“Het is wel lekker dat het nú geregeld is”, zei Omar Khan onlangs bij zijn aanstelling als trainer van zondag eersteklasser Spartaan’20. De oefenmeester van Nieuwerkerk zag zijn spelers de afgelopen tijd een nieuwe club vinden -Nieuwerkerk stapt over naar de zaterdag – en hield al een klein beetje rekening met een verplicht sabbatical.
“Op een gegeven moment zie je bij de interessante clubs de plaatsen ingevuld worden”, reageert hij. “En het was al half maart.” Toen was er opeens de interesse van Spartaan’20. Zijn oude club. “Ik heb er vijftien jaar geleden in de jeugd gewerkt. Een mooie club die bekend staat om zijn goede jeugdopleiding.”
Jeugd inpassen wordt ook het devies voor komend seizoen. “Er stromen twaalf spelers door vanuit de jeugd. Die moeten een plekje krijgen in de selectie”, aldus Khan, die onlangs nog op harde wijze kennismaakte met Spartaan’20. Mét zijn hoger aangeslagen Nieuwerkerk verloor hij in Rotterdam-Zuid met 7-2.
Dat Khan, amper een half jaar na zijn aantreden in Nieuwerkerk, al weer zo snel op zoek moest naar een nieuwe baan had hij niet verwacht. Hij had en heeft het naar zijn zin op sportpark Dorrestein. “De club heeft de keuze gemaakt om de zondag op te heffen en de pijlen te richten op de zaterdag. Dit elftal valt dus uit elkaar. Die omstandigheden maakt het voor iedereen lastig werken – we spelen immers voor noppes – maar het is de taak van de technische staf om iedereen scherp te houden. Dat lukt de ene keer beter dan de andere keer.
Spartaan’20 was een negatieve uitschieter en daar hebben we het na afloop ook uitgebreid over gehad. We vertegenwoordigen met elkaar tot het einde van het seizoen Nieuwerkerk en moeten er het beste van maken. Het is geen straf om hier te voetballen. Dit is een geweldige club. We zitten nog in de Voetbal Rijnmond Cup en als het even kan, willen we ver komen.”
Bijna al zijn spelers hebben een nieuwe club, de wetenschap dat hij zelf eind juli voor het eerst wordt verwacht bij Spartaan’20 geeft Khan ook de nodige rust. “Ik doe niets liever dan op een voetbalveld staan.”