Home Blog Pagina 10

Jowy Henriette keert terug bij VV Kethel Spaland

De 18 jarige Schiedamse verdediger Jowy Henriette keert komend voetbal seizoen terug bij Kethel Spaland.

Met trots mogen we melden dat Jowy Henriette terugkeert bij vv Kethel Spaland! Na een aantal leerzame en waardevolle jaren in de jeugdopleiding van Excelsior Maassluis, keert deze talentvolle speler nu terug op het sportpark Willem Alexander.

Jowy Henriette: “Na een goed gesprek met de trainers Paul van Loenen en Marc Verhaeren en vertegenwoordiging uit de voetbaltechnische commissie heb ik besloten om terug te keren bij m’n oude club. Ik kijk dan ook heel erg uit naar het nieuwe voetbalseizoen. Hopelijk gaan we er met z’n allen sportief gezien wat moois van maken!”

VTC lid Ed van Troost: “ De overstap van Jowy terug naar KethelSpaland is voor ons als bevestiging dat we als club sportief gezien op de goede weg zijn. Jowy heeft na zijn vertrek een aantal seizoenen bij Excelsior Maassluis ervaring op kunnen doen en komt dus met een goed gevulde voetbal bagage onze selectie versterken. In de selectie komt hij een aantal spelers tegen waarmee hij eerder heeft gevoetbald of die trainer van hem zijn geweest, dat zal hem positief beïnvloeden in zijn ontwikkeling als speler zodat hij snel onze selectie aan kan haken. We wensen Jowy veel succes en voetbal plezier bij onze club.

Klik op vv Kethel Spaland voor de laatste artikelen over de club.
Klik op vv Kethel Spaland voor meer informatie over de club.

Proefproject ‘Open Veld’ bij v.v. Steenbergen stemt velen positief

STEENBERGEN – Zonder toezicht op een ‘echt’ voetbalveld een balletje trappen. Het kan niet overal, maar wel sinds januari van dit jaar bij v.v. Steenbergen. Daar wordt elke zondag de poort van het sportpark open gezet voor de voetballende jeugd. Het project ‘Open Veld’, dat loopt tot de zomerstop, slaat in positieve zin aan.

“Sinds de openstelling in januari hebben we slecht een enkele keer een incident gehad, maar de rest van de zondagen zijn allemaal heel positief verlopen. Iedereen, de kinderen en zeker ook de ouders, zijn razend enthousiast. En wij als club ook”, zegt voorzitter Wim Roovers.

Tijdens een kwartaaloverleg met voorzitters van de andere voetbalclubs en vertegenwoordigers van de gemeente Steenbergen kwam het onderwerp ‘openstelling sportparken’ regelmatig ter sprake. Maar de meesten waren niet happig, vooral vanwege de vrees voor vervuiling en vandalisme. Wij hadden te maken dat soms het hek kapot werd geknipt of jeugd er overheen klom. Dus wij dachten: waarom zouden we de poort niet openzetten? Dat hebben we met de gemeente besproken, zij zijn immers eigenaar van het complex. Daarop is besloten dat wij bij wijze van proef een half seizoen lang de toegangspoort openstellen. En tot op heden gaat dat overwegend goed.”

Medewerkers van Jeugdwerk en ook de boa’s van Handhaving hebben goed in kaart welke jeugd er actief is op de veldjes en dus ook op het sportpark. Dat werkt goed volgens Roovers en zorgt ervoor dat er weinig excessen plaatsvinden. “We hebben wel gedragsregels opgesteld en daar houden de meesten die op het veld voetballen zich keurig aan. Wel hebben we een enkele keer wat rotzooi gevonden zoals blikjes en bekertjes. Dat hebben we toen gemeld bij jeugdwerk en handhaving. Hopelijk blijft het bij die incidentjes want het zou heel jammer zijn dat een kleine groep het voor de meerderheid zou verzieken en verpesten. De jeugd kan zich heerlijk uitleven en wat is er nou mooier dan dit op een echt veld met grote doelen te kunnen doen?”

Roovers kijkt vooral positief naar het proefproject waarmee zijn club de nek uitsteekt in de gemeente. ”We werken met een groep van zo’n tien vrijwilligers om het sportpark te openen en te sluiten. We bemerken dat er vaak nog jeugd aan het spelen is als om vijf uur de poort weer wordt gesloten. Ze ruimen dan netjes op en gaan keurig het terrein af. Zo hoort het ook en dat is fijn. Op deze manier is het toch enigszins controleerbaar, ook al is er geen permanent toezicht.”

Samen met de gemeente gaat men bij v.v. Steenbergen het project evalueren we aan het einde van het seizoen. “Maar tot nu toe gaat het voor het overgrote deel dus heel erg goed. We voorzien in een duidelijke behoefte voor de jeugd en hopelijk beseft die kleine groep die soms overlast geeft ook dat dit iets unieks is en dat ze het niet voor de goedwillenden moeten verpesten. Dat zou pas echt heel erg zonde zijn. Ik ben heel blij met dit experiment en hoop dan ook dat we het na de zomer gewoon verder kunnen zetten.”

Klik op VV Steenbergen voor de laatste artikelen over de club
Klik op VV Steenbergen  voor meer informatie over de club.

SC Everstein MO20 maakt indruk

Het team van de MO20 van SC Everstein heeft het afgelopen seizoen indruk gemaakt. Onder leiding van hoofdtrainer Rogier Kers (32), assistent-trainer Nikolaj van Collenburg (45) en derde trainer Erwin Verwoerd heeft de groep een enorme groei doorgemaakt.

Rogier kwam over van de JO18, waar hij vier jaar geleden begon bij de JO15, terwijl Nikolaj met zijn ervaring en betrokkenheid bij het team – zijn dochter Sara speelt mee – een vertrouwd gezicht is. Erwin, ook een vader van een speelster, is sinds dit seizoen betrokken bij het trainersduo en draagt bij aan de ontwikkeling van het team. Speelsters Noa de Waard (17), linksback, en Fleur Runneboom (17), die haar draai vond in de aanval, zijn blij met het nieuwe trainersduo en zijn tevreden over de progressie die hun team heeft geboekt.

Noa de Waard is de linksback van de MO20 en was verrast door de promoties. “Toen we promoveerden dachten we eigenlijk dat we alles met 10-0 zouden gaan verliezen en toen promoveerden we weer. Het is leuk om te zien dat we als best wel veel met elkaar hebben bereikt. Dit wordt alweer mijn derde jaar bij Everstein. Vorig jaar hadden we allerlei verschillende trainers. Nu hebben we twee vaste trainers waarmee we goed overweg kunnen. Met de vorige trainers trouwens ook hoor, maar het verschil is dat we nu wat serieuzer trainen.”

Fleur Runneboom speelt al zes jaar bij Everstein. “Ik heb heel lang in de verdediging gespeeld en vond het een beetje saai worden. Het leek me ook wel eens leuk om wat meer te scoren. Sinds afgelopen seizoen speel ik dus meer in de aanval. Het is leuk dat het zo goed gaat met ons team. Zoals Noa al zei trainen we wat serieuzer dan eerst. De trainingen zijn ook heel divers. Het is dan fijn om te zien dat je resultaat behaalt. Dan weet je waarvoor je het doet.”

Beide meiden zijn erg positief over het nieuwe trainersduo. Eén van hen was twee seizoenen geleden ook al trainer. Dat is Nikolaj van Collenburg, hij is de assistent-trainer. “Vorig jaar was ik inderdaad ook al betrokken. Toen pakten we het met vier vaders op. Mijn dochter Sara speelt ook mee bij het team. De groep is qua leeftijd heel divers. De jongste is een jaar of veertien, maar we hebben ook meiden van achttien erbij lopen. Het is een leuke groep meiden waar wij als trainers energie uit halen en ook onze energie in kwijt kunnen. Alleen moeten we af en toe wel even de boel aanslingeren. Daarmee bedoel ik dat ze bijvoorbeeld tussen twee oefeningen in even vergeten dat ze op een voetbalveld staan en vooral aan het praten zijn. Maar begrijp me niet verkeerd, het is geweldig om met deze groep samen te werken.”

Hoofdtrainer Rogier Kers gaf eerst training aan de JO18. Door een bestuurslid werd hij aan zijn jasje getrokken of hij de MO20-1 wilde trainen. Het leek hem een leuke uitdaging. “Er zijn heel veel dingen hetzelfde in het trainen van meiden en jongens, maar het grootste verschil wat ik tot nu toe merk is toch een stukje beleving. Plezier staat natuurlijk altijd voorop en ik heb het idee dat de meiden dat ook wel hebben op het veld. Wij als trainers staan er ook voor om ze op het gebied van voetbal wat proberen bij te brengen. En volgens mij is dat in het afgelopen seizoen gelukt. We zijn erg trots op het team en we zien dat de meiden hun best doen op trainingen. We hebben altijd de ambitie om hogerop te spelen en willen in principe dus nog een keer promoveren, maar hoe dan ook blijft plezier het belangrijkste.”

Klik voor meer artikelen op SC Everstein.
Klik voor meer informatie over SC Everstein.

VV Vianen 2: Een zesdeklasser met miljoenen TikTok-views

Waar je normaal gesproken de grootste amateurclubs met de meeste prestaties in de spotlights ziet, doet VV Vianen 2 het op een heel andere manier. Deze zesdeklasser, officieel het tweede elftal van VV Vianen, heeft meer dan een miljoen volgers op TikTok en tienduizenden op Instagram.

Wat begon als een vriendenteam met weinig verwachtingen, groeide uit tot een online fenomeen. “Het is eigenlijk allemaal begonnen met biertjes en een beetje kutten,” vertelt Nigel Nijzink, vaste waarde op het middenveld van het elftal.

TEAM DAT EIGENLIJK NIET HAD MOETEN BESTAAN
Vianen 2 bestaat pas drie jaar. Vianen 1 bestaat niet meer dus is het ‘tweede’ het hoogst spelende team van de club. “Ik zat zelf eerst bij de Onder 23 van Vianen. De club heeft nu in totaal vijf elftallen. Dat we als tweede elftal nu het hoogste elftal zijn, is best bijzonder,” zegt Nigel, die al meer dan tien jaar bij de club voetbalt. Ooit speelde hij bij
VV Brederodes, de grote buurman van het kleine VV Vianen. “Ik ben begonnen bij Brederodes, maar dat is zo’n grote club… daar miste ik het gevoel. Bij Vianen kent iedereen elkaar, dat maakt het leuk.” Voor Nigel was het een bewuste keuze om in de
D’tjes naar Vianen te gaan. “Ik had twee vrienden die bij Vianen voetbalden. Zij zijn inmiddels gestopt, maar ik ben gebleven.”

EEN VRIENDENTEAM MET EEN KNIPOOG
Wat Vianen 2 uniek maakt, is niet alleen hun samenstelling – twee vriendengroepen die samensmolten tot één team – maar vooral hun online aanwezigheid. “Didier Bogert doet dat voor 99%. Wij hadden nooit het idee om filmpjes te maken of iets met social media te doen. Hij begon gewoon met filmpjes van ons tijdens en na de wedstrijden, vaak met een dikke knipoog. En dat sloeg aan.” Wat begon als gein groeide uit tot iets serieus. “We hebben samenwerkingen met merken als Focusdrink en zelfs met De Bankzitters. Allemaal voetbal gerelateerd. Dingen die je normaal nooit zou doen in je leven. Daarom vind ik het heel leuk dat we online zo succesvol zijn.”

BEKENDHEID ZONDER GEDOE
Op straat herkend worden? “Gelukkig niet,” lacht Nigel. “Het is heel leuk als mensen je herkennen, maar ik ben blij dat ik niet overal word aangesproken. Dat past ook niet bij mij. Wij zijn gewoon een vriendenteam dat in de zesde klasse speelt.” Vianen 2 is niet van plan te transformeren naar een eerste elftal om zich in te schrijven in de vijfde klasse. “Die ambitie om hogerop te komen is er wel hoor. Maar het is vooral belangrijk dat we plezier maken. We trainen twee keer per week, op maandag en woensdag. Maar eerlijk is eerlijk: dat lukt niet altijd.”

TUSSEN AMBITIE EN REALITEIT
Toch sluiten ze een stap hoger niet uit. “Je kunt je inschrijven voor die vijfde klasse, maar als we eerlijk zijn… We zouden waarschijnlijk elke week worden weggespeeld. In de zesde klasse kan je van iedereen winnen en van iedereen verliezen. We moeten reëel blijven.”Nigel zelf is een vaste kracht op het middenveld. “Ik heb een redelijke visie denk ik, maar mis snelheid en techniek. Toch weet ik mijn rol in het team wel te pakken.” Of hij
ooit nog bij een andere club wil spelen? “Nee. Als ik stop met voetballen, dan stop ik bij VV Vianen. Hier ken ik iedereen en heb ik goed contact met het bestuur. Het is gewoon een hechte club.”

TOEKOMSTMUZIEK
Het team is in korte tijd uitgegroeid tot een vaste kern. “We zijn inmiddels echt een vastgegroeid team. Iedereen kent elkaar goed, er is weinig verloop. Dat maakt het leuk, zolang we plezier blijven maken, komt de rest vanzelf wel.”

Klik hier voor meer informatie over Vianen
Klik hier voor meer artikelen over Vianen

 

NOAD’67 en Justin Moerland doen volop  mee voor prijzen in de 4e Klasse B!

SINT PHILIPSLAND – In het derde seizoen dat NOAD’67 uitkomt in de vierde klasse van het zaterdagvoetbal ligt het elftal van verdediger Justin Moerland vol op koers voor de eventuele prijzen. Volop kansen op een periodetitel, nacompetitie en dus eventuele promotie.

“Dat zou wel heel mooi zijn mochten we dat weten te bemachtigen. Er zijn drie ploegen die kans maken om nog twee periodetitels te verdelen, als je er vanuit gaat dat Krabbendijke wellicht kampioen wordt. Daar moeten wij als NOAD’67 in mijn ogen dan toch zeker één van zijn. We beleven een behoorlijk goed seizoen al is het zonde dat we gaandeweg een klein sportief dipje hebben gehad. Dat je de ene week 1-5 wint en een week later 1-5 verliest. Heel bizar wel en misschien ook wel doodzonde aan het eind van de rit.”

Moerland (29) begon ooit bij de smurfen op de club, stopte een paar jaar om later bij de F’jes weer opnieuw te beginnen. “Sindsdien ben ik nooit meer weggeweest en uiteindelijk speel ik nu alweer zo’n tien jaar ook in het eerste. Tussendoor heb ik nog wel één seizoen in het derde gespeeld omdat ik het voetbalplezier wat was kwijtgeraakt. Maar dat had ik al vrij snel weer hervonden want het is een geweldige club en bovendien de mooiste sport om te kunnen beoefenen.”

Het verval in wedstrijden waarover Moerland het had wijt de middenvelder misschien nog wel het meeste aan het gemis van echte leiders in het veld. “Als bepalende jongens bij ons geblesseerd zijn, zoals Frank en Rob den Engelsman bijvoorbeeld dan zie je dat we mensen missen die in het veld de lijnen uitzetten of jongens bijsturen. We hebben best wat jonge gasten in de selectie en dan is sturing en coaching essentieel.”

Het eigen seizoen van de centrale verdediger is er eentje met verschillende gezichten. “In de voorbereiding was ik nog met vakantie en heb ik de eerste drie wedstrijden gemist. Daarna heb ik voor de winterstop vrijwel alles gespeeld tot een blessure roet in het eten gooide. Na de winter tegen WIK’57 kreeg ik een tik op mijn knie en heb daardoor een flinke reeks moeten missen. Trainen doe ik wel maar met bal gaat het nog niet zo heel lekker en dat is wel balen. Maar ik heb goede hoop om toch nog wat duels mee te pikken.”

Het liefst hoopt men bij NOAD’67 nog op het veroveren van een eventuele periodetitel. “We wisten vooraf niet goed wat de kracht van onze tegenstanders zou zijn. Maar ik denk zeker dat we hebben laten zien om prima onszelf te kunnen meten qua niveau. Jammer dat we na de winter even een paar mindere weken hadden. We hebben een goede, hechte groep. Ook een mooie mix van jonge gasten en wat oudere spelers. Als we een periode weten te bemachtigen dan zou dat toch een mooi cadeau zijn voor iedereen. Of we dan uiteindelijk iets in de derde klasse kunnen betekenen, dat durf ik niet te beweren. Maar als je de kans krijgt om ervoor te gaan dan vind ik dat je die met beide handen moet aangrijpen.”

Klik hier voor meer informatie over NOAD’67.
Klik hier voor meer artikelen over NOAD’67.

Teun Vanwesenbeeck beleeft dubbelzinnig seizoen bij MOC’17

BERGEN OP ZOOM – Tweedeklasser MOC’17 beleeft een leerzaam, maar sportief wel lastig seizoen. Centrale verdediger Teun Vanwesenbeeck (21) baalt wel van laatste plaats op de ranglijst, maar is persoonlijk wel blij dat hij eindelijk zijn basisplek in het elftal te pakken heeft. Daardoor beleeft de verdediger een dubbelzinnig seizoen.

“Het is zo ontzettend zuur dat we tijdens dit seizoen van heel veel tegenstanders de complimenten krijgen, maar aan het eind van veel wedstrijden zonder punten de kleedkamer in moeten. Want je kan nog zo leuk en goed voetballen, maar om te kunnen overleven en niet de degraderen moet je wel voldoende punten pakken en dat hebben we te weinig gedaan.”

Grote kansen die niet worden afgemaakt, cruciale fouten die ons wel tegengoals en punten kosten, het is volgens Vanwesenbeeck het repeterende verhaal van het seizoen. “Als je ziet dat we tegen SVOD’22 een grote kans niét maken en daarna een doelpunt zelf weggeven, vlak voor tijd de 3-3 scoren en die dan discutabel afgekeurd zien worden… Het is soms om moedeloos van te worden, zeker als je probeert om degradatie te ontlopen.”

Wat de ploeg mist, dat is voor de jonge verdediger klip en klaar. “Ervaring in het elftal. We hebben een heel jonge selectie nadat een aantal routiniers zijn gestopt. Dat heeft tijd nodig en op dit niveau krijg je die tijd niet makkelijk en moet je er gelijk staan met alle logische gevolgen van dien. Tegenstanders zijn nu niet iets sneller, slimmer en sterker waardoor je wedstrijden niet wint die je op basis van het spel en de inzet wel zou verdienen te winnen. Maar in het voetbal telt dat niet en gaat het om de stand op het bord aan het eind van de wedstrijden.”

Vanwesenbeeck speelt al sinds zijn vierde voor MOC’17 en maakt nu voor het tweede seizoen deel uit van het eerste. “In mijn eerste jaar had ik Robin Hanssler die op mijn positie speelde. Geen schande als je dan op de bank zit. Dat was heel leerzaam en ik heb nu profijt van wat ik toen allemaal heb geleerd. Dit seizoen heb ik onder de nieuwe trainer Remco Broos een basisplek en daar ben ik natuurlijk enorm blij mee. Ik richt me nu ook volledig op de rol van centrale verdediger, hoewel ik ook als controlerende middenvelder uit de voeten kan. Ooit heb ik in de jeugd zelfs nog spits gespeeld, maar dat vond ik niks. Ik zie mezelf meer als verdediger omdat ik dat beter bij mijn kwaliteiten als spelers vind passen.”

Het liefst blijft hij die kwaliteiten ook komend seizoen tonen in de tweede klasse, al beseft hij heel goed dat dit naarmate de resultaten uitblijven een steeds moeilijker verhaal wordt. “Elke week is voor ons een finale en zo staan we er ook allemaal in. Iedereen wil er vol voor blijven gaan en doet zijn stinkende best. Maar het zal aan het eind blijken of dat voldoende is. Zolang er kansen zijn om de nacompetitie te halen moet je erin blijven geloven. Het is hoe dan ook in heel veel opzichten een leerzaam seizoen voor ons allemaal. Het feit dat ik basisspeler ben geworden is heel mooi voor mij persoonlijk. Mochten we de nacompetitie halen dan zou dat fantastisch zijn voor iedereen bij de club. Daar moeten we vol voor blijven knokken met z’n allen.”

Klik op MOC’17 voor meer artikelen over de club.
Klik op MOC’17 voor meer informatie over de club.

“HAAFTEN IS DE RODE DRAAD IN ONS LEVEN”

Voor vader Jan van Heusden (76) en dochter Arja de Bruin (50) voelt het vanzelfsprekend om zich met volle overgave in te zetten voor VV Haaften. De voetbalclub vormt een rode draad in hun leven. 

Het klinkt wellicht als een overdrijving van de hoogste plank, maar bij deze vader en dochter is het echt zo: de voetbalclub loopt als een rode draad door hun leven. “We zijn niet anders gewend,” vertelt dochter Arja. “Haaften is een belangrijk deel van ons leven. Ik denk dat het voor mijn vader misschien nog wel meer betekent dan voor mij. Toch, pa?” Vader Jan knikt instemmend. “Bij mij is het inderdaad een dikke rode draad. Ik ben dan wel niet op het voetbalveld geboren, maar mijn vader grapte altijd dat ik er waarschijnlijk wel ben verwekt.”

De vader van Jan, en dus de opa van Arja, was Willem van Heusden. Hij overleed in 2013 op 95-jarige leeftijd. Willem bekleedde zo’n beetje elke functie binnen de voetbalclub en was jarenlang voorzitter. In 1988 besloot Jan het stokje over te nemen en werd hij secretaris, een functie die hij tot 2008 bekleedde. “De verplichtingen gingen me tegenstaan,” vertelt Jan. Toch blijft hij actief voor de club. “Als ik een keer niets te doen heb, zoek ik gewoon iets op. Nu ik met pensioen ben, heb ik tijd genoeg. Ik zorg bijvoorbeeld dat er kantinebezetting is, doe de ledenadministratie en regel de schorsing van een speler. Het houdt me van de straat, zeg ik altijd.”

Ook Arja is actief voor VV Haaften. “Voor mij was het vanzelfsprekend om iets voor de club te doen. Sinds mijn twintigste loop ik hier al rond. Nadat mijn vader in 2008 stopte als secretaris, nam ik die taak over. Dat heb ik vijf jaar gedaan. Nu zit ik samen met enthousiaste vrijwilligers in de sponsorcommissie en de activiteitencommissie. Daarnaast beheer ik de website en de sociale mediakanalen.”

De jongste zoon van Arja voetbalt bij de Onder 23 van Haaften. Haar oudste zoon is gestopt met voetballen, maar zijn vriendin speelt nog wel bij de club. Ook Arja’s man draagt zijn steentje bij en draait doordeweeks kantinediensten. Arja en Jan proberen zo veel mogelijk wedstrijden te zien. “Zaterdag is echt ons dagje,” vertelt Arja. “Samen met mijn vader en een aantal vaste anderen gaan we elke zaterdag op pad. Meestal zijn we met een groep van zo’n tien mensen. Als het te combineren is, kijken we bij mijn zoon, schoondochter en het eerste elftal. Daarna gaan we gezellig de kantine in. Het voelt als één grote familie. En het is fijn dat we geen bestuursfunctie hebben, waardoor we de zaterdag helemaal naar eigen wens kunnen invullen.”

Jan voegt toe: “Doordeweeks zijn we druk bezig met dingen regelen. Mensen denken soms dat alles vanzelf gaat, maar er moet elke week echt wel van alles gedaan worden. Niet dat ik het erg vind hoor, ik doe het met liefde. Maar zaterdag is echt mijn dag. Ik kijk er de hele week naar uit.”

Gevraagd naar wat ze het mooiste vinden aan VV Haaften, noemen beiden de saamhorigheid. “We zijn er voor elkaar. Het is een hechte club waar jong en oud elkaar kennen en steunen. Er komt altijd wel iemand vragen hoe het met je gaat. En dan echt hoe het écht gaat.”

Klik hier voor meer informatie over vv Haaften
Klik hier voor meer artikelen over vv Haaften

Dennis Voorbraak ziet Lepelstraatse Boys stappen maken

LEPELSTRAAT –  Hoewel de ploeg nog altijd de laatste plaats bezet in de zaterdag vijfde klasse, is er gedurende het seizoen wel een duidelijke kentering te bespeuren. Dat zegt routinier Dennis Voorbraak van Lepelstraatse Boys. ‘Ik zie, zeker na de winterstop dat we met elkaar stappen vooruit maken.’

Waar Lepelstraatse Boys vorig seizoen in de vierde klasse zonder overwinning bleef en zelfs puntloos degradeerde, daar heeft de ploeg dit seizoen een podium lager twee overwinning te pakken. “Een wedstrijd winnen kan dus wel. En de twee keer dat we gewonnen hebben die waren ook nog dik verdiend en overtuigend. Het zegt ook wel iets over het veranderde gevoel in de groep. De overige resultaten zijn ook een stuk beter dan voorheen, alleen drukte dat zich nog niet uit in punten. Nu je een paar keer wint valt het de mensen wel op dus dat is een goede ontwikkeling.”

Voorbraak (33) speelde in het verleden voor RKSV Halsteren, waar hij tot en met het tweede elftal reikte. “Dat team viel toen uit elkaar in de reserve-hoofdklasse. Er vertrokken jongens naar eerste elftallen in de regio. Zelf besloot ik toen vooral voor de gezelligheid te kiezen bij Lepelstraat, dat destijds speelde in de zondag vierde klasse spelen. En daar speel ik nu nog altijd.”

Vorig seizoen was de selectie vooral erg jong en sneeuwden de jonkies onder in het seniorengeweld. Daarom is er dit seizoen gekozen om de selectie weer aan te vullen met oudere spelers uit lagere elftallen. “Ik was vorig seizoen de oudste en nu zijn er nog wat ervaren gasten bijgekomen. Dat is ideaal om die jonge spelers te laten groeien en zich eraan te doen optrekken. Dat werpt vruchten af want zeker ons veldspel is, zeker na de winter, stukken beter geworden. Qua ranglijst hadden we dit seizoen geen doelstelling, langer meedoen en niet met grote cijfers verliezen daar ging het om. En dat gaat steeds beter en beter, met die twee overwinningen als beloning.”

De centrale verdediger, die in het verleden ook in de spits en als vormgever op het middenveld speelde, hoopt nu met zijn ploeggenoten op een ander doel. “We willen nu proberen om niet als laatste te eindigen. We maken stapjes en komen dichterbij. Hopelijk lukt het om in de laatste weken nog wat punten te behalen en ook op de ranglijst te klimmen. Door mijn werk kan ik helaas weinig trainen maar probeer wel om een zo goed mogelijke bijdrage te leveren. Jongens te sturen en mee helpen hen te doen groeien naar een hoger niveau. Als dat uiteindelijk lukt en het voor elkaar krijgen dat het vertrouwen blijft groeien, dan is dat de grootste winst van allemaal. Bij Lepelstraatse Boys moet er niets en mogen we alles, zeker als het gaat om resultaat boeken.”

De keus om ervaring terug te koppelen aan jonge talentvolle spelers is voor Lepelstraatse Boys goed uitgepakt. “Nu moeten we zorgen dat we de groep bijeen kunnen houden en dat we er hopelijk nog een paar spelers bij weten te halen. Als de groep in balans is en iedereen heeft de bereidheid om ervoor te gaan, dan gaan we de komende seizoenen echt nog wel klimmen.’

Klik op vv Lepelstraatse Boys voor de laatste artikelen over de club.
Klik op vv Lepelstraatse Boys voor meer informatie over de club.

Thijs Goossens ziet zichzelf als 1001-dingendoekje bij ODIO

OSSENDRECHT – In de jeugd van ODIO speelde Thijs Goossens in eerste instantie in de spits, later ook centraal op het middenveld. Inmiddels heeft hij sinds zijn debuut op zijn zeventiende al verschillende posities als voetballer gehad en noemt hij zichzelf het 1001-dingendoekje van ODIO.

“Dit seizoen ben ik gestart als rechtsback, daarna centrale middenvelder en verder heb ik ook nog rechts- en linksvoor gespeeld. Wat mijn beste positie is? Ik kan overal wel redelijk uit de voeten en maak gebruik van mijn loopvermogen en inzet. Dat is mijn kwaliteit, niet persé de technische hoogstandjes. Het maakt voor mij ook niet heel veel uit, zolang ik maar in de basis kan starten.”

Voor de winterstop speelde de polyvalente Goossens vrijwel alles, maar een moment van onoplettendheid zorgde ervoor dat hij na de winterstop een reeks wedstrijden moest missen. “Na een teamactiviteit kwam ik op de fiets hard ten val. Niet omdat ik teveel bier op had, maar gewoon door niet op te letten. Een zware hersenschudding en een kapot gebit waren het volg. Daardoor heb ik pas in maart weer mijn eerste minuten kunnen maken. Nu heb ik nog een spalk over enkele tanden, maar verder ben ik gelukkig helemaal hersteld.”

In de tussentijd ging hij wel altijd mee als supporter, maar de 20-jarige loodgieter is blij dat hij nu weer terug in de basis staat bij de club waar hij al zijn hele voetballeven rondloopt. “Ik zit nu vier seizoenen bij de eerste selectie, waar ik op mijn zeventiende onder Erwin van Schilt mocht debuteren. Inmiddels ben ik van de jonge gasten die destijds doorkwamen degene die het langst in de basis staat, daar ben ik wel trots op. Het is leuk om uiteindelijk het eerste te halen als je daarvoor als jeugdspeler geregeld hebt staan kijken met het idee ‘dat wil ik ook’.  Het is een mooie club en voel me hier prima thuis. Je ziet ook dat er vrij weinig verloop is van spelers.”

Na elf jaar vierde klasse komt de ploeg uit Ossendrecht nu uit in de vijfde klasse van het zondagvoetbal waarin het middenmoter is. “Dat valt wel enigszins tegen want we wilden proberen te gaan voor promotie. Door een reeks aan blessures en een aantal vaste krachten die zijn weggevallen of definitief gestopt is dat tot heden niet gelukt. Door al die redenen hebben we tijdens het seizoen al teveel onnodige punten laten liggen en kan je wel spreken van te groot verval in prestaties. Soms is het voor de trainer zelfs een echte puzzel om op zondagmiddag een mooi team op het veld te krijgen.”

Op het veld staan en plezier beleven in het voetbal is voor Goossens hetgeen waar het allemaal om draait. En het liefst ook nog met een prestatief randje eraan. “Mijn vrienden voetballen in het tweede en derde elftal, maar dat is nu nog niets voor mij. Ik heb die prestatieprikkel nodig. Om me fit te voelen en om me sportief uit te dagen. Voorlopig zie ik mezelf nog wel wat jaren in het eerste voetballen en zoveel mogelijk blessurevrij te blijven. Verder zie ik wel hoe het in de toekomst verloopt. Uitdagingen elders zijn sowieso niet aan mij besteedt, want ik zie me wel altijd bij ODIO blijven. Met het eerste lijkt het me gaaf om nog eens een promotie mee te maken. Al zie ik dat helaas dit seizoen nog niet gebeuren.”

Klik op rkvv ODIO voor de laatste artikelen over de club.
Klik op rkvv ODIO voor meer informatie over de club.

Trappenburgs tweede kans: “Ik geniet weer van het spel”

Je plezier kwijtraken in hetgeen je eigenlijk het liefste doet. Het overkwam Niek Trappenburg (30) van ASV Arkel. De 30-jarige legde de lat te hoog voor zichzelf, waardoor hij zijn plezier voor het voetbal verloor. Maar nu, bij zijn vertrouwde club, heeft hij de reden teruggevonden waarom hij als kleine jongen zo graag voetbalde. “Het klinkt misschien gek, maar dit voelt een beetje als een tweede jeugd.”

Zijn voetbalreis begon in de jeugd van GJS, waar hij met name in de JO17-1 op een competitief niveau speelde. “Dat was een geweldige tijd. We speelden in de derde divisie tegen clubs als PSV en andere BVO’s. Maar na dat seizoen begonnen we vaker te verliezen, en door mijn drang om te presteren verdween het plezier.”

In die periode kwam Trappenburg via goed contact met Remie Schuurman in aanraking met het zaalvoetbal bij Jogadores CF. Die connectie speelde uiteindelijk een belangrijke rol in zijn overstap van de jeugd van GJS naar het eerste elftal van ASV Arkel.

Bij Arkel kwam Trappenburg in goede handen terecht. Jerome Ceton was daar namelijk de hoofdtrainer. Het klikte tussen de twee en, niet onbelangrijk, Trappenburg speelde direct alle wedstrijden. Toch veranderde de situatie na zijn vierde seizoen. “We werden kampioen, maar met de komst van een nieuwe trainer belandde ik op de bank. Ook dat jaar pakten we de titel, maar omdat ik nauwelijks in actie kwam, voelde ik me geen onderdeel van het team. Dat knaagde aan mijn zelfvertrouwen en ging ten koste van mijn mindset. Uiteindelijk besloot ik te stoppen, ik was klaar met voetbal.”

Trappenburg geeft toe dat zijn prestatiedrang hem vaak in de weg zat. “Ik denk dat die drang altijd de boosdoener is geweest, waardoor ik niet altijd mijn beste spel kon laten zien. Daarnaast had ik zo nu en dan blessures, en in de senioren kampte ik lange tijd met een hardnekkige bilblessure, waardoor ik een periode niet volledig topfit was.”

Twee jaar lang stond hij aan de kant, maar een definitief afscheid van het voetbal bleek onmogelijk. “Ik betrapte mezelf erop dat ik hele dagen voetbal op tv keek en bleef volgen hoe clubs in de regio presteerden. Na twee jaar besloot ik terug te keren. Eerder had ik al contact gehad met trainer Tutu N’Dona, die mij hielp de voetbalschoenen weer uit de kast te halen.”

Bij SVW maakte hij een seizoen lang kennis met het niveau van de eerste klasse. “Dat was een totaal andere ervaring dan ik gewend was. De sportparken waar je komt, de faciliteiten, alles is veel groter. Pas dan zie je hoe groot het amateurvoetbal eigenlijk is. Het was een geweldige tijd met een leuke spelersgroep en een hoog niveau in zowel trainingen als wedstrijden. Aanvankelijk begon ik op de bank, maar wist ik toch de nodige speelminuten mee te pakken. Toch wilde ik meer, dus besloot ik een stap terug te doen.”

Na één seizoen keerde hij terug naar ASV Arkel, waar inmiddels ook oud-trainer Jerome Ceton weer aan het roer stond. “Nu speel ik elke wedstrijd als centraal verdediger en voel me als een vis in het water. Het vuur is terug, en het voelt echt als een tweede jeugd. Mijn vertrouwen is hersteld, en ik geniet weer van het spel. Het belangrijkste is om plezier te behouden en een groeimindset te hebben. De prestaties volgen dan vanzelf.”

Klik op ASV Arkel voor de laatste artikelen over de club.
Klik op ASV Arkel voor meer informatie over de club.

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Ontvang nu ook maandelijkse het laatste nieuws uit het amateurvoetbal in jouw regio.