Home Blog Pagina 131

John Emmerig wil MVV’27 ‘warm’ houden

Na 53 jaar rond te hebben gelopen in allerlei functies bij MVV’27, vond John Emmerig (65) eind vorig jaar de tijd rijp om zich beschikbaar te stellen als voorzitter van de Maaslandse club. “Ik hou van de warmte van deze club.”

Eén van zijn eerste officiële daden verrichtte Emmerig voor de laatste wedstrijd van MVV’27 1 voor de winterstop tegen OVV. In de bestuurskamer werd Bas van Buuren van het Maaslandse bedrijf BvB in het zonnetje gezet voor zijn jarenlange trouwe hoofdsponsorschap van het eerste elftal. “Bas van Buuren is een geweldige man. Hij heeft veel gedaan voor ons, maar ook voor onze buren, korfbalvereniging ODO. Hij vindt het belangrijk dat jonge mensen kunnen sporten en heeft daar met zijn sponsoring mede voor gezorgd.”

De jarenlange sponsoring van het bedrijf past in de dorpscultuur van MVV’27. De voetbalvereniging neemt in Maasland een belangrijke plaats in de samenleving in en dat is ook terug te zien aan het aantal voetballende leden en vrijwilligers. “Daar zijn we ook enorm trots op”, zegt Emmerig. “Die warme identiteit, dat koesteren we.”

Met Emmerig komt er een echte insider op de voorzittersstoel te zitten. Als jongetje van twaalf jaar begon hij bij MVV met voetballen. In de 53 jaar die nu op sportpark De Commandeur achter hem liggen, was hij in verschillende gedaantes actief. Als keeper van het tweede en derde elftal, als coach/trainer pupillen, als coach/trainer dames en als bestuurslid technische commissie en ook maakte hij ruim twaalf jaar deel uit van de van de selectie.

“Ik ben keeperstrainer geweest van het eerste en het tweede, manager en ook teammanager en lid van de technische commissie. De afgelopen twee jaar ben ik teammanager geweest van het derde. Dat was geweldig om te doen. Ik heb het altijd mooi gevonden om met jonge jongens om te  gaan. Niet alleen vanwege het voetballen, maar ook om een luisterend oor te bieden en de verhalen aan te horen van de problemen die zij ondervonden in het opbouwen van hun leven.”

Pensioen

Nu hij met pensioen is, heeft hij de tijd om zich nog breder in te zetten voor zijn club. “Ik heb altijd een drukke baan gehad met veel verantwoordelijkheid. Ik vind dat je als voorzitter veel beschikbaar moet zijn en dat kon ik toen ik werkte niet garanderen. Ik heb diep respect hoe Pieter van Rijst de voorzittersrol heeft ingevuld. Drukke baan, jong gezin, ga er maar aan staan. Pieter is toevallig een goede vriend van mijn zoon.”

Bij zijn benoeming als voorzitter eind vorig jaar liet hij de leden weten eerst een ‘honderd dagen-onderzoek’ te gaan houden. “Ik wil de eerste honderd dagen gebruiken om met alle geledingen van de club te gaan praten en te discussiëren. Uiteraard heb ik zelf een bepaald beeld, maar dat is mijn beeld. Ik wil juist weten wat trainers, leiders en andere vrijwilligers over zaken vinden. Met die input kunnen we de weg naar de toekomst uitstippelen.”

Hij kan daarbij wel zeggen dat de kernwaarden van MVV’27 onveranderd zullen blijven. “Dat gevoel van een dorps- en familieclub waar mensen graag een vrijwilligersrol op zich nemen, moeten we koesteren. Tijden veranderen, maar onze eigen identiteit moeten we vasthouden.”

Klik hier voor meer informatie over MVV ’27
Lees hier meer artikelen over MVV ’27

Sven Braveboer is huis-dj van CION

De 20-jarige Sven Braveboer maakte drie seizoenen geleden de overstap van VFC naar CION toen hij geen junior meer was. Bij de door hem als ‘familieclub’ bestempelde vereniging is hij naast speler van het tweede elftal ook één van de sfeermakers tijdens de derde en vierde helft.

Braveboer kende een droomstart bij CION. In zijn eerste seizoen bij de senioren werd hij met het tweede team kampioen. “Ik dacht: ik ga muziek draaien en het werd een groot feest die dag. Inmiddels weet ik waar de geluidsinstallatie staat. Als het gezellig is in onze kantine gaat de USB-stick daar in en kan het feest beginnen. Meestal start ik met Nederlandstalige muziek tot een uur of acht, daarna schakel ik over op jongerenmuziek, zodat er gedanst kan worden. Om elf uur gaat de kantine dicht. Als je bedenkt dat wij vaak al om elf uur ’s morgens starten met onze wedstrijd begrijp je dat de dag dan lang genoeg geweest is.”

Het woord kantine heeft bijzondere lading voor CION. Jarenlang moest de Vlaardingse club het met alleen een porto cabins stellen, nadat het vorig met Deltasport gedeelde onderkomen door brand werd verwoest. “Het heeft lang geduurd voordat het nieuwe clubgebouw er stond. Deze maand verhuizen we”, meldt Braveboer. “Ik ben al een paar keer binnen geweest. De kleedkamer van CION is erg bijzonder. Die ziet er uit als een kleedkamer van een grote profclub. Alles is geverfd, er is ook wat graffiti en er hangen spreuken over CION aan de wand.”

Braveboer speelt met het tweede elftal in de tweede reserve klasse. “Het tweede is een echt vriendenteam. Na de promotie anderhalf jaar geleden en een herindeling door de bond zijn we nu een echte middenmoter in onze klasse. We zitten in een rare competitie, waar iedereen van iedereen kan winnen. De enige slechte wedstrijd van ons dit seizoen was de openingswedstrijd, waarin we zonder onze vaste keeper moesten spelen.”

Braveboer volgt ook de andere teams van CION op de voet. “Het eerste team is als koploper de winterstop ingegaan. Die staan er dus erg goed voor. Bij het vrouwenteam gaat het ook goed. Sinds twee jaar is er een nieuwe trainer en na diverse zwangerschappen is het team verjongd. Tot slot hebben we nog een derde team, met daarin op papier dertig man, en een veteranenteam. Uit het derde kan het veteranenteam altijd mensen plukken als zij te krap in de spelers zitten.”

Klik op CION Vlaardingen voor de laatste artikelen over de club.
Klik op CION Vlaardingen voor meer informatie over de club.

Victoria’04 zet bij meidenjacht zelfs drone in

Bij de meisjesafdeling van de Vlaardingse club Victoria’04 is het vooral een komen van speelsters. Door leuke activiteiten naast het voetbal van de meisjes heerst er een goede onderlinge verbinding, die de snelle groei verklaart.

Trainer Maurice Stoffels is één van de aanjagers van de meidentak van coördinator Dominique van der Hoeven. Hij is vol enthousiasme over de ontwikkeling van het meidenvoetbal bij de Vlaardingse fusieclub. “Ik kwam vroeger al bij Victoria kijken door een vriend,” laat de Sparta-supporter weten. “Dominique’s dochter zit bij mijn dochter Ava in de klas en toen zij wilde gaan voetballen werd ze gevraagd om bij Victoria een proeftraining te doen. We wonen dichter bij CWO, maar daar zijn ze nog niet volledig met meidenvoetbal bezig. De proeftraining beviel goed. Inmiddels is Ava keeper in de MO11. Ik werd al vrij snel gevraagd om trainer te worden van dat team. Een maatje van mij traint de jongens van Victoria en vond het leuk als ik training zou gaan geven bij de groep waar mijn dochter speelt.”

Zelf voetbalde Stoffels nooit bij een club. “Ik voetbalde vroeger op schoolpleintjes. En ik heb veel wedstrijden gezien. Ik ben een Spartaan en momenteel maken we natuurlijk mooie tijden mee op Het Kasteel, maar ik heb ook bij veel amateurvoetbal langs de lijn gestaan.”

Stoffels heeft de cijfers goed in zijn hoofd zitten. “Het meisjesvoetbal groeit hard bij Victoria. Eind vorig seizoen hadden we zes meisjes voor een team, de MO10, nu zestien. We zijn volop bezig met het werven. We willen graag een MO9 starten. Wij doen dat via Instagramberichten en door posters op te hangen en scholen te bezoeken. Ik heb zelf een drone, dus kunnen we leuke filmpjes van trainingen maken uit de lucht en die op Instagram delen.”

Stoffels, die in Sjoerd Pijpers een steun- en toeverlaat heeft bij de MO11, noemt nog een paar andere ‘randzaken’ waar hij zich mee bezig houdt. “We hebben vlaggen laten maken en samen met Dominique werf ik sponsoren. Er pronken nu al drie sponsornamen op de shirts.”

De MO11 speelt op een groter veld dan de MO10 en spelen zestig in plaats van vijftig minuten. Stoffels en Pijpers houden daar rekening mee. “De MO11 speelt op bijna een half veld. Conditioneel komen meiden die uit MO10 overkomen nog tekort. We stomen ze daarom klaar door ze rondjes om het veld te laten rennen en veel sprintjes te laten doen. We geven beloningen om het leuk te houden. Ze mogen eerder partijtje doen als de inzet goed is of een oefening uitkiezen die ze leuk vinden.”

Naast het voetbal doen ze regelmatig leuke andere dingen. “We hebben een ladies day gehouden, waarop de moeders tegen andere moeders van spelertjes voetbalden. Dat is erg goed bevallen en nu is er een 30+ damesteam opgezet. Bij slecht weer of vorst en de wedstrijden worden afgelast, organiseren we een quiz in de kantine, zodat we elkaar toch wekelijks zien. We hebben ook een paar Oekraïense speelsters. Dat was in het begin wat spannend, maar ze blijken al vrij goed Nederlands te spreken. We moeten alleen wat minder snel tegen ze praten. Met het vieren van Sinterklaas hebben we wel lol gehad. Voor die Oekraïense meiden was het allemaal nieuw. Die kruidnoten vonden ze wel wat. Al gauw aten ze een hele zak leeg.”

Klik op sc Victoria’04 voor de laatste artikelen over de club.
Klik op sc Victoria’04 voor meer informatie over de club.

Niels van Meuwen blijft altijd positief

Ook Niels van Meuwen had meer verwacht van dit seizoen, maar bij de pakken neerzitten is het laatste wat de aanvoerder van SVV doet. “Ik vind dat je als aanvoerder altijd positief moet coachen.”

Van Meuwen (29) durft het een dag voor de wedstrijd tegen Delft wel aan. Ondanks dat hij met de Schiedamse club pas twee wedstrijden heeft gewonnen in de vijfde klasse, voorspelt hij met zekerheid een overwinning. Amper twintig uur later kan de SVV-captain met zijn ploeggenoten inderdaad een zege, hoe minimaal ook (1-0), vieren.

“De club maakt best wel een moeilijke tijd door, maar ik vind het wel belangrijk om te zeggen dat er nog steeds veel mensen zijn die zich voor ons  en de club inzetten.”

Van Meuwen is klaar met de negatieve verhalen die soms in de media verschijnen. “Een deel klopt ook gewoon niet”, zegt hij. “Ik speel hier al vijfenhalf seizoen met veel plezier. Voor mij speelt dat de boventoon.”

Van Meuwen ziet zichzelf met andere spelers als kern van het eerste team. “Jongens als Casey van Os en Roley Olivera. Echte SVV’ers. De ouders van Casey doen van alles voor de club.

Met Van Os noemt hij meteen zijn partner in het hart van de verdediging. “Ik denk dat we elkaar goed aanvullen. Ik ben iemand die een goed overzicht heeft en goed in duels is. Anderen moeten maar over mijn technische voetbalkwaliteiten oordelen.”

Van Meuwen begon zijn carrière bij SC Spaland en werd daar opgemerkt door Zwaluwen, dat hem naar Vlaardingen haalde. Aan de Zwaluwenlaan ontwikkelde hij zich voorspoedig, maar het eerste elftal haalde hij niet. “Ik heb met spelers als Bart Fiegel en Furghill Zeldenrust getraind. Ik keek mijn ogen uit. Toen FC Twente op bezoek kwam voor de KNVB-beker mocht ik als jeugdspeler op de bank zitten.”

Van Meuwen besloot terug te keren naar zijn oude club Spaland, die inmiddels was gefuseerd met VVK’68 tot Kethel Spaland. De verdediger wist een basisplaats te veroveren in het team dat promoveerde naar de tweede klasse. “Als rechtsback. We hadden een overschot aan centrale verdedigers en ik besloot me te richten op de linksbackpositie.”

Het seizoen erop kreeg Van Meuwen steeds minder speeltijd. “Ik kon daar moeilijk mee omgaan”, kijkt hij terug. “Ik had veel discussies met de trainer. Ik was 22 en wilde spelen. Ik was jeugdig en misschien onbezonnen. Ik raakte het plezier helemaal kwijt.”

Ferry Seton haalde hem naar SVV. Bij de traditierijke Schiedamse club werd hij zelfs aanvoerder. “Een geboren leider ben ik niet, maar ik zie mezelf wel als stimulator voor mijn medespelers. Toen de trainer destijds vroeg wie aanvoerder wilde zijn, stak niemand zijn vinger op. Toen heb ik het maar gedaan.”

Van Meuwen is de eerste om toe te geven dat de prestaties dit seizoen niet meevallen. “We zijn de voorbereiding gestart met een andere ploeg waarmee we nu spelen. Het is gelopen zoals het is gelopen. De trainer heeft bepaalde keuzes gemaakt. Daar kan je het mee eens zijn of niet, we moeten als SVV verder.

Klik op sv SVV voor de laatste artikelen over de club.
Klik op sv SVV voor meer informatie over de club.

Dirk de Romph doet niet aan VFC-pensioen

Met werken is hij inmiddels gestopt, maar als het aan Dirk de Romph ligt, komt het voorlopig niet van een pensioen bij VFC. De 65-jarige inwoner van de wijk Holy bekleedt als wedstrijdsecretaris van de jeugd en senioren een sleutelfunctie.

De Romph zit deze zaterdag achter zijn computer in de kamer van de wedstrijdcommissie van VFC. Terwijl buiten de wedstrijden zich in een rap tempo volgen, is het erelid van de Vlaardingse club bezig om het wedstrijdschema van over een paar weken te bekijken. “De KNVB wil wedstrijden nog wel eens onlogisch indelen, waardoor onze vrijwilligers steeds bezig zijn om veldjes op te bouwen. Met wat wijzigingen hoeven we dat allemaal niet te doen”, legt hij uit.

Het werk van een wedstrijdsecretaris houdt nooit op, weet De Romph. “Gisteravond heb ik nog contact gehad met twee andere verenigingen die voor vandaag geen team op de been konden krijgen. Dan doe je meteen een wijzigingsverzoek via Sportlink en een nieuwe datum voor de wedstrijd plannen.”

“Door Sportlink is het allemaal wel een stuk makkelijker en sneller geworden”, vervolgt hij. “Vroeger moest alles handmatig worden ingevuld. Wedstrijdformulieren ook.”

“Op de avond voor het verstrijken van de overschrijvingstermijn reed ik naar het bureau van de KNVB in Rotterdam. Je had dan een gigantische stapel overschrijvingsformulieren bij je. Je zag daar alle andere wedstrijdsecretarissen. Dat is allemaal niet meer door Sportlink. Aan de ene kant heeft Sportlink het voetballeven makkelijker gemaakt, aan de andere kant is er wel veel minder contact.”

De Romph vertelt vol trots dat hij al bijna 58 jaar lid is van VFC. In 1966 meldde zijn vader de kleine Dirk aan bij de club. Na een actieve carrière die vanwege een blessure al vroeg eindigde, werd hij vrijwilliger in allerlei functies. “Ik ben ook nog jaren scheidsrechter geweest. Ik floot ook voor de KNVB. Tweede en derde klasse, dus best een aardig niveau. Door slijtage aan mijn knie moest ik daarmee stoppen.”

De Romph maakte inmiddels al deel uit van de jeugdcommissie als wedstrijdsecretaris. “In 1996 ben ik ook de senioren gaan doen omdat de wedstrijdsecretaris ermee stopte.” Hij wist toen nog niet dat VFC flink zou gaan groeien. “Op een gegeven moment ging het zo hard dat ik een F16 heb ingeschreven in de competitie. De grootste groei is nu achter de rug, maar omdat we maar drie velden hebben is het wel altijd een puzzel om alle teams te kunnen laten trainen en spelen.”

De Romph verzorgt nu voor in totaal 66 teams de wedstrijdzaken. “We hebben negen seniorenelftallen, de rest is jeugd”, zegt hij. “Vroeger was ik van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat op zaterdag op de club. Dat doe ik niet meer, want ik voel ook dat ik een dagje ouder wordt. Meestal ben ik er om een uur of tien en ga dan om vijf uur naar huis. Op zondag ben ik er ook bij de senioren. We hebben het zo geregeld dat de ene week alle teams thuis spelen en de andere week alles uit. Thuis ben ik de hele dag bij VFC, uit ga ik altijd mee met het eerste elftal.”

Klik op VFC Vlaardingen voor de laatste artikelen over de club.
Klik op VFC Vlaardingen voor meer informatie over de club.

Steven Lugtmeijer betrouwbare HBSS-sluitpost

Steven Lugtmeijer is bezig aan zijn tweede seizoen sinds zijn terugkeer vanaf BVV Barendrecht bij HBSS. De 26-jarige sluitpost brengt veel ervaring mee in de Schiedamse ploeg, die zo snel mogelijk naar een veilige positie in de tweede klasse wil.

“Ik denk dat ik pas vier jaar was toen ik al begon met voetbal bij SVV. Tot aan de D-tjes was ik veldspeler, maar toen onze keeper geblesseerd raakte, stond ik een paar duels op doel. Daarna ging ik weer terug het veld in.” Toch nam Lugtmeijer rond zijn elfde, twaalfde jaar weer plaats onder de lat. “Het regioteam had geblesseerde keepers en ze vroegen mij als invalkeeper. Als voetballer zat ik soms op de reservebank, dus ik realiseerde me toen dat mijn kansen als doelman veel groter waren.”

Omdat SVV geen A-jeugd had, kwam de jonge Steven al snel in de hoofdmacht terecht. Trainer Omar Rziki vroeg hem om het seizoen erna, toen hij nog eigenlijk tweedejaars A-junior was, naar het Rotterdamse HWD te komen. “Aan het begin van dat seizoen spraken we met de andere doelman af dat we beiden om de twee weken in het eerste zouden keepen”, herinnert Lugtmeijer. “Mijn concurrent scheurde echter net voor de start van de competitie de meniscus van zijn knie en dus keepte ik uiteindelijk alles. We draaiden bovenin mee, dus het was een mooi debuut daar.”

Toch vertrok hij al na één jaargang bij HWD. “Via medespelers kwam ik in gesprek met trainer Toon Wolters. Ik besloot om naar HBSS te gaan na dat gesprek. HBSS speelde toen in de derde klasse. Het eerste seizoen was ik reservekeeper, maar leerde ik veel. In het tweede seizoen groeide ik uit tot de vaste doelman.” Wolters ging ook SVV coachen in het seizoen daarna en vroeg Lugtmeijer mee te gaan. “Ik hoopte daar veel te leren van Serhan Tenekecioglu, die een zeer ervaren doelman was. Maar hij wilde de concurrentie helaas niet aangaan met een jonge doelman. Jammer, ik had graag veel van hem geleerd.”

Het werd alsnog een mooi seizoen bij SVV, want de oud-profclub greep als tweedeklasser een periodetitel. “In de nacompetitie verloren we na strafschoppen. Ik stopte er drie, maar wij misten er vier. Ik kreeg van de tegenpartij te horen dat het niet aan mij lag, maar liever had ik dat ons team gewonnen had en ik misschien niet goed gespeeld had.”

Terugkeer

Vanaf 2019 speelde Lugtmeijer bij Barendrecht totdat hij zomer 2022 terugkeerde bij HBSS. Dit seizoen ontbreekt het de Schiedamse ploeg aan fortuin vindt Lugtmeijer. “We hebben voetballend een goede ploeg. Maar we pakken te weinig punten en verliezen te vaak met een doelpunt verschil. Gelukkig wonnen we het laatste duel voor de winterstop tegen Hilligersberg. We kwamen 2-0 voor, maar in de 80ste minuut werd het 2-1 en werd het toch weer spannend. Ik had het geluk dat bij hun laatste corner hun keeper meekwam en de bal voor zijn voeten kreeg. Hij twijfelde te lang en ik kon de bal wegplukken voor zijn voeten. Als daar een spits had gestaan, had die wel gescoord.”

Voor 2024 heeft Lugtmeijer een duidelijk doel: “Met HBSS weg van de degradatiezone.”

Klik op HBSS voor de laatste artikelen over de club.
Klik op HBSS voor meer informatie over de club.

Toon Wolters en Bas van Loenen zijn honkvast

De trainerscarrousel in de regio Vlaardingen/Maassluis draait volop, maar Toon Wolters en Bas van Loenen verwisselen opnieuw niet van club. Beide oefenmeester blijven nog een jaar bij respectievelijk HBSS en VFC.

HBSS

Zowel Wolters als Van Loenen kunnen als honkvast worden betiteld. Wolters is momenteel bezig bij HBSS aan zijn achtste seizoen. Dat het huwelijk tussen de Schiedamse club en de oefenmeester nog altijd sprankelend is, bewees de titel in de derde klasse van vorig jaar. Dit seizoen zijn de bewoners van Harga een goede middemoter in de tweede klasse.

VFC

Bas van Loenen is al even succesvol bij VFC-zaterdag, waarmee hij zes jaar geleden begon in de vierde klasse. Intussen spelen de Kwekkers in de tweede klasse en staat daarin op de vierde plaats.

Excelsior’20

Successen zijn vaak een drijfveer om met de huidige trainer door te gaan. Dat geldt ook voor Excelsior’20, dat ook komend seizoen Jacco Verhoef voor de groep heeft staan. Verhoef promoveerde twee seizoenen geleden met de 104 jaar oude club van de vierde naar de derde klasse. Nieuw succes ligt in het vooruitzicht, want Excelsior’20 heeft als koploper een gaatje geslagen met de concurrentie in de derde klasse.

Victoria’04

Ook bij Victoria’04 is er grote tevredenheid over het functioneren van de trainersstaf. Dat mondde uit in een nieuw contract voor Raymond Kraaijbeek. De hoofdmacht van de Vlaardingse fusieclub sloot de eerste competitiehelft af als nummer negen van de derde klasse.

DVO’32

DVO’32, poulegenoot van Excelsior’20 en Victoria’04, beleeft een uiterst teleurstellend seizoen. Al ver voor hde jaarwisseling besloten het bestuur van de club en huidig trainer Benjamin van der Zwan dat de samenwerking tot één seizoen beperkt zou blijven.

PPSC

Ook PPSC moet op zoek naar een nieuwe trainer.  Ersin Kaplan trekt na zijn tweede seizoen komende zomer bij de vierdeklasser de deur achter zich dicht.

SVV

Bij stadgenoot SVV verlengde Ramon Bronkhorst zijn contract met een derde jaar.

 

Linda Mudde deelt met dochters voetbalpassie

Bij VDL lopen liefst vier speelsters met de achternaam Mudde rond. Moeder Mudde beleefde een paar mooie momenten deze voetbaljaargang. Naast dat de eerste doelpunten gevierd konden worden mocht ze met haar teamgenoten genieten van een gasttraining door niemand minder dan John de Wolf.

Noa en Sara Mudde zijn een twee-eiige tweeling die op 7-jarige leeftijd al bij de F-jes begon van VDL in Maassluis. “Vijf jaar geleden ben ik gestart met trainingen geven, toen onze jongste dochter Ava begon te voetballen bij de MO9”, vertelt Linda Mudde, de moeder van drie VDL-speelsters. “Daarvoor was ik toeschouwer bij Sara en Noa. Ze zijn nu zestien jaar, dus voetballen al bijna tien jaar bij VDL.” Noa speelt bij de meisjes onder de MO17, Sara bij de jongens onder de 17 (JO17). “Sara heeft aardig wat talent en speelt al vanaf onder de 13 jaar bij de jongensteams mee. Ze is het enige meisje van de club dat bij jongens onder de 17 meespeelt. Nu is dat wel zwaar omdat die gasten in deze leeftijdsklasse fysiek sterker worden dan meiden.”

Noa, Sara en Ava trainen allemaal twee keer per week en Linda zelf ook 1x per week, dus zijn er vrijwel dagelijks bij VDL een paar Muddes te vinden. Linda: “Tijdens het VDL-horecatoernooi deden we met een paar voetbalmoeders mee in het team van Eetcafé Westgaag. Het was een gezellige, zonnige dag. Van tevoren hadden we al een paar keer getraind en na afloop van het toernooi hebben we het eetcafé als sponsor gevraagd. Daarna zijn we op dinsdagavonden gaan trainen.”

”We zijn begonnen met vijf vrouwen, maar dat werden er al gauw vijftien. Op een gegeven moment kregen we zo veel aanmeldingen dat we met een wachtlijst hebben ingevoerd. Op vrijdagen zijn we in een 7 tegen 7-competitie gaan deelnemen. We spelen vaak tegen meiden van rond de twintig jaar, terwijl de meesten van ons team een stuk ouder zijn. Tot nu toe hebben we alles veloren, maar een paar weken geleden tegen Zoeterneer maakte Linda Fenne wél voor het eerst een doelpunt voor ons. Ik gaf een voorzet en zij rondde af. We gingen helemaal uit ons dak”, lacht Linda.

Zij ziet dat tegenstanders veel ingetogener of koeler reageren bij een door hen gemaakt doelpunt. “Wij zijn met recht het gezelligste team. Bij ons wordt het echt uitbundig gevierd als we scoren, wat ook in de wedstrijd erna weer lukte.” Linda verzorgt op vrijdagavonden de trainingen voor de 18+groep waarin ze zelf speelt.  “Die vrijdagavond is praktisch, zodat de moeders op zaterdag bij hun kinderen kunnen kijken. Om zelf ook te kunnen trainen werken we nu regelmatig met gasttrainers en clinics. Iemand riep ‘Ik ga John de Wolf regelen’.”

En het lukte inderdaad om Feyenoord-icoon De Wolf te strikken. “Hij was serieus. Maar na de felle warming-up gaf hij aan dat hij de training ging aanpassen. Eén van onze jonge speelsters heeft na afloop nog zijn muts gekregen.”

Klik op VDL Maassluis voor de laatste artikelen over de club.
Klik op VDL Maassluis voor meer informatie over de club.

 

Max de Bruijn is hard nodig bij PPSC

PPSC speelt vooralsnog een bijrol in de vierde klasse en dat is een doorn in het oog van verdediger Max de Bruijn, die niks liever wil dan met zijn ploeg in de top spelen. “We zijn veel beter dan je op basis van onze achtste plaats zou vermoeden.”

De laatste twee wedstrijden voor de winterstop leverde PPSC twee schamele puntjes op. Na een 0-0 tegen Ommoord, passend bij een regenachtig decor, volgde een veel spectaculairder 3-3 gelijkspel tegen IJVV de Zwervers uit Rotterdam. “Die gelijke spelletjes schieten niet op”, zegt De Bruijn met enigszins chagrijnige ondertoon. “De eerste competitiehelft is alles bij elkaar heel teleurstellend verlopen. Na de afgelopen seizoenen hadden we op veel meer gerekend. Hopelijk kunnen we onszelf in het nieuwe jaar verbeteren en wie weet kunnen nog in een periode een succes halen.”

Voor de 28-jarige De Bruijn waren het sowieso op voetbalgebied geen maanden om met groot plezier aan terug te denken. Na vorig seizoen al lang uit de roulatie zijn geweest door een knieblessure kreeg hij in deze jaargang te maken met een kwetsuur aan zijn achillespees. “Na zo’n rampjaar wil je weer lekker voetballen. Het begon met een kleine beetje pijn, maar op een gegeven moment was het niet meer uit te houden”, zegt hij over zijn achillespeesblessure. “Ik heb jammer genoeg heel wat wedstrijden moeten missen. Gelukkig is de blessure nu genezen. Ik ben pijnvrij.”

PPSC kan een fitte De Bruijn goed gebruiken, want in tegenstelling tot andere seizoenen lukt het de Schiedammers niet om zich in de kopgroep van de vierde klasse te mengen. “We hebben echt wel een prima groep”, weet De Bruijn. “We zijn ook vatbaar gebleken voor blessures van bepalende spelers. Niets ten nadele van die jongens die daardoor hebben gespeeld – die hebben naar behoren gepresteerd – maar elk team heeft er last van als het spelers mist.”

De Bruijn is inmiddels al een aantal jaren een gewaardeerde kracht bij ‘PPSC’. Hij begon bij Zwaluwen en was daarna actief in de jeugdafdeling van Excelsior Maassluis. Ook droeg hij nog een periode het shirt van CWO. “Ik kreeg niet veel kansen op speelminuten. Bij PPSC speelden al wat vrienden. Ik ben begonnen als middenvelder, maar al snel verhuist naar de centrum van de verdediging.”

Daar komen zijn kwaliteiten het beste tot hun recht. Hij heeft een prima overzicht, een goede pass en is sterk in de één-tegen-één. Hij moet lachen als de naam van de Oostenrijkse Feyenoorder Gernot Trauner wordt genoemd. “Mijn ploeggenoten noemen me wel eens zo, haha. Heel raar is dat ook weer niet. Ik sta op dezelfde positie en ik lijk ook qua uiterlijk veel op hem. Ik kan en mag me natuurlijk niet spiegelen aan zijn niveau, maar ik zie het vooral als compliment.”

Het slot op de PPSC-deur heeft in het dagelijks leven ook de nodige verantwoordelijkheid. Hij waakt over de waterveiligheid van Nederland. “Ik ben adviseur waterveiligheid. Wij als bedrijf adviseren organisaties als waterschappen over dijken en bodemkwaliteit. We zijn volop bezig met een klimaatadaptieve toekomst.”

Klik op PPSC voor de laatste artikelen over de club.
Klik op PPSC voor meer informatie over de club.

 

Mitchel den Brinker fixt alles bij Kethel Spaland

Hij zoekt sponsors, praat met potentiële aanwinsten en bemoeit zich met het nieuwe wedstrijdtenue. Mitchel den Brinker (23) neemt als manager van Kethel Spaland veel werk van anderen uit handen.

In de kledingopslagplaats in het clubgebouw van Kethel Spaland haalt Den Brinker het nieuwe shirt van de hoofdmacht uit de kast. “Mooi, hé”, zoekt hij bevestiging. “De kleuren en strepen zijn hetzelfde, maar de accenten zijn net even wat anders. Het is frisser, moderner en oogt gestyleder. Kijk, hier is het oude shirt. Oubollig hé.”

Op het nieuwe shirt prijken ook de namen van nieuwe sponsors. En zelfs op het broekje dat door de spelers van de Schiedamse derdeklasser gedragen wordt is op één van pijpen een logo en naam van een trouwe sponsor te vinden. Den Brinker is zelf de boer op gegaan. “Onze sponsoractiviteiten stonden een beetje op een laag pitje. We hielden het in stand, maar echt nieuwe sponsors werden niet benaderd. We hebben inmiddels enkele nieuwe sponsors kunnen binnenhalen, waardoor we wat extra voor die jongens kunnen doen.”

En dat is in de huidige tijd geen overbodige luxe, waar het elk jaar weer een klus is om een goede selectie samen te stellen. Den Brinker mag dan op papier teammanager zijn, hij bemoeit zich ook met hoe de ploeg er uit komt te zien. “Onze trainer Ben Hoogwerf noemt mij manager en dat is een betere betiteling voor de rol die ik vervul  dan teammanager. Ik leg niet de shirtjes en broekjes neer voor de wedstrijd, ik hou me meer bezig met de zaken om het eerste elftal heen. Zaken die anders op het bordje van een trainer terechtkomen.”

Met zijn 23 jaar zou Den Brinker zelf nog voetballer moeten zijn, maar vanwege een onwillige knie zit zelf spelen er voor de Shell-operator niet meer in. “Het is zoals het is. Ik heb me er al een tijdje geleden bij neergelegd. Deze rol is mij helemaal op mijn lijf geschreven. Ik hou ervan om dingen te fixen.”

Hij was nog maar twintig jaar toen hij onder trainer Rinus Schrijver als manager aan het zondagteam werd toegevoegd. “Dat gebeurde op verzoek van de spelers. Na Rinus kwam Ronald van der Zalm als trainer. Bij hem zijn we kampioen geworden en gepromoveerd naar de tweede klasse.”

In de tweede klasse voetbalde Kethel Spaland echter niet, want al voor de jaarwisseling werd besloten om de zaterdag het vlaggenschip te laten zijn. “Ik heb me daar niet mee bemoeid”. Zegt Den Brinker. “Het was iets van die jongens. Ik denk dat het onvermijdelijk was, omdat veel jongens niet meer op zondag wilden spelen. Uiteraard heb ik wel bij de gesprekken gezeten bij de samenstelling van het nieuwe elftal. Eigenlijk viel dat allemaal goed in elkaar, omdat er op zaterdag gaten vielen.”

Dat hij jong is, is geen nadeel, zegt Den Brinker. “In deze rol heb je een soort brugfunctie tussen spelers en trainer. Omdat ik van dezelfde leeftijd ben als die jongens komen ze wat eerder naar mij toe als ze ergens mee zitten. Tegelijkertijd zorgt dat er ook voor dat de trainers zich vooral concentreren op het voetbal. Ik probeer ervoor te zorgen dat ze zich voornamelijk op het voetbal kunnen concentreren. Als we een teambuildingactiviteit gaan doen zorg ik daar ook voor. Trainingskamp idem dito.”

Klik op vv Kethel Spaland voor de laatste artikelen over de club.
Klik op vv Kethel Spaland voor meer informatie over de club.

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Ontvang nu ook maandelijkse het laatste nieuws uit het amateurvoetbal in jouw regio.