Henk Treffers en Kevin van Esch denken sterker uit coronatijd te komen met Wilhelmina’26

0
217

Henk Treffers en Kevin van Esch zitten samen aan tafel, de ene is voorzitter van Wilhelmina ’26 en de ander speelt bij die club in het eerste elftal. In een gek en vervelend voetbaljaar zijn ze toch positief over de ontwikkelingen bij hun club. “Het is een klotetijd, maar ik denk dat we er sterker uit kunnen komen.”

werktalent_255550

Het duo praat met regelmaat over de club en over de wedstrijden van het eerste elftal. Logisch, want buiten de voetbalclub zien ze elkaar ook op de zaak. “Het is dan vooral voor en net na het weekend, verder valt het wel mee. We hebben het aardig druk”, zegt Van Esch met een glimlach.

Van Esch kwam via zijn vriendin bij Wilhelmina ’26 terecht. “Ze voetbalde zelf ook en heeft me een paar keer meegenomen naar een wedstrijd. Na een paar jaar heb ik gezegd: ik kom hier voetballen. Het is een grote familie. Als het eerste wint, staan mensen te huilen van blijdschap. Die zijn er zo blij mee, daar doe ik het ook een beetje voor. Mensen leven echt voor deze club.”

Het zijn woorden die Treffers met genoegen aanhoort. “We willen midden in de maatschappij staan, midden in het dorp. Je bent als club gewoon belangrijk voor de gemeenschap. Natuurlijk zijn we een ambitieuze vereniging en zijn we het liefst beter dan de buren, maar we willen er ook zijn voor onderlinge verbondenheid. Als iemand lastig zit, dat je die persoon dan helpt. Een vereniging is belangrijk voor mensen, dat hebben we de afgelopen tijd wel meegemaakt.”

Net als iedere andere club kende Wilhelmina ’26 een bijzonder en ook vervelend jaar, de bal rolde amper op Sportpark De Ebbe. Toch is Treffers positief over de ontwikkelingen binnen de club. “Er is een groep jonge mensen, tussen de twintig en dertig, die een beleidscommissie hebben gevormd. Ze hebben enquêtes opgesteld en interviews gehouden. Waar willen we als club naar toe? Waar willen we over vijf jaar staan? Waar willen we in investeren? Daar zijn nuttige dingen uitgekomen. Mijn verwachting is dat we alleen maar sterker terug gaan komen als vereniging. En dan heb ik het niet over het eerste dat doorstroomt naar de hoofdklasse ofzo, maar over de verbondenheid met elkaar. Het is een klotetijd, maar ik denk dat we er sterker uit kunnen komen.”

Die hoofdklasse hoeft dus niet, toch zijn beide heren ambitieus als het over het eerste elftal gaat. “Ik denk dat we meer kunnen dan we denken, we hebben soms teveel ontzag voor bepaalde clubs. Dat we onszelf zien als ‘dat boerenelftalletje uit Wijk en Aalburg’. We mogen best wel meer in onszelf geloven. We kunnen goed voetballen. We zijn geen titelfavoriet, maar van ons win je niet makkelijk”, zegt Van Esch, zonder enige vorm van arrogantie.

Treffers sluit zich daar bij aan. “We hebben hoop komend seizoen in het linkerrijtje te eindigen en mee te doen om een periode. We zijn niet een club die kampioen moet worden, maar we worden wel graag serieus genomen en willen zorgen dat clubs rekening houden met ons.”

Treffers kijkt als voorzitter wel verder dan alleen de hoofdmacht, hij staat voor de hele club. Een vereniging van ongeveer 450 leden, waar het gewoon goed mee gaat. En een vereniging die nog altijd stappen zet. “Het is niet alleen hosanna, er is altijd wel een keer gezeik of dat iemand het ergens niet mee eens is. Maar persoonlijk vind ik het best goed gaan”, zegt Treffers. Hij zou graag nog wat extra vrijwilligers bij de club zien, zoals iedere voorzitter. “Het drijft vaak op een kurk van een x-aantal mensen, wij zijn bezig die kurk te vergroten. Je hebt nooit genoeg, het is altijd stoeien om alles vol te hebben. Maar over het algemeen hebben wij niet te klagen over vrijwilligers.”

Klik hier voor meer informatie over Wilhelmina’26
Klik hier voor meer artikelen over Wilhelmina’26