Een moeizame eerste seizoenshelft, maar uiteindelijk precies op tijd ‘aangeslingerd’. Want nadat Achilles Veen rond de winterstop in de gevarenzone stond, handhaafde de ploeg zich uiteindelijk toch in de vierde divisie. Tot opluchting van Tim van Broekhoven. “Je krijgt het er wel warm van, van laatste staan.”
Want stiekem, hoopten ze in Veen toch allemaal eigenlijk wel op meer. “Tuurlijk doe je dat, maar je gooit dertien nieuwe spelers ‘op een hoop’. Dan krijg je een bepaalde groepsdynamiek, waarin iedereen zijn plekje moet zien te vinden.” En alles wat daarbij hoort. “Teleurstellingen, alles komt om de hoek kijken. Als die stormfase is geweest, is er een moment dat er rust komt.”
Koerswijziging
Dat moment kwam volgens de 26-jarige Van Broekhoven net na de winterstop. “Het gevoel van een ‘reset’. Even opnieuw beginnen en uit de negatieve spiraal komen.” De club haalde niet alleen een aantal versterkingen, maar veranderde ook van speelstijl. “We gingen 4-4-2 spelen, zodat we de druk wat meer bij de achterhoede weg konden houden. En als je dan een paar goede oefenwedstrijden speelt en niet weer ‘op je klote krijgt’, dan komt het vertrouwen ook wat terug. Maar eerlijk, we hebben geen mooi voetbal gespeeld…” Toch pakte die koerswijziging goed uit, zag de linksback. “Op het middenveld kregen we natuurlijk een mannetje extra en voorin, hadden we meer diepgang. Als je dan van de laatste twaalf wedstrijden, er nauwelijks nog verliest, komt er een bepaald gevoel terug in het team. Iets meer rust in het veld en ook in de kleedkamer begon het beter te lopen. Minder druk, er kwam weer wat ruimte voor ontspanning en gezelligheid. Dat merk je automatisch op trainingen.”
Rebel
Een uitdagend begin, ook voor hem als nieuweling. “Ik wilde eigenlijk graag met mijn vrienden bij SC ’t Zand blijven voetballen, maar een maatje van mij ging in België keepen. Dus toen had ik wel zoiets van, wat ga ik nu doen?” Precies op dat moment, kwam Achilles Veen om de hoek kijken. “Een vriend van mij (Rico Geeroms) voetbalde er al en vertelde hoe het hier leeft en dat de kantine om acht uur nog ramvol staat. Het is eigenlijk een beetje de plaatselijke kroeg, dat wilde ik wel proberen!” En met succes. “Het is eigenlijk beter bevallen, dan ik had gedacht. Dennis (van der Steen) en Jean-Philip (Becht) zijn echt mensenmensen, die blijven met je bezig.” Begeleiding vanuit een technische staf, die wel bij hem past. “Ik ben denk ik niet de makkelijkste. De rebel zijn binnen een groep, gaat me over het algemeen goed af. Maar als je hier echt de intentie hebt om erbij te horen, zou ik je aanraden om gewoon tien jaar te blijven.” Precies wat Van Broekhoven van plan is om te doen. “Mijn vriendin heb ik hier leren kennen, die komt ook uit Veen. We zijn nu aan het kijken voor een huisje. Als ze me bij de club een contract voor onbepaalde tijd geven, doe ik het!” Gas geven op het veld en daarnaast houden van de saamhorigheid, de linkspoot zit helemaal op zijn plek. “Het zijn bijzondere mensen, maar als je er eenmaal tussenpast…”
Andere wereld
En er tussenpassen doet Van Broekhoven dus inmiddels meer dan uitstekend. Al heeft dat, na zijn vertrek uit de jeugdopleiding van RKC Waalwijk, wel even geduurd. “Ik heb wel moeite met die omschakeling gehad. Van een BVO naar de amateurs.” Terechtgekomen in een soort zwart gat, vertelt hij. “Je bent gewend om elke dag het uiterste van je lichaam te vragen, als dat dan wegvalt, heb je iets anders nodig om toch je lichaam te triggeren.” Dat ging bij hem, met pieken en dalen. “Je zoekt het nog steeds in het voetballen, maar daarbuiten ook in mijn geval bij het boksen. Er is wel een periode geweest dat ik niet echt het plezier had, dat is bij ’t Zand en zeker ook Veen, gelukkig weer teruggekomen.” In een totaal andere wereld. “Bij een profclub, maken ze een individu van je. Daar doe je het echt puur voor jezelf. Toen ik vervolgens bij DESK terechtkwam, ging ik leren om het samen te doen. Dan pas word je een ‘teamplayer’. Blijven hangen in de kantine en even een biertje doen.” De droom om profvoetballer te worden, heeft Van Broekhoven dan ook wel een beetje laten varen. “Als je er eenmaal uitvalt, is het heel lastig om jezelf weer op te rapen. En er opnieuw zoveel moeite voor moeten doen en dingen voor te laten… Ik ben misschien ook niet helemaal de persoon voor profvoetbal.” Waarom niet? “Ik laat me niet in de maling of in de zeik nemen, mijn trots staat daarboven.”
Huilen
Trots is de inwoner van Kaatsheuvel ook, op de herrijzenis van zijn team. “Op een gegeven moment, zijn de dingen wel in elkaar gevallen. Het voelde ook niet, alsof het echt lang spannend bleef. Sterker nog, ik had zes wedstrijden voor het einde het idee dat die periodetitel erin zat.” Hoe gek kan het lopen. “Terwijl ik mezelf tijdens het seizoen, nog zorgen heb gemaakt. Of mijn oude speelstijl wel terug zou komen.” Want, zo vertelt de linkspoot. “Iedereen begon natuurlijk zijn vorm kwijt te raken en ik dacht: dit ben ik helemaal niet. Normaal kan ik ook af en toe best iemand doormidden schoppen, zelfs dat was ik bijna kwijt.” Maar eind goed, al goed dus. “Ik voetbal vooral, omdat het leuk is. Negentig minuten knallen met vrienden en dan de stad in. Bij Veen begin ik dat gevoel nu ook een beetje te krijgen. Dat duurt even, maar ik zit nu gebakken.” Al is het alleen maar, door die ene winnende treffer. Uit bij WNC, in de 96ste minuut. “Ik houd van de achterlijn halen én als het kan, schieten. Daarom maak ik alleen maar mooie doelpunten. Die wedstrijd… Ik heb nog nooit een bestuur aan het huilen gekregen, maar toen wel. Dat typeert Achilles Veen. Hoe een overwinning, zoveel los kan maken. Het leeft hier echt!”
Klik op Achilles Veen voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Achilles Veen voor meer informatie over de club.