook wel, maar hij probeert vooral vorm te geven aan het Maaslandse aanvalsspel. “Op zoek naar de bal overdrijf ik nog wel eens”, pakt hij de wedstrijd tegen OVV erbij waarin hij zelfs fases vlak voor zijn verdediging te vinden was.

Bang dat Louter sportpark De Commandeur ooit de rug terugkeert hoeft MVV niet te zijn. “Die behoefte voel ik totaal niet”, zegt hij. “Ik heb in de B ruim een seizoen bij Westlandia gespeeld. Dat deed ik zeker niet met tegenzin, maar ik vind voetbal vooral leuk als ik met vrienden kan spelen. Dat heb ik bij MVV. Van mijn lichting in de jeugd zitten tien jongens in de selectie. Dat is mij heel veel waard.”

Hij is tevreden over de ontwikkeling van zijn ploeg dit seizoen. “We zijn vooral veel stabieler geworden. De echte slechte wedstrijden zitten er niet meer tussen. Tegen OVV was het aanvallend matig, maar uiteindelijk weten we er wel een punt uit te slepen. We zijn rijper geworden en daardoor acht ik een top4-klassering in de derde klasse tot een realistisch doel.”

Klik op MVV ’27 voor meer informatie over de club.
Klik op MVV ’27 voor meer artikelen over de club.

 

Ilja Groen is trots op VDL-familie

Ilja Groen is zijn derde jaar als voorzitter van VDL ingegaan. En wat hem betreft blijft de club, die zichzelf graag omschrijft als familievereniging, zich ontwikkelen. “Maar niets gaat vanzelf, hé.”

Oud en nieuw vierde de 45-jarige Groen met vrouw en dochter over de grens in een aantrekkelijk vakantiepark. Even weg van de hectiek en weg uit de drukte. Want naast voorzitter van VDL is Groen in zijn werkzame leven een druk bezet ondernemer die jaren geleden een succesvol bedrijf, dat in brandveiligheid doet, opzette.

Zijn band met VDL is lang en hecht en daarom ook volgde hij in december 2021 Arie Herlaar op als voorzitter. “Mijn vader Bert heeft jarenlang in het eerste elftal gekeept op de zaterdag en zondag”, vertelt de 45-jarige voorzitter. Zelf heb ik jarenlang bij Spijkenisse gekeept, daar waren wij met onze ouders naar toe verhuisd. Toen we in Maassluis zijn gaan wonen, ben ik gaan voetballen in het vierde elftal. Dat was een bijzonder elftal. Ik weet nog goed dat ik mij voor mijn eerste training meldde op donderdag. Er was niemand. Bleek dat ze dat al jaren niet deden.”

Zijn oom Jan keepte verdedigde na zijn vader ook jarenlang het doel van VDL 1. En ook de nieuwe generatie van de familie voetbalt. “Desiré Groen, die sinds enige tijd in het bestuur zit, is mijn nichtje.”

Voordat hij voorzitter was, kwam Groen al regelmatig op de club. “We zijn al heel wat jaartjes sponsor. Ik kwam regelmatig kijken naar wedstrijden. Toen ze mij vroegen als voorzitter beschouwde ik dat als een eer. Ik zie dat VDL in veel opzichten nog steeds dezelfde club is als pakweg dertig jaar geleden. Vrijwilligers hebben VDL gemaakt zoals we nu zijn. Dat karakter moeten we beschermen en aan de andere kant moeten we ook mee in onze tijd.”

Familiaire club

De uitstraling van een vriendelijke, familiaire club heeft VDL geen windeieren gelegd. Het ledental is gegroeid naar 750. Die schaalvergroting neemt ook uitdagingen met zich mee, zoals Groen het noemt. “Ik ben enorm trots hoe we alles binnen de club met vrijwilligers alles georganiseerd hebben. We zijn ook enorm trots op de grote meisjesafdeling, die volledig is geworteld binnen de clubcultuur. We hebben daarnaast een prachtige accommodatie waar door de onderhoudsploeg het hele jaar hard aan gewerkt wordt.”

Toch leven er ook wensen bij de voorzitter en het bestuur. “We zouden graag ons clubgebouw willen vernieuwen. Een ruimere bar, ruimere keuken. Maar je kan je geld maar één keer uitgeven. Voorlopig liggen de prioriteiten op het voetbal.”

Daarmee doelt hij op de komst van een derde kunstgrasveld. “We hebben nog één veld met natuurgras. Leuk voor mensen die daarvan houden, maar voor ons als club niet praktisch. Om iedereen genoeg trainingsfaciliteiten te geven hebben we een derde kunstgrasveld hard nodig. met al die regen de afgelopen periode kunnen we niet of nauwelijks gebruik maken van dat veld.”

En dan zijn er nog de sportieve wensen. De degradatie naar de vierde klasse van het eerste elftal ligt nog vers in het geheugen. “Totaal onnodig”, beschrijft de voorzitter de degradatie. “We hebben vorig seizoen zó veel blessures gehad… dat was niet normaal meer. We maakten aan het einde nog een geweldige serie met acht overwinningen. We wonnen daarmee de laatste periodetitel nog, maar dat was niks waard doordat we degradeerden. Hoe bizar kan het zijn.”

Hij is echter vol vertrouwen dat VDL 1 snel het verloren terrein goedmaakt. “Alles is er op gericht te promoveren.”

Klik op VDL Maassluis voor de laatste artikelen over de club.
Klik op VDL Maassluis voor meer informatie over de club.

Zure nederlaag drukt Spirit verder in de degradatiezone

Spirit heeft afgelopen zaterdag een zeer onfortuinlijke nederlaag geleden. Op eigen veld leek het er lang op dat de Ouderkerkers een punt zou gaan pakken tegen koploper Oranje Wit, maar in blessuretijd gingen de Dordtenaren er alsnog met de winst vandoor: 1-2.

In de eerste wedstrijd na de winterstop kampte Spirit met een grote hoeveelheid spelers die niet of nauwelijks konden spelen. Zo waren Marijn Advocaat (begrafenis) en Cris de Jong (geblesseerd) niet bij de wedstrijd selectie. Eric Jansen, Stefan Bitter en Daniel van der Zwan waren niet wedstrijdfit, maar stonden wel op het wedstrijdformulier. Niels de Vries was fit genoeg om te starten. De aanvoerder vormde met Timme van Hof en Ruben de Vries het middenveld. Ook in het centrum van de verdediging moest trainer Richard van Cappellen puzzelen. De net fit genoeg zijnde Jochem Schrader kreeg jeugdspeler Thijs Loeve aan zijn zijde. De verdediger uit de JO19-1 maakte daarmee zijn debuut in het eerste elftal van Spirit. In de punt van de aanval stond Lukas Bos. De aanvaller keerde, na een tegenvallend avontuur in Spanje waar hij ging studeren en voetballen, deze winterstop terug bij Spirit.

Het gehavende Spirit begon afwachtend, controlerend, tegen de makkelijk scorende tegenstander. De bezoekers namen het initiatief en kreeg een aantal mogelijkheden voor het doel van Sean Luthart. De doelman kwam echter niet in problemen. De eerste kans voor Spirit was voor Tjerk de Kogel. Een voorzet van Lukas Bos werd door de buitenspeler net naast het doel gekopt.

Oranje Wit kwam na bijna een half uur spelen toch op voorsprong. Er kon niet voorkomen worden dat een Dordtse speler langs de achterlijn kon voorgeven waaruit simpel gescoord werd (0-1).

Vlak voor rust schoot Niels de Vries net over en ging Spirit met een minimale achterstand aan de thee. In de 2e helft nam Spirit het voortouw en kwam al snel op gelijke hoogte. Tjerk de Kogel zette voor op Ruben Slooff die de Oranje Wit doelman in de korte hoek verschalkte: 1-1.

De geel-witten roken kansen op een stunt. Ze creëerden kansen via Lukas Bos (geblokt schot), Ruben Slooff (kopbal), Robbin Brouwer (uithaal) en nogmaals Lukas Bos met een te zwak schot om het tot een doelpunt te bekronen. Timme van Hof zag zijn inzet op de lat belanden.

In de slotfase ging het voor Spirit toch mis. Sean Luthart voorkwam eerst nog een tegenstreffer, maar een verkeerde inschatting op een verre uittrap van de keeper van Oranje Wit werd Spirit in de extra tijd fataal (1-2).

Ondanks de nederlaag kon Richard van Cappellen wel positief terugkijken op de prestatie van zijn team. Kijkend naar het groot aantal potentiële basis-elftalspelers dat ontbrak, heeft Spirit het goed gedaan. ‘Ik denk dat een gelijkspel dik verdiend zou zijn geweest’, zei de afscheid nemende trainer. Volgend seizoen gaat hij als assistent aan de slag van 4e divisionist Smitshoek. ‘Maar eerst gaan we de klus bij Spirit afmaken’, vertelde hij aan RTV Krimpenerwaard. ‘Wij gaan onze punten heus nog wel halen, daar ben ik van overtuigd’, sprak de oefenmeester zijn vertrouwen uit.

Voorlopig bevindt Spirit zich door deze nederlaag nog wel in de gevarenzone. Door de overwinning van Rijsoord op De Alblas (3-0) is het gat naar de ‘veilige’ plaatsen nu 5 punten.

Volgende week gaat Spirit op bezoek bij IFC.

 

RVVH niet bij de les tegen Heerjansdam

RVVH leverde weer drie belangrijke punten in. Thuis tegen concurrent Heerjansdam ging het ondanks een vroege voorsprong voor de rust al mis. Die klap kwamen de Ridderkerkers in deel twee niet meer te boven.

De derby tussen de twee concurrenten om het kampioenschap van vorig seizoen begon met een indrukwekkende minuut stilte voor de met kerst overleden Teus Leenheer, die ruim 71 jaar lid was van RVVH. Daarna ontspon zich een gelijk opgaande strijd waarbij aan beide kanten wat speldenprikjes werden uitgedeeld. Na een kwartier kreeg RVVH echter een penalty na een aangeschoten handsbal in de zestien bij Heerjansdam. Everton Pires Tavares stuurde heel koel keeper Oscar Roos de verkeerde kant op, 1-0. Wie toen dacht dat RVVH door zou gaan en op zoek ging naar revanche voor de eerdere uitnederlaag kwam bedrogen uit.

Het werd er niet beter op en de gasten kwamen steeds wat nadrukkelijker in het spel voor. Nog voor de rust sloegen de “Dammers” binnen tien minuten keihard toe. Na een dik half uur speelde Pires Tavares vanaf het middenveld de bal te zacht terug richting zijn keeper Delano Kortstam, waarvan Lars Brinkman dankbaar profiteerde door de bal op te pikken en hem onder Kortstam door te schuiven, 1-1. Twee minuten later kopte diezelfde Brinkman uit een corner goed in maar redde Jessie Proost op de doellijn. De rebound werd door  Davy Mierop over gekopt. Kort daarna wel de voorsprong voor Heerjansdam. Een vrije trap van Mierop van links werd door de vrijgelaten Mathijn Valster bij de tweede paal binnen gekopt, 1-2. Nauwelijks bekomen van de schrik werd het een minuut later ook nog eens 1-3 toen de op links aangespeelde Toby Obiku een voorzet dan wel schotpoging losliet die tot verbazing van iedereen via de binnenkant van de verste paal binnen viel, 1-3. Na nog een kans voor Brinkman brak de rust aan.

2e helft

Na de rust een direct aandringend RVVH wat via Mohamed el Yakoubi voor dreiging zorgde. Zijn voorzet naar Papito Merencia werd door laatstgenoemde net naast de kruising geschoten. Toch bleken de uitvallen van Heerjansdam ook niet ongevaarlijk. Een voorzet van Gert Jan Plaizier bereikte de ingevallen Milan van den Berg die de bal in handen kopte van Kortstam. Even later schoot Mathijn Valster over.

Aan de andere kant probeerde RVVH het met een kopbal net naast van Merencia na een korte corner van links. En had El Yakoubi een kansje bij de tweede paal. RVVH bleef het proberen maar had moeite om de juiste man te vinden in de zestien. Een kwartier voor tijd lukte dat blijkbaar wel, want Suently Alberto werd net binnen de berichte lijnen licht aangetikt en ging neer. De strafschop werd vervolgens binnen geschoten door Merencia en gaf weer hoop in de Ridderkerkse harten, 2-3. RVVH voerde de druk op en er ontstonden in de slotfase de nodige mogelijkheden voor de invallers Wessel Verhaar, Daan Blij en Jeremy Moreno maar gescoord werd er niet.

In de tegenstoten kregen ook de gasten nog mogelijkheden op meer maar dat gebeurde ook niet. Zo ging de wedstrijd alsnog weer verloren en schrijven we inmiddels de achtste nederlaag met één doelpunt verschil bij. Hoe zuur ook, ook kleine nederlagen leveren geen punten op en daarom moet RVVH nog vol aan de bak in de tweede seizoenshelft om het hoofd boven water te houden.

Klik op RVVH voor de laatste artikelen over de club.
Klik op RVVH voor meer informatie over de club.

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Ontvang nu ook maandelijkse het laatste nieuws uit het amateurvoetbal in jouw regio.