Wesley de Jongh is de 26-jarige keeper van Stellendam 1. Hij is op een bijzondere manier keeper geworden, namelijk als laatste de kleedkamer ingelopen. Wesley loopt nu met een blessure, maar als hij weer fit is wil hij nog zo lang als mogelijk blijven keepen.
Op zesjarige leeftijd begon hij met voetballen, de sport waarin hij nu al acht jaar in de selectie speelt. Bij Stellendam heeft hij tot aan de JO17 de selectie elftallen doorlopen, waarna hij bij Melissant en De Jonge Spartaan beide twee jaar heeft gespeeld in de selectie. Uiteindelijk maakte hij op zijn achttiende zijn debuut in de hoofdmacht.
In de eerste seizoenshelft heeft Wesley alles gekeept in het eerste. “Begin december kreeg ik last van mijn knie, hiervan heb ik een MRI-scan laten maken en hier kwam een kniekuilcyste uit. Hierdoor moest ik drie maanden rust houden. Ik ben nu weer op de weg terug”, aldus De Jongh. Hij omschrijft zichzelf als goalie: “Voetballend kan ik wel aardig mee, ook al gaat dat af en toe fout maar wie heeft daar nou geen last van. We blijven mensen. Gelukkig kan ik ook vaak op mijn reflexen vertrouwen, die heb ik aardig ontwikkelt met zaalvoetballen.”
Wesley is op een bijzondere manier keeper geworden. “De eerste training kwam ik als laatst binnen in de kleedkamer en toentertijd was alleen nog de keeperspositie beschikbaar, dus ik trok de handschoenen aan en heb deze eigenlijk nooit meer uitgetrokken. Hier heb ik ook nooit spijt van gehad.”
Manuel Neuer en Ederson staan bekend om het vaak ver voor eigen doel voetballen. Oliver Kahn zat eerder op karate dan op voetbal en René Higuita staat bekend om zijn redding met een scorpion kick op de doellijn. In andere woorden, er bestaan een hoop gekke goalies. Hier is Wesley het wel een beetje mee eens. “Dat hoor ik wel eens voorbijkomen, keepers zijn toch een beetje eenlingen in een voetbalteam. Ik ken ook wel een aantal gekke keepers. Misschien dat het daardoor komt dat deze stelling ter wereld is gekomen.”
Rituelen voor de wedstrijd heeft hij niet. Wel wil hij graag een goede warming-up. “Ik heb wel altijd graag dezelfde warming-up voor de wedstrijd. Daarom is het ook belangrijk dat een andere keeper je inschiet, deze persoon weet ook precies wat hij zelf voor warming-up zou willen.”
Verder hoopt De Jongh nog lang in de goal te kunnen staan. “Ik hoop nog sowieso tien jaar te blijven keepen, al is dat in het eerste of het tweede. Ik hoop daarom ook dat de knieblessure waar ik nu mee loop meevalt voor mijn toekomst. Natuurlijk voor het team zelf promotie naar de derde klasse, daar werken we nu aan”, sluit hij af.
Lees hier een ander artikel van Stellendam.