Voor het huidige seizoen had Both twee opties. SHO polste hem voor een terugkeer en hij kon net als acht bevriende voetballers overstappen van Piershil naar OSV. ,,Meegaan met die jongens had een veilige keuze geweest, maar zij zijn allemaal een paar jaar ouder. Als ik ooit nog eens de stap terug naar SHO wilde maken, moest ik het nu doen. Ik ben 26 en ik denk niet dat SHO na twee of drie seizoenen OSV nog eens bij mij zou aankloppen’’, schetst Both zijn overwegingen. ,,Ik vond het ook wel lekker om weer eens op nul te beginnen in een groep. Dat was niet zo geweest bij OSV, als je met acht bekenden binnenkomt. Bij SHO moet ik mijn voeten weer laten spreken. Bovendien had ik mijzelf bij mijn overgang naar Piershil voorgenomen dat ik een stapje terug deed om er uiteindelijk weer één vooruit te kunnen doen. Toen ik wegging bij SHO, deed ik dat wel met het idee om ooit weer terug te keren.’’
Ook in de kleedkamer van SHO trof Both na het doorhakken van de knoop veel bekenden. ,,Voor mijn vertrek speelde ik tweeënhalf jaar in de selectie. Met meer dan de helft van de spelers die er nu zijn, heb ik al eens samengespeeld. Anderen ken ik op een andere manier ook wel. Prettig was ook dat doelman Peter Konings ook overkwam van Piershil’’, vertelt Both.
In de beginfase van de competitie, die voor SHO zo goed verliep, moest Both wel vaak genoegen nemen met een rol als invaller. Iets wat hem overigens prima af ging, want in vijf invalbeurten kroonde hij zich driemaal tot matchwinnaar. Onder meer in de derby tegen Heinenoord. ,,Natuurlijk wil je het liefst starten, maar in aanvoerder Bob Vermunt heb ik iemand voor mij staan. Ik probeer het de trainer zo moeilijk mogelijk te maken. En uiteindelijk wil je belangrijk zijn. Of dat nou in tien minuten of in negentig minuten lukt, maakt niet zo uit. Als ik straks twintig goals maak als invaller, hoor je mij niet klagen.’’