Home Blog Pagina 7

Topvoetbal in Beesd: LevelUp maakt indruk met MO16- én JO14-toernooi

BEESD – Meiden- en jongensvoetbal van hoog niveau, in het hart van de Betuwe. Dat is wat Dadier Casal (26), oprichter van voetbalschool LevelUp, drie jaar geleden voor ogen had toen hij een eigen toernooi begon bij vv BRC in Beesd. Inmiddels zijn de toernooien van LevelUp uitgegroeid tot een vaste waarde in de regio én daarbuiten. In mei organiseerde Casal twee grote evenementen op Sportpark Molenzicht: eerst het MO16-toernooi met onder andere PEC Zwolle, Club Brugge en KRC Genk, en twee weken later een indrukwekkend JO14-toernooi met zestien teams uit Nederland en België.

“Het begon als een extraatje voor onze eigen spelers”, blikt Casal terug. “Maar het werd veel groter dan dat. De animo groeit elk jaar en de wedstrijden worden alleen maar beter. We krijgen aanvragen van profclubs, buitenlandse academies en bekende voetbalscholen – dat zegt genoeg.”

MO16: Derde editie, derde zege De Graafschap

Op zondag 11 mei vond de derde editie van het meidenvoetbaltoernooi plaats, dit keer voor MO16-teams. Het werd een zonovergoten dag vol toeschouwers, indrukwekkend spel en zinderende finales. “Alles klopte: het weer, de sfeer, de organisatie. En natuurlijk was het mooi om te zien hoeveel mensen erop af kwamen”, vertelt Casal.

De openingsceremonie vond plaats om 11.00 uur, waarna op vier velden tegelijk werd afgetrapt. Tien topteams streden om de beker, met als winnaar wederom De Graafschap, dat voor de derde keer op rij de titel pakte. “Ze zijn goed, maar dit keer hadden ze ook geluk”, erkent Casal. “In de finale tegen AZ bleef het 0-0, waarna er maar liefst 18 penalty’s nodig waren om een winnaar aan te wijzen. Negen per team. Dat was zenuwslopend.”

Toch was AZ de ploeg die het meest indruk maakte. “Ze speelden aanvallend, creatief, en wilden de wedstrijd in twintig minuten beslissen. Altijd druk vooruit, altijd op zoek naar de voetballende oplossing.” Niet voor niets werden hun speelster Jet Snoek en keepster Jennifer Leek uitgeroepen tot de beste van het toernooi.

Voor de meiden van LevelUp zelf liep het sportief wat minder. “We speelden tegen sterke tegenstanders als Groningen, Utrecht en De Graafschap, en verloren helaas alles – behalve de laatste, die ging via penalty’s.” Toch is Casal trots. “Qua techniek en balbehandeling zijn BVO-teams verder. Maar qua inzet en lef hadden wij er meer uit kunnen halen. We hebben pechmomentjes gehad, dat hoort erbij. Maar voor onze meiden was het een geweldige ervaring.”

JO14: Profclubs uit België zorgen voor show

Twee weken later, op 25 mei, was het opnieuw raak op Sportpark Molenzicht. Dit keer met een JO14-toernooi, waarin zestien teams het tegen elkaar opnamen. Opvallend was het brede deelnemersveld, met onder meer bekende voetbalscholen als Soon On Top en Talent Factory, profclubs als Beerschot en KVC Westerlo uit België en een Nederlandse BVO in NEC.

Het toernooi kende een poulesysteem, waarna teams doorstroomden naar een Champions League- of Europa League-route. De CL-titel ging naar Westerlo, en in de Europa League won TVC Breda de finale.

Casal genoot vooral van de Belgische teams: “Beerschot en Westerlo speelden op een ander tempo. We kwamen Beerschot twee keer tegen met LevelUp – de eerste keer werd het 0-0 en hadden we geluk. Ze bleven maar gaan, met veel dynamiek. Dat zijn jongens die zes wedstrijden lang op hetzelfde niveau presteren. Onze jongens zijn dat niet gewend, dus dat was leerzaam.”

LevelUp JO14 draaide een solide toernooi: “In de groepsfase twee keer gelijk, één keer winst – goed voor de tweede plek. Daarna verloren we van finalist Soon On Top (3-1) en van Beerschot (3-0), maar we sloten af met een 1-0 overwinning en werden uiteindelijk zevende. Ons doel was de Champions League bereiken, en dat is gelukt.”

De samenwerking met vv BRC loopt volgens Casal soepel. “Na afloop hebben we geëvalueerd en zij waren tevreden. Geen wanklank gehoord. Het was druk – parkeren tot aan het dorpsplein – maar dat is juist mooi: een levendig sportpark, blije gezichten, meiden én jongens die stralen.”

Wat Casal met LevelUp nastreeft, wordt bij elk toernooi voelbaar. “Wij willen jeugdspelers uit de regio – zowel jongens als meiden – laten voelen hoe het is om op niveau te spelen. Dat je jezelf meet met anderen, dat je groeit, leert en geniet. En dat het meisjesvoetbal daarin net zo belangrijk is als het jongensvoetbal. Het verdient een podium.”

Instappen bij een ploeg zonder punten: ‘Basis gelegd voor volgend seizoen’

VARIK/HEESSELT – Halverwege het seizoen instappen bij een ploeg zonder punten: voor veel trainers klinkt het als een vrij onaantrekkelijke uitdaging. Toch besloot Geoffrey van der Boor (40) in februari zijn geplande entree bij DSS’14 met een halfjaar te vervroegen. ‘’Ik zag het als een kans om alvast te bouwen aan de toekomst.’’

De club uit Heesselt besloot in de winterstop het roer om te gooien en klopte eerder dan gepland bij Van der Boor aan. “We hadden al een akkoord voor komend seizoen. De klik was er direct, zowel met de club als met de aanvoerders. Toen de vraag kwam of ik het al wilde overnemen, hoefde ik niet lang na te denken.” En zo stond de voormalig doelman, die zelf onder meer bij Feyenoord en RKC in de jeugd actief was, plots op dinsdagavond voor de groep.

Het begin was zwaar. DSS’14 had nog geen punt gepakt en kreeg in de eerste weken onder zijn leiding zware klappen te verduren. De uitslagen – 6-0 tegen Noordeloos, 0-4 tegen SVS’65, 0-6 tegen ASH – spraken boekdelen. “Maar ik zag progressie. We moesten conditioneel een enorme inhaalslag maken, zijn spelpatronen gaan inslijpen en hebben volop geïnvesteerd in sfeer. Het gevoel moest weer terug.”

Van der Boor, die eerder hoofdtrainer was bij de JO15-1 van Unitas uit Gorinchem en technische rollen vervulde bij onder andere FC Lienden en SV Buren, gelooft in een opbouwende aanpak. “Geen paniekvoetbal, maar duidelijke trainingsdoelen. Veel positiespellen, werken aan techniek en kracht, en een positieve benadering.”

En die aanpak wierp z’n vruchten af. Hoewel DSS’14 in de eerste zes wedstrijden onder zijn leiding geen doelpunt wist te maken, brak de ban in de slotfase van het seizoen. Tegen Well werd het 3-3, gevolgd door een knap gelijkspel tegen Leerdam Sport (2-2). “Daar viel alles op z’n plek”, blikt hij tevreden terug. “We begonnen te voetballen zoals we dat maandenlang hadden getraind. De jongens voelden het ook: we zijn écht gegroeid.”

Bijzonder is de manier waarop zijn ploeg het geloof vasthield, ondanks de resultaten. “In de wedstrijd tegen Well voelden we dat we iets te verliezen hadden, maar ook dat we het konden. Tegen Leerdam speelden we bij vlagen fantastisch. Vijf grote kansen in de eerste helft, en dan toch met 0-2 achter de rust in. Maar de groep rechtte de rug en knokte zich terug. Dat mentale aspect, die weerbaarheid: daar ben ik het meest trots op.”

Het nieuwe seizoen staat inmiddels voor de deur en Van der Boor kijkt er reikhalzend naar uit. “We gaan door op de ingeslagen weg. Deze groep blijft vrijwel intact, en er komen wat versterkingen bij. Als nummer laatst is het natuurlijk al snel gezegd dat we omhoog willen kijken’’, lacht de oefenmeester. ‘’Maar het staat buiten kijf dat we beter willen presteren dan dit afgelopen jaar. De basis is gelegd – nu is het tijd om te oogsten.”

Klik op DSS’14 voor de laatste artikelen over de club.
Klik op DSS’14 voor meer informatie over de club.

De twee passies van Vincent Bieling: voetballen en reizen

Zijn gevoel voor Vierpolders? “Ik vind dit echt een unieke club. Ons eerste elftal is ook echt een vriendenteam. Met jongens uit Vierpolders en Brielle, die elkaar door en door kennen. Dat werpt ook echt zijn vruchten af. Het is altijd gezellig op de club. Altijd!”, zegt speler Vincent Bieling.

Bieling kwam dit seizoen nog niet heel vaak in actie. Een ingescheurde enkelband zorgde ervoor dat hij zich lang langs de kant stond te verbijten. “Nee, dat is niet heel fijn hè. Het gebeurde in een oefenwedstrijd tegen Brielle. Die enkel was dik en blauw. Ja, dan weet je het wel. Ik heb in  het verleden ook een scheenbeen gebroken. Verder ben ik redelijk blessurevrij. Het is echt vervelend, want je wilt van betekenis zijn voor je club.”

Bieling houdt van voetballen, maar ook van reizen. Mooie verre reizen, het liefst ook net wat langer dan de vaak gebruikelijke twee of drie weken. “Ik kom net terug uit Curaçao met mijn vriendin. Ja, daardoor heb ik weer wat wedstrijden gemist. Een workation. Genieten van het lekkere weer en ondertussen ook werken.”

Afrika

De spits van Vierpolders houdt van voetballen, maar het vliegtuig pakken is minstens net zo’n grote hobby van hem. “Vorig jaar ben ik naar Afrika geweest, een reis met drie vrienden. Ongelofelijk indrukwekkend. Autootje gehuurd en in Botswana en Namibië rondgereden. Een ervaring die ik nooit meer vergeet. De landschappen onderweg, de safaribelevenissen. We hebben alle dieren wel gezien, geloof ik.”

Hij lacht: “Ja, dan ben je daar met je vrienden. Met een tent op het dak van de auto, zo’n enorme landcruiser weet je wel. Soms sliepen we echt in de wildernis, soms wat luxer in een lodge. We zochten wel echt die combinatie. Maakten we een kampvuur, en was er niemand in de buurt. Geweldig, toch? Ik ben ook in Kenia geweest en Zuid-Afrika, maar daar zijn iets meer mensen.”

“Met vrienden was dit de eerste keer, zo’n lange reis. Maar ik hou wel van reizen ja. Ik heb al eens een wereldreis gemaakt, naar bijna alle continenten. Azië, Afrika, Nood-Amerika, Europa… fantastisch! Het meest verraste me Jordanië, maar ook de Filipijnen, de natuur van Costa Rica en de cultuur in Colombia. Hoe mensen daar leven. Maar ik zeg je eerlijk: ik miste het voetbal toen wel hoor. Als je een maandje weg bent is dat minder erg, maar een jaar is lang hoor. Dan mis je de club, je vrienden.”

Topscorer

Het huidige voetbalseizoen kan voor Bieling vanwege het vele blessureleed een beetje als verloren worden beschouwd. “Maar volgend seizoen wil ik weer een lekker jaar draaien. Vorig seizoen zat ik wel lekker in. Ik werd topscorer ook, dat vind ik als spits wel fijn. Dat je ook daadwerkelijk je waarde hebt met goals. Daar heb ik wel een neusje voor. Ik was dat jaar ook echt fit. Ik sportte veel. Padel bijvoorbeeld. Dat wierp echt zijn vruchten af.”

“Als ik volgend seizoen fit ben, en lekker gedreven, kan ik echt wel weer mijn steentje bijdragen”, denkt Bieling. “We hebben echt een elftal met kwaliteit. En misschien moeten we elke wedstrijd als een derby gaan zien. Want dat zie ik wel. Voor een derby kunnen we ons enorm opladen, maar tegen een ploeg die we minder goed kennen, valt het soms wel eens tegen. Dat kan niet. Met dit materiaal, de kwaliteit die we hebben, is er veel meer voor ons uit te halen denk ik.”

De volgende reis? “Naar de landen die eerder opnoemde wil ik zeker nog  een keer terug. Reizen naar onbekende bestemmingen heeft me altijd getrokken. Dat begon al toen ik 16 jaar was, en ik voor een stage naar Bali ging. Op die leeftijd heel eng, maar ook ontzettend gaaf. Ik wilde eigenlijk niet meer terug toen, ha ha. Het is gaaf om andere dingen van de wereld te zien.”

Klik op VV Vierpolders voor de laatste artikelen over de club.
Klik op VV Vierpolders voor meer informatie over de club.

Raymond Brekelmans: ‘Voetballen met vrienden is toch het leukste’

Raymond Brekelmans was er op jonge leeftijd al snel uit. “Ik wil gewoon lekker met vrienden voetballen.” En dat terwijl de nu 27-jarige voetballer bij Spijkenisse alle jeugdselectie elftallen doorliep en er wellicht wel een mooie carrière in het verschiet lag. Via Hekelingen belandde hij bij Simonshaven, waar hij als aanvoerder bezig is aan zijn vijfde seizoen.

Voor het eerst dit seizoen is Brekelmans aanvoerder van Simonshaven, nadat Patrick van Veelen afgelopen zomer met voetbalpensioen ging. “Het aanvoerderschap bevalt me goed, die rol past ook wel bij me. Ik neem graag verantwoordelijkheid op het veld, ben verbaal aanwezig en coach de jongens ook veel.”

En toch kwam het voor Brekelmans als een verrassing toen hem gevraagd werd om aanvoerder te worden aan het begin van het seizoen. “Ik was er ook helemaal niet mee bezig. Je bent toch het verlengstuk van de trainer en je moet ook het vertrouwen krijgen van je teamgenoten als aanvoerder. Ja, ik vind het wel leuk.”

Nooit spijt

Spijt heeft de controlerende middenvelder van Simonshaven nooit gehad van zijn vertrek bij Spijkenisse. “Nee, echt niet. Ik heb heel de jeugd bij Spijkenisse doorlopen, tot de A, en speelde ook in de selectie-elftallen. Toen was ik overigens nog centrale verdediger. We speelden landelijk, echt op hoog niveau, maar op een gegeven moment haalde ik er niet veel voldoening meer uit.”

Er is meer dan voetbal, dacht Brekelmans. “Het was pittig, drie keer in de week trainen en de hele zaterdag op pad. Als je landelijk speelt, moet je ook door het hele land wedstrijden spelen. Het werd gewoon te veel. De combinatie met school en later met werk, ik was er wel klaar mee.”

Hekelingen

Brekelmans overwoog om helemaal te stoppen met voetballen, maar belandde uiteindelijk bij Hekelingen. “Eigenlijk wel logisch ook, want mijn vrienden speelden daar. Ze zeiden: ‘kom lekker hierheen joh!’ Nou, dat deed ik. Sommige jongens ken ik al vanaf de eerste klas van de basisschool, daarmee speel ik nu nog samen bij Simonshaven. Ik vind dat toch het leukste. “

Drie jaar speelde Brekelmans bij Hekelingen. “Eerst nog een jaartje A, daarna in de selectie. En vervolgens zijn we met de hele vriendengroep naar Simonshaven gegaan. En ambities om nog op een hoger niveau te voetballen heb ik niet. Eigenlijk dus ook nooit gehad. Ik voetbal puur voor mijn plezier en plezier ik bij deze vereniging.”

Simonshaven heeft een leuke groep, vindt Brekelmans. “Echt een hechte groep. Niet alleen met de spelers, ook de staf en alles eromheen. Met alle vrijwilligers die hier rondlopen. Bij Spijkenisse voelde ik in de jeugd echt de druk om te presteren, om echt het maximale eruit te halen op landelijk niveau, dat is nu minder. Ja, natuurlijk willen we winnen en op een zo hoog mogelijk niveau spelen, maar het is ook plezier hebben met vrienden.”

Verbindingsspeler

Brekelmans is sinds zijn tijd bij Hekelingen middenvelder. “Controlerend. Ik ben echt een verbindingsspeler. Toen ik centrale verdediger was, vond ik dat ook echt een mooie positie. Ik waardeerde die rol ook, maar nu zou ik niet meer van het middenveld af willen. Ik vind het echt een mooie positie.”

Bij Simonshaven voelt Brekelmans zich duidelijk thuis. “Het is een heel warme club. Echt een familieclub. Klein maar gezellig. De prestaties zijn dit seizoen helaas een beetje wisselvallig. We hadden er meer van verwacht, dat zeker. Ik had wel gehoopt dat we constanter zouden zijn, maar echt een rol van betekenis spelen we niet. Dat is jammer!”

Brekelmans is 27 jaar en wil voorlopig ook blijven voetballen. “Zo lang mogelijk. Of ik ooit trainer word weet ik niet, dat vind ik echt een lastige. Eerst gewoon lekker zelf nog wat jaren op het veld staan, dan zien we daarna wel verder.”

Klik op SV Simonshaven voor de laatste artikelen over de club.
Klik op SV Simonshaven voor meer informatie over de club.

 

Jubileum voor Almkerk: ‘De voetbal maakt het dorp bruisend’

Bij een jubileum, horen natuurlijk festiviteiten. En nadat Almkerk het 75-jarig bestaan vanwege corona niet kon vieren, pakt de club vijf jaar later groots uit. De voorbereidingen voor begin juli, zijn dan ook in volle gang, vertelt Leonie van Suijlekom als lid van de activiteitencommissie. “Het geeft veel voldoening als mensen er plezier aan beleven.”

Dat is dan ook precies, wat Suijlekom (35) bij Almkerk al een aantal jaar doet. “Vrienden van mij zaten al in de activiteitencommissie, toen ben ik ook lid geworden.” Met het 80-jarig jubileum en alle activiteiten in juli, nu extra bijzonder. “Door het jaar heen organiseren we allerlei feestjes, maar dit is natuurlijk nog leuker.” En wonend naast het voetbalveld, kan ze het na ruim vijftien jaar bij de club, als geen ander weten. “Als ik te laat ben, kan ik met een sprintje altijd nog net op tijd komen.” Voornamelijk als speelster van de dames. “Ik sta nog steeds op het veld. Volgend seizoen sluit ik aan bij de 30+.”

Gezelligheid

Maar eerst, moet er dus nog een jubileumweek worden georganiseerd. “Eigenlijk ben ik altijd wel een beetje van het organiseren geweest, dat heeft er altijd gewoon ingezeten.” Helemaal in een klein dorp als Almkerk, vertelt ze. “Daardoor is het ook echt een dorpsclub en kom je elkaar overal tegen.” Inclusief de bijbehorende gezelligheid. “Het geeft veel voldoening als het druk is tijdens onze feestjes en mensen er heel veel plezier aan beleven.” Reden genoeg om daar, van 2 juli tot en met 12 juli, in het kader van het jubileum samen voor te zorgen. “We organiseren onder andere een jeugddag, met een workshop voor kinderen, maar ook een bierproeverij met hapjes en drankjes. Puur voor een gezellig samenzijn.” Maar natuurlijk, is er nog veel meer. “Bekende Almkerkers komen, in een pak, optreden tijdens de Masked Singer. Dat kunnen oud-leden, vrijwilligers of trainers zijn. In de coronaperiode hebben we dat al eens digitaal gedaan, dus ik ben heel benieuwd hoe dat uit gaat pakken.” Tot slot wordt het jaarlijkse mixtoernooi van Arie Verwoerdt gehouden, staan er de nodige feesten op het programma, speelt het eerste elftal van de club op 15 juli een wedstrijd tegen FC Den Bosch en mag uiteraard ook een reünie niet ontbreken. “Daarvoor hebben we al veel oud-leden uitgenodigd, maar zijn we ook druk bezig met het verzamelen van foto’s en krantenknipsels. Zodat we samen herinneringen op kunnen halen. Daar zit behoorlijk wat tijd in.” De festiviteiten worden afgesloten, met een reüniewedstrijd. “Dan spelen oud-leden tegen elkaar. Met hopelijk ook een wedstrijd met voormalige vrouwelijke leden.”

Hoogtepunt

Suijlekom zelf, houdt zich vooral bezig met de feestweek, vertelt ze. “De grote dingen, zoals een tent, zijn inmiddels allemaal geregeld. Het zit hem nu vooral in de details, als het regelen van vrijwilligers. Al zit ook daar, behoorlijk wat tijd in. Gelukkig zijn we er behoorlijk ver mee.” Promotie maken en de puntjes op de ‘i’ zetten dus. “Eigenlijk wilden we dit allemaal al doen tijdens het 75-jarig bestaan, maar toen kwam corona.” Stiekem een beetje extra bijzonder, is de verjaardag van de club nu dan ook wel, vindt Suijlekom. “Het is gaaf dat iets al zolang bestaat. In Almkerk draait veel om de voetbal, dat maakt mede het dorp bruisend.” Mede door de komst van het vrouwenvoetbal, lacht ze. “Daar zijn we vroeg mee gestart. En je merkt, dat meiden en dames zorgen voor gezelligheid en binding met de club. Dat is heel belangrijk.” Binding die de verdediger zelf, ook altijd zal houden. Ondanks dat ze na dit jaar stopt met voetballen op zaterdag en als lid van de activiteitencommissie. “Het is mooi geweest. Wat dat betreft, is zo’n jubileum natuurlijk ook wel stoppen op je hoogtepunt!”

Klik hier voor de gepersonaliseerde clubpagina van Almkerk.

Timmermans droomde van debuut bij Achilles Veen

Hoewel hij door een liesblessure de rest van het seizoen aan de kant staat, kan Willem Timmermans bij vierdedivisionist Achilles Veen terugkijken op een geslaagd seizoen. Want nadat de aanvaller begon bij het tweede, maakt het kind van de club de laatste weken steeds meer minuten bij het eerste. “Het is in het begin wel even aanpoten geweest.”

Want ondanks dat de 23-jarige Timmermans ook vorig seizoen al onderdeel uitmaakte van de selectie van Achilles Veen, moest hij lang wachten op de nodige minuten. “Afgelopen jaar ging ik eigenlijk altijd nog met het tweede mee, maar de laatste tijd speel ik heel veel.” Sinds Capelle-uit, kan de aanvaller zich nog goed herinneren. “Toen mocht ik voor het eerst in de basis beginnen en dat ging eigenlijk wel prima. Daarna heb ik acht wedstrijden op rij gespeeld.” En niet voor niks. “De trainingen gingen steeds beter en dan krijg je ook meer vertrouwen. Ik kom natuurlijk ‘maar’ van de jeugd af en heb nooit bij een BVO gespeeld. Dat is in het begin wel even aanpoten geweest.”

Rust pakken

Mede daardoor, voelt zijn doorbraak voor Timmermans extra speciaal. “Ik ben hier op mijn derde begonnen met voetballen, toen ik nog maar net kon lopen.” Het zaadje, werd vervolgens al snel geplant. “Op zaterdagmiddag ging ik altijd bij het eerste kijken en soms ging ik zelfs met de bus mee. Dan is het wel bijzonder, dat je er nu zelf speelt. Dat is stiekem toch altijd wel een droom geweest.” Het moment, kan Timmermans zich dan ook goed herinneren. “Ik mocht mee naar Zwaluwen en op de terugweg, kwamen ze vertellen dat ik het jaar daarop vast bij het eerste zou zitten. Dat was heel mooi.” Toch had de inwoner van Veen wel even nodig om gewend te raken, is hij eerlijk. “Vooral door het verschil in baltempo. Bij het tweede kon je voorin een actie maken, de bal verliezen en even rust pakken. Dat is nu wel anders. Je hebt veel minder momenten om uit te rusten. Mede door de snelheid van het spel en het fysieke aspect.” Inmiddels gaat dat beter. “Dat komt natuurlijk ook door de trainingen.” Helaas zullen ze daar bij Achilles Veen wat dit seizoen betreft, weinig meer aan hebben. “Ik ben tegen Heerjansdam geblesseerd geraakt aan mijn lies, dus het is einde seizoen.”

Lijn doortrekken

En daarmee is Timmermans deze competitie zeker niet de enige, bij de vierdedivisionist. “Dat is wel een beetje het verhaal van dit seizoen. We zijn enorm ongelukkig geweest met blessures.” Met een plek vlak boven de nacompetitie voor degradatie, tot gevolg. “Daarnaast hebben we ook een paar keer pech gehad met buitenspelgoals die onterecht werden afgekeurd, dat hadden we drie weken op een rij. Anders hadden we die wedstrijden zomaar kunnen winnen.” Tevreden, zijn ze in het Brabantse dorp dan ook niet. “Met ons team, is een elfde plek gewoon niet goed. We horen minimaal in de top vijf thuis.” Zorgen om degradatie, maakt hij zich echter niet. “Maar dan zullen we nog wel wat punten moeten pakken.” Zonder de inbreng van de rechtsbenige linksbuiten. “Ik ben snel zat en heb genoeg creativiteit, dus ik houd ervan om mijn back op te zoeken.” Kwaliteiten waar ze in Veen al flink wat jaren van kunnen genieten. “Achilles Veen is niet zo’n grote club. Dat is in de jeugd een nadeel, omdat je moeilijk kunt selecteren, maar daardoor is het wel heel gezellig en kent iedereen elkaar.” Aan een vertrek, heeft Timmermans dan ook nog nooit gedacht. Alhoewel. “Als je tussen het eerste en tweede in zit, is het niveauverschil enorm. Daarom wilde ik vorig jaar eigenlijk weggaan, om ergens anders minuten te kunnen maken.” Met in de toekomst mogelijk meer minuten in het verschiet, hoeft dat voorlopig niet. “Ik hoop deze lijn door te kunnen trekken en veel te leren van die andere jongens. Hopelijk word ik dan ooit een vaste basisspeler!”

Klik op Achilles Veen voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Achilles Veen voor meer informatie over de club.

Voorzitter: ‘Waar kroegen sluiten en kerken leeglopen, blijft RKDVC verbinden’

0

DRUNEN – RKDVC bestaat tachtig jaar, en dat blijft in Drunen niet onopgemerkt. De club pakt deze maand flink uit met een feestweek, sportdagen en een jubileumwedstrijd tegen FC De Rebellen. Maar achter het jubileum zit meer dan alleen een volle feesttent en een druk programma. Voor voorzitter Thijs Fokker (38) staat het jaar symbool voor iets groters: “Onze vereniging verbindt mensen – en dat is anno 2025 belangrijker dan ooit.”

Fokker is zelf sinds zijn jeugd verbonden aan de club. Hij speelde in diverse jeugdteams, was jeugdtrainer, lid van de sponsorcommissie en is inmiddels tweeënhalf jaar voorzitter. “Die ambitie had ik niet,” lacht hij. “Maar mensen dichtten het me al toe toen ik in de A1 zat. Ik heb vaak een mening – dan moet je er ook iets mee doen.”

Onder zijn voorzitterschap zette het bestuur in op verjonging, verbreding en structuur. “We hadden een te smal bestuur met overlappende portefeuilles. Nu hebben we elf functies, negen zijn al ingevuld. Dat maakt de club sterker.” En die club staat er goed voor: RKDVC telt twaalfhonderd leden, meer dan vijftig jeugdteams, een groeiende meidenafdeling én een robuuste organisatie. “Onze jeugdopleiding staat in de top van Nedeland. Dat zegt iets.”

Het jubileumjaar werd op 15 mei feestelijk afgetrapt, precies tachtig jaar na de oprichting in 1945. Fokker, in zijn speech: “Tachtig jaar voetbal. Tachtig jaar kameraadschap. En vooral: tachtig jaar samen herinneringen maken.” De club ontstond na de oorlog uit een fusie van straat- en kloosterjongens en is sindsdien niet meer weg te denken uit het Drunense straatbeeld. “Van kleedkamerloos veld aan de Kanaaldijk naar een modern complex met negentien kleedkamers,” zegt hij trots. “Maar tegelijkertijd is er weinig veranderd. Het is nog steeds een club waar iedereen welkom is.”

In de jubileumcommissie speelde Fokker bewust geen hoofdrol. “Die credits gaan naar anderen, waaronder Martijn van Nunen en Serge Dumoulin. Ik wil in het bijzonder onze archivaris Leon van Bijnen bedanken. Hij weet letterlijk alles van iedereen. Een gouden vent.”

In het jubileumweekend staat onder meer een feestavond, reünie en sportdag op het programma. Ook wordt er gespeeld tegen FC De Rebellen, met bekende namen als Glenn Helder, Stefanie van der Gragt en scheidsrechter Roelof Luinge. “En wie weet sluit ons eerste elftal het weekend wel af met promotie via de nacompetitie,” zegt Fokker hoopvol. “Dat zou het helemaal af maken.”

RKDVC is volgens Fokker meer dan alleen een voetbalclub. “In een tijd waarin verenigingen belangrijker worden – kerken en cafés verdwijnen – blijven wij een plek waar mensen samenkomen.” De club telt inmiddels 337 vrijwilligers. “Of je nu een lijn trekt op het veld of bardienst draait: iedereen draagt bij.”

Toch is niet alles vanzelfsprekend. “Vrijwilligers blijven vinden is een uitdaging. Maar we zien ook: als je mensen vraagt om één taak, zeggen ze sneller ja. Veel handen maken licht werk.” Bijzonder is ook het steunend lidmaatschap: ruim honderd oud-leden of ouders dragen zo jaarlijks financieel bij aan de club.

De club wil de komende jaren blijven bouwen. Niet per se naar een hoger niveau, maar wel aan meer betrokkenheid en verbinding. “Of we ooit de hoofdklasse halen? Misschien. Maar belangrijker is dat RKDVC een plek blijft waar iedereen zich thuis voelt. Waar kinderen leren samenwerken, ouders elkaar ontmoeten en vrijwilligers hun verhaal kunnen vertellen.”

Klik op RKDVC voor de gepersonaliseerde clubpagina.

Van afscheid naar promotiedroom: Van Ool en Hubeek keren terug na één zomer

0

WASPIK – Eén zomerstop. Zo lang duurde het ‘afscheid’ van Tom van Ool (31) en Wayne Hubeek (32) van het eerste elftal van VV Waspik. Na jaren in het vlaggenschip besloten ze – samen met twee teamgenoten – dat het mooi was geweest. Maar al snel borrelde het gevoel van verlangen op. Onder voormalig teamgenoot en sinds dit seizoen hoofdtrainer Rob IJpelaar keerden ze terug. En dat bleek precies de juiste beslissing.

“Het idee was helder,” vertelt Van Ool. “We zouden met z’n vieren stoppen en in het derde gaan ballen. Maar ik voelde al snel: dit is het niet. Het begon weer te kriebelen.” Hubeek herkent dat gevoel. “Ik wilde nog te graag deel uitmaken van het vlaggenschip. We waren niet klaar met het eerste.” Een belletje naar IJpelaar – zelf jarenlang speler en inmiddels hoofdtrainer – was genoeg. De deur stond wagenwijd open.

Beiden groeiden op bij Waspik. Van Ool begon er als klein jongetje, had een tussenstop van vijf jaar bij RKC Waalwijk, en keerde daarna bewust terug. “Ik wilde in mijn eigen dorp spelen, met mijn vrienden. De droom van professioneel voetballen had ik al opzij gezet.” Hubeek startte zelfs iets eerder met voetballen bij Olympia’60 uit Dongen, omdat je bij Waspik pas met vijf jaar mocht beginnen. “Maar zodra het kon, ging ik naar Waspik. En ik ben nooit meer weggegaan.”

Die lokale verbondenheid is voelbaar in alles. Van Ool: “VV Waspik is een typische dorpsclub. Jongens van hier, geen poespas of geld. Daar voel ik me thuis.”

Ze sloten pas ná de voorbereiding weer aan bij de selectie. Toch groeiden ze snel weer in hun rol. Van Ool op zijn vertrouwde positie als verdedigende middenvelder (“duels, stofzuigen, creatieve jongens aan het werk zetten”), Hubeek als centrale verdediger (“ik moet het van mijn snelheid hebben om ballen achter de laatste lijn op te pikken”).

Ondanks de fysieke ongemakken die met de leeftijd komen, stond Van Ool er nagenoeg elke week. “Ik heb veel minuten gemaakt. Pijntjes horen erbij, maar ik voel dat ik nog van waarde ben. Dat is mijn persoonlijke hoogtepunt.” Hubeek vult aan: “Met mijn ervaring en coaching wilde ik van waarde zijn voor het team. Uit bij Right Oh speelde ik mijn beste wedstrijd. Ik was er – na de thuiswedstrijd van hen verloren te hebben – op gebrand om hun sterke en snelle spits uit te schakelen en volgens mij is dat prima gelukt.”

Sportief kende Waspik een sterk seizoen. In het najaar boekte de ploeg de ene na de andere overwinning. “We begonnen fantastisch,” vertelt Van Ool. “We speelden fris, met veel vertrouwen. Zelfs tegen degradanten uit de derde klasse konden we prima mee.” Maar de strijd met S.V. Terheijden werd op kleine details beslist. “In de eerste wedstrijd versloegen we ze thuis nog, maar uit ging het mis. Ze kozen voor een directere speelstijl, dat werkte nét iets effectiever. Wij hadden meer balbezit, maar creëerden te weinig.”

Na de nederlaag in Terheijden was de titel uit zicht. Toch bleef de groep gemotiveerd. “We zijn niet in elkaar gezakt,” aldus Van Ool. “We zijn gewoon doorgegaan en hebben de nacompetitieplek keurig veiliggesteld.”

Dankzij de sterke eindklassering slaat Waspik de eerste ronde van de nacompetitie over. De ploeg stroomt direct in, in de finale, waarin het DBN ’22 of Steensel zal treffen.

Klik op VV Waspik voor de laatste artikelen over de club.
Klik op VV Waspik voor meer informatie over de club.

NEO’25 viert honderdjarig bestaan: ‘De kracht van deze club zit in de mensen’

0

SPRANG-CAPELLE – Voetbalvereniging NEO’25 bestaat een eeuw en dat wordt het hele jaar gevierd. Voorzitter Thijs Kramer (29) leidt het jubileumjaar in goede banen. Als jonge voorzitter is hij de verpersoonlijking van de frisse wind binnen het bestuur. “Wat mij trots maakt? Dat zoveel mensen zich met hart en ziel inzetten voor deze club.”

Kramer voetbalt al sinds zijn zevende bij NEO’25. Zijn ouders zijn niet van oorsprong uit Sprang-Capelle, maar via school en voetbal groeide hij op in en met de club. Vier jaar geleden trad hij toe tot het bestuur als penningmeester, inmiddels is hij drie jaar voorzitter. “In deze rol kan ik meer betekenen voor de club, dan op het veld’’, lacht hij. ‘’Het is uitdagend, zeker in combinatie met mijn werk, maar het geeft ook enorm veel voldoening. Je ziet direct waar je het voor doet.”

NEO’25 is een club waar traditie en vernieuwing hand in hand gaan. “We hebben bewust gekozen voor een bestuur met een jonge kern. Onze leden zijn loyaal, maar we willen ook blijven vernieuwen.” Een mooi voorbeeld daarvan is de komst van een kunstgrasveld, gerealiseerd in samenwerking met de gemeente, na jaren van problemen met wateroverlast.

Ook op maatschappelijk vlak neemt de club verantwoordelijkheid. “Op onze seniorenshirts stond al langer KiKa, betaald door externe sponsoren,” vertelt Kramer. “Tijdens mijn periode hebben we eenzelfde constructie opgezet voor de jeugdshirts, nu met Villa Pardoes als goed doel. Dat is een vakantieverblijf in Kaatsheuvel voor ernstig zieke kinderen. Zo willen we met NEO’25 ook iets terugdoen voor de samenleving.”

De voorbereidingen voor het honderdjarig bestaan begonnen al tweeënhalf jaar geleden. “We hebben een speciale jubileumcommissie opgericht met subgroepen voor verschillende onderdelen. In totaal zijn zo’n vijftig vrijwilligers betrokken, waarvan een handvol echt de kar trekt.” Het jubileumjaar werd in mei 2024 al symbolisch afgetrapt met een speciaal toernooi, en kreeg extra glans met een grote loterij.

Op vrijdag 9 mei dit jaar vond de officiële receptie plaats, met een speciale fotowand, een vernieuwde galerij van oud-kampioenen en een fietstocht langs historische locaties van de club. “Arnoud de Bie heeft prachtig werk geleverd met verhalen uit het verleden. Mari van Ee en Anna Leuveren hebben verder door jarenlang foto’s te maken voor de prachtige fotowand gezorgd.”

In juni barst het feest écht los. Vanaf 7 juni staat er een beachsoccertoernooi op het programma, met op 9 juni een editie voor de jeugd. Ook een grote feestavond, een reünie en een jubileumviering voor alle leden en oud-leden staan gepland. “We willen dat iedereen zich aangesproken voelt.”

Voor Kramer is het jubileumjaar vooral een moment van reflectie én vooruitkijken. “We groeien gestaag, maar willen bewust niet té snel. De kracht van NEO’25 zit in de mensen, in de verbinding. Je komt hier niet alleen voetballen, je wordt onderdeel van iets groters.”

Waar hij de club over tien jaar ziet? “Met een sterke jeugdafdeling, een stevig fundament aan vrijwilligers, en misschien nog een paar maatschappelijke initiatieven erbij. Als we blijven bouwen aan wie we zijn, dan staat NEO over tien jaar nog net zo stevig als nu.’’

Klik hier voor meer artikelen over NEO’25 .
Klik hier voor meer over NEO’25.

Woudrichem verbaast zichzelf: ‘Promotie zou een toetje zijn’

Na een uitstekende reeks en het winnen van de tweede periode, maakt derdeklasser Woudrichem zich op voor de nacompetitie. En dus kan het seizoen straks eigenlijk alleen nog maar mooier worden, vertelt centrale verdediger Wessel de Jong. “Promotie zou voor ons echt een toetje zijn.”

Want als De Jong (24) heel eerlijk is, had niemand daar bij Woudrichem op voorhand rekening mee gehouden. “Aan het begin van het seizoen hadden we niet het idee dat we zouden willen promoveren.” Toch zou dat over een aantal weken, dus zomaar kunnen gebeuren. Tenminste. “Natuurlijk moet je er altijd alles aan doen om niet te verliezen, maar nog een jaartje derde klasse zou beter voor ons zijn. Zodat we met een jong team, rustig verder kunnen bouwen.”

Acceptatie

Toch spreken de resultaten van Woudrichem dit seizoen boekdelen, beseft ook De Jong. “Als je in de afgelopen veertien wedstrijden slechts één keer hebt verloren, kun je wel stellen dat het goed gaat.” En dat alles, ondanks een moeizame start. “Daarna raakten we ingespeeld op elkaar, begonnen we erin te geloven en kwam er steeds meer onderlinge acceptatie.” Vooral dat laatste, is volgens De Jong een belangrijke pijler van het succes. “We doen het allemaal met eigen jongens, dus willen er volle bak voor gaan. Dat is toch een beetje die Woudrichemse mentaliteit.” Al verdient ook trainer Pascal Smits, de complimenten, meent De Jong. “Die zorgt er altijd voor dat we goed voorbereid zijn.” De goede lijn van vorig seizoen, is dit jaar dan ook ogenschijnlijk moeiteloos doorgetrokken. “Daardoor weten we dat we het kunnen, alleen is het geen makkelijke competitie. Je kunt zomaar van één van de onderste ploegen verliezen. Dat maakt het soms best lastig.” Ontevreden, zijn ze in Woudrichem voorlopig dan ook allerminst. “Het is nu gewoon zaak om de laatste paar wedstrijden te knallen en zo hoog mogelijk te eindigen.” En dan op naar de nacompetitie. “Het is hartstikke mooi dat we die periode hebben. Promotie zou voor ons echt een toetje zijn.”

Oorlog

Ruimte voor ontwikkeling, ziet De Jong dan ook nog genoeg. “We kunnen heel goed compact spelen, maar moeten voetballend nog wel het één en ander verbeteren. Met name het opbouwen van achteruit.” Een verbeterpunt waar volgend seizoen mooi aan gewerkt kan worden, vindt de inwoner van Woudrichem. “Wie weet zit er dan nog wel meer in…” Met de club, waar hij sinds zijn vijfde ‘officieel’ speelt. “Daarvoor ging ik al met mijn vader mee, toen die nog bij het eerste zat.” Des te mooier, vindt De Jong het dan ook dat hij nu zelf voor het vlaggenschip speelt. “Ik ben hier letterlijk en figuurlijk opgegroeid, dus ik ken iedereen. Als je al die mensen dan langs de lijn ziet staan, is dat heel mooi.” Want fanatieke supporters, heeft Woudrichem genoeg. “Of het nu goed of slecht is, ze zijn er altijd. Het motiveert om daarvoor te mogen spelen.” Als het aan De Jong ligt, blijft hij dat dan ook nog wel even doen. “Voorlopig zit ik hier goed, dus hopelijk kan ik zo lang mogelijk in het eerste blijven spelen.” Om uiteindelijk, ooit die stap naar de tweede klasse te kunnen maken. Al vindt De Jong één ding, eigenlijk nóg veel belangrijker. “Ik hoop vooral dat de club nooit spelers gaat betalen en we het echt met eigen jongens blijven doen. Anders speel ik liever vierde klasse.” In zijn geval, als centrale verdediger. “Voetballend ben ik wat minder, daardoor moet ik het vooral hebben van mijn inzet, fanatisme en mentaliteit.” En dat gaat De Jong, die zich na een lastige start van het seizoen in de basis knokte, vrij aardig af, lacht hij. “Je speelt als voorstopper een beetje een wedstrijd in een wedstrijd met de spits, zeg ik altijd. In het veld mag het best oorlog zijn. Dan moet je de strijd aangaan en het gevoel geven dat er niks te halen valt.” Om na afloop, de balans op te maken. “Ik weet na de wedstrijd altijd precies hoeveel duels ik gewonnen of verloren heb.” Al heeft hij sinds kort, andere dingen aan zijn hoofd. “Tegen Schelluinen heb ik mijn onderbeen en kuitbeen gebroken. Daardoor lig ik er waarschijnlijk een maand of zes uit.” Inmiddels is De Jong, nadat hij diezelfde avond nog werd geopereerd, begonnen aan zijn revalidatie. “Hopelijk gaat dat de komende tijd goed!”

Klik hier voor de gepersonaliseerde clubpagina van Woudrichem.

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Ontvang nu ook maandelijkse het laatste nieuws uit het amateurvoetbal in jouw regio.