Home Blog Pagina 10

Jesse Bank rijdt flink wat kilometers om te spelen voor Arnemuiden

0

ARNEMUIDEN – Enkele reis kost het Jesse Bank zo’n vijftig minuten om van zijn woonplaats Bergen op Zoom naar Arnemuiden te rijden. En dat al voor het derde seizoen op rij, waar hij als centrumverdediger zichzelf helemaal op zijn plek voelt bij ‘Erremuu’.

“Ik heb het hier prima naar mijn zin, het is een prachtige club waar het voetbal leeft op een ouderwetse manier. Thuis kan het spoken en ook bij uitwedstrijden nemen wel altijd heel erg veel publiek mee, soms zijn er meer uit Arnemuiden dan van de thuisclub. Geweldig vind ik dat.”

Fanatiek kritisch, zo laat de achterban van de tweedeklasser zich volgens de centrale verdediger het beste omschrijven. “Ik heb ook een aantal seizoenen bij v.v. Goes gespeeld op een hoger niveau maar als je de beleving dan bij Arnemuiden als club vergelijkt… Dat is dan toch echt een wereld van verschil om ook als speler te ervaren. Bij Goes was het vooral het eerste team dat leefde, maar de rest van de club niet echt. En waar het hier vooral mensen zijn van het eigen dorp waren het bij Goes vaak buitenstaanders die kwamen kijken. Als ik dan eerlijk ben vind ik de sfeer en beleving bij Arnemuiden dan toch veel mooier.”

De voetbalreis van Bank begon op zijn vierde bij Kruiningen. Op zijn zevende droeg hij voor vijf jaar de kleuren van v.v. Kapelle om daarna vier jaar richting JVOZ te gaan. Daarna volgden twee jaar Kloetinge en drie jaar v.v. Goes. “Daarna kreeg ik een studiebeurs in Amerika en heb ik twee jaar gestudeerd en voor het collegeteam gevoetbald. Een geweldige ervaring om mee te maken. Toen heb ik bij terugkomst nog een half jaar voor Kruiningen gespeeld. Daarna kwam Arnemuiden. Op dit moment de perfecte club voor mij, ondanks dat het elke training en wedstrijd toch een flink rit is. Maar vanaf de eerste dag tot nu ben ik nog nooit met tegenzin de auto ingestapt.”

Waar hij op zijn achttiende al in de Derde Divisie speelde is hij nu op zijn zesentwintigste drie niveaus lager actief. “Ik had destijds misschien wat meer geduld moeten hebben, maar ik was jong en wilde gewoon spelen. Het centrum met Sherif Tawfik en Jerome Manuhuwa was ijzersterk en stond goed, maar toch besloot ik om bij Goes uiteindelijk te vertrekken. Nu weet ik niet of een club van dat niveau nog voor me terugkomt al is dat voorlopig niet aan de orde. Miisschien dat ik in de eerste klasse mezelf ooit nog eens kan meten, al denk ik niet dat we met Arnemuiden op zo’n niveau de komende jaren zullen uitkomen. Het doel is voor ons nu om te proberen ons zonder kopzorgen in een zo vroeg mogelijk stadium veilig te spelen. Als ons dat lukt dan denk ik dat we het uitstekend hebben gedaan. Mochten we dan wellicht nog kunnen meedoen voor een periode dan zou dat het maximale zijn.”

Voor zichzelf wil Bank vooral in het voetballende en opbouwende aspect meer zijn stempel drukken dit seizoen. “Die druk wil ik me wel opleggen en vind ook dat ik dat aan mijn stand verplicht ben als ervaren jongen. Coachen en de boel neerzetten, de opbouw verzorgen en meer aanwezig zijn aan de bal. Dat soort zaken moet dit jaar nog beter. Qua club zit ik hier prima en met veel plezier blijf ik voorlopig de auto instappen om te trainen en wedstrijden te spelen. Ik ben geen jongen van het dorp maar ik voel me hier gewaardeerd en volledig geaccepteerd. Nee, het leven is prima hier bie Erremuu!’

Klik op VV Arnemuiden voor meer artikelen over de club.
Klik op VV Arnemuiden voor meer informatie over de club.

Thijmen de Graaf gaat opnieuw voor basisplek bij Veere

0

VEERE – Een studie in het buitenland en een vervelende liesblessure waren er de oorzaak van dat Thijmen de Graaf amper kon meespelen bij v.v. Veere. Alleen in de nacompetitie tegen degradatie, die uiteindelijk werd verloren, speelde hij nog mee. ‘Jammer dat we het niet hebben gered, maar ik was persoonlijk blij dat ik toch nog wat minuten heb kunnen maken.’

“Ik kreeg last van een peesblessure in de liesstreek en dacht dat het wel meeviel. Ik ben er in eerste instantie mee blijven doortrainen en spelen waardoor het veel erger is geworden. Daarnaast ben ik voor mijn studie bijna een half jaar naar Canada geweest. Dat was een prachtige ervaring. Ik zat in Vancouver, een geweldige stad, al ben ik ook weer blij om in Veere terug te zijn en eindelijk na een jaar weer pijnvrij te kunnen voetballen. Want dat miste ik in Canada natuurlijk wel.”

Na de degradatie is het nu volgens De Graaf voor Veere weer zaak om opnieuw de weg naar boven in te slaan. “We hebben een grote spelersgroep en het is nu aan mij om weer mijn plekje in het elftal terug te veroveren. Bij de vorige trainer Lorenzo ben ik echt gegroeid als voetballer en kreeg ik het vertrouwen. Tot ik die blessure opliep. Bij Joachim Cornelis mocht ik in de nacompetitie meespelen en ik ga nu ik fit ben er alles aan doen om ervoor te zorgen dat de trainer niet om me heen kan. Dat wordt nog een flinke klus want er zijn wel een aantal gasten die ook voor de back-posities in aanmerking komen.”

Het doel is volgens de 21-jarige verdediger helder. “We willen proberen om binnen een jaar weer terug te keren naar de vierde klasse. Al zullen we dan ook behoorlijk aan de bak moeten. Maar we hebben wat versterkingen erbij gekregen. Dus op dat vlak zie ik het wel positief in.”

De Graaf is al zijn hele leven speler van Veere en het halen van het eerste elftal stond bij de rechtspoot altijd bovenaan het lijstje aan doelstellingen. “Nu ben ik eindelijk pijnvrij en weer fit dus wil ik het de trainer moeilijk maken. In de jeugd speelde ik ook voorin op de flanken, maar ik de O19 en de senioren vooral als back. Dat is een positie die bij mijn kwaliteiten past. De snelheid is een voordeel en op verdedigend vlak ben ik gegroeid. Door de blessure werd ik even teruggeworpen in de ontwikkeling, maar nu kan ik weer voluit gaan en weer vooruit kijken. Dat is toch erg prettig.”

Klik op VV Veere voor meer artikelen over de club.
Klik op VV Veere voor meer informatie over de club.

Vrijwilliger van ’t Jaar Marcel Koole erg actief bij SJO Seroos/Veere

0

SEROOSKERKE/VEERE – Een vrijwilliger met een behoorlijke staat van dienst, zowel bij zijn club Serooskerke als binnen de SJO Serooskerke/Veere. Het leverde in januari Marcel Koole de titel ‘Vrijwilliger van het Jaar’ op. ‘Een waardering voor mij natuurlijk, maar het zijn alle vrijwilligers die zich belangeloos inzetten die de waardering verdienen.’

De 52-jarige Koole was in het verleden altijd speler bij Serooskerke, waar hij op zijn drieëntwintigste al stopte als actief speler. Hij werd vervolgens een jaartje of vijftien trainer/ leider bij het tweede en derde elftal van de club. Toen zijn zoon werd geboren stopte hij een aantal seizoenen, maar hoewel het gezin inmiddels al jarenlang in Middelburg woont, werd de zoon van Marcel lid bij de opgerichte SJO. “Tja, en dan ben je voor je het weet weer volop betrokken bij de voetbal en dat was bij mijn dus ook zo haha.”

Zo’n vijf seizoenen is hij nu actief binnen de SJO. In eerste instantie als technische coördinator en sinds vorig seizoen met name verantwoordelijk voor de financiën, kleding en het materiaal. “Superleuk om te doen allemaal, net zoals ik het ook prachtig vind om als assistent-trainer bij de O13 te fungeren. Het zijn verschillende rollen die allemaal hun eigen uitdaging bieden. De ene kost wat meer tijd soms dan de andere, maar als het allemaal loopt is het heerlijk om te doen en iets voor de vereniging te kunnen betekenen.”

Sinds corona is de jeugdafdeling nog altijd licht groeiende en ziet de toekomst er volgens Koole dan ook prima uit. “Sinds de oprichting van de SJO heeft men eerst de organisatie op poten gezet. Toen raakte ik betrokken bij de SJO en sinds vijf jaar hebben we de nadruk gelegd op de ontwikkeling van ons technisch kader. En verder zijn we ons meer gaan richten op de werving van nieuwe aanwas, waarbij we willen toewerken naar een gestage groei om op die manier voor de toekomst de zaken qua spelersaantallen en doorstroming goed te waarborgen. Dat werpt zijn vruchten af maar we willen blijven streven naar beter.”

Het organiseren zit bij de verenigingsman naar eigen zeggen wel in het DNA en daarin wil hij graag de helpende hand bieden. “Ik ben heel vaak wel op de club te vinden en sta zowel op als naast het voetbalveld. Maar er gebeuren ook heel veel zaken op de achtergrond. Van sleutelafgifte tot het regelen van trainingsmaterialen en kleding voor de teams. Soms kleine dingen maar wel heel belangrijk om de boel goed te doen draaien. Daar een bijdrage aan leveren vind ik het leukste om te kunnen doen.”

Klik op SJO Serooskerke/Veere voor de laatste artikelen over de club.
Klik op SJO Serooskerke/Veere voor meer informatie over de club.

Sil Riemens en Serooskerke met goed gevoel het nieuw seizoen in

0

SEROOSKERKE – Gezien de kwaliteiten in de selectie kende Serooskerke voor hun doen twee moeizame en teleurstellende seizoenen. Dankzij de goed afgesloten nacompetitie en het realiseren van lijfsbehoud sloten Sil Riemens en zijn ploeggenoten uiteindelijk toch nog met enigszins een positief gevoel het seizoen af als derdeklasser.

“Dat hebben we weten vast te houden waardoor we nu echt met een goed gevoel het nieuwe seizoen in zijn gegaan. We hebben in Bart van Wuyckhuyse een nieuwe, jonge en onervaren hoofdtrainer. Het feit dat er nu een nieuwe frisse wind waait dat is wel iets waar de spelersgroep misschien ook aan toe was. Er heerst veel positiviteit en iedereen wil er vol voor gaan.”

Van Wuyckhuyse volgt Cees Houtepen op en debuteert als hoofdtrainer, nadat hij als assistent werkte bij SVOD’22. Debuteren dat deed Riemens al een flink aantal seizoenen geleden bij Serooskerke, de club waar hij al sinds zijn zesde voetbalt. “We hadden in de JO19 een sterke lichting en ik debuteerde als achttienjarige. We mochten toen met een aantal gasten eerder doorstromen naar de senioren, maar ik koos ervoor om nog een seizoen bij de JO19 te blijven. Daarna ben ik wel naar de eerste selectie gegaan en samen met Aron Wattel werden we direct basisspeler. Doordat ik ook van reizen houd heb ik sindsdien ook wel een aantal periodes gemist hier. Maar normaal gezien ben ik basisspeler als ik beschikbaar en hier in Serooskerke ben.”

Voornamelijk wordt Riemens dan door de trainers gebruikt in een aanvallende rol als een soort ‘zwevende’ middenvelder. “Ik ben een speler die nogal lastig te coachen is en die niet graag in een te strak tactisch jasje wordt gestopt. Gelukkig krijg ik ook vaak de vrijheid en proberen we het tegenstanders lastig te maken door als middenvelders of als aanvallers veel te rouleren qua posities. Mijn kwaliteiten liggen in de snelle omschakeling en dan via een assist medespelers in stelling te brengen. Als linkspoot doe ik dat zelf nog altijd het liefste vanaf de linkerkant van het middenveld. Als ik kan lopen en mezelf kan bemoeien met het spelletje, dat is heerlijk. En heb ik ook nodig om mijn energie kwijt te kunnen.”

Hoewel het vorig seizoen in de ogen van de 27-jarige middenvelder als ‘dramatisch’ getypeerd kan worden, ziet hij nu de toekomst een stuk zonniger in. “We hebben een groep met veel jonge gasten die steeds meer ervaring krijgen. Vorig seizoen hadden we ook veel blessures en daardoor liep het vaak minder. Nu is dat gevoel anders en vind ik ook dat we, gezien onze kwaliteiten, zeker moeten kunnen meedoen en niet meer een heel seizoen in de gevarenzone moeten hangen. We zijn nu in mijn ogen écht een derdeklasser, maar wel eentje die in de linkerrij moet bivakkeren en niet hoort te knokken om veilig te blijven.”

Persoonlijk vindt hij het mooi om als ervaren speler wat voor de ploeg te kunnen betekenen. “En dan vooral voor die jonge gasten. Op een positieve manier hun coachen, wegwijs maken en ondersteunen om daar samen beter van te worden. Dat is de insteek. Ik voel me mentaal en fysiek op mijn fitst nu en dat hoop ik er dit seizoen te laten uitkomen.”

Klik op VV Serooskerke voor meer artikelen over de club.
Klik op VV Serooskerke voor meer informatie over de club.

Vrijwilligerswerk bij Jong Ambon geeft Maurits Sep veel voldoening

MIDDELBURG – Hij rolde, zoals het vaak bij verenigingen gebeurt, min of meer geleidelijk in een vrijwilligersfunctie omdat één van de kinderen lid wordt. Dat was bij Maurits Sep 56) niet anders. ‘Mijn zoon ging zeven jaar geleden voetballen bij Jong Ambon en zo ben ik daar uiteindelijk dus ook terecht gekomen. Ik vervul verschillende rollen en die geven me enorm veel plezier en voldoening.’

Zo is Maurits, die al zo’n twintig jaar in Middelburg woont aan de rand van de Molukse wijk, secretaris van de Stichting Jong Ambon en teamleider bij de O14 waarin zijn zoontje actief is. “Ik heb zelf helemaal geen voetbalachtergrond maar vind het geweldig om te kunnen helpen daar waar nodig. En door de jaren heen ben ik het spelletje steeds meer gaan waarderen en begrijpen. Zo sta ik altijd samen met de trainer op het trainingsveld en ondersteun hem zoveel ik kan. Daarnaast onderhoud ik de contacten met de ouders en zorg dat de zaken rondom het elftal goed geregeld zijn. Op die manier probeer ik op een zo positief mogelijke wijze een bijdrage te leveren aan het sport- en spelplezier van iedereen.”

Toen de club verhuisde naar de huidige accommodatie werd er een stichting opgericht, die opereert naast de vereniging en verantwoordelijk is voor alles met betrekking tot de velden en gebouwen van de club. “Ik heb er destijds goed over nagedacht en besloot om de rol van secretaris op me te nemen. Daarbinnen onderhoud ik de contacten met bijvoorbeeld de gemeente en ik regel samen met de voorzitter en penningmeester de lopende zaken. We zorgen er samen met het verenigingsbestuur voor dat de club gezond blijft en alle radertjes draaien. Dat kost de ene keer wat meer tijd dan de andere, maar overall is het prima allemaal te combineren.”

Vrijwilligers zijn volgens Sep, in het dagelijks leven al ruim dertig jaar werkzaam als journalist bij de PZC, meer dan hard nodig. “Het is niet vanzelfsprekend dat mensen een rol als vrijwilliger op zich nemen, maar ik wil graag betrokken zijn bij de club waar mijn zoon actief is. Gelukkig denken heel veel mensen bij Jong Ambon hetzelfde en dat zorgt voor veel verbondenheid. Het is een kleine en heel fijne club. Inmiddels een heel multiculturele vereniging waar allerlei culturen zijn verenigd. Dat is prachtig om te zien hoe dat zich ontwikkeld heeft de afgelopen jaren.”

Vanuit de stichting is ingestoken op verbetering van het imago dat aan Jong Ambon kleefde en mede door verschillende projecten is die omslag al aardig gelukt. “Met elkaar hebben we onder meer ‘de vreedzame club’ opgezet, een parallel met ‘de vreedzame school’ waar men bij De Stroming al aan werkte. Op een positieve manier leren omgaan met tegenslag, probleemgedrag enzovoorts. Leraren kregen daarin training en die hebben we ook aan onze trainers op de club aangeboden. Je ziet dat het effect heeft en dat spelers, ouders en trainers erin meegaan. Op een positieve manier de zaken benaderen werpt zijn vruchten af. Zowel op het veld als langs de lijn en dat is prachtig om te zien dat die aanpakt werkt.”

In totaal staat hij vier dagen per week op of langs het veld en zijn er gedurende het jaar ook nog regelmatig vergaderingen om bij te wonen, contactmomenten met instanties en de gemeente. Maar Sep ervaart het vooral als dankbaar werk. “Mensen bij de club zijn dankbaar dat ik het op me neem en ik ervaar die dankbaarheid van ouders, bestuursleden en spelers als een warme deken. Toch is het plezier dat ik eraan beleef, elke moment dat ik op de club ben en iedereen heerlijk bezig zien op de velden nog altijd het allermooiste.”

Sterk in je Schoenen: ‘Leren omgaan met tegenslag’

0

Iedereen krijgt vroeg of laat te maken met teleurstellingen, en dat geldt zeker ook voor kinderen op het sportveld. Hoe ga je daarmee om? En belangrijker nog: hoe kun je die lessen meenemen in de rest van je leven? Vanuit precies die gedachte, ontstond het programma ‘Sterk in je Schoenen’, een initiatief van voetbalmoeder en life coach Danielle van Rosmalen en profvoetballer Thomas Marijnissen.

En dat begon heel klein, met een bericht van Van Rosmalen (47) aan de voormalig jeugdspeler van Boeimeer. Want nadat ze een aantal inspirerende posts van Marijnissen op LinkedIn voorbij had zien komen, besloot ze hem te vragen of ze samen iets konden betekenen op het gebied van mentale veerkracht voor kinderen in de sport. De reactie kwam al snel. “Gaan we doen, stuurde hij terug.”

Laagdrempelig

Van Rosmalen werkt zelf als life coach, waarbij ze mensen begeleidt in het omgaan met mentale uitdagingen en stress. Als moeder van twee voetballende zoons en een hockeyende dochter weet ze bovendien hoe groot de rol van sport is in het leven van jongeren, én hoeveel emoties daarbij komen kijken. Toen Marijnissen instapte, met zijn eigen ervaringen uit zijn voetbalcarrière, waaronder bij NAC Breda, werd de basis gelegd. Vervolgens werd een plan gemaakt. “De eerste stap: bewustwording creëren bij trainers rondom het thema mentale veerkracht. Want, wat is mentale veerkracht eigenlijk? En vooral: hoe kun je daar als trainer een positieve bijdrage aan leveren?” Daarna volgden interactieve sessies met de kinderen. “Volgens het over de streep-principe, maar dan met een bal aan de voet, waarbij ze op een laagdrempelige manier kunnen laten zien waar ze mee worstelen, zonder er direct over te hoeven praten. Daarbij kun je denken aan vragen als: dribbel naar de overkant als je het lastig vindt om met verlies om te gaan, of dribbel naar de overkant als je wel eens onzeker bent over wat anderen van je denken op het veld.” De kracht, zit hem volgens haar in de combinatie van theorie, spel en kwetsbaarheid. “Trainers zien hun spelers van een andere kant, kinderen durven zich open te stellen en iedereen leert dat emoties er gewoon mogen zijn”, vertelt Van Rosmalen. “We hopen ze tools te geven waar ze de rest van hun leven iets aan hebben. Want dat ieder mens met tegenslag te maken krijgt in zijn of haar leven, is een gegeven. Hoe fijn is het dan, als je al vroeg kennis hebt gemaakt met tools die je daarbij kunnen helpen?”

Emoties

Maar het programma, reikt verder dan alleen het veld. “Kinderen leren dat falen, boosheid of angst normaal zijn, en dat je ermee kunt leren omgaan.” Ook in de praktijk. “Clubs merken dat trainers anders gaan communiceren en bewuster omgaan met hun invloed op jonge spelers. Want of het nu gaat om een scheidsrechter die tegenfluit of ouders die langs de lijn staan te schreeuwen: emoties spelen altijd een rol. En juist daar ligt de kans om kinderen te begeleiden.” Bij Boeimeer, waar het tweetal begon met hun programma, deden inmiddels al twaalf teams mee. Binnenkort gaat het duo ook van start bij Bavel, Groen Wit en The Gunners. Hun ambitie, is dan ook duidelijk. “Hoe mooi zou het zijn als we dit door heel Nederland zouden kunnen verspreiden?” En dat is volgens haar, geen verre droom. “Er bestaan vaak subsidies waarmee sportclubs dit soort initiatieven kunnen financieren.” En niet voor niks, zo sluit ze af. “Het enthousiasme van kinderen, trainers en clubs laat zien dat ‘Sterk in je Schoenen’ meer is dan een leuk project. Het is een investering in mentale weerbaarheid voor het leven!”

Kijk voor meer informatie op www.sterkinjeschoenen.org of mail naar info@sterkinjeschoenen.org.

Klik hier voor meer informatie over BSV Boeimeer.
Klik hier voor meer artikelen over BSV Boeimeer.

‘We zijn eigenlijk een soort vriendenteam’

0

Met de ambitie om voor directe promotie te gaan, moesten ze bij vierdeklasser DIA afgelopen seizoen al vrij snel de knop omzetten. Want nadat er in het begin kostbare punten werden laten liggen, bleken Terheijden en Waspik een serieus maatje te groot. Maar via de nacompetitie, slaagde de ploeg van Luc van Vliet er uiteindelijk toch in, om te promoveren. “We gaan voor elkaar door het vuur.”

Heel makkelijk was het omzetten van die knop, desondanks niet, is Van Vliet (31) eerlijk. “Daar hebben we het in de kleedkamer regelmatig met elkaar over gehad. Ondanks dat we de ambitie hadden om voor directe promotie te gaan, werd al snel duidelijk dat Terheijden en Waspik een maatje te groot waren. Daarna zijn we vol voor de nacompetitie gegaan.” En met succes. “We speelden zes duels voor het einde van het seizoen uit bij Gloria, hadden veel blessures, maar wisten die wedstrijd op karakter toch te winnen. Toen proefde je iets…”

Volle bak druk

Typerend voor DIA, vindt Van Vliet. “We zijn een heel hecht team. Eigenlijk is het een soort vriendenteam dat in een eerste elftal speelt. Veel jongens zijn hier samen opgegroeid of zaten bij elkaar op school. Voor mezelf, wordt dit ook alweer mijn tiende seizoen bij de club.” Mede daardoor slaagde de formatie uit Teteringen erin om de derde plek in de competitie, te verzilveren via de play-offs, denkt de routinier. “Op het veld gaan we echt voor elkaar door het vuur. Dat heb je nodig in zo’n nacompetitie. Tien jongens die keihard werken en Remco (Sluijk) die dan voorin het verschil maakt. Al wil ik daarmee niet zeggen dat hij niet hard werkt, haha!” Een instelling die ze komend seizoen, bij hun rentree in de derde klasse, maar al te goed zullen kunnen gebruiken. “Ons team is gelukkig intact gebleven. Dat is ook wel een beetje de kracht van DIA.” Vanzelf, zal het desondanks niet gaan, weet ook Van Vliet. “Het tempo zal, denk ik, het grootste verschil zijn. Vorig jaar hebben we ook genoeg wedstrijden gewonnen op 60 of 70 procent, dat zal nu niet lukken.” Volledige scherpte, is dan ook gevraagd. “Als je op dit niveau kansen weggeeft, wordt het vaak afgestraft. En daarnaast, zakten afgelopen seizoen veel tegenstanders in tegen ons. Dat zullen ze nu waarschijnlijk niet gaan doen.” Maar of ze daar bij DIA echt wakker van liggen? “We hebben twee grote en snelle spitsen, dus misschien is het wel in ons voordeel als ze volle bak druk gaan zetten.” Aan de andere kant. “Moeten we het dan in onze eigen opbouw van achteruit ook beter gaan doen, zeker als we meer kansen willen creëren uit open spel, in plaats van de lange bal spelen op Remco en hopen op een goede dag.”

Op het dorp

Met de aanleg van een nieuw kunstgrasveld, kan het aan de ondergrond in ieder geval niet meer liggen. “Ons gras was vaak niet zo heel goed, dus dat maakt het wel een stukje makkelijker én minder risicovol.” Een speelwijze die goed bij hem past, vertelt Van Vliet. “Ik ben een voetballende linksback. Goed aan de bal, iemand met overzicht en een aardige pass in mijn linker.” Een soort Daley Blind eigenlijk dus. “Daar word ik vaak mee vergeleken door mijn teamgenoten. Ik ben ook niet de snelste, dus kom af en toe mee op, maar moet het vooral hebben van het opbouwen.” Bij de club waar hij inmiddels alweer tien jaar komt, nadat hij ooit op vijfjarige leeftijd begon bij Baronie. “Ik speelde daar in het tweede, woonde al in Teteringen, dus besloot ik maar eens op het dorp te kijken. Zonder dat ik heel veel jongens kende, is dat meteen goed bevallen!” En dat doet het nog steeds. “Baronie is meer een voetballende club, terwijl DIA het meer moet hebben van hard werken en duels. Toch heb ik nooit heimwee gehad.” Mede dankzij zijn jongere broer Menno. “We spelen nu sinds een seizoen of zeven samen in het eerste. Daarnaast, is het gewoon een heel gezellige groep en heb ik in de tussentijd een hoop vrienden gemaakt. Zo gaan we regelmatig samen naar wedstrijden van NAC.” Aan een vertrek, denkt Van Vliet dan ook absoluut niet. “Ik verwacht niet dat ik hier ooit nog wegga. En als ik stop, ga ik in een lager elftal spelen.” Voorlopig, kunnen ze bij de club dan ook nog wel even van zijn ervaring genieten. “Tegenwoordig ben ik de oudste van het team, dus ik probeer de jonge gasten veel tips te geven. Die rol ligt mij wel!”

Klik hier voor meer informatie over RKVV DIA.
Klik hier voor meer artikelen over RKVV DIA.

TVC Breda vol goede moed: ‘Er hangt een positieve sfeer’

Voetballen op zaterdag, een nieuwe trainer en een jonge groep. TVC Breda is na een frisse wind vol goede moed begonnen aan het nieuwe seizoen. En dus heeft Wimano Holzken allesbehalve spijt dat hij nog een jaar is gebleven, bij de inmiddels vijfdeklasser. “De club is in verandering en er hangt een positieve sfeer.”

Hoe anders was dat vorig seizoen, herinnert de zeventienjarige Holzken zich. “We wisten voordat de competitie begon, al dat het pittig zou worden. En als je dan halverwege hoort dat je door de overstap naar de zaterdag waarschijnlijk vijfde klasse gaat voetballen, wordt het steeds moeilijker om het op te kunnen brengen.” Met een laatste plaats en degradatie tot gevolg. “Ik vind écht dat we genoeg kwaliteit hadden, maar we hebben er niet alles aan gedaan. Terwijl we dat wel met elkaar hadden afgesproken. Het was een beetje gelaten.” Ook tijdens trainingen. “Soms stonden we maar met acht man…”

Hard trainen

Met een jonge groep, slechts twee spelers zijn ouder dan 25 jaar, hoopt TVC Breda dit seizoen een doorstart te maken. “De sfeer zit er goed in en iedereen heeft een positief gevoel. Dus wat dat betreft ben ik benieuwd waar we gaan eindigen.” Durft hij een inschatting te maken? “Nacompetitie voor promotie zou minimaal mogelijk moeten zijn.” Want, zo redeneert Holzken. “We zijn voetballend verder dan vorig jaar. Vooral qua organisatie en stabiliteit.” Merkt de inwoner van Breda ook tijdens trainingen.

“We trainen nu ook echt ergens op.” Onder leiding van oud-prof Peter Remie, kan dat ook bijna niet anders. Zou je zeggen. “Hij bevalt tot nu toe heel goed! We trainen heel hard. Ik heb nog nooit zo’n zware voorbereiding meegemaakt. Loopvormen, veel met bal, maar ook partijspelletjes waar we continu druk moeten zetten.” Kortom, de jongeling is onder de indruk van zijn nieuwe trainer. “Ik zou geen geintje met hem uit durven halen. Al doen we dat natuurlijk wel af en toe, dat hoort er ook bij. Maar als we serieus moeten trainen, weet hij ons echt te raken.” Want het spel maken, gaat niet vanzelf. “We willen graag aanvallend voetbal spelen. Dat moet kunnen in de vijfde klasse. Dan zien we vanzelf wel waar het schip strandt.” Mooi voetbal spelen én de nacompetitie halen dus. “Als dat lukt, zou ik heel tevreden zijn!”

Goede gevoel

Bij de vereniging waar Holzken nagenoeg al zijn hele leven komt. “Ik was vier toen ik begon met voetballen bij TVC, dus daardoor ken ik iedereen hier. Daarnaast geef ik nu ook training aan de JO13. Dit is gewoon mijn club.” Vanaf dit seizoen dus wel op zaterdag, in plaats van op zondag. “Dat maakt voor mij niet veel uit. Al duurde het op zondag, altijd langer voordat je weer mocht spelen. Omdat je op zaterdag dan vrij was.”

Met een soort herstart in de vijfde klasse, kan Holzken daarnaast ook prima leven. “Ik denk dat het beter is om hier met een frisse moed te beginnen en daarna weer hogerop te gaan. Eerst even dat goede gevoel krijgen. Al denk ik, dat we met dit team ook de vierde klasse aan zouden kunnen.” En aan de vooravond van zijn derde seizoen bij het vlaggenschip, kan de middenvelder het weten. “Op mijn vijftiende ben ik voor het eerst mee gaan trainen, drie weken later maakte ik mijn debuut. Terwijl ik toen nog in de JO19 speelde.”

Heel veel tijd nodig om te wennen, had Holzken naar eigen zeggen niet. “Het gaat allemaal een tempootje hoger, dus je moet sneller handelen. Anders worden fouten meteen afgestraft.” Zeker op zijn positie. “Ik speel het liefste als nummer zes. Al vind ik het ook leuk om op tien te spelen.” Aan kwaliteit, in ieder geval geen gebrek. “Een voetballende middenvelder, creatief, inzicht en een goede crosspass. Maar ook iemand die een bal af kan pakken of een mannetje kan passeren.” Ambities, heeft Holzken dan ook genoeg. “Afgelopen seizoen heb ik contact gehad met tweedeklasser TSC, alleen heb ik het toen nog niet gedaan. Vooral omdat ik nog jong ben.” Ooit, hoopt hij echter wel die stap te maken. “Maar als het dit seizoen leuk uitpakt, blijf ik hier misschien nog wel een jaar!”

NAC Vrouwen: ‘Leren en ontwikkelen in de Eredivisie’

0

Sinds begin augustus is Jan de Hoon actief als hoofdtrainer van NAC Vrouwen. Met een rijke achtergrond in het mannenvoetbal en jarenlange ervaring in jeugdopleidingen, zet hij nu zijn eerste stappen in het vrouwenvoetbal. Een nieuwe omgeving met herkenbare uitdagingen én vooral veel enthousiasme.

De eerste weken bij de club bevallen De Hoon uitstekend. “Het is een leuke en gemotiveerde groep. Er wordt hard gewerkt, de sfeer binnen het team is goed en iedereen staat open voor ontwikkeling. We willen samen ergens naartoe werken en dat zie je terug op het veld. Ik heb het erg naar mijn zin!”

Groepsdynamiek

Hoewel het zijn eerste ervaring is als trainer van een vrouwenteam, ziet De Hoon vooral veel overeenkomsten met zijn eerdere functies. “Ik ben al sinds 2002 actief in het betaald voetbal, met name als jeugdtrainer. In de laatste jaren werkte ik meer met de talenten van de oudere jeugdteams en was ik ook assistent-trainer bij een eerste elftal. Maar altijd in het mannenvoetbal.” Het vrouwenvoetbal blijkt een interessante nieuwe uitdaging. “Er zijn zeker verschillen, bijvoorbeeld op fysiek vlak en in de groepsdynamiek. Maar uiteindelijk draait het in topsport om hetzelfde: samenwerken aan één doel, elke dag beter willen worden en als team het maximale eruit halen. Die mentaliteit zie ik hier ook duidelijk terug.” De voorbereiding op het seizoen was volgens De Hoon kort, maar waardevol. “We hadden vijf weken om met elkaar te werken aan de speelwijze, teamprocessen en fysieke fitheid. Dat is niet veel, zeker niet als je net begint met een nieuwe groep. Maar de speelsters zijn leergierig, pakken dingen snel op en willen echt stappen maken. Dat geeft vertrouwen.”

Hoogste niveau

NAC Vrouwen bleef in het tweede voorbereidingsblok ongeslagen. De Hoon: “Qua resultaten is het goed gegaan, al zegt dat in de voorbereiding natuurlijk niet alles. Maar het is altijd fijn als je wedstrijden wint, ook in de voorbereiding.” Met NAC Vrouwen voor het eerst actief op het hoogste niveau, is het volgens De Hoon vooral belangrijk om als team te blijven groeien. “Voor veel speelsters is het hun debuut op Eredivisie-niveau. We weten dat het een uitdaging wordt, maar het doel is duidelijk: handhaven en volgend seizoen weer in de Eredivisie spelen. Gaandeweg gaan we leren en ons verder ontwikkelen. Over een aantal maanden weten we beter waar we dan staan.”

Klik op NAC Breda voor de laatste artikelen over de club.
Klik op NAC Breda voor meer informatie over de club.

UVV’40 gaat dit seizoen volle bak gas geven

0

Van een vriendenteam, naar een eerste elftal in de vijfde klasse. De overstap van de zondag naar de zaterdag, is voor UVV’40 voorlopig nog een klein beetje wennen. Maar met de ervaring van een seizoen selectievoetbal op zak, kijkt trainer Robert Charlier vol vertrouwen uit naar het nieuwe voetbaljaar. “Als we een beetje gas geven, kunnen we promoveren.”

Al is dat beetje gas geven, misschien wel de grootste uitdaging voor UVV’40 dit seizoen, beseft Charlier (58). “Ik denk dat we de kwaliteit hebben én de spirit is er, nu is het aan mij om die jongens continu te blijven motiveren.” Want daar zit, nadat de groep jarenlang een vriendenelftal vormde, het grootste pijnpunt. “Als ‘eerste’ heb je wel een soort verantwoordelijkheid, dan is het niet meer vrijblijvend. Daar hebben sommige spelers nog wel eens moeite mee. Dat kost eigenlijk de meeste energie.”

Op scherp zetten

En de inwoner van Breda, kan het weten. “Ik zit nu een jaar of vijf bij UVV’40 en oorspronkelijk waren we de Zaterdag 2. Gewoon een vriendenteam.” Want bij Baronie, waar Charlier lange tijd rondliep met zijn twee zonen, was daar geen ruimte voor, vertelt hij. “Dus zijn we toen hier een team begonnen.” Niet wetende, dat ze een aantal seizoenen later, flinke promotie zouden maken. “Twee jaar geleden is de club van de zondag naar de zaterdag gegaan, en afgelopen seizoen is aan ons gevraagd of we het eerste elftal wilden worden.” Met hem als trainer/coach. “Niels van Dongen deed altijd de selectie, dus vorig seizoen hebben we het samen gedaan.” Dit jaar, staat Charlier wat meer op de voorgrond. “Niels is ook coördinator van de bovenbouw én gaat de VC3-cursus volgen bij de KNVB.” En dus zal de oefenmeester er zelf, een eenheid van moeten maken. “Ik ben altijd van het persoonlijke contact. Die jongens kunnen allemaal goed voetballen, je moet ze alleen af en toe op scherp zetten.” Onder meer door twee keer in de week te trainen. “Alleen zijn we, door spelers die studeren of werken, niet altijd compleet. Maar op donderdag gelukkig wel.” Want met een groep van gemiddeld 26 jaar oud, krijg je ook te maken met andere dingen, weet Charlier inmiddels. “Daarom zijn we nu met z’n allen het commitment aangegaan, dat je minimaal één keer moet trainen. Daar moet iedereen zich aan houden.” Want, zo zijn ze bij UVV’40 inmiddels van mening: “We willen leuk voetballen, maar wel met ambities. Als we een beetje gas geven, kunnen we promoveren.” En gas geven, is nodig, heeft Charlier gemerkt. “We hebben er een aantal goede spelers bijgekregen, jongens die in het verleden onder meer bij Bavel, Beek Vooruit en Madese Boys in de selectie hebben gespeeld. Die voegen balans, discipline en voetbalgogme toe, dus er heerst echt onderlinge competitie. Iedereen moet zichzelf laten zien, maar dat vinden ze juist leuk.”

Motivatie

Mede daardoor geniet Charlier, met zijn zoon als keeper, extra van zijn rol als trainer. “Vanuit mijn werk, ben ik ook bezig met het bouwen van teams. Dat vind ik eigenlijk het leukste om te doen. Dat hele proces, van motiveren, op scherp zetten en er het maximale uithalen. Het is een stukje leiderschap.” En op zoek naar de juiste mix tussen jeugd en ervaring. “Dat is heel belangrijk! Jonge paarden rennen hard, oude paarden weten de weg. Zeggen ze toch altijd?” Van zijn eigen ervaring als voetballer, moet Charlier het overigens niet hebben. “Ik heb heel even bij Advendo gevoetbald, maar ik was niet zo heel goed. Dus werd ik snel keeper en daarna ging ik op handbal. Die goal is toch een stuk kleiner.” Desondanks, is de ondernemer bloedfanatiek. En dus viel een zevende plaats afgelopen seizoen toch wel een beetje tegen. “We zijn te laag geëindigd.” Al heeft hij daar wel een plausibele verklaring voor. “Blessures, te veel wisselingen, wat pech en bepaalde dingen hebben we ook aan onszelf te wijten. Er gewoon zijn, maar ook het onvoldoende hebben van patronen. In het drukzetten, het bespelen van de ruimtes of de omschakeling.” Die bittere nasmaak, zorgt voor motivatie en discipline, heeft Charlier gemerkt. “We moeten gaan inzien dat er bij een eerste elftal wat van je wordt verwacht en dat er mensen komen kijken.” Want als het aan hem ligt, blijft de groep nog lang bij elkaar. “De meeste jongens ken ik al heel lang en heb ik een goede band mee. Wat dat betreft is het echt een familieclub met ambitie. Dat vind ik leuk!

Klik op UVV’40 voor de laatste artikelen over de club.
Klik op UVV’40 voor meer informatie over de club.

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Ontvang nu ook maandelijkse het laatste nieuws uit het amateurvoetbal in jouw regio.