Home Blog Pagina 97

Nick Vermerris wil ook in het tweede elftal gaan voor het maximale

Een andere werkomgeving waarbij hij in ploegendienst werk. Het was voor Nick Vermerris de voornaamste reden om er drie jaar geleden bewust voor te kiezen een stap terug te doen naar het tweede elftal. ‘Ik merkte dat ik regelmatig bij het eerste conditioneel in de problemen kwam en het geen hele wedstrijden wist vol te houden. Dan moet je keuzes maken.’

En sindsdien maakt de verdediger geen onderdeel meer uit van de hoofdmacht, maar is hij speler op zaterdag bij het tweede team, dat uitkomt in de reserve-vijfde klasse. “Ik woon in Bath en heb hier altijd in de jeugd gespeeld. Daarna heb ik ook drie jaar in het eerste elftal gevoetbald. Dat was leuk, maar gezien mijn werksituatie niet langer vol te houden. Als je in wedstrijden op een gegeven moment conditioneel in de problemen komt, dan is dat niet wenselijk. Daar ben ik feitelijk ook te competitief voor.”

Vanwege de ploegendiensten kan Vermerris nog altijd niet wekelijks aanwezig zijn op trainingen, maar ook wedstrijden moet hij soms laten schieten. “Wanneer je voor een eerste elftal speelt, dan moet een trainer erop kunnen vertrouwen dat je er wekelijks bent. Bij het tweede elftal is die druk en verplichting een stukje minder. Daar kan je ook doorlopend wisselen, dus als je even geen lucht meer hebt dan kan je even een tijdje eruit gaan en daarna weer terug meedoen. Dat is op dit moment voor mij dus ideaal.”

Toen hij bij het tweede aansloot, waar hij ook al een seizoen aanvoerde was, speelden er van Vermerris een grote groep vrienden. Dus de stap terug voelde voor de laatste man ook direct wel prettig. “Het waren allemaal gasten waarmee ik ben opgegroeid en altijd mee heb gevoetbald. Inmiddels is de samenstelling van de tweede selectie wel wat veranderd. Veel vrienden wonen nu verder weg en zijn gestopt. Er zijn nu veel jonge gasten die in het tweede actief zijn, maar het blijft leuk en erg gezellig. We willen proberen om dit seizoen te promoveren, terwijl kampioen worden helemaal gaaf zou zijn.”

Voorlopig is voor de centrale verdediger het tweede elftal prima, maar wie weet dat ik ooit nog een keer de stap terug naar het eerste maak. “Ik geniet ervan om op het veld te staan. En sowieso geniet ik hier bij Rillandia, dit is voor mij de perfecte vereniging. Iedereen is goed met elkaar, heeft interesse in elkaar en staat voor elkaar klaar. In die omgeving besteed ik graag mijn vrije tijd op een gezellige en sportieve manier.”

Klik op V.V. Rillandia voor de laatste artikelen over de club.
Klik op V.V. Rillandia voor meer informatie over de club.

 

Droom is werkelijkheid voor Tarfit en Kroeven

Toen Anwar Tarfit als jongetje van elf begon met zaalvoetballen, droomde hij stiekem al van de eredivisie. Maar dat die droom ooit werkelijkheid zou worden, had de speler van ZVV Kroeven zelf waarschijnlijk ook nooit verwacht. Toch is dat sinds dit seizoen de realiteit. “Je speelt nu tegen spelers die écht voor de zaal kiezen.”

Iets dat de 29-jarige Tarfit, als speler van eersteklasser RBC, nog altijd niet heeft gedaan. “Vijf jaar geleden speelde ik nog in een zaalteam met allemaal Roosendaalse jongens. Gewoon lekker met vrienden, niet te serieus.” Tot een fusie, hem bij de huidige eredivisionist bracht. “De club is echt ontstaan uit de wijk Kroeven. In het begin zaten er ook echt alleen maar jongens uit de wijk, nu nog een stuk of vijf, plus het hele bestuur. Het is één en al saamhorigheid en liefde.” Mede daardoor, zit het ook altijd vol, vertelt Tarfit. “We doen het zonder geld, maar vanuit de liefde om voor Kroeven te willen spelen. En voor zoveel supporters. Dat blijft mooi!”

Mooi verhaal

Helemaal als je veel wint. Zoals afgelopen seizoen in de eerste divisie. “Ik had het eigenlijk wel moeilijker verwacht, moet ik eerlijk zeggen. We wonnen vijf of zes keer, dan gaat het leven.” Sterker nog, Kroeven bleef bijna heel de competitie ongeslagen. “Tot de laatste wedstrijd. Dan ben je volgens mij wel de terechte kampioen, toch?” Een mooi verhaal, zo heeft Tarfit gevoel voor understatement. “Niemand had vijf jaar geleden natuurlijk ooit gedacht dat we de eredivisie zouden halen. Maar dit is prachtig. Met deze groep spelers én al die supporters.” Want, zo herinnert de Roosendaler. “Het zat altijd al helemaal vol, ook op een lager niveau.”

Toch is het dit seizoen anders. “We spelen onze thuiswedstrijden nu in Breda, omdat de Roos niet aan de eisen voldeed. Te klein en daardoor gevaarlijk.” Misschien is dat wel de reden, dat Kroeven een moeizame start kent. “Dat doet natuurlijk pijn, maar we moeten ook realistisch zijn. Al die teams, hebben veel meer vermogen dan wij. En we hebben al tegen behoorlijk goede ploegen gespeeld, veelal uit het linkerrijtje.” Dus zit het met het vertrouwen bij Tarfit nog wel goed. “Het zal niet makkelijk worden, toch verwacht ik dat wij erin gaan blijven. We hadden eigenlijk al twee keer moeten winnen en nu komen er wat ‘mindere’ tegenstanders aan.”

Genadeloos

Al was die tegenstand, zeker in het begin, wel even wennen. “Dit is écht niveau! Je speelt nu tegen jongens die gewoon voor de zaal kiezen. De volwassenheid van teams, alles gaat sneller. Als er één iemand verzaakt, wordt dat afgestraft. Iedereen is genadeloos.” Want, zo weet Tarfit als veldvoetballer bij RBC ook als geen ander: “In de zaal kun je geen verstoppertje spelen.” Helpt die combinatie hem? “Soms train je te veel, dan moet je even rust nemen. Maar juist daardoor, ben ik topfit. Je vraagt als zaalvoetballer veel meer van je lichaam. Ik kan bijvoorbeeld niet op dezelfde dag eerst op het veld spelen en dan in de zaal. Andersom kan wel.”

Toch levert het hem, vooral heel veel energie op. Niet in de laatste plaats, door alle successen. “Het is mooi om dat allebei mee te kunnen maken. Helemaal als jongen uit Roosendaal.” En dus heeft Tarfit twee belangrijke doelen: “Met RBC promoveren naar de vierde divisie en Kroeven behouden voor de eredivisie.” Vooral dat laatste, doet hij op een opmerkelijke positie. “Op het veld ben ik linksbuiten, in de zaal laatste man. Dan ben ik een zakelijke voetballer.”

Want, zo heeft hij wel gemerkt. “In de eredivisie kun je niet dribbelen, dan moet je vooral in beweging zijn. Na twee of drie minuten, ben je kapot. Dan moet je gewisseld worden.” Tot slot heeft Tarfit nog een boodschap voor alle fans. “Zoals het hier leeft… Dat hebben die andere clubs niet. Juist voor onze supporters, hoop ik dat het goedkomt!”

Tristan Krijnen is dol op het spelletje: ‘Ik wil gewoon lekker voetballen’

Voetballen in een eerste elftal; dat is toch het mooiste wat er is. Dat ondervindt de 21-jarige Tristan Krijnen nu ook. Jarenlang pendelde hij tussen het eerste en het tweede elftal van Waspik en nu krijgt hij eindelijk zijn kans. ‘’Ik heb een bepaalde knop omgezet.’’

Net even wat harder werken tijdens de training, geen 100, maar 110% geven in de wedstrijden en energie stoppen in je ontwikkeling. Het kan net het verschil maken tussen wel of niet spelen. Krijnen, die de rechterflank van Waspik onvermoeibaar bestrijdt, maakt dit seizoen dat verschil.

Vorig jaar zat hij tussen ‘één en twee’. Zijn wedstrijden speelde hij voornamelijk bij ‘twee’, omdat op zijn leeftijd minuten moet maken. Dat deed hij in het tweede elftal wel, maar nog steeds speelde hij geen hele wedstrijden, want hij moest energie overhouden om eventueel in te vallen bij het eerste, waar hij later op de zondag aansloot. Vaak resulteerde dat in een hele wedstrijd toekijken op de bank of een korte invalbeurt vlak voor het ingaan van de blessuretijd. Volgens Krijnen zaten er wel wedstrijden tussen waar hij wat meer minuten kreeg. ‘’Dan probeer je jezelf te laten zien,’’ zegt hij.

Tijd voor verandering

Het was tijd voor verandering. ‘’Het seizoen van vorig jaar was niet lekker. Ik wil gewoon lekker voetballen en hele wedstrijden spelen,’’ zegt de rechtermiddenvelder. Om dat voor elkaar te krijgen wist hij één ding zeker. ‘’Ik moet alles geven en nog meer energie in de wedstrijden en trainingen leggen.’’

Krijnen wilde niet nog een jaar tussen twee elftallen bewegen en zich focussen op één team. Hij wist dat hij alles moest geven om daarvoor te zorgen. ‘’Er is een bepaalde knop omgezet in mijn hoofd. Als ik alles zou geven en het was uiteindelijk niet gelukt, was het ook prima. Nu heb ik er in ieder geval alles aan gedaan.’’

Door de omgezette knop, is het hem gelukt. Elke wedstrijd staat hij aan de aftrap. ‘’Achteraf heb ik het goed genoeg gedaan. Daar ben ik blij mee, want van elke wedstrijd op de bank zitten word je ook niet beter,’’ zegt Krijnen.

Nu ontwikkeld hij zich razendsnel. Dat doet hij op de rechterflank van Waspik. ‘’Ik vind het fijn om ruimte voor me hebben om in te lopen. Voorheen speelde ik weleens centraal, maar daar is het wat benauwder. Bovendien hebben we daar al seizoenen lang een topspeler staan, genaamd Tom van Ool,’’ vertelt hij.

Mede door het loopvermogen, de diepgang en goede trap is Krijnen van grote waarde voor het elftal van Emiel Heefer. ‘’Ik maak veel vuile meters en zorg voor diepgang. Ik kan de hele wedstrijd blijven gaan. Met mijn passing probeer ik mijn medespelers in stelling te brengen voor de goal,’’ aldus Krijnen. Ook de hoofdtrainer is blij met de middenvelder en heeft een aantal mooie woorden te zeggen over de 21-jarige Krijnen. ,,Tristan heeft zich de afgelopen tijd enorm ontwikkeld. Dat is mooi, want het is een echte jongen van de club,’’ vertelt hoofdtrainer Heefer.  Dat Heefer lovend over Krijnen spreekt, is niet zo gek. De twee hebben namelijk een sterke band. ‘’Ik krijg vertrouwen van hen. Ze erkennen de ontwikkeling die ik doormaak,’’ zegt Krijnen.

Dit is waar je het voor doet

Er kan wel gesteld worden dat Krijnen gelukkig is bij Waspik. Hij heeft een vaste basisplaats in het eerste elftal weten te bemachtigen en voelt zichzelf onderdeel van het team. ‘’Je hebt nu echt een aandeel in het elftal en je voelt je betrokken. Het is een wereld van verschil met vorig jaar, want nu ben ik er altijd bij,’’ aldus Krijnen. Het is hetgeen waar elke voetballer het voor doet: elke zondag, negentig minuten lang voetballen op het kortgeknipte gras. ,, Het is het leukste wat er is en ik krijg er een kick van,’’ voegt Krijnen toe.

Klik op VV Waspik voor de laatste artikelen over de club.
Klik op VV Waspik voor meer informatie over de club.

‘Door onze brede selectie moet handhaving hopelijk mogelijk zijn’

Resultaten uit het verleden zijn meestal geen garantie voor de toekomst en al helemaal niet in de voetballerij. Zéker niet als de KNVB besluit dat er in 2024, in de vorm van een vijfde klasse, een compleet nieuwe onderste laag wordt toegevoegd aan de voetbalpiramide. ‘Een ding is zeker, wij willen met Wemeldinge gewoon lekker blijven waar we nu spelen. In de vierde klasse dus.’

Het zijn de duidelijke woorden van Maurick Steenhard, de reserve-aanvoerder van de Bevelandse middenmoter. “We hebben de voorgaande seizoenen altijd bovenin meegedaan en hopelijk nu met al die gedegradeerde derdeklasser erbij toch ook nog in het linkerrijtje te eindigen. We hebben een bredere selectie nu, want er zijn een aantal jongens bijgekomen. Dat geeft meer concurrentie en moet er hopelijk voor zorgen dat we het een heel seizoen kunnen volhouden. In het verleden zag je dat er sommige posities niet dubbel waren bezet en we, zeker als er blessures ontstaan of schorsingen, in de problemen kwamen. Dat zou nu niet het geval moeten zijn en dat is wel een prettige gedachte.”

Steenhard (28) is alweer bezig aan zijn twaalfde seizoen bij Wemeldinge, waar hij overigens op zijn vijftiende al debuteerde. Een jaar later werd hij basiskracht en sindsdien is hij niet meer uit het elftal geweest. “Het is echt mijn cluppie en een onderdeel van mijn sociale leven. Ik heb hier al heel wat vrije tijd doorgebracht en kan me ook niet voorstellen dat ik ooit een ander shirt dan het rood van Wemeldinge zal dragen. Het is echt een familiaire club, waar iedereen elkaar kent en die enorm belangrijk is voor de gemeenschapszin. Dat ik al zolang onderdeel ben hier van het eerste elftal, dat vind ik dan wel mooi.”

Omdat iedereen wil spelen, zijn dit seizoen de basisplekken ‘duur’ en moet iedereen wekelijks vol aan de bak. “We trainen met het eerste en de JO17 samen, dat zorgt ervoor dat er op trainingsavonden zo’n dertig man rondlopen. Dat geeft voldoende mogelijkheden om een zo sterk mogelijke selectie samen te stellen en te proberen om dit seizoen die zware degradatieregeling te overleven. Daar doen we in elk geval alles aan met z’n allen en het besef daarvan is bij iedereen wel aanwezig. Want die rode streep, dat is écht iets wat bij iedereen speelt. We moeten de focus er wekelijks wel vol ophouden, want soms is het nog veel te wisselvallig. Het zou doodzonde zijn, dat je daardoor kind van de rekening wordt, al ben ik er van overtuigd, dat we ons dat niet laten gebeuren.”

Klik op VV Wemeldinge voor de laatste artikelen over de club.
Klik op VV Wemeldinge voor meer informatie over de club.

 

 

‘Ik wist dat ik hier weer plezier zou hebben’

Hij deed vanwege zijn werk een stapje terug, voetbalde een jaartje bij DVO’60 in een vriendenteam, maar is sinds dit seizoen speler van derdeklasser SC Gastel. Want toen Wesley Kotta in gesprek ging met trainer Kees de Rooij, was die klik er eigenlijk meteen. “Hij had oprechte interesse in mij als speler én als persoon.”

En dus is de voormalig speler van RKVV Roosendaal, waar hij in de pupillen begon met voetballen, sinds deze zomer beland in Gastel. Een aangename kennismaking. “Ik kende al wat jongens en de sfeer is leuk. Het bevalt heel goed!” Iets waar de 26-jarige Kotta, stiekem toch wel aan toe was. “Bij DVO’60 speelde ik in een vriendenteam, maar ik miste toch wel een beetje dat competitieve. Toen kwam ik twee vrienden van SC Gastel tegen, of ik niet eens wilde praten met Kees de Rooij.”

Plezier hebben

Waarom ook niet? Dacht de verdedigende middenvelder. Sterker nog. “Die gesprekken waren heel aangenaam. Hij had oprechte interesse in mij als speler én als persoon.” Want, zo herinnert Kotta zich nog goed. “Vorig jaar september, werd ik al gebeld door Kees. Daar spreekt toch wel vertrouwen uit. Dat was voor mij eigenlijk dé reden, om hier naartoe te komen.” Al trok niet alleen het moment van bellen, hem over de streep, vertelt hij. “De mogelijkheid om samen te spelen met bekenden uit mijn middelbareschooltijd, speelde ook een grote rol. Daardoor kende ik al wat gasten, waar ik goed mee overweg kon.” Zelfs een degradatie naar de derde klasse, bracht hem niet aan het twijfelen. “Ik had al ‘ja’ gezegd, met het idee dat we tweede klasse zouden gaan spelen. Dat was jammer, maar ik hield er misschien stiekem wel een beetje rekening mee. Dan moet je ook niet meer terugkrabbelen, vind ik.”

En achteraf, is dat een goede keuze geweest, glundert Kotta. “Voor mij was het vooral belangrijk om weer gewoon plezier te hebben. Ik wist dat ik dat hier zou hebben!” Al is het, zo is hij eerlijk, behoorlijk aanpoten gebleken. “Ten opzichte van een vriendenteam… Het gaat iets sneller en ook de duels, zijn een stuk meer fysiek.” Gelukkig beschikt de derdeklasser, over meer dan genoeg kwaliteit. “Het niveau is eigenlijk wel een beetje zoals ik had verwacht. We moeten in deze competitie, zeker bovenin mee kunnen draaien.” En dat is nodig ook, vertelt Kotta. “Onze doelstelling is promoveren, terug naar die tweede klasse.” Maar vanzelf, gaat dat zeker niet. “Iedereen kan van elkaar winnen. Dan is het zaak om consistent en stabiel te zijn.”

Stoom afblazen

Wie hij ziet als grootste concurrenten? Kotta heeft wel een idee. “Voor mijn gevoel zijn BSC en HVV’24 wel een beetje de favorieten, maar ik hoor ook over Virtus en Zundert dat het goede ploegen zijn.” Volledige focus is dus nodig. Op zichzelf, en het team. “Het leukste is om met z’n allen te trainen en ergens naartoe te werken. De neuzen allemaal dezelfde kant op.”

In een groep, waar Kotta zich nu al meer dan thuis voelt. “Hoe ik ontvangen ben, zegt veel over het team.” Maar, is hij meteen ambitieus. “Ik wil waardering voelen en een rol van betekenis spelen. Die prestatiedrang heb ik nog steeds.” Ook al zijn het, als analist bij een bank en eigenaar van een juridisch adviesbureau, soms lange dagen voor hem. “Vanuit kantoor, door naar de voetbal. Even stoom afblazen. Dat geeft altijd een voldaan gevoel.”

Net als het uitschakelen van de nummer tien van de tegenstander. “Ik sta ‘op zes’, ben met name verdedigend ingesteld.” Toch probeert Kotta ook in balbezit zijn voetballende steentje bij te dragen. “Eigenlijk zou ik de bal wel iets meer moeten vragen én hebben. Ik probeer wel op te bouwen, maar heb te vaak nog de drang om terug te spelen. De veilige keuze.” Een mooi verbeterpunt voor dit seizoen dus. “Dat zou mijn spel wel ten goede komen.” Voorlopig bij SC Gastel. “Ik heb het hier ontzettend naar mijn zin!”

Klik op SC Gastel voor de laatste artikelen over de club.
Klik op SC Gastel voor meer informatie over de club.

Colin Smits: Een geboren leider op het middenveld van RKDVC

Een goede band met je trainer; is dat in het voetbal niet één van de belangrijkste dingen om goed te kunnen presteren en alles te geven voor de club? Het is misschien wel één van de redenen waarom het 19-jarige RKDVC-supertalent Colin Smits dit jaar uitblinkt in de derde klasse C. De strijdlustige stofzuiger op het middenveld heeft nu al een grote waarde voor het eerste elftal.

De ene helft van het trainersduo is namelijk Stijn Brokx. Brokx is al lange tijd de trainer van Smits. De verdedigende middenvelder kan het geweldig vinden met de trainer. ‘’Stijn is een mooi persoon en ik kan het heel goed met hem vinden,’’ zegt Smits. Smits kwam dit jaar over van de JO19 en heeft tot nu toe elke wedstrijd aan de aftrap gestaan. Niet gek, als je de geschiedenis van Brokx en Smits kent. Want in welk team Brokx ook speelde met Smits, de verdedigende middenvelder was altijd één van de belangrijkste spelers en droeg hij bovendien vorig seizoen de aanvoerdersband om zijn arm. In datzelfde jaar promoveerden de twee samen van de hoofdklasse naar de derde divisie in één jaar tijd.

Balveroveraar

Ook de andere helft van trainersduo Brokx en Koole heeft mooie woorden voor de talentvolle middenvelder: ‘Hij is nog zo jong, maar dat is nergens aan te zien. De meeste jongens uit de jeugd hebben moeite met het fysieke geweld van het seniorenvoetbal, maar deze jongen past zich zonder enige moeite aan. Hij is waanzinnig strijdlustig en houdt zich knap staande. Zijn ontwikkeling is bewonderingswaardig.’’ Volgens zijn trainers is hij een geweldige balveroveraar. Op ‘zes’ veroverd hij veel ballen door de lijnen dicht te lopen en levert hij de bal vervolgens meestal af bij de goede kleur. Dan ben je van grote waarde voor een team.

Smits klaart op zodra hij deze mooie woorden van zijn trainer hoort. Al blijft hij zelf graag bescheiden: ‘’Ik doe altijd heel hard mijn best en probeer het te laten zien in de wedstrijden,’’ vertelt de balansbewaker. Dat harde werken komt van zijn karakter en de pure wil om te winnen. Deze mentaliteit bracht hij vorig jaar als aanvoerder over op zijn medespelers. Nu zit hij bij de eerste selectie en ook hier laat hij steeds meer van zichzelf horen. ‘’Ik raak steeds meer gewend in het team en probeer meer en meer te coachen. Het zit in mijn aard om jongens aan te sturen. Ook in dit elftal voelt dat per wedstrijd gemakkelijker en natuurlijker.’’

Rennen en vliegen

Als aanvoerder van de JO19 promoveerde hij twee keer in één jaar tijd. Dit seizoen mag hij het laten zien in het eerste van RKDVC. Voor velen is de stap van de junioren naar de senioren groot, maar Smits lijkt er nauwelijks moeite mee te hebben. Wel merkt hij grote verschillen. ‘’Bij de senioren is het allemaal wat rustiger. Het balletje wordt meer van links naar rechts gespeeld,’’ vertelt Smits. ‘’Dat was bij de junioren wel anders. Daar is het rennen en vliegen en 90 minuten lang druk zetten. Als je dan de bal had zocht je zo snel mogelijk de aanval,’’ zegt hij.

Zelfs daar was Smits in de JO19 al volwassen in, al is hij in vergelijking met zijn medespelers in het eerste elftal nog te snel op zoek naar de bal vooruit. ‘’Ik moet hier de bal wat vaker terughalen. Vaak de bal alleen kaatsen en weer weg bewegen om ruimte te creëren is hier belangrijker. Dat deden we in de jeugd niet.’’ Dat is één van de grootste stappen die de jonge middenvelder nog moet zetten, want al met al ziet de voetbaltoekomst van de strijdlustige tiener er bruisend uit.

Klik op RKDVC voor de laatste artikelen over de club.
Klik op RKDVC voor meer informatie over de club.

 

 

‘Eén van de mooiste dagen van mijn leven’

Een goed begin, is vaak het halve werk. Een begin zonder al te veel punten, is dat duidelijk niet. En dus moeten ze bij derdeklasser Alliance na de promotie van vorig jaar, dit seizoen knokken voor wat ze waard zijn. Aan vertrouwen, ontbreekt het bij jongeling Jelle Bleij desondanks in ieder geval niet. “Voetballend kunnen we prima mee.”

Maar toch, wil het in die derde klasse voorlopig dus nog niet echt lukken. Waar dat aan ligt? De pas negentienjarige Bleij heeft wel een idee. “Misschien hebben we het een beetje onderschat. Te vaak ontbreekt het bij ons dan aan felheid.” En dat kost punten. “We moeten iets beter beginnen aan wedstrijden, want een achterstand maak je niet iedere keer goed.”

Mannetje staan

Toch is er bij Bleij, allesbehalve reden voor paniek. Vooral ook omdat hij de club inmiddels door en door kent. “Ik voetbal hier al heel mijn jeugd, sinds mijn vijfde. Toen ik mocht, ben ik meteen gaan voetballen.” Twaalf jaar later, maakte hij zijn debuut. Bij het eerste. “Vorig seizoen zat ik er voor het eerst volledig bij. Daarvoor deed ik af en toe mee.”

Het hielp Bleij om de overstap naar de senioren sneller te verteren, vertelt hij. “Die jongens hadden vertrouwen in mij, dat geeft natuurlijk ook een goed gevoel. Zelf ben ik fysiek niet de grootste, dus moet ik het meer van het voetballen hebben. Dat was wennen. Dan moet je echt je mannetje staan. Ondertussen gaat dat goed!”

Hoe kan het ook anders. “Alliance is een heel mooie en gezellige club, met veel vrienden. Ik heb eigenlijk nooit de drang gehad om weg te gaan. Het voelt voor mij als thuis.” Helemaal na een seizoen, als vorig jaar. Met promotie via de nacompetitie. “Halverwege, kregen we allemaal wel het gevoel dat het erin kon zitten. We begonnen niet echt goed, dus aan het kampioenschap dachten we eigenlijk niet. Daarna begon het steeds beter te lopen. Die hele beleving, was fantastisch!” Want, zo herinnert Bleij. “Ook binnen de club, begon het steeds meer te leven.” Waarom het uiteindelijk is gelukt? “Ik denk omdat we er als team echt iedere wedstrijd stonden.”

Topscorer

Iets dat ze bij Alliance ook in de derde klasse, maar al te goed kunnen gebruiken. “Het is een zware competitie, tegenstanders zijn beter. Vorig jaar had je nog wel een paar zwakkere teams, dat heb je nu niet meer. En als je een fout maakt, wordt die afgestraft.” Maar, zo is Bleij positief: “Voetballend doen we echt niet onder.” Alleen, voegt hij er daarna snel aan toe. “We moeten scherper en feller zijn. Ons doel is om niet te degraderen, daar heb ik nog steeds vertrouwen in.

Maar continu verliezen, daar word je niet vrolijk van. Met die tegenslagen, moeten we goed omgaan.” Ook hij, als voetballende ‘nummer tien’. “Een creatieve speler, iemand met overzicht en een goede trap. Eigenlijk een echte verbindingsspeler tussen het middenveld en de aanval.” Maar ook één die doelpunten kan maken. “Vorig jaar werd ik topscorer. Elf goals in de competitie en twee in de nacompetitie. Daar was ik wel tevreden mee.” Tevredenheid is een bedreiging, dus ligt de lat voor dit jaar opnieuw hoog.

“Ik ga voor minimaal tien! Om te bewijzen en te laten zien, dat ik dit niveau aankan.” Al moeten er dan ook nog wel een paar dingen beter, is Bleij eerlijk. “Meer rust aan de bal én bepalender zijn. Een uitdaging, maar het zit er wel in!” Want aan ambities, geen gebrek. “Als het op het juiste moment komt, zou ik in de toekomst graag hoger willen spelen. Bij welke club of op welk niveau, is lastig te zeggen.” Voorlopig zit het talent, wonend op tien minuten fietsen van de club, prima op zijn plek. Sterker nog. “De promotie was één van de mooiste dagen van mijn leven. De sfeer tijdens die wedstrijd… Daar mogen we nog steeds trots op zijn!”

Klik op Alliance voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Alliance voor meer informatie over de club.

‘We zijn goed genoeg voor de derde klasse’

Bij Rimboe hadden ze zich hun eerste maanden in de derde klasse op zondag, ongetwijfeld iets anders voorgesteld. Want na een moeizame start, is het voorlopig vooral nog even wennen. Maar aanvoerder Jeffrey Jurgens, maakt zich nog lang geen zorgen. “We zijn zeker weten goed genoeg!”

Al kost dat, misschien even wat tijd. “Dit is natuurlijk niet de start waar we op hadden gehoopt. Het gaat allemaal een stapje sneller dan de vierde klasse, dat is het grootste verschil. We moeten nog even wennen aan het niveau.” Maar dat wennen, kan natuurlijk niet te lang duren, weet ook de 34-jarige Jurgens. “De punten zullen volgen! Ik verwacht dat we er wel in gaan blijven.” Waarom? “Omdat we gewoon een goed elftal hebben. Goed genoeg voor die derde klasse.”

Door het vuur

Een elftal waar de Roosendaler al sinds jaar en dag onderdeel van uitmaakt. “Vanaf het begin, ben ik erbij. Sinds we allemaal over gingen naar ‘Rimboe zaterdag 1’. Dat is nu elf of twaalf jaar geleden.” Hij was er onderweg één jaartje tussenuit naar DVO’60, maar keerde dus al snel weer terug. “Het voelt als familie. In al die jaren, leer je de mensen natuurlijk ook wel kennen. Het is ook niet zo’n grote vereniging. Gezellig én met vrienden.”

Helemaal als je, net als afgelopen seizoen, heel vaak wint. Toch kijkt Jurgens met een dubbel gevoel terug, op dat promotiejaar. “Het duurde even voordat het goed ging lopen, maar het laatste deel was fantastisch. Toen we uit bij Nieuw Borgvliet met 0-1 wonnen, wisten we dat het erin zat.”

De lat lag vooraf dan ook hoog. “Het doel was kampioen worden, daar net onder kwam promoveren. Stiekem wisten we op een gegeven moment al wel dat het kampioenschap niet meer ging lukken, dus echt een teleurstelling was dat niet.” Maar een tweede plek, met slechts één punt minder dan kampioen BSC, bleek dus uiteindelijk voldoende voor promotie naar de derde klasse. Jurgens weet wel waarom. “We hebben redelijk wat kwaliteit in de ploeg en zijn echt een team. Dan ga je voor elkaar door het vuur.”

Cijfertjes

Iets wat ze dit jaar, ook weer nodig zullen hebben. “Ik vind het verschil tot nu toe nog wel meevallen. Eigenlijk is het een beetje hetzelfde als die vierde klasse.” Maar, zo is hij eerlijk: “Tegenstanders maken minder fouten en het tempo ligt hoger. Daardoor zijn veel spelers ook conditioneel beter.” Even aanpoten dus. Helemaal voor hem als middenvelder. “Meer een passer, iemand met inzicht. Geen loper. Lopen laat ik liever aan anderen over, haha!” Centraal op het middenveld, lukt hem dat als aanvoerder prima. “Mensen neerzetten en de lijnen uitzetten.”

Onder leiding van Yasin Cayir. Voor hem een bijzonder goede bekende. “Sinds hij zijn papieren heeft, voetbal ik onder hem. Misschien al wel tien jaar.” Een gelukkig huwelijk, lacht Jurgens. “Yasin is duidelijk én eerlijk, daar houd ik wel van. En hij weet het goed weg te zetten. Dan groeit het vertrouwen vanzelf.” Bij een club die voor Jurgens inmiddels meer is dan voetbal. Sinds afgelopen maart, is hij namelijk ook penningmeester. “Eigenlijk moet ik zorgen dat het financieel goed gaat met de vereniging. Bijvoorbeeld door de uitgaven en inkomsten in kaart te brengen. Ik ben best goed met cijfertjes, dus dat vind ik leuk om te doen.”

En belangrijk, vertelt de elektromonteur. “Vooral om de club te helpen, ze hebben toch iemand nodig. Dan ben ik de beroerdste niet.” Voorlopig blijft hij dat, ook binnen het veld, nog wel even doen. “Ik heb al eens aan stoppen gedacht, maar het is nu nog te vroeg. Dus ik bekijk het per seizoen!”

Klik op Rimboe voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Rimboe voor meer informatie over de club.

‘Een club als Kapelle hoort minimaal derde klasse te spelen’

De degradatie naar de vierde klasse was voor v.v. Kapelle een zware tegenvaller en een negatief slotstuk van een teleurstellend seizoen. In de 4e Klasse B van het zaterdagvoetbal wil de ploeg van aanvaller Jeroen van Overloop proberen om weer de stap omhoog te zetten. ‘Een club als Kapelle hoort minimaal derde klasse te spelen. We gaan er dan ook alles aan doen om weer terug te keren.’

Lastige opgave

Dat zal overigens nog een meer dan flinke opgave worden voor de Kapellenaren, want in de huidige competitie spelen nóg vijf tegenstanders die vorig seizoen net als Kapelle degradeerden uit de derde klasse. “Dat gegeven maakt de opdracht er niet eenvoudiger op. Maar ik denk dat we voldoende kwaliteit in de selectie hebben om mee te doen om de prijzen. We hebben vorig seizoen met momenten ook aangetoond dat we meekunnen op dat niveau, maar heel veel blessures en het ontbreken van vorm op bepalende momenten hebben ons uiteindelijk de das om gedaan. In de nacompetitie kregen we tegen VVC’68, wat ook gewoon een heel goede ploeg is, twee minuten voor tijd de 1-0 tegen.. Eén moment besliste die wedstrijd waardoor we degradeerden….”

Van Overloop stond toen zelf op het veld en baalt daar nog altijd enorm van. “Ik speel al sinds ik zowat kan lopen hier bij Kapelle en heb de hele jeugd doorlopen. Wel met de nodige blessures, waardoor ik ooit bij het derde elftal begon in de senioren. Via het tweede elftal ben ik samen met trainer Olaf Filius meegegaan naar het eerste en daar speel ik nu nog altijd. En dat gaat, als het aan mij ligt, nog héél veel seizoenen zo blijven. Dit is gewoon een geweldige club en een prachtige spelersgroep om deel van uit te maken. We presteren nu goed en zijn denk ik ook nog altijd een selectie die stappen vooruit kan zetten. De mix met goeie jonge gasten van een jaar of achttien, twintigers en een aantal ervaren spelers zoals Wout Vink en Reinier Goedemondt. Die mix is ideaal denk ik. Het is nu aan ons om het op het veld te laten zien, want vorig jaar hebben we dat te vaak nagelaten en dat moeten we nu met z’n allen zien te repareren.”

Tegen concurrent Kruiningen werd verloren, evenals tegen Nieuwland. “Onnodig puntverlies en bovendien zijn duels tegen de directe concurrenten juist de wedstrijden die je moét winnen. Want die zes punten kunnen, gezien de sterkte van deze competitie, aan het eind van de rit beslissend blijken te zijn. Wie daardoor meedoet voor de titel dat is voor mij nog altijd onduidelijk. Want het ligt dicht bij elkaar en dat maakt het onvoorspelbaar. Het is voor ons dit seizoen enorm belangrijk om te promoveren naar de derde klasse. Want ook nu is er een versterkte degradatieregeling en zullen er weer een hele reeks sterke teams naar de vierde klasse terugvallen. Het zal dan nóg lastiger worden om eruit te komen, dus dat moeten we zien te voorkomen.”

Jongen van de club

De linksbenige aanvaller woont nog altijd in Kapelle, kent veel van zijn ploeggenoten al sinds de basisschool en zijn hele sociale leven speelt zich op het dorp af. “Het grootste deel vrije tijd spendeer ik op de voetbal en daardoor was de impact van de degradatie extra groot. Net zoals de drive om weer te promoveren. Ik hoop dit seizoen daarvoor nog een flinke bijdrage te kunnen leveren met eventuele goals en assists. Het belangrijkste is echter dat we met Kapelle als team blijven presteren en mee kunnen strijden voor de prijzen. Dat zijn we met deze selectie aan onze stand en ook naar iedereen binnen de club verplicht.”

Klik op vv Kapelle voor de laatste artikelen over de club.
Klik op vv Kapelle voor meer informatie over de club.

 

 

 

Voor Miso Josipovic is HKW’21 een ideale leerschool als trainer

Voor de eerste keer op eigen benen als hoofdtrainer. Die kans kreeg Miso Josipovic (37) vorig seizoen bij vierdeklasser HKW’21. ‘Een heel warm bad en een plek waar het voor mij als beginnend hoofdtrainer ideaal als leerschool om me te blijven ontwikkelen.’

Want dat hij af en toe moet schakelen bij de kleine dorpsclub is een gegeven, maar daar tegenover staat voor de geboren Kroaat dat hij volop zichzelf kan ontdekken en vormen als trainer en coach. Als oud-speler van onder meer SV Walcheren, VC Vlissingen en Jong Ambon speelde hij op een behoorlijk niveau en weet hoe het is om kampioen te worden (Jong Ambon). Als trainer werkte hij onder meer met heel talentvolle jeugdspelers bij onder andere Groene Ster, JVOZ en Kloetinge. “Dat was een geweldig niveau om te werken, maar ik ben enorm blij met de kans die ik hier bij HKW’21 om bij de senioren nu vlieguren te maken. Want ik ben vastbesloten om ook in het seniorenvoetbal te blijven doorgroeien naar een hoger niveau.”

Met HKW’21 is het voor Josipovic vooralsnog een pittig seizoen in de 4e Klasse A en gaat het alle zeilen moeten bijzetten om bij de eerste zes te gaan eindigen en zichzelf ook volgend seizoen vierdeklasser te mogen noemen. Toch is er veel wederzijdse waardering tussen club en trainer, want ook komend seizoen zal de in Vlissingen woonachtige trainer op Sportpark De Kouter/Liesjes aan het roer staan. “Een eventuele degradatie naar de nieuw te vormen vijfde klasse was geen reden voor mij om niet te verlengen. Er is veel vertrouwen vanuit de club en ik zie ook op het veld nog altijd heel veel mogelijkheden. Ik heb een duidelijke visie op voetbal, waarbij ik graag zelf wil voetballen en uitga van balbezit. Dat is hier nu wel anders en spelen we nu vaak nog reactievoetbal. Daar maken we echter wel stappen in en dat gaat met vallen en opstaan. Toen ik begon zijn er ook wat ervaren krachten gestopt of weggevallen en dan zijn het andere, veelal jongere, spelers die dat gat moeten invullen. Zoiets kost tijd en dat krijg ik hier. En dan zie je ook dat de onervarenheid soms onnodig punten kost, maar ik ben er van overtuigd dat op een gegeven moment de stap omhoog hier wel gemaakt wordt.”

Volgens de trainer, in het bezit van een UEFA-B-diploma, is die veilige zesde plek de ultieme doelstelling. “Daar gaan we alles aan doen, maar wordt een enorm lastig karwei. Ik ben gek van tactieken, maar in deze klasse moet je vooral conditioneel top zijn. Daar werken we hard aan en proberen van daaruit de nodige punten te sprokkelen. Het is mooi om toch de groei te zien, bij de groep en bij mezelf. En daar gaan we samen nog mee door en daar ben ik blij mee.”

Klik op HKW’21 voor de laatste artikelen over de club.
Klik op HKW’21 voor meer informatie over de club.

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Ontvang nu ook maandelijkse het laatste nieuws uit het amateurvoetbal in jouw regio.