Home Blog Pagina 38

Erik van de Ridder: ‘Gevoel voor Rozenburg gaat nooit meer weg’

Rozenburg degradeerde in het afgelopen seizoen naar de vierde klasse. Erik van de Ridder stapte in dat jaar tussentijds in, maar slaagde er niet in om de club waar hij al zijn hele leven rondloopt, te behouden voor de derde klasse. Toch zag de 53-jarige trainer veel positieve dingen waar hij mee vooruit kan. “Ook toen degradatie een feit was, verzaakte niemand. Die jongens geven altijd honderd procent.”

Van de Ridder is dus ook in het seizoen 2024/2025 hoofdtrainer van Rozenburg. Bij die club groeide hij op en speelde hij het grootste deel van zijn carrière. Toch lonkte voor Van de Ridder als jonge jongen een carrière in het betaald voetbal. Van de Ridder doorliep de hele jeugdopleiding van Feyenoord en speelde, toen hij net te kort kwam voor de Rotterdamse topclub, nog een jaartje bij SVV.

Wim Jansen, met wie hij samenwerkte bij Feyenoord, haalde hem naar SVV (tegenwoordig FC Dordrecht). “Maar na een jaar vertelde hij eerlijk dat het beter was om weer lekker bij Rozenburg te gaan voetballen. Ik had een goed seizoen gedraaid, zei hij, maar ik kreeg geen contract bij SVV. Jansen wist alles, ook dat Rozenburg toen op het hoogste amateurniveau speelde en hij noemde spelers bij naam. Ik heb altijd heel goed contact gehad met Jansen, bij Feyenoord en SVV”, vertelt Van de Ridder.

1500 mensen
De Rozenburger luisterde naar de man die in 1970 de Europa Cup 1 won met Feyenoord, en keerde inderdaad terug bij de club waar het voor hem als kleine jongen ooit begon. “En bij Rozenburg heb ik de rest van mijn carrière gespeeld. Echt in de hoogtijdagen. Het hoogste amateurniveau, de hoofdklasse. Daarna, toen ik inmiddels dertiger was, zakte de club wat af, ook omdat de club besloot geen spelers meer te betalen. Maar ik heb tot mijn 38-ste jaar gevoetbald. Een prachtige tijd. Ja, daar ben ik wel trots op. Er stonden elke thuiswedstrijd zo’n 1000 tot 1500 mensen langs de lijn. Dat zie je nu niet meer.”

Van de Ridder begrijpt dat veel mensen van buitenaf Rozenburg zien als een vervallen topamateurclub. “Voor een klein groepje oudere Rozenburgers voelt dat nog wel een beetje zo. We worden er vaak mee geconfronteerd, dat is zo, omdat we zo hoog speelden, maar ik denk dat we trots moeten zijn op wat we nu hebben. We zijn nog maar een kleine club en hebben een selectie van een man of 40 voor twee elftallen in de leeftijdscategorie van 18 tot en met 26 jaar. Met een paar uitschieters van boven de 30. Allemaal Rozenburgse gasten. We koesteren het verleden, maar het is destijds een bewuste keuze geweest om spelers niet meer te betalen. Ik had daar nooit moeite mee. Het is logisch dat je dan op een lager niveau speelt. Toen ik zelf stopte met voetballen, stond ik gewoon elke wedstrijd langs de kant te kijken. Ongeacht het niveau, eerste, tweede of derde klasse. En zo staan veel clubmensen er in.”

Trouw
Van de Ridder speelde in totaal twintig jaar in de hoofdmacht van Rozenburg. Op 38-jarige leeftijd stopte hij en inmiddels is Van de Ridder 53. Hij is de club altijd trouw gebleven, vervulde diverse functies en was al meerdere keren trainer van het eerste team. “Vorig jaar stapte ik halverwege weer in om de club te helpen. Ik mag met mijn trainingspapieren niet zo hoog trainen. Ik heb die ambitie overigens wel gehad, maar ik deed zoveel andere dingen dat eigenlijk de tijd echt ontbrak om meer trainerspapieren te halen. Na een tijdje ebde de ambitie ook wel weg.”

Klik op VV Rozenburg voor de laatste artikelen over de club.
Klik op VV Rozenburg voor meer informatie over de club.

Hooftman bouwt aan een eenheid bij VVGZ

Na zijn eerste seizoen als hoofdtrainer van tweedeklasser VVGZ, kan Dimitri Hooftman eigenlijk alleen maar heel tevreden zijn. En dus was de teleurstelling na de uitschakeling in de nacompetitie niet eens zo heel groot, vertelt hij. “We hebben nog niet het materiaal voor die eerste klasse.”

Want, zo is de 35-jarige trainer realistisch. “Voor ons ploegje hebben we gewoon een topseizoen gedraaid. Een plek bij de eerste vier én een periode, was het doel. Dat hebben we gehaald, dus daar zijn we super blij mee.” Zelfs als je vervolgens verliest in de verlenging van de nacompetitie. “Als je erin zit, dan wil je winnen, tuurlijk. Maar we hoeven niet, dus de echte teleurstelling viel mee.”

Volwassener

Tevredenheid overheerst, bij Hooftman. “Vooral over de eenheid die we hebben gecreëerd binnen de club, van één en twee. Die groep is nog hechter geworden, juist in moeilijke fases.” En dus kwam VVGZ dit jaar een heel eind, met eigen jongens. “Jongens uit het tweede hebben zich, mede door blessures, echt laten zien. Dat is knap.” Toch legt de ambitieuze trainer uit Schiedam de lat voor volgend jaar nóg net iets hoger. “We krijgen er spelers bij die met doelpunten het verschil kunnen maken, dat ontbrak er nog wel eens aan. Hopelijk kunnen we dan langer meedoen.” In combinatie met de stappen die zijn gemaakt, voor Hooftman wellicht de sleutel tot succes. “We zijn volwassener geworden in het lezen van wedstrijden. Soms even het tempo eruit halen, een wedstrijd doodmaken of tactisch iets aanpassen.” Ook voor hemzelf, was zijn debuutseizoen als trainer van een eerste elftal, leerzaam. “Je hebt natuurlijk veel meer keuze dan bij het tweede. In principe kun je de beste selectie samenstellen en volledig je eigen idee delen.” Iets waar Hooftman van heeft genoten. “Helemaal als dat er dan ook nog eens uitkomt en je het plezier bij die gasten ziet. Jongens hadden het naar hun zin én waren er altijd.” Toch kostte het hem ook de nodige energie, is hij eerlijk. “Er gaat enorm veel tijd zitten in randzaken; trainingen voorbereiden, gesprekken voeren met spelers en kijken bij de jeugd of het tweede. Die omgeving moet je proberen te managen. Wat dat betreft is het een voordeel dat ik de club al goed kende.”

Verwachtingen

Want als oud-speler én dus trainer van het tweede, kent Hooftman VVGZ natuurlijk als geen ander. “Als je zelf bij zo’n club hebt gespeeld, heb je er toch meer mee. Daarom was ook al vroeg bekend dat ik nog een seizoen zou blijven, iedereen was enthousiast.” Net als hij, langs de lijn. “Bij het tweede was ik vaak meer aanwezig, nu ben ik rustiger. Ook omdat spelers op dit niveau zelf meer weten.” En dus liggen de verwachtingen ook hoger, zeker voor volgend jaar. “Mensen verwachten eigenlijk minimaal weer een periode.” Maar, zo blijft Hooftman nuchter. “Druk vind ik altijd wel lekker, daar ga ik goed op. Dat hoort er ook gewoon bij.” Aan hem de taak om dat allemaal te managen. “Meer concurrentie, betekent ook weer meer gesprekken. Spelers weten nu wel al hoe we willen voetballen, dat scheelt.” Hoe dat precies is? “Aanvallend! We trainen niet twee keer per week om vervolgens in te gaan zakken, daar heb ik niet veel mee. Ik wil aanvallers in de één tegen één krijgen en hoog drukzetten, maar wel vanuit een goede organisatie.” Dat alles met een hoop beleving. “Die winnaarsmentaliteit proberen we te stimuleren, onder meer door op een leuke manier te voetballen en eigenlijk nooit aan te passen aan de tegenstander.” Volgend seizoen dus opnieuw in die tweede klasse. “Dat is gewoon een goed niveau, gecombineerd met een stukje gezelligheid. Al ben ik super fanatiek en wil ik alles winnen.” Hoe zit het met zijn eigen ambities als trainer? “Eerst mezelf hier maar eens laten zien en het goed doen met VVGZ, dan zien we wel weer verder.”

Klik op VVGZ voor de laatste artikelen over de club.
Klik op VVGZ voor meer informatie over de club.

Jacco Lansbergen brengt jeugd van Excelsior’20 naar hoger niveau

SCHIEDAM – Onder leiding van Hoofd Jeugdopleiding (HJO) Jacco Lansbergen heeft de jeugd van Excelsior’20 een indrukwekkende sportieve sprong gemaakt. Zijn aanpak, gericht op structuur en de ontwikkeling van zowel spelers als trainers, heeft de jeugdopleiding naar een hoger niveau getild.

“De kern van onze vooruitgang ligt in de manier van opleiden”, begint Lansbergen. “Waar ik mezelf vooral op heb gericht is structuur aanbrengen. Binnen de club waren er te veel eilandjes; trainers die direct na de training naar huis gingen. Ik wilde dat veranderen door meer samenwerking en kennisuitwisseling te stimuleren. We hebben een rode draad door de jeugdopleiding gecreëerd, gericht op speelwijze en spelprincipes. Zo krijgen kinderen een consistente training en speelstijl, waardoor de overstap naar de volgende leeftijdscategorie makkelijker wordt.”

Lansbergen heeft ervoor gezorgd dat trainers actief betrokken zijn bij het proces. “Vanaf het begin heb ik trainers laten meedenken en niet alles van bovenaf opgelegd. Door in gesprek te gaan en samen te werken, hebben we specifieke spelprincipes en -intenties vertaald naar dynamische trainingen. Bij de jongste jeugd richten we ons bijvoorbeeld op situaties met veel balcontact, zoals een-tegen-een of twee-tegen-een, om het spel zo realistisch mogelijk te houden.”

Het bevorderen van zelfstandigheid en plezier bij de spelers is een speerpunt van Lansbergen’s aanpak. “We willen dat trainers vragen stellen aan kinderen, zoals ‘Welke keuze heb je gemaakt en waarom?’. Zo houden we het spel bij de kinderen en stimuleren we hen om zelf keuzes te maken. Plezier in het spel is essentieel; fouten maken hoort daarbij. Creatieve spelers moeten hun acties kunnen uitvoeren zonder bang te zijn voor kritiek. Dit verhoogt niet alleen het spelplezier, maar ook de ontwikkeling.”

Lansbergen benadrukt het belang van een goede voorbereiding op de overstap van half veld naar heel veld. “Voor veel kinderen is deze overstap nog steeds te groot. We bereiden ze beter voor door hen te leren omgaan met grotere ruimtes en situaties. We streven naar een consistente visie door de hele jeugdopleiding, zodat elke trainer en speler weet wat er van hen verwacht wordt.”

Om de samenwerking en kennisdeling onder trainers te bevorderen, organiseert Lansbergen regelmatig trainersbijeenkomsten. “Deze bijeenkomsten zijn interactief en gericht op inhoudelijke voetbalgesprekken. Het resultaat is dat trainers meer met elkaar in gesprek gaan en ideeën uitwisselen. We hebben zelfs nieuwe coachtermen geïntroduceerd, zoals ‘bodyguard’ voor rugdekking, die spelers nu zelf gebruiken.”

Excelsior’20 maakt gebruik van moderne hulpmiddelen zoals ProSoccerData, een spelervolgsysteem waarin de ontwikkeling van spelers wordt bijgehouden. Daarnaast hebben ze een eigen database met trainingsvormen en een videosysteem om wedstrijden te analyseren. “Deze tools helpen trainers om beter te coachen en spelers te ontwikkelen.”

Lansbergen zorgt ervoor dat trainers de aandacht krijgen die ze verdienen. “We bespreken na elke wedstrijd hoe het is gegaan en waar ze tegenaan liepen. Deze ondersteuning helpt niet alleen de trainers, maar ook mij om mezelf verder te ontwikkelen.”

Voor de toekomst heeft Lansbergen duidelijke doelen. “We willen vooral het behoud van de oudste jeugd verbeteren. Plezier in het spel is hierbij essentieel. Daarnaast streven we ernaar om structureel spelers af te leveren aan het eerste elftal en meer trainers op te leiden. Een volledig interne trainersopleiding is een van onze doelen.”

Onder Jacco Lansbergen’s leiding heeft Excelsior’20 niet alleen sportieve successen geboekt, maar ook een solide basis gelegd voor de toekomst. De positieve signalen van binnen en buiten de club bevestigen dat de jeugdopleiding op de goede weg is.

Klik op rksv Excelsior’20 voor de laatste artikelen over de club.
Klik op rksv Excelsior’20 voor meer informatie over de club.

Rick Spijkers maakt einde aan lange SSC carrière

De 34-jarige Spijkers is aan zijn dertiende en laatste seizoen in het eerste van SSC bezig. De traditionele verdediger, die honderden wedstrijden voor de hoofdmacht speelde, dacht vorig jaar al aan stoppen, maar besluit nu toch echt zijn schoenen aan de wilgen te hangen. ,,Het houdt een keer op’’.

Het zijn ook de schoenen die hij af en toe van de wilgen zou moeten halen voor een potje in het vierde elftal van SSC. In dat elftal spelen namelijk alle oude knarren van SSC 1. Het is de oude garde waar Spijkers lange tijd mee samen speelde. Vorig seizoen stopten al veel voetballers die aan het einde van hun termijn waren gekomen. Dit seizoen is het ook klaar voor andere vedettes. Spijkers is namelijk niet de enige die bij het einde van zijn carrière is beland. Hij neemt Rob van Kuijk, Boyd de Jong en Joey van Veldhoven met zich mee. Spelers waar hij al vanaf de f-jeugd mee voetbalt en nooit van is gescheiden.

Buurtvriend

De ouders van Spijkers woonden aan het complex van SSC. Die wonen daar overigens nog steeds. De keuze om bij SSC te gaan voetballen was snel gemaakt, want ook buurtvriend Michael Bouman sloot zich aan bij de vereniging. Op Sportpark van Wijlen doorliepen de buurtvrienden ieder selectie elftal. Spijkers en Bouman schopte het beiden tot het eerste elftal, alleen Bouman scheurde twee keer zijn kruisband, waardoor hij zijn carrière vroegtijdig moest beëindigen. Spijkers had, op wat enkelproblemen na, weinig last van langdurige blessures en heeft vele minuten in het zwart-gele shirt mogen maken.

Perfecte hattrick

In al zijn dertien seizoenen scoorde hij slechts drie keer. Hij kan ze alle drie nog herinneren. ,,En dat is vaak een slecht teken’’, vertelt Spijkers. ,,Toen ik net in 1 stond, scoorde ik met mijn verkeerde been van grote afstand. Ik ben zelf rechtspoot en schoot al vallend met mijn linkerbeen raak. Het was thuis tegen Oni. Tegen Zuilichem, ook thuis, scoorde ik mijn tweede. Deze was met de kop. En mijn derde was vorig jaar tegen het Dortse GSC-ODS, met rechts. Een perfecte hattrick eigenlijk, al zat er wel veel tijd tussen de doelpunten’’, aldus de rechtsback van beroep.

Spijkers beleefde mooie voetbaljaren in Sprang-Capelle. Voetbaljaren waren iedere zaterdag in het teken stond van een belangrijke wedstrijd. Vorig seizoen had Spijkers al besloten om te stoppen, maar in overleg met zijn teamgenoten ging hij toch nog een jaartje door. ,,Ik vond het nog te leuk om te stoppen en de klik met de nieuwe jongens en trainer was aanwezig. Daar heb ik geen spijt van gehad’’, vervolgt hij. ,,Maar nu is het goed. Het houdt een keer op’’.

Oude knar

Op dit moment kijkt hij terug op zijn carrière. ,,Ik weet nog goed dat Ron Laros mij op negentienjarige leeftijd liet debuteren in het eerste elftal. Ik was een jonge verdediger die een oude knar van 34 op de bank liet zitten. Nu ben ik zelf de oude knar en hoop ik dat er iemand is die mij uit de basis weet te spelen’’, zegt Spijkers. ,,Dat is nog niet gebeurd, en dus vragen de jongens of ik toch nog een jaartje door wil gaan. Dat is een mooi compliment, maar het zal niet gebeuren’’.

SSC is al gedegradeerd. De strenge degradatieregeling bepaalde dat SSC volgend jaar zal voetballen in de vijfde klasse. Iets wat Spijkers niet mee zal maken.

Klik hier voor de gepersonaliseerde clubpagina van SSC

Rob IJpelaar van assistent- naar hoofdtrainer van Waspik

De 36-jarige assistent-trainer maakt na drie jaar de stap naar het hoofdtrainerschap. Als rechterhand van hoofdtrainer Emiel Heefer kon IJpelaar al proeven aan het seniorenvoetbal en is hij nu klaar voor het echte werk. ,,De grootste uitdagingen zijn het mooist’’.

Hij was altijd al jeugdtrainer bij Waspik. Als hoofdtrainer van het hoogste jeugdelftal binnen VV Waspik zat hij vast in ontwikkeling. Dat was dan ook de grootste reden van zijn sprong naar het seniorenvoetbal in de rol van assistent-trainer. Jarenlang coachte hij de hoogste jeugd van Waspik. Hij heeft ondervonden hoe groot het verschil tussen de jeugd en senioren is. Om zelf een stap te maken wilde hij zich wagen aan het trainersvak in de senioren. ,,Ik kan meekijken over de schouder van de hoofdtrainer en zie hoe het trainerschap bij de senioren er uit ziet’’, zegt de jonge coach. Dit seizoen was het binnen Waspik de vraag of hoofdtrainer Heefer door zou gaan aan het roer. Waspik had IJpelaar al in gedachte als opvolger van Heefer. IJpelaar had hier wel oren naar. ,,Ze kwamen bij mij uit, wat ik ook wel zag zitten’’, aldus de nieuwe hoofdcoach.

Doelstellingen

Op dit moment werkt IJpelaar hard aan zijn TC-2-diploma. Zijn TC-3, het diploma wat hij nu bezit, is genoeg voor het trainerschap in de vierde klasse. Waspik werkt hard aan promotie naar de derde klasse, wat ook betekent dat IJpelaar zijn papieren op tijd moet halen. Hij hoopt dat beide doelen dit seizoen nog worden behaald. ,,We gaan met Waspik voor promotie naar de derde klasse en voor mezelf werk ik aan mijn eigen doel’’, zegt de ambitieuze IJpelaar.

Luisterend oor

Zijn rol binnen het eerste elftal van Waspik zal behoorlijk veranderen, want als assistent-trainer is hij vooral een luisterend oor en een tussenpersoon van de speler en trainer. Als trainer is hij eindverantwoordelijke en heerst er meer afstand tussen de selectiespelers en de hoofdcoach. Hij ziet deze uitdaging wel zitten. Daarnaast hoopt hij zijn trainerskwaliteiten dus de ontwikkelen in de derde klasse. ,,De grootste uitdagingen zijn het mooist’’, zegt hij.

Op voetballend vlak is hij het grotendeels al eens met de huidige hoofdman. ,,Iedere trainer heeft zijn eigen ideetjes’’, weet IJpelaar, die deze zelf ook heeft en niet kan wachten om dit door te voeren op zijn spelers. Hij weet ook dat de manier van spelen zal veranderen als Waspik gaat acteren in de derde klasse. ,,In de vierde klasse zijn we vaak de bovenliggende partij. We zetten de tegenstanders graag onder druk en we laten zien dat we met de drie punten naar huis gaan. Dat zal wel anders zijn mochten we verkassen naar de derde klasse, waar de tegenstanders sterker zijn en we niet altijd de bovenliggende ploeg zullen zijn’’.

Trainer op het veld

Als voetballer moest de ambitieuze trainer het ook altijd al hebben van zijn coachende kwaliteiten. Bij ‘The White Boys’, de club die nu failliet is, speelde hij tot zijn vijftiende op hoog niveau. Vervolgens ging hij naar Waspik, waar hij niet meer vertrokken is. Al op zijn zestiende maakte hij zijn debuut, als centrale verdediger. Op zijn dertigste stopte hij met voetballen, aangezien de kinderwens aanwezig was en hij focuste op een carrière als jeugdtrainer. Als centrale middenvelder en verdediger speelde hij het meeste van zijn wedstrijden in het eerste elftal van Waspik. ,,Ik had alle lopers en technische spelers om mij heen. Ik coachte hen aan, want zelf moest ik het niet van snelheid of techniek hebben. Ik was op het voetbalveld eigenlijk al een soort van trainer’’, grapt IJpelaar, die zijn laatste tien seizoenen in het eerste van Waspik aanvoerder was.

Klik hier voor de gepersonaliseerde clubpagina van Waspik

De Welpjes van RKDVC zoeken nieuwe trainers

Het zijn de eerste stapjes op het voetbalveld. Voetballen kun je het nog niet echt noemen, maar wat een plezier wordt er beleefd op het sportpark van RKDVC. Kinderen van drie tot en met vijf jaar leren het spelletje iedere week beter kennen en vieren achteraf een groot feestje bij de kantine. ,,Er wordt gedanst en ranja gedronken’’.

Voor trainers en organisatoren Elroy Kivits en Nick Tiemussen is het ook een feest om te doen. Iedere zaterdag proberen de levendige trainers de kinderen te enthousiasmeren om te voetballen. Er staan elke week weer 22 kindjes op het veld om te scoren, schieten en slalommen. ,,We merken dat de kinderen en de ouders het heel erg leuk vinden, want ze komen iedere week opdagen’’, zegt Elroy, de organisator van de welpjes van RKDVC. ,,Het is geweldig om te zien dat de kinderen het naar hun zin hebben en steeds handiger worden met de bal’’.

Elroy en Nick hebben de welpjes in het leven gebracht, omdat ze op deze manier een kleine voorsprong hebben op andere teams. ,,Omdat ze al op driejarige leeftijd mogen starten hebben ze een kleine voorsprong. Hoe jonger je begint met voetballen, hoe meer je jezelf kan ontwikkelen. Op de trainingen leren ze om over te passen naar elkaar en te dribbelen naar het goal. Het lijkt nog niet echt op voetbal, maar ze zijn lekker bezig met de bal en vinden het allemaal heel erg leuk om met hun vriendjes en vriendinnetjes te spelen op het voetbalveld’’, aldus Elroy, die de kids ook wil laten wennen aan het spelen van wedstrijden. De welpjes van RKDVC speelde laatst een oefenwedstrijdje. Het was de eerste die ze ooit speelden en verloren met 16-0. ,,Dan zie je wel dat ze daar nog niet klaar voor zijn’’, grapt Elroy, die wel van plan is om toernooitjes en wedstrijden met clubs uit de buurt wil blijven organiseren. Clubs als Elshout, WSC en Nieuwkuijk hebben ook een jonge jeugd die zich moet ontwikkelen in het creëren van wedstrijdgevoel.

Ranja, dansen en springen

Na afloop van de voetbalochtend drinken de voetballertjes een flesje ranja en dansen en springen ze op muziek. Ook krijgen ze een koekje als ze goed hun best hebben gedaan. Ze krijgen er zelfs twee als ze het heel goed hebben gedaan volgens Elroy, die daarmee de kids extra wil motiveren om hun best te doen. Als ze niet hun best hebben gedaan bestaat er namelijk ook de kans dat ze geen koekje krijgen. ,,Maar’’, voegt Elroy toe, ,,Dat komt eigenlijk nooit voor’’. Een training van de welpjes duurt maar driekwartier. In deze 45 minuten is het volgens Nick en Elroy belangrijk dat de kinderen ook echt goed luisteren. ,,Het is soms een grote chaos’’, vertelt Elroy, die de kinderen ook een stukje wil opvoeden tijdens deze trainingen.

De kinderen van Elroy, Brenn (4) en Lizz (6), gaan ook iedere week mee naar de voetbal. Normaal gesproken gaan de kinderen naar het vier tegen vier voetbal zodra ze die leeftijd hebben gepasseerd, maar iedereen ontwikkelt zich natuurlijk op zijn of haar eigen manier. ,,Het ligt eraan hoe snel ze zich ontwikkelen wanneer ze naar de onder zeven gaan. Dan komen ze voor het eerst in een teampje’’, zegt Elroy. Het vier tegen vier voetbal is het onderdeel waar Elroy naartoe gaat. Hij groeit mee met de leeftijdscategorie van zijn eigen kinderen en blijft daarbij betrokken. Betrokken is hij ook bij de voetbalvereniging, als shirtsponsor. 120 jeugdspelers dragen een tenue met de naam van het bedrijf van Elroy Kivits op de voorkant.

Liefhebbers gezocht

Als laatste doen Elroy en Nick een oproep naar nieuwe liefhebbers om trainer te worden van de welpjes. Het betreft iedere zaterdagochtend een training van 45 minuten en ruim twintig enthousiaste kinderen die graag willen leren voetballen. Stuur een mailtje naar de vereniging of klop op zaterdag even op de deur van de bestuurskamer als jou dit leuk lijkt.

Klik hier voor de gepersonaliseerde clubpagina van RKDVC

Bevlogen Bas van de Besselaar onmisbaar voor SC Elshout

De 26-jarige verdediger en jeugdtrainer van Elshout is niet meer weg te denken bij de vereniging. Als toegewijde jeugdtrainer en ouderwetse verdediger is hij van ongekende waarde. De JO8/9 en JO18 kennen een betrokken trainer en het eerste elftal een sterke centrale verdediger met Van de Besselaar.

Bas van de Besselaar, de 26-jarige eerste elftalspeler, die meer is dan alleen een voetballer bij SC Elshout. Naast alle andere vrijwilligers van de sportclub, is ook Van de Besselaar onmisbaar. Als eerste spreken we hem over zijn rol in het eerste elftal van de plaatselijke SC. ,,Ik ben een harde centrale verdediger, die fysiek sterk is en hard in de duels komt. Ze noemen me ook wel ‘Bas Maguire’, maar echt een compliment is dat niet, al zie ik het geintje er natuurlijk wel van in’’, grapt de verdediger, die het spelletje altijd goed ziet. ,,Ik sta op de juiste plek en zie het spelletje. Dat is ook nodig want voetballend en in de opbouw ben ik minder sterk’’, vertelt hij over zijn eigen kwaliteiten.

Al heel zijn leven is hij actief bij de club waar hij opgroeide. ,,Ik ben niet van plan om weg te gaan’’, meent Van de Besselaar, die zich in een team bevindt met grote verschillen op het gebied van leeftijd. ,,We hebben veel jonge jongens die sommigen plekken in het veld goed kunnen opvullen. Je merkt wel dat ze nog moeten wennen aan het seniorenvoetbal. Jonge spelers kijken ook naar je op en je probeert ze dingen te leren en op sleeptouw te nemen. Vroeger vond ik het spannend om erbij te komen en ik weet niet hoe de jongens dat nu ervaren, maar ik vond het fijn als iemand mij mee nam. Dat probeer ik nu zelf te doen met de jonge voetballers’’, vertelt hij.

Elshoutenaar

Naast speler uit de eerste selectie is hij ook jeugdtrainer. Dat is hij voor twee verschillende teams, beginnend met de JO18-1. ,,Dat is superleuk om te doen. Iedere zaterdag en zondag ben ik op de club te vinden. Om zelf te spelen en om als trainer aanwezig te zijn bij mijn jeugdteams’’, zegt de Elshoutenaar. Zes jaar geleden begon hij met het trainen van het hoogste jeugdelftal van SC Elshout. ,,Toen ik zelf uit de JO19 kwam wilde ik betrokken zijn en blijven. Ik deed het toen samen met Rens. Mijn broertje zat toen ook in het elftal en hij was de eerste lichting spelers waar ik trainer van was. Het was gelijk leuk en het werkte goed. Ik vind het leuk om betrokken te zijn bij de jeugdopleiding van Elshout. Op deze manier ken ik de jeugd goed en als er spelers overkomen naar het eerste dan ken je ze al goed’’, beschrijft de betrokken trainer, die dit jaar voor het eerst training geeft aan jongens die hij ook al training gaf bij de JO8/9. Van de Besselaar geeft samen met Rens, Luc en Chiel training aan de JO18-1. Rens is speler van het tweede, Chiel van het derde en Luc speelt samen met hem in het eerste. Chiel is piloot, dus kan er niet altijd bij zijn, maar is net zo betrokken als de andere drie jeugdtrainers.

,,Daar geniet ik van’’

Het trainerschap bij de JO8/9 is voor Van de Besselaar misschien nog wel leuker. Hij ziet de jonge voetballertjes voor het eerst aansluiting vinden met een voetbalteam. Op vijfjarige leeftijd mogen ze zich inschrijven bij de club. Ze spelen veel spelletjes en dribbelen, passen en schieten er op los. ,,Als ze voor het eerst beginnen met voetballen kunnen ze er weinig van, maar je ziet ze al heel snel ontwikkelen en vooruit gaan. Ze zijn heel fanatiek op wedstrijddagen en daar geniet ik ook van’’, vertelt hij. Door zijn trainerschap bij deze elftallen kent hij in ieder team van de jeugdopleiding minimaal 6 á 8 spelers die hij ooit training heeft gegeven. ,,Dat maakt het leuk en daarom zal ik het nog heel lang blijven doen’’.

Klik hier voor de gepersonaliseerde clubpagina van SC Elshout.

 

35+ mannen nog altijd even fanatiek bij Vlijmense Boys

Oude vedettes van Vlijmense Boys komen samen bij het nieuwe 35+ elftal van de vereniging. De mannen stroomden dit seizoen in bij de 7 tegen 7 competitie en heeft een hoge animo, want een tweede elftal staat al voor de deur. Maak in dit artikel kennis met het nieuwe team van Vlijmense Boys.

Misschien komt het wel bekend voor; je speelde altijd in het eerste elftal en hebt een hele carrière achter de rug. Je bent gestopt met prestatief voetbal en bent genesteld in een vriendenelftal op een lager niveau. Je word aan alle kanten voorbij gelopen door jonge jongens die net overkomen uit de jeugdopleiding en komt amper meer vooruit.

Laagdrempelig

Bij Vlijmense Boys hebben ze hier een uitstekende oplossing voor bedacht. De nieuwe 35+ competitie blaast de voetbalcarrière van veel oud-voetballers een nieuw leven in. Eens in de drie weken doen de vedettes uit Vlijmen mee aan een wedstrijdavond. Op vrijdagavond spelen ze drie keer een wedstrijd van twintig minuten, met steeds een pauze van tien minuten tussen de wedstrijden door. Geen slidings, continu door wisselen en in dribbelen bij een uitbal. Het zijn de regels van de nieuwe zeven tegen zeven competitie. Een soort zaalvoetbal, wat het spelen in deze competitie leuk en laagdrempelig maakt. Na de wedstrijdavonden op vrijdag drinken de mannen van alle clubs een biertje met elkaar. In een seizoen speel je een keer op iedere vereniging en voetbal je tegen elkaar.

Fysieke en sociale prikkel

Patrick Hagelaars, één van de organisatoren van het 35+ voetbal, meent dat deze competitie een mooie sociale en fysieke prikkel geeft aan de voetballevens van de oud-voetballers. ,,We hadden heel veel leden die ouder werden en de jonge voetballers niet bij konden houden. We speelden regelmatig op zondag een wedstrijd en werden haast iedere wedstrijd ingehaald door jongens die op de brommer waren. We kunnen het niet meer bijbenen. Voor dit elftal is veel animo en we proberen er zelfs nog een tweede elftal aan toe te voegen’’, aldus de fanatiekeling. ,,We zijn er maar gewoon mee begonnen, omdat we graag wilden blijven voetballen’’. We zien wel waar het schip strand, was het motto aan de vooravond van het nieuwe ‘oude mannen elftal’. Iedereen is welkom en is er voor elkander. Het niveau maakt niet uit bij mannen 35+. ,,Het is een grote mix van goede en slechte voetballers. Sommigen raken voor het eerst en bal, waar anderen jarenlang in het eerste voetbalden. Patrick was zelf altijd keeper van het vijfde en zesde van Vlijmense Boys en is nu voetballer bij zijn huidige elftal.

Ben van Overdijk

In het elftal zitten ook mannen van 55 of 60. Het zijn spelers die het simpelweg mooi vinden om af en toe in competitieverband actief te zijn. Dit seizoen stond er bij de 35+ selectie een keeper van 72 jaar tussen de palen. Ben van Overdijk is de naam. Een man die zijn laatste wedstrijd bij Vlijmense Boys waarschijnlijk al heeft gespeeld, want hij is opgegeven en er is geen behandeling meer mogelijk. Ben zal komen te overlijden. Een echte vedette binnen Vlijmense Boys die zijn laatste stappen op het voetbalveld bij het 35+ team heeft mogen zetten. ,,Ben keepte de sterren van de hemel’’, aldus de mannen uit de selectie. Ook dat is het mooie van het nieuwe voetbalelftal van Vlijmense Boys.

Damesvoetbal

Als laatste heeft Patrick nog een oproep voor het 35+ dameselftal van Vlijmense Boys. Ook de dames van Vlijmense Boys zoeken nog namelijk nog liefhebbers voor het 35+ team. Ze hebben bijna genoeg speelsters om zich in te schrijven als team. Vrouwen die zich geroepen voelen om zich aan te melden voor dit elftal kunnen mailen naar de vereniging.

Klik hier voor de gepersonaliseerde clubpagina van Vlijmense Boys.

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Ontvang nu ook maandelijkse het laatste nieuws uit het amateurvoetbal in jouw regio.