Home Blog Pagina 25

Kinderfysiotherapie Visscher kent geen drempels

Kinderfysiotherapie is voor velen, ook in de Hoeksche Waard, nog een onbeschreven blad. En dat terwijl de discipline op het eiland al ruimschoots ingeburgerd is. De Oud-Beijerlandse Tamara Visscher werkt al acht jaar als kinderfysio en heeft haar eigen praktijk Kinderfysiotherapie Visscher in Oud-Beijerland waar zij ook veel sportblessures (en dus voetballers) behandelt.

OUD-BEIJERLAND – De kinderfysiotherapeut is bepaald niet onbemind, maar juist nog wel regelmatig onbekend. Terwijl het juist een brede, uiterst toegankelijke discipline is merkt Tamara op. ,,De stap om naar de kinderfysiotherapeut te gaan is voor sommige mensen nog steeds groot. Voorheen had je altijd een verwijzing nodig van de huisarts, maar dat is niet meer nodig. Mensen weten vaak nog niet zo goed wat kinderfysiotherapie inhoudt en voor welke klachten je bij de kinderfysio terecht kunt.

De 34-jarige Oud-Beijerlandse maakte bewust de keuze voor kinderfysiotherapie, nadat zij eerst een sportopleiding had gevolgd. ,,Binnen die opleiding had ik ook les gehad in sportmassage. Dat vond ik interessant en vervolgens ben ik de opleiding fysiotherapie gaan doen. Ik heb een tijdje met volwassenen gewerkt, maar de kinderen bleven me toch trekken en dus ben ik de masteropleiding kinderfysiotherapie gaan doen.’’

Inmiddels werkt zij acht jaar als kinderfysio en is haar praktijk sinds 2023 gevestigd in de Jan van der Heijdenstraat in Oud-Beijerland. ,,Ik merk dat de vraag steeds groter wordt, omdat de leeftijdscategorie – van 0 tot 18 jaar – heel breed is. En ik zie van alles. Van baby’tjes met een voorkeurshouding of bepaalde klachten, maar ook sportblessures. Van schrijfproblemen tot motorische ontwikkelingsachterstand. Kinderen met een neurologische aandoeningen of als zij wat gebroken hebben. Het vakgebied is heel breed. En steeds vaker verwijzen consultatiebureaus, ziekenhuizen of huisartsen door.’’

In haar praktijk ziet zij veelvuldig kinderen met een motorische ontwikkelingsachterstand. ,,Dat blijkt vaak tijdens sport op school. Dan doen we eerst een motorische test (kracht, coördinatie, lenigheid en kracht) en vervolgens kijken we of we het kindje wel mee kunnen laten doen met gymnastiek of beter kunnen maken in iets wat het kind lastig vindt. Kinderen die onzeker zijn over bewegen, proberen we het plezier terug te laten krijgen en enthousiast te maken. Zelf heb ik die ervaringen niet gehad. Op school wilde ik alleen maar sporten. Ik kan me niet voorstellen dat mensen sport niet leuk vinden. Ik deed vroeger aan turnen en doe aan boksen en high-intensitytraining.’’

Regelmatig behandelt Tamara kinderen met (sport)blessures en dus voetballers. ,,Knie-, enkel- en heupklachten komen regelmatig voor. Vaak zijn dat voetballers, die ook in de groei zitten en in de leeftijdscategorie van 9 tot 14 jaar vallen. Ouders van voetballers stippen vaak aan dat zij bij hun kind op het voetbalveld een verschillend looppatroon zien ten opzichte van oudere kinderen. Dan gaan we kijken wat we kunnen aanpassen of juist sterker en sneller kunnen maken. Soms verwijs ik door naar een specifieke sportfysiotherapeut, als de kinderen ouder dan 14 jaar zijn en sportgerelateerde klachten hebben. Het kan ook voorkomen dat ik naar de huisarts terug verwijs.’’

Haar missie is duidelijk: ,,Als zorgverlener vind ik het belangrijk om kwalitatief goede zorg te bieden aan kinderen met problemen op het gebied van het bewegingsapparaat. Naast de zorg hoop ik kinderen een veilig en vertrouwd gevoel te geven zodat de behandelingen zo optimaal mogelijk zijn. En wat velen nog niet weten: kinderfysiotherapie wordt vanuit de basisverzekering vergoed tot een totaal van achttien behandelingen.

Op het gebied van preventie van blessures wordt ook steeds meer de aandacht gevestigd, stelt Tamara ,,Steeds vaker zien we kinderen met spannings- en stressklachten. We willen meer inzetten op preventie en op scholen vertellen wat stress kan doen met je lichaam en welke klachten je kan krijgen. Dat zijn we in de Hoeksche Waard aan het opzetten. Sinds september volg ik een masteropleiding kinderbekkenfysiotherapie. Als ik straks in juli daarmee klaar ben, staat de praktijk open voor een nieuwe doelgroep.

Nieuwe lichting GraSHOppers

0

OUD-BEIJERLAND – Het eerste elftal van SHO maakt momenteel goede sier in de eerste klasse onder de nieuwe trainer Ed Kruijthof. Maar de toppers van de toekomst meldden zich ook al bij de Oud-Beijerlandse vereniging, die ook dit jaar een nieuwe lichting GraSHOppers – mini-pupillen (jongens en meisjes) vanaf ongeveer vijf jaar – introduceert.

SHO heeft met deze jonge groep voetballers een duidelijke doelstelling: de mini-pupillen kunnen in een veilige omgeving spelenderwijs de eerste beginselen van het voetballen leren. ,,Dat start met het ontdekken of voetbal wel de sport is waar je de komende jaren actief in wil zijn’’, stelt Fred Kokje, één van de begeleiders van de jeugdige voetballers. ,,De voetbalactiviteiten zijn specifiek gericht op deze leeftijdscategorie en vinden in het algemeen plaats binnen de vereniging. Deze activiteiten staan onder supervisie van gediplomeerde trainers met zeer ruime ervaring in het jeugdvoetbal.

De activiteiten van de GraSHOppers worden verspreid over de week. Op woensdagavond, tussen 18.00 en 19.00 uur worden er diverse oefeningen en wedstrijdjes in een circuitvorm afgewerkt. Dat houdt in dat een viertal oefeningen zijn uitgezet waarbij iedere oefening een kwartier in beslag neemt.  Aan de hand van officiële oefenstof van de KNVB krijgen de spelers zo de basistechnieken onder de knie. Drie dagen later, op zaterdagochtend, spelen de GraSHOppers onderling wedstrijdjes in een 4 tegen 4-vorm Dat zijn onderlinge wedstrijdjes en niet tegen andere clubs.
Als blijkt dat spelers zodanig veel in hun mars hebben, dan kunnen zij op meerdere momenten gedurende het seizoen doorstromen naar een JO8-team. Voor het seizoen 2024-2025 geldt dat kinderen geboren in 2017 spelen in een JO8-team.  Als kinderen nog niet toe zijn aan het spelen in een JO8-team, kunnen zij nog een poosje bij de GraSHOppers blijven. De ontwikkeling en het plezier van het kind staat immers voorop. Maar daarnaast zijn er gedurende het seizoen ook leuke activiteiten waaraan de kinderen meedoen. Zo ontbijten de spelers wel eens met elkaar of eten zij pannenkoeken in het Jeugdhonk! Uiteraard zijn de GraSHOppers binnenkort ook welkom op het Sinterklaasfeest. Aan het einde van het seizoen zijn er nog evenementen, waaronder een afsluitende barbecue en feestavond voor alle jeugdspelers.
Wie doorstroomt naar de JO8 kan, zo bleek onlangs, ook voor een verrassing komen te staan. Ed Kruijthof, sinds dit seizoen hoofdtrainer bij SHO, verraste onlangs de spelers van JO8-1 door de jonge voetballers te helpen bij hun wedstrijd tegen Spijkenisse JO8-1. Ondanks de goede aanwijzingen en tips werd er helaas met 5-3 verloren, maar dat nam niet weg dat de steun langs de lijn van de hoofdtrainer bijzonder gewaardeerd werd.

Klik op VV SHO voor de laatste artikelen over de club.
Klik op VV SHO voor meer artikelen over de club.

SHO eert Jan van Orsouw met eigen ‘home’

0

De eerder dit jaar overleden Jan van Orsouw blijft voortleven bij de Oud-Beijerlandse voetbalvereniging SHO. Het sponsorhome, dat deel uitmaakt van de accommodatie van de club op sportpark Kikkershoek, is sinds kort officieel vernoemd naar het toegewijd lid dat zich vooral ook op sponsorgebied inzette.

OUD-BEIJERLAND – Sommige verenigingen eren illustere clubleden met een tribune of eigen toernooi. Steeds Hooger Oud-Beijerland pakte het in het specifieke geval ten aanzien van Jan van Orsouw, die dit jaar op 72-jarige leeftijd overleed, op een andere manier aan: SHO laat de nagedachtenis aan Jan van Orsouw voortleven door niet alleen de ‘club van 100’ naar hem te vernoemen maar ook door een naamskoppeling met het sponsorhome te maken.

Dat de verwijzing(en) naar de activiteiten op sponsorgebied van Jan van Orsouw zijn gecrëerd, wekt geen bevreemding. Kort na zijn overlijden op 1 maart van dit jaar, werd de Jan van Orsouw’s club van 100 (kortwege JVO100) opgericht. Een eerbetoon aan de man die meer dan dertig jaar betrokken was bij de sponsorcommissie, maar vaak zijn elektrotechnische vaardigheden en kennis voor de club inzette.

Jeugdhonk
Van meet af aan was de JVO100 een succes: in ijltempo meldden zich meer dan 100 leden aan die allemaal een bedrag van 100 euro inlegden en het sponsorcollectief zo op een geweldige manier omarmden. En met de sponsorgelden kunnen geweldige dingen gedaan worden voor de jeugd van SHO, zo liet bestuurslid Jeroen Verheij doorschemeren. ,,We willen het jeugdhonk opknappen, zodat we onze jeugdleden een chillplek kunnen bieden die beter aansluit op de huidige wensen. Denk hierbij aan schilderwerk, een nieuwe vloer en nieuwe raambekleding. Maar denk ook aan een beamer en een geluidsinstallatie, zodat we de ruimte ook kunnen gebruiken voor trainersoverleg en wedstrijdanalyses.”

En dat is nog niet het enige. Ook Playstations staan immers op het wensenlijstje, om de jeugd niet alleen op het veld maar ook daarbuiten te betrekken bij de vereniging. ,,Zonder nieuwe aanwas zijn we nergens meer. De jeugd houdt onze club levend, dat worden onze nieuwe topspelers, vrijwilligers en bestuurders. Door hen langer bij ons te houden, vergroten wij de kans op die gewenste verbinding. Vandaar: eerst het jeugdhonk moderniseren dan pas de kantine. Voor Jan.’’

Lid van verdienste
In aanwezigheid van zijn echtgenote Joke vond de officiële naamsverandering en opening van het sponsorhome, dat inmiddels het Jan van Orsouw sponsorhome heet, plaats. Een verwijzing voor de eeuwigheid naar de man die na zijn pensioen nog meer bij SHO betrokken raakte: elke maandag en woensdag én tijdens wedstrijden was hij aanwezig op de club. Niet voor niets leverde hem dat in 2016 de status van lid van verdienste op en maakte hij in 2020 deel uit van de jubileumcommissie ter ere van het 90-jarig bestaan van de club. Daarnaast bemoeide hij zich ook met de reclameborden op het terrein van sportpark Kikkershoek en met de verlichting die naar led-lampen werd omgezet. Niet alleen bij leven, maar ook daarna is Jan van Orsouw met SHO verbonden.

Klik op VV SHO voor de laatste artikelen over de club.
Klik op VV SHO voor meer artikelen over de club.

Feij en Van der Hoek slaan handen ineen

’S-GRAVENDEEL – De jeugdteams van voetbalvereniging ’s-Gravendeel lopen er dit seizoen uiterst herkenbaar bij. De shirts van alle teams zijn namelijk uitgerust met dezelfde sponsors: op de voorkant prijkt de naam van Jumbo-supermarkt Van der Hoek, op de achterkant is de naam van Van Feij terug te lezen.

Jumbo Van der Hoek is al jaren jeugdsponsor van de plaatselijke voetbalvereniging. Vader Arie van der Hoek was al sponsor in de periode dat de ‘super’ nog als C1000 door het leven ging. Zoon Ardi is ging op de voet van Van der Hoek senior voort met in het achterhoofd dat het steunen van de lokale sportverenigingen een belangrijk sociaal doel was en is. Vorig jaar ontstond het Jumbo Van der Hoek Jeugdtoernooi, dat over drie weekenden wordt gespeeld met meer dan 70 deelnemende teams.

Eigenaar Arjan Feij van houtbewerkingsbedrijf Van Feij is door zijn kinderen enorm verbonden met de voetbalvereniging, waarbij zijn vrouw regelmatig bijspringt in de kantine. Van Feij was in het verleden al terug te lezen op de trainingspakken van jeugdteams en het meubilair in en rondom de kantine komt ook van de ’s-Gravendeelse houtbewerker die dus nu nog prominenter op de tricots van de jeugd te lezen.

Klik op de link voor meer artikelen over vv ’s-Gravendeel
Klik op de link voor meer informatie over vv ’s-Gravendeel

Van uitstel komt geen afstel voor Mark Smeding

Enkele jaren geleden leek een terugkeer op De Trekdam al voorbestemd voor Mark Smeding, de voormalig keeper van ’s-Gravendeel die op de nominatie stond om zijn oude club ook als trainer te gaan dienen. Dat ging toen niet door, maar van uitstel kwam geen afstel want Smeding staat dit seizoen wél voor de groep bij de vierdeklasser.

’S-GRAVENDEEL – In de periode van zijn trainerschap stond Mark Smeding als eens nadrukkelijk op de radar bij ’s-Gravendeel om als trainer aan de slag te gaan. Een aanstelling bleef toen echter uit: ,,Ik had toen niet zo’n goed gesprek hier. Bovendien zat ik bij Zinkwegse Boys nog middenin een proces, op weg naar een kampioenschap het jaar erna. Dat was toen nog niet het moment om naar ’s-Gravendeel te komen. Maar ik heb altijd in mijn achterhoofd gehouden dat ik ooit nog een keer trainer bij de club zou (kunnen) worden. Als ’s-Gravendeel ooit om de hoek zou komen, dan hoopte ik dat het zou passen.’’

Nadat bekend was geworden dat de termijn van voorganger Sander Willemstijn medio dit jaar zou eindigen, kwamen de technische beleidsbepalers op De Trekdam uit bij Smeding die aan zijn vierde seizoen bij het Nieuw-Beijerlandse NBSVV bezig was. ,,Toen het belletje van Leo (de Vlaming, lid van de technische commissie van ’s-Gravendeel red.) kwam, was ik wel verrast maar ik had er ook meteen een goed gevoel bij. Dat doet niets af aan de periode bij NBSVV, alleen is dat wel een club met minder perspectief. Dit was voor mij ook een mooi moment.’’

Herinneringen
Daarbij heeft de 50-jarige Mark Smeding, in het dagelijks leven werkzaam bij de gemeente Hoeksche Waard als teamleider binnen het sociaal domein, mooie herinneringen aan zijn keepersperiode bij ’s-Gravendeel. ,,Ik heb bij de club mijn actieve loopbaan als doelman afgesloten en ben hier in mijn laatste jaar ook al voorzichtig begonnen met mijn trainerscarrière door keepers te trainen. Vervolgens ben ik als assistent van Ronald Hulsbosch aan de slag gegaan bij Heinenoord.’’

Daarna volgden periodes bij Zinkwegse Boys, SSS en NBSVV voor de oorspronkelijk uit Zeeland afkomstige Smeding, die in de Hoeksche Waard ook keepte voor SHO en GOZ.

De terugkeer bij ’s-Gravendeel betekende ook een hereniging met Peter Vermaas, die hij eigenlijk uit zijn spelersperiode kende onder de bijnaam ‘Bonfire’. Een bijnaam die Vermaas van voormalig ’s-Gravendeel-trainer Pippy Pruymboom had gekregen. ,,Omdat ik na een blessure mijn linkerhamstring ging ontzien en mijn loopje er als een drafje uit ging zien. Dat was voor Pippy de reden om mij die bijnaam te geven en dat duurt tot op de dag van vandaag voort. Vanuit de club ben ik gevraagd of ik als assistent wilde gaan fungeren dit seizoen. Uiteraard wilde ik eerst weten wie er dan trainer zou worden. Mark en ik hebben eerst uitgebreid met elkaar gesproken en toen bleek dat we met onze ideeën op één lijn zaten.’’

Niet alleen Vermaas bleek een bekende uit het verleden te zijn voor Smeding. ,,Ik ben vanaf het moment van binnenkomst bij ’s-Gravendeel allerlei mensen tegengekomen die ik van het verleden nog kende. En ook het complex had nog veel gelijkenissen. Het hoofdveld is inmiddels kunstgras geworden, maar verder zag ik veel dingen die ik herkende van toen en dat was alleen maar prettig.’’

Voorganger Sander Willemstijn droeg aan Smeding een vierdeklasser over, nadat de degradatie in 2022 in de twee daaropvolgende jaren niet meer gerepareerd kon worden. ,,Ik ben op zoek gegaan naar het geloof bij de jongens, want de afgelopen seizoenen zijn teleurstellend verlopen. De degradatie was destijds schlemielig, in de volgende twee jaar ging het telkens mis in de beslissende fase van het seizoen met uitschakeling in de nacompetitie en vorig seizoen het mislopen van promotie op één doelpunt en vervolgens verlies in de finale van de nacompetitie. Daardoor zou het idee kunnen ontstaan bij de spelers dat het toch niet wil lukken. Als dat zo is, moeten we dat doorbreken want ik ben ervan overtuigd dat ’s-Gravendeel genoeg kwaliteit heeft en sterker is dan vorig seizoen. Alleen moeten we met elkaar kijken wat er beter zou kunnen om het dit keer wel te redden.’’

De jacht op terugkeer naar de derde klasse duurt dus ook dit seizoen voort. ,,Maar ik ga niet roepen dat we kampioen gaan worden, want daarvoor is de competitie in de breedte sterk met natuurlijk ook verschillende Hoeksche Waardse derby’s en enkele bekende tegenstanders. Die zullen we moeten zien te verrassen, waarbij het belangrijk is dat we ook een plan B hebben.’’

Klik op de link voor meer artikelen over vv ’s-Gravendeel
Klik op de link voor meer informatie over vv ’s-Gravendeel

‘De club heeft mij alle kansen gegeven’

Net geen kampioen, maar wel de beker. Robert Schellenbach kende met het tweede van VVGZ een meer dan prima seizoen. En dus legt de fanatieke en ambitieuze trainer, de lat nu nog een stukje hoger. “We willen echt voor het kampioenschap gaan!”

De start is als koploper van de hoofdklasse in ieder geval veelbelovend. “We mogen niet klagen. Als we zo door kunnen gaan, ben ik meer dan tevreden!” Al zijn de resultaten, volgens de pas 38-jarige Schellenbach ook wel te verklaren. “Het is een goede groep, dat helpt. En we zijn nu inmiddels anderhalf jaar bezig met een vrij vaste selectie, dan is het logisch dat je bepaalde vastigheden krijgt.” Een jong team, dat ook afgelopen seizoen al hoge ogen gooide. “Toen werden we nét geen eerste, dat was jammer. Toch was Oranje Wit in mijn ogen ook wel de terechte kampioen.”

Eigen benen

Met een mix van jong én een klein beetje oud, is het voor Schellenbach voorlopig heerlijk werken, vertelt hij. “Het zijn allemaal jongens die graag willen. Plezier, maar ook gaan voor resultaat. Dat past goed bij mij!” En dus heeft de inwoner van Dordrecht allesbehalve spijt van zijn keuze, zo’n twee seizoenen geleden. “Ik ben een jaar lang assistent geweest bij het eerste van VVGZ en kreeg vervolgens de keuze om door te gaan of het tweede te gaan doen.” Met Dimitri Hooftman die het roer overnam bij het vlaggenschip, koos Schellenbach voor dat laatste. “Anders had je bij één twee jonge trainers samen…” Sowieso wilde hij graag op eigen benen staan. “Hiervoor ben ik een jaar assistent geweest bij het eerste van Dubbeldam en daarna werd ik hoofdtrainer van het tweede. Toen had ik eigenlijk voor mezelf al bedacht dat ik geen assistent-trainer meer wilde zijn. Met een eigen visie, is dat soms lastig aanpassen.” Fop Gouman deed hem destijds van gedachte veranderen. “Toen belde VVGZ. Of ik samen met Fop het eerste wilde gaan doen. Uiteindelijk heb ik veel van hem geleerd.” Maar toen hij uiteindelijk vertrok, wilde Schellenbach toch liever een team zelf doen. En met succes. “Vorig seizoen hebben we een ontzettend mooi jaar gehad. Al was het in het begin even wennen aan elkaar. Gelukkig klikte dat vrij snel.” Met een tweede plaats en de beker tot gevolg. “Vooral die beker was hartstikke leuk om mee te maken. Helemaal tijdens zo’n finaledag.”

Eerste elftal

Maar ook los van de resultaten, is Schellenbach meer dan tevreden met de ontwikkeling van zijn spelersgroep. “Ik houd van aanvallend voetbal, balbezit hebben en veel doelpunten maken. Daar werken we vooral aan.” Een flinke omslag, heeft hij gemerkt. “Bij VVGZ speelden ze altijd wat meer verdedigend. Op dat vlak hebben we flinke stappen gemaakt.” Hoe ze dat doen? “Door te trainen, trainen en nog eens trainen. Achterin beginnen en dan steeds verder naar voren.” Hoe lastig dat soms ook is bij een tweede elftal. “Je hebt qua spelers natuurlijk niet de vrije keuze, maar gelukkig is de communicatie met Dimitri én de O23 ontzettend goed.” Altijd genoeg spelers dus, om lekker te kunnen trainen. “Op dinsdag vaak conditioneel en donderdag tactisch. Opbouwvormen, positiespel en een verkleinde elf tegen elf.” Kijkend naar de details. Ook zelf barst de trainer, die bezig is met zijn VC2-cursus, namelijk van de ambitie. “Volgend seizoen word ik hoofdtrainer van het eerste van Meerkerk. Een vierdeklasser. Uiteindelijk wil ik kijken waar mijn plafond ligt.” Zolang hij er maar een goed gevoel bij heeft. Zoals Schellenbach dat als voetballer had bij Dubbeldam. “Mijn langste tijd heb ik daar in het eerste op de zaterdag gevoetbald. In 2014 ben ik gestopt.” Waarom zo vroeg? “Een gebrek aan ambitie en ik was ook niet meer fit genoeg.” En inmiddels begonnen als jeugdtrainer, had hij zijn nieuwe passie stiekem al gevonden. “Ik denk dat oud-teamgenoten het wel aan hadden zien komen, dat ik ooit trainer zou worden.” De komende maanden dus gewoon nog bij VVGZ. “De club heeft mij alle kansen gegeven, dus ik zit hier hartstikke op mijn plek!”

Klik op VVGZ voor meer artikelen over de club.
Klik op VVGZ voor meer informatie over de club.

 

Geerlings droomt als trainer van de derde divisie

Vier wedstrijden voor de winterstop, werd Wesley Geerlings vorig seizoen bij Pelikaan van de O23 doorgeschoven naar het tweede. En na een succesvol half jaar, staat de trainer ook nu voor de groep. Barstend van de ambities. “Ooit hoop ik in de derde of vierde divisie actief te zijn.”

Want voetbal, is voor de 34-jarige Geerlings zijn allergrootste passie. “Ik ben zowat met een bal geboren.” Ooit voor zijn stage van school jeugdtrainer geworden bij Vriendenschaar, werd dat vuurtje alleen nog maar verder aangewakkerd, vertelt hij. “Trainer zijn leek me altijd al heel leuk. Een gezamenlijk doel hebben en daar samen naar streven. Dat is voor mij het mooiste wat er is.” Naast het helpen van spelers in hun ontwikkeling. “Als voetballer, maar ook als mens. Emoties en teleurstellingen probeer je om te zetten in positieve energie, om samen resultaten te kunnen behalen. Dat is het mooie van dit vak.”

Mooie opstap

Voor het tweede seizoen dus bij Pelikaan. “Vorig jaar begon ik bij de O23, maar vier wedstrijden voor de winterstop werd ik doorgeschoven naar het tweede.” Een mooi half jaar volgde. “Ze stonden stijf onderaan, uiteindelijk zijn we vijfde geworden. Gewoon door duidelijke doelen te stellen en dicht bij elkaar te blijven.” Met de club die hij tot voor kort nog niet zo goed kende. “Oorspronkelijk kom ik zelf uit Culemborg. Daar heb ik altijd bij Vriendenschaar en Focus’07 gevoetbald.” Al deed Geerlings dat op het veld, niet zo heel lang. “Ik ben vrij vroeg gestopt met veldvoetbal en speel nu alleen nog in de zaal.” Tijd genoeg dus om zijn eigen rijschool op te richten, tot Pelikaan om de hoek kwam kijken. “Ik zou eigenlijk twee jaar niks doen en focussen op mijn bedrijf, maar het kriebelt toch altijd.” Dus toen iemand zijn naam in Pelikaan had laten vallen, zag Geerlings dat toch wel zitten. “Ze geven jonge trainers echt de kans, dus dit was een mooie opstap.” En dat bleek. “Doorschuiven naar het tweede, was voor mij natuurlijk een opsteker!” Zaak om daar dit seizoen, een goed vervolg aan te geven. “Onze doelstelling is om mee te doen voor het kampioenschap.” Met een mix van jong en oud, wordt er veel van Geerlings gevraagd. Gelukkig, barst hij van de ervaring. Zelfs op zijn leeftijd. “Ik ben jeugdtrainer geweest bij onder meer Spijkenisse, Elinkwijk, De Meern en Barendrecht. En voor mijn UEFA B heb ik, een jaar of tien geleden alweer, stagegelopen bij Sparta Rotterdam.” Maar ook in het seniorenvoetbal, maakte hij al eens zijn opwachting. “Na één jaar bij het tweede van Saestum, werd ik in het coronajaar hoofdtrainer bij het eerste van Nederhorst. Helaas werd dat seizoen toen onderbroken.”

Leerproces

Met de ambitie om ook UEFA A te gaan doen, legt Geerlings de lat hoog voor zichzelf. “Ik ben heel erg perfectionistisch en gedetailleerd op dingen. Vooral op het tactische aspect en bepaalde spelprincipes.” Al steekt hij ook veel tijd in het opbouwen van een band. “Met spelers én staf. Dat vind ik heel belangrijk.” Sociaal, maar moeite om de touwtjes uit handen te geven, vertelt Geerlings. “Dat heb ik hier wel geleerd! Met een goede staf om je heen, is het makkelijker om te delegeren. Voor mezelf was dat een mooi leerproces.” Hoe gaat hij te werk op het veld? “Hoge intensiteit en iedere vorm met winnen of verliezen. Zelfs bij positiespelletjes of pass- en trapvormen.” Alles met bal, of soms zelfs meerdere ballen. “Dan moet je sneller handelen. En ik heb een hekel aan rijtjes.” Naast het conditionele aspect, benadrukt Geerlings ook het teamgevoel. “Je moet jezelf, ook als trainer, kwetsbaar op durven stellen. In deze wereld van hardheid, probeer je toch een groep te smeden die voor elkaar strijdt en door het vuur gaat.” In de toekomst als het aan hem ligt, wederom bij een eerste elftal. “Dat zou ik wel graag willen én daar ben ik voor mijn gevoel nu ook wel aan toe.” Dus als die kans volgend jaar komt? “Dan zou ik het doen!” Dromend van de derde of vierde divisie, zet de inwoner van Tienhoven aan de Lek, eerst in op de tweede klasse. “Maar ooit hoop ik daar actief te zijn. Die stappen zou ik graag maken!”

Klik op Z.V.V. Pelikaan voor meer artikelen over de club.
Klik op Z.V.V. Pelikaan voor meer informatie over de club.

‘Met dit team moeten we kampioen worden’

Als het aan Ismail Bachaou ligt, zit er in zijn eerste seizoen bij IFC maar één ding op en dat is de titel pakken. De start van de tweedeklasser geeft voorlopig dan ook genoeg reden om vol vertrouwen te zijn, zo vindt hij. “Met dit team moeten we kampioen worden in deze competitie.”

Een team waar de achttienjarige Bachaou dus pas sinds dit seizoen deel van uitmaakt. “Ik kende wat jongens hier én ook mijn vader heeft vroeger bij IFC gespeeld.” Op zoek naar een nieuwe club, kwam hij in Hendrik-Ido-Ambacht terecht. “Toen heb ik meegetraind en vervolgens mijn keuze gemaakt.” En niet voor niks. “Het niveau is hier goed en ik kan echt van mijn teamgenoten leren. Veel jongens hebben genoeg ervaring.” Iets wat de dribbelaar zelf, logischerwijs nog niet heeft. “Hiervoor speelde ik bij Spartaan’20 en vier jaar NAC. Tot de E1 zat ik bij VVGZ.”

Droom
Vooral zijn periode in Brabant, maakte indruk op Bachaou, vertelt hij. “Een andere omgeving, zelf met de trein en daar ook naar school gaan.” Toch had de aanvaller het voor het grootste gedeelte goed naar zijn zin. Op het laatste jaar in de JO14 na dan. “Toen speelde ik weinig en werd mijn plezier steeds minder.” Helemaal als je ook weinig tijd hebt voor vrienden. “In de avond ben je altijd laat thuis…” Zijn droom om profvoetballer te worden, heeft Bachaou desondanks nog lang niet opgegeven. “Dat geloof heb ik nog steeds! Daarom ben ik ook naar IFC gegaan, om hier als jonge speler op te kunnen vallen. Die droom ben ik nog niet verloren.” Al is Bachaou ook realistisch. “Ik ben nu achttien jaar, dus de tijd begint wel te dringen.” Gelukkig krijgt hij daar hulp genoeg bij, bijvoorbeeld van zijn vader. “Hij filmt al mijn wedstrijden, zodat we die samen terug kunnen kijken. Om te zien wat er beter kan.” Wat kan er beter, volgens de technische linksbuiten? “Acties maken op snelheid, in plaats vanuit stilstand en meer variatie in het vragen van de bal in de diepte of in mijn voeten.” Maar dat is nog niet alles. “Vaker schieten en niet te lang mijn actie doorvoeren.”

Grote stappen
Maar stiekem, blijft vooral dat laatste iets wat Bachaou graag doet. “Mijn mannetje opzoeken en een tegenstander te kijk zetten.” En iemand met een goed schot. “Al kan ik ook genieten van een fantastische pass.” Passes die hij het liefste geeft, vanuit een vrije rol. “Als ik naar het middenveld kan komen, ben ik nog dreigender.” Zelfs in zijn eerste jaar bij de senioren. “Toen ik naar IFC kwam, wist ik niet zo goed wat ik kon verwachten.” Heeft het uiteindelijk zijn verwachtingen overtroffen? “We hebben een goede groep, dat gevoel kreeg ik meteen al!” En dat merkt Bachaou ook persoonlijk. “Ik heb het niet alleen heel erg naar mijn zin, maar heb ook al veel geleerd. In die paar maanden, heb ik grote stappen gemaakt. Dat was ergens anders denk ik niet gelukt.” Tevreden, is de jongeling echter niet zomaar. “Op het hoogste niveau, is rendement het allerbelangrijkste. Om de top te bereiken, moet ik nóg gretiger zijn.” Zijn minuten, vallen voorlopig echter allesbehalve tegen. “Helemaal voor mijn leeftijd! Ik kwam ook niet met de intentie naar IFC om meteen basisspeler te worden, wilde mezelf vooral verder ontwikkelen.” Tot zijn concurrent geblesseerd raakte. “Toen heb ik mijn kans gepakt.”

Slimmer
Kansen die ze dit seizoen sowieso regelmatig pakken, bij de tweedeklasser uit Hendrik-Ido-Ambacht. Want met 50 doelpunten op de teller, draait de doelpuntenmachine van IFC op volle toeren. De doelstelling is dan ook simpel. “Met dit team moeten we kampioen worden in deze competitie.” En dus blijven ze kritisch op elkaar. “In het begin moest ik best wel wennen aan het verschil tussen de jeugd en de senioren. Het zijn gewoon oude mannen, dacht ik.” Daar kwam Bachaou echter al snel van terug, lacht hij. “Ik ben misschien dan wel sneller, maar veel gasten zijn zó slim in het positie kiezen. Als je dan zomaar druk gaat zetten, word je helemaal weggetikt.” Zaak dus om slimmer te spelen én meer goals en assists af te leveren. “Dat houd ik allemaal bij! Eigenlijk wil ik iedere wedstrijd een doelpunt maken of een assist geven.” Zijn persoonlijke doelstelling, heeft Bachaou dan ook al naar boven bijgesteld. “Eerst ging ik voor tien om twaalf, nu wil ik er meer. Vooral omdat ik niet had verwacht dat ik al zoveel minuten zou maken.” Want de lat, ligt voor hem nog altijd onmiskenbaar hoog. “Mijn doel is om profvoetballer te worden, dat weet IFC ook. Maar voor nu, ben ik tevreden hier!” Bij een gezellige familieclub, waar hij nog altijd meer dan genoeg kan leren. “In de toekomst heb ik zeker de behoefte om hoger te gaan spelen.

Klik op IFC voor de laatste artikelen over de club.
Klik op IFC voor meer informatie over de club.

Megan geeft socials een ander uiterlijk

0

Onder het nieuwe bestuur vaart OSV Oud-Beijerland beleidsmatig een wat andere koers. Daarbij wil de vereniging zich ook naar buiten toe nadrukkelijker gaan presenteren. Om dat doel te bereiken gaat de content op social media anders ingevuld worden. Daarvoor is Megan Lips in de arm genomen.

Megan is de vriendin van doelman Nick van den Hoek van de hoofdmacht van OSV Oud-Beijerland en heeft sinds kort een eigen bedrijf (FocusWorx) waarbij zij zich ten doel heeft gesteld om de online zichtbaarheid van haar cliënten te vergroten en te professionaliseren. ,,Het leek mij erg leuk om OSV te ondersteunen met het beheer van de social media-kanalen’’, zegt zij over haar clubactiviteiten die de club nog nadrukkelijker onder de aandacht moeten brengen.

Klik op OSV voor de laatste artikelen van de club.
Klik op OSV voor meer informatie over de club.

Terugkeer op het vertrouwde nest doet Schipper goed

0

Om privéredenen moest trainer Barry Schipper in het najaar van 2022 het trainerschap bij OSV Oud-Beijerland staken, nadat hij anderhalf jaar bij ‘Olympia’ actief was geweest. Dit seizoen is hij echter teruggekeerd op het complex aan de Langeweg, om de vierdeklasser op sportief gebied te laten floreren.

OUD-BEIJERLAND – Terugkeren bij de club waar je als trainer al eens gewerkt heb, is voor sommige oefenmeesters een ‘no go’. Voor Barry Schipper was het echter bepaald geen breinbreker toen hij door het bestuur van OSV Oud-Beijerland werd gevraagd om aan een tweede termijn te beginnen.

,,Omdat ik een prettige periode van zo’n anderhalf jaar al had beleefd bij een fijne club, waar weliswaar het nodige veranderd was maar waarvoor ik me nog steeds heel graag wilde inzetten. Zeker nu ik me weer helemaal goed voel’’, geeft Schipper uitleg over zijn rentree bij OSV. ,,En omdat ik ook een steentje wil bijdragen aan de ambitie van de club om op sportief gebied weer aan de weg te timmeren.’’

Enkele jaren geleden koesterden de Oud-Beijerlanders immers nadrukkelijk de ambitie om zich de status van tweedeklasser aan te meten. Maar in plaats van het maken van de stap naar een hoger niveau viel OSV terug naar de vierde klasse. ,,Het plan is om in de komende twee à drie jaar te gaan bouwen, om in ieder geval naar de derde klasse terug te keren en misschien nog hogerop te gaan. Waarbij we dit jaar willen verrassen’’, schetst Barry Schipper.

Grillig
De keuzeheer fungeert daarbij als een belangrijke aanjager. ,,De club wil een echt Oud-Beijerlands gezicht gaan uitstralen met het eerste team. Dit seizoen staat er een grotendeels vernieuwde selectie, met jongens die nog duidelijk aan elkaar moesten en moesten wennen. Veel jongens zijn van SHO overgekomen, maar er zijn ook spelers van andere Hoeksche Waardse verenigingen terwijl er ook flink wat spelers vertrokken zijn. We maken dus echt een nieuwe start met een topfitte selectie, met leuke gasten die met elkaar aan iets moois willen bouwen de komende jaren.’’

Dat het formeren en kneden van een nieuwe selectie tijd kost, hoeft de door de wol geverfde Barry Schipper niet te worden uitgelegd. Hij weet hoe hij met dat bijltje hakt en heeft de uitdagende klus opgepakt. ,,Natuurlijk wist ik op voorhand dat tijd een belangrijke factor zou worden, want als team ben je na al die veranderingen zoekende en daardoor grillig in de prestaties.’’

De indeling hielp daarbij ook niet. ,,OSV Oud-Beijerland belandde in een sterk bezette vierde klasse-poule, waar Meeuwenplaat en ‘s-Gravendeel op voorhand de favorieten voor mij waren. Meeuwenplaat is echt wel de sterkste ploeg dit moment in de competitie, tegen de andere teams die we ontmoet hebben speelden we leuke wedstrijden waar we zeker geen kansloze indruk tegen maakten.’’

Assistent
In deze competitie komt Schipper veel oude bekenden tegen. Immers, twee van zijn vorige clubs – GOZ en ’s-Gravendeel – behoren tot het contingent tegenstanders. ,,Mooi om die verenigingen, waar ik goede herinneringen aan heb en in het verleden prettig heb gewerkt, weer tegen te komen. Dirk Quik, de huidige trainer van GOZ, heb ik nog meegemaakt als assistent bij FC Binnenmaas. Mooi om hem dus weer tegen te komen. Met Strijen en ZBVH erbij hebben we zo een aantal mooie derby’s dit seizoen. Inmiddels hebben we alle streekgenoten gehad en zijn we er aardig doorheen gerold, met winst op GOZ en ZBVH, een gelijkspel tegen ’s-Gravendeel en een nederlaag tegen Strijen dat er vanaf het eerste moment kort opzat en ons vooral op strijdlust de baas was.’’

Oud-Beijerland heeft dus weer wat kleur op de wangen na de degradatie van vorig jaar en lijkt inderdaad tot een verrassing in de poule te kunnen uitgroeien. De vraag is of er nog meer mogelijk is. ,,In de breedte zitten we in een beresterke competitie, met ploegen die weinige voor elkaar onderdoen. Daarom ben ik zeker niet ontevreden over het verloop van het eerste deel van het seizoen, waarin we goed gepresteerd hebben.’’

OSV moet echter ook als vereniging weer de stap vooruit gaan maken. Een aspect dat Schipper al enigszins ziet. ,,Met het aantreden van het nieuwe bestuur is er ook nieuw elan en energie. Dat zorgt ook voor een positieve sfeer.  Van origine ben ik SHO’er, maar ik herinner me nog van vroegere jaren dat OSV altijd een echte familieclub was. Dat gevoel helemaal laten terugkeren, dat lijkt me een mooi streven. Dat zal zeker niet zonder vallen en opstaan gaan. De club telt op dit moment nog zo rond de 250 leden, maar ademt wel leven. Positief is het bijvoorbeeld dat er weer een onder 17-actief is, wat natuurlijk goed is met het oog op de doorstroming naar het eerste team toe. Ik heb in principe voor één jaar getekend, maar zou graag een rol willen blijven spelen in de komende jaren.’’

Klik op OSV voor de laatste artikelen van de club.
Klik op OSV voor meer informatie over de club.

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Ontvang nu ook maandelijkse het laatste nieuws uit het amateurvoetbal in jouw regio.