Home Blog Pagina 91

RBC door naar achtste finales na overwinning op Hoeven

RBC heeft de achtste finales bereikt in het districtsbekertoernooi. De ploeg van trainer-coach Mark Klippel had het voor rust al beslist toen het leidde met 0-4. Na de rust werden er nog twee bij geprikt tegen Hoeven. In de volgende ronde treft RBC competitiegenoot TSC.

RBC begon met dezelfde elf zoals afgelopen dinsdagavond tegen FC Dordrecht O21 (3-2 winst). Opvallend in het duel was dat Hoeven op voorsprong kon komen toen een bal doorschoot. De bal werd echter simpel gepakt door doelman Roy de Weert. RBC mocht het spel maken, de thuisploeg bleef vooral rond de eigen zestien hangen. Het hoge baltempo resulteerde al snel in enkele kansen. Het was uiteindelijk Marwin Reuvers die na een goede aanval een rebound erin tikte. Nog voor de rust werden er drie bij geprikt. Eerst scoorde Tom de Bonte, waarna Jens Wirix en Sander Wirix beiden met het hoofd scoorden na beide bedient te zijn via Moustafa Mohammad.

In de tweede helft bleef RBC druk zetten en dat zorgde al snel voor de vijfde treffer toen Jens en Sander Wirix elkaar vonden en die laatste voor zijn tweede van de middag zorgde. Het slotstuk was voor Mohammad die de 0-6 kon aantekenen. Klippel wisselde daarna veelvuldig. Kansen waren er nog wel, maar gescoord werd er niet meer. Klik hier voor een samenvatting van de wedstrijd. Voor een nabeschouwing met trainer-coach Mark Klippel klik je hier.

Op 18 februari komen RBC en TSC elkaar tegen in het Atik Stadion voor een plek in de kwartfinale. Op 28 januari gaat RBC op bezoek bij TSC voor de competitie. Komende week vervolgt RBC haar weg in de competitie met een thuisduel tegen nummer twee WNC.

Hoeven – RBC 0-6 (0-4)

Opstelling RBC: Roy de Weert; Sander Wirix, Perry Bierkens, Glaucio Ventura Tiago (Vincent van Hoof), Jordi Ewanena; Marwin Reuvers (Randy Elst), Rhomar Boudzra (Anass el Gamali, Jens Wirix; Jay-Jay Meierdres, Tom de Bonte (Emile Linkers), Moustafa Mohammad (Anwar Tarfit)

Scoreverloop: 11′ Marwin Reuvers 0-1; 21′ Tom de Bonte 0-2; 26′ Jens Wirix 0-3; 41′ Sander Wirix 0-4; 50′ Sander Wirix 0-5; 54′ Moustafa Mohammad

Scheidsrechter: M. Uijttewaal

Klik op RBC Roosendaal voor de laatste artikelen over de club.
Klik op RBC Roosendaal voor meer informatie over de club

Wedstrijdverslag Victoria’04 – Cion

0

De oefenpot ter voorbereiding op de hervatting van de competitie leverde een
interessant en nuttig duel op tussen de buren Cion Vlaardingen en Victoria’04. Beide teams lieten goed verzorgd voetbal zien. De defensies hielden het slot op de deur.

In de omschakeling werd de aanval snel gezocht. Het spel golfde over en weer. Naar
mate de wedstrijd vorderde kreeg Cion meer balbezit, doch wist het counterende
Victoria’04 geen pijn te doen.

Het vizier stond echter (nog) niet op scherp, want zowel Cion als Victoria’04
verzuimden enkele 100% kansen te verzilveren mede door het goede keeperswerk
aan beide zijden. In de tweede helft deden beide ploegen niet voor elkaar onder.
Pas in de slotfase wist Roy Meerten met een fraai schot in de kruising de
eindstand op 1-0 te bepalen in het voordeel van Victoria’04.
De competitie kan beginnen.

Doelpunt Victoria’04: Roy Meerten.

Selectie Victoria’04: Jochem van der Hoff, Dion Engelbracht, Bart van der Hoeven,
Michael Blok, Robbin Winsveen, Oscar Knecht, Nick Rutten, Lars de Visser, Remco
van der Laan, Jelle Blankestijn, Colin Pleijsier, Roy Meerten, Jur de Visser, Rilgilio
Ramsubagh, Joey van der Zouwen, Nailey Girigorie.

Klik op sc Victoria’04 voor de laatste artikelen over de club.
Klik op sc Victoria’04 voor meer informatie over de club.

Dinand de Winter wil zich fluitend ontwikkelen

Dinand de Winter heeft zijn passie gevonden als scheidsrechter. De 17-jarige Barendrechter zet er zelfs zijn eigen voetballoopbaan voor opzij. Dromen doet hij van het Europese miljoenenbal.

Op welke leeftijd ben je begonnen?

Dinand:  “Ik ben als 14-jarige begonnen met fluiten in 2021. Het leek mij erg leuk doordat ik geïnspireerd raakte door het kijken naar wedstrijden in de eredivisie en de Champions League. Vooral de manier waarop Bjorn Kuipers floot, sprak mij erg aan.”

“Ik heb het er met mijn vader over gehad dat ik scheidsrechter wilde worden en hij kwam met het idee om de scheidsrechtercoördinator bij VV Smitshoek, Jeffrey Muller, aan te spreken.

“Jeffrey is niet alleen de coördinator, maar ook de opleider van scheidsrechters binnen de club. Toevallig was Jeffrey scheidsrechter van onze wedstrijd. Ik speelde toen nog in de JO15-5 en na de wedstrijd  ben ik naar hem toegelopen. Een week later floot ik al mijn eerste wedstrijd.”

Ben je voor de leeuwen gegooid?

“Nee, zeker niet. Je wordt absoluut niet in het diepe gegooid. Jeffrey heeft ruimschoots voor de wedstrijd grondig met mij de basisregels van de wedstrijd doorgenomen. Regels zoals waar je als scheidsrechter moet lopen en wanneer is het nou buitenspel of niet. Maar ook hoe geef je als scheidrechter aan wanneer het een overtreding is en voor welk team de vrije bal is, Maar ook hoe je het beste kan samenwerken met de grensrechters.”

“Ik vond het erg spannend, maar ik kreeg in de rust een compliment van Jeffrey omdat ik volgens hem een dappere beslissing had genomen.”

Hoe heb je je verder kunnen ontwikkelen?

“Ik ben via de scheidsrechteropleiding de voetbalspelregels gaan leren en heb hierin ook spelregeltoetsen gemaakt. Met de tijd ben ik steeds hogere wedstrijden gaan fluiten en heb  onlangs zelfs de JO23-1 mogen fluiten, wel met begeleiding uiteraard. Deze begeleiding kwam tot stand via de headset die de club vorig jaar heeft aangeschaft.”

Hoe werkt die begeleiding precies?

“Met deze headset sta ik direct in contact met de begeleider en krijg ik hier en daar soms wat aanwijzingen tijdens de wedstrijd. Ook kan ik vragen of ik een goede beslissing had genomen. Dit geeft mij een rustgevend gevoel. Na de wedstrijd evalueren de begeleider en ik altijd wat er die wedstrijd gebeurd is en vraag ik altijd of ik juiste keuzes gemaakt heb. Het is belangrijk dat je altijd dicht op een situatie staat. Een onjuiste beslissing nemen op vijf meter is beter te verkopen dan een juiste beslissing maken op vijftig meter afstand. Hierin speelt vooral mijn conditie een grote rol en ook daarin krijg ik een schema van de club om dat te verbeteren.”

Welke ambities heb je als scheidsrechter?

“Ik wil graag een cursus verenigingsscheidsrechter gaan volgen bij Smitshoek om vanuit daar door te groeien naar de KNVB. Mijn ultieme droom is uiteindelijk het betaald voetbal te bereiken en heel stiekem droom ik ook van een Champions League finale.”

Klik op Smitshoek voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Smitshoek voor meer informatie over de club.

Bas Antens nieuwe trainer vv R.S.V. 2024/2025

Op de social media kanalen van vv R.S.V. heeft de club uit Rucphen laten weten dat zij een nieuwe trainer gevonden hebben, in de persoon van Bas Antens. De 36-jarige Bas Antens wordt bij de vierdeklasser de opvolger van Jaimy van Wortel, die na drie succesvolle jaren naar W.V.V. ’67 vertrekt.

Antens is momenteel trainer bij BSC Roosendaal. De ploeg uit Roosendaal komt na het kampioenschap van vorig seizoen uit in de 3e klasse zondag, waar het momenteel de (gedeeld) 1e plaats bezet. Het moeten verlaten van zijn ‘’comfortzone’’ was één van de moeilijkste aspecten van zijn beslissing. De oefenmeester is namelijk al zijn hele leven betrokken bij de vereniging. Dit gaf Antens aan in een eerder interview met VoetbalJournaal.

Reactie bestuur RSV

R.S.V. is blij met de aanstelling. “We zijn een snel groeiende vereniging met een goede selectie en aanstormende jeugd. Bas is voor ons de juiste persoon om de eerste selectie te begeleiden in een omgeving waarin ambitie en goede sfeer hand in hand gaan”, aldus R.S.V.-voorzitter Ronald Suijkerbuijk.

Reactie Antens

Bas Antens zelf is eveneens enthousiast: “Ik heb een heel goed gevoel bij R.S.V. Uiteraard heb ik nu nog de volledige focus op BSC, maar heb ook zin om volgend seizoen bij een voor mij nieuwe vereniging aan de slag te gaan!”

Wij wensen Antens en vv R.S.V veel succes met hun toekomstige samenwerking!

Klik op RSV de laatste artikelen over de club.
Klik op RSV voor meer informatie over de club.

Voetbalkooi geeft Sparta’30 meer ruimte

Als je het sportpark van Sparta’30 oploopt, kun je hem eigenlijk niet missen. Meteen aan de linkerkant. De nieuwe voetbalkooi van de club uit Andel trekt sinds de opening dan ook veel bekijks. En daar is voorzitter Jan de Fijter natuurlijk maar wat blij mee. “Het is een mooie uitwijkmogelijkheid!”

En dat is nodig ook, weet de 43-jarige voorzitter. “De accommodatie is drukbezet. Mede door de vele aanwas bij de kaboutertjes. Maar we hadden geen ruimte.” Tot iemand jaren geleden met het idee voor een pannakooi op de proppen kwam. “We zagen het bij andere clubs én als ons eerste aan het spelen was, waren er altijd een stuk of twintig, misschien wel dertig kinderen aan het voetballen. Die wil je ook iets bieden.” Dus besloot De Fijter te gaan zoeken. “Naar sponsoren.” En vervolgens werd er een klein comité opgericht. “Hoe gaan we dat vormgeven? Je kent veel mensen, dus zijn er ook veel mogelijkheden.”

Kantine

Dat allemaal geregeld, werd er eind juni begonnen met de ‘bouw’. Een aantal weken geleden, werd door Arie Westerlaken het lintje doorgeknipt. “Die opening was hartstikke leuk! Met sponsoren, vrijwilligers én spelers van het eerste elftal.” En ook De Fijter zelf, is er maar wat blij mee. “Een pannakooi bleek uiteindelijk iets te klein, dus we hebben het groter getrokken. Het is nu echt een voetbalkooi geworden. Van twintig bij twaalf meter.”

Mede daardoor meer dan handig in gebruik. “We hadden soms best problemen om alle teams qua ruimte kwijt te kunnen. Dit is een mooie uitwijkmogelijkheid. De kaboutertjes kunnen daar gewoon trainen!” Dat allemaal, met toezicht, lacht de inwoner van Andel. “De kooi staat gelijk aan de linkerkant, als je aankomt. Dat hebben we bewust gedaan, zodat je altijd zicht kunt houden vanuit de kantine.”

Een nieuw hoogtepunt voor De Fijter, nadat hij ruim twee jaar geleden toetrad tot het bestuur. “Nieuwe bestuursleden én een zoektocht naar een voorzitter. Toen heb ik samen met Peter Tankens het voorzitterschap op me genomen.” Heel gek, is dat laatste ook niet. “Ik voetbal al vanaf mijn zesde bij Sparta’30 en zat tot twee jaar geleden nog in het eerste.” Als spits. “Tot mijn achttiende heb ik gekeept, daarna kreeg ik problemen met mijn rug en ben ik gaan voetballen. Dat vond ik ook heel leuk! En als aanvaller, wist ik natuurlijk wat keepers gingen doen.”

Lange termijn

Tegenwoordig voetbalt De Fijter nog regelmatig met vrienden in het vierde, bij een club die voor hem inmiddels als thuiskomen voelt. “Iedereen kent iedereen en de sfeer is fijn.” En met drie kinderen die voetballen, zijn de dagen meer dan goed gevuld. “Ik ben ook nog trainer van de JO12, dus vooral de zaterdag is druk!”

Maar druk, heeft iedereen het tegenwoordig, weet De Fijter inmiddels. “Peter is al een vriend van mij, sinds de basisschool. Hij heeft een bouwbedrijf en ik werk als fysio. Dus wilden we het voorzitterschap graag opsplitsen.” Daardoor is Tankens nu met name verantwoordelijk voor de senioren en de accommodatie, De Fijter richt zich meer op de jeugd. Duidelijke aanspreekpunten dus. “En dat gaat goed! We kennen allebei natuurlijk veel mensen en ze willen iets van ons aannemen.”

Bijvoorbeeld op het gebied van jeugdvoetbal. “Je moet ergens beginnen met opleiden. Van onderaf, werk je toe naar het eerste. Als je van jongs af aan goede trainers hebt met een voetbalachtergrond, heb je daar op lange termijn profijt van.” Tot nu toe, lukt dat best aardig, vindt De Fijter. “We blijven een dorpsclub, maar spelen met onze jeugd op een mooi niveau. Uiteindelijk wil je die jongens inpassen in het eerste.”

En op die manier een stabiele derdeklasser worden. “Dat hebben we met z’n allen uitgesproken. Maar dan wel met zoveel mogelijk eigen jeugd. Daar komen de mensen uiteindelijk voor.” Al valt dat niet altijd mee. “Jongens van zestien of zeventien, hebben ook heel veel andere dingen te doen. Het is een uitdaging om iedereen tevreden te houden. Mensen moeten met plezier naar onze club komen, dat is waar Sparta’30 voor staat.” Dat zit bij De Fijter zelf, in ieder geval wel goed. “Ik heb er voorlopig nog geen moment aan gedacht om te stoppen!”

Klik op Sparta’30 voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Sparta’30 voor meer informatie over de club.

Vrouwen 30+ maakt NOAD’32 nog gezelliger

Schoentjes uit de schuur en lekker voetballen. Hoewel Hilde Blijenberg bij NOAD’32 tegenwoordig coach is van de Vrouwen 30+, komt dat nog wel eens voor. Maar gelukkig, vindt de oud-speelster dat allesbehalve erg. “Het spelletje verleer je niet!”

En dat is in haar geval, eigenlijk nog best logisch ook. “Ik ben hier op mijn vijftiende meteen aangesloten bij Dames 1. Toen ik begon, heel lang geleden, was er nog niet echt sprake van meisjesvoetbal. Dan zat je automatisch al in het eerste.” Inmiddels veertig jaar verder, is dat natuurlijk heel anders. Ook bij NOAD’32. “Dat heeft mede te maken met de prestaties van de Oranjeleeuwinnen. Jongere meisjes gaan nu veel sneller op voetbal. Die willen we graag de mogelijkheid bieden.” Toch hing Blijenberg (56) haar eigen voetbalschoenen vijf jaar geleden dus aan de wilgen. Na een vooral plezierige carrière. “Ik ben begonnen als rechtsback, toen onze middenvelder stopte, mocht ik ‘mid-mid’ gaan spelen. Dat waren grote schoenen om te vullen, maar het ging goed.”

Populariteit

Haar dochter treedt op haar beurt weer in haar voetsporen. “Die zit nu ook bij het eerste! Op het middenveld, dus dat loopvermogen heeft ze van mij. Haar techniek is alleen wel een stukje beter.” Heel gek is dat gezien de ontwikkeling van het vrouwenvoetbal, natuurlijk ook niet. “De populariteit is door het Nederlandse team enorm gegroeid, dat hebben we ook hier de laatste jaren gemerkt.  Wij moesten vroeger zelf ons tenue regelen, dan kon je in het dorp naar de winkel. Om een shirt, broekje en kousen. Nu is alles heel goed geregeld en doen we niet onder voor de mannen. De dames zijn net zo belangrijk, daar wordt geen verschil in gemaakt.”

En dat merk je bij de club, vertelt Blijenberg. “We hebben nu ook een MO20 en er heerst geen mannencultuur. Dames maken al heel lang onderdeel uit van de vereniging. In mijn tijd was dat bij veel voetbalclubs nog niet gebruikelijk. Moest je voor wedstrijden ook altijd veel verder weg.” Hoe anders is dat nu. “Het is veel gezelliger als er ook meiden en dames zijn in de kantine. Dat voegt iets toe.”

Net als dat de Vrouwen 30+ dat sinds dit seizoen doet. “We spelen in een competitie met vijf teams, zeven tegen zeven. Iedere keer organiseert een club de wedstrijden en speel je onderling tegen elkaar. Op een andere locatie.” Met een nieuw team dus. “Twee jaar geleden hadden we nog twee damesteams, daar moesten we er één van maken. Dames waren gestopt, maar hadden toch weer zin om te voetballen. Zo is dit idee vervolgens ontstaan.”

Damesafdeling

Met Blijenberg en Babs Millenaar, als een soort kartrekkers. “Ik zat al jaren in een damescommissie, dus regelde altijd wel veel. En ik vind het mooi om betrokken te zijn. Voetbal is nog steeds zó leuk.” Ook om het zelf te doen. “Als we er te weinig hebben, doen we toch nog even mee. Het spelletje verleer je niet. De gezelligheid onderling, lekker buiten sporten. Mooier kan toch niet?”

Bij een club die Blijenberg past als een jas. “Weinig ‘poeha’, gewoon lekker normaal. Saamhorigheid en iedereen is welkom.” Trainen doet het team, bestaande uit dertien speelsters niet, maar alles tot in de puntjes regelen natuurlijk wel. “Babs en ik zorgen dat we voldoende dames hebben en dat de praktische zaken rondom het team geregeld zijn.” Toch ziet de inwoonster van Wijk en Aalburg nog ruimte voor verbetering. “We zijn net iets te klein om een echte damesafdeling te maken. Ik zou het heel leuk vinden als we dat uit zouden kunnen breiden.”

Al hoeft dat nog niet meteen een nadeel te zijn, denkt Blijenberg. “Tussen de jongens voetballen, is goed voor de ontwikkeling van het meisjesvoetbal. En hoe eerder je begint, hoe sneller je het oppikt.” Dus doet ze en passant nog een klein oproepje. “Het blijft lastig om aan trainers te komen. Daarom zou het mooi zijn als meer mensen inspringen. Als we jeugdteams beter kunnen vullen, heb je meer aanwas en speel je uiteindelijk op een hoger niveau.”

Al blijft dat lastig. “Er zijn veel meer sporten te doen, zie dan de jeugd maar naar de voetbal te krijgen. Wie blijft er tegenwoordig nou nog zolang voetballen?” Nou, Blijenberg dus. “Ik hoop dat we de 30+ nog jaren kunnen blijven doen. Daar ligt ook een mooie toekomst voor de dames die stoppen bij het eerste en hier hun steentje bij willen dragen!”

Klik op NOAD’32 voor de laatste artikelen over de club.
Klik op NOAD’32 voor meer informatie over de club.

 

 

‘We horen thuis in die derde klasse’

Of ze bij vierdeklasser Be Ready tot nu toe tevreden zijn? Ik dacht het wel! En na een foutloze start van het seizoen, is dat ook niet zo gek. Toch loopt verdedigende middenvelder Jilles Verbeek nog niet meteen voorop in de polonaise. “Ons voetbal moet nog wel beter en soms ontbreekt het aan scherpte.”

Al is dat misschien een klein beetje muggenziften, beseft ook de twintigjarige Verbeek. “De eerste periode is binnen, dat is een mooie prijs. En een groot compliment voor ons als team.” De tevredenheid viert dan ook hoogtij. “We raken steeds beter op elkaar ingespeeld. Met vlagen voetballen we goed, nu moeten we dat nog negentig minuten lang vol zien te houden. Eigenlijk stabiliseren.” En na een jaar waarin Be Ready van de derde klasse degradeerde naar de vierde, is dat nodig ook. “Het was, om eerlijk te zijn, niet lastig om de knop om te zetten na die degradatie. Tuurlijk was het een bittere pil, want we waren er uiteindelijk nog dichtbij. Ik denk dat er meer in had gezeten…”

Op de counter

Dat gebeurde niet, en dus is de club uit Hank sinds dit seizoen weer vierdeklasser. “Het voelde voor ons als een frisse start. Met nieuwe jongens, maar met de basis die is gebleven. Die mix heeft er wel voor gezorgd dat iedereen er weer veel zin in had.” En dat blijkt. “We wisten dat we kwalitatief goed genoeg waren om bovenin mee te doen, maar dan moet je het nog wel even laten zien.” In een competitie die toch behoorlijk anders is. “Je merkt vooral een verschil in tempo en ‘willen voetballen’. Veel teams zakken tegen ons in en loeren op de counter. Dat is soms best lastig. Wij zijn juist een voetballende ploeg.” Eentje waar Verbeek zelf sinds twee jaar deel van uitmaakt. “In de jeugd heb ik altijd bij TSC gespeeld. In mijn laatste jaar werden we zelfs kampioen in de derde divisie, dat was een mooie afsluiting.”

Toch wilde de inwoner van Oosterhout dus wat anders. “Vooral minuten maken. Toen besloot ik rond te gaan kijken.” En via Angelo Ernst, werd dat dus Be Ready. “Hij was in de ‘B en A’ al mijn trainer. Ondertussen speel ik al zes jaar onder hem. Het klikt gewoon. Als mens en als voetballer. We geven allebei 110 procent, zijn eerlijk en zeggen wat we denken.” En ook de gesprekken met zijn nieuwe club, bevielen hem prima. In zijn tweede seizoen bij de senioren, is Verbeek dan ook helemaal op zijn plek. “Eigenlijk is die overstap mijn spel alleen maar ten goede gekomen. In de jeugd speel je vaak tegen technische jongens, terwijl ik het juist meer moet hebben van de duels, ruimte en inzicht. Wat dat betreft ligt het seniorenvoetbal mij beter.”

Kampioen

Het aanpassen ging dan ook snel, toch blijft de jongeling kritisch. “Ik heb nog genoeg verbeterpunten. Meer rust aan de bal en in de omschakeling kiezen voor de juiste optie.” Maar ook qua volwassenheid, kan de ‘nummer zes’ nog wat stappen maken. “Vooral op mijn positie. Ik ben jong, dus wil heel graag. Mijn belangrijkste taak is het uitschakelen van de ‘tien’ en in de opbouw het spel versnellen of vertragen.” Naast het coachen én neerzetten van zijn teamgenoten, dus een belangrijke positie in het elftal. Helemaal als het net als vorig seizoen, qua resultaten even minder gaat. “Tot aan de winterstop, hadden we eigenlijk nauwelijks verloren. Maar wel iets van zeven keer gelijk. Door persoonlijke fouten, pakten we dan net niet de volle buit. Dan valt het kwartje steeds de verkeerde kant op.”

Want, zo memoreert de linkspoot die ook centraal achterin uit de voeten kan. “We kregen heel vaak te horen dat we een leuke voetballende ploeg waren. Maarja, het ontbrak wel een beetje aan scorend vermogen.” Pech en jeugdigheid, denkt hij. “We horen gewoon thuis in die derde klasse!” Tijd om dat dit seizoen dus te laten zien. “Soms ontbreekt de concentratie en brengen we onszelf in de problemen. Ons positiespel is goed, nu moeten we vooral vanuit onze taak blijven spelen. Als een collectief, fel en scherp. Op sommige momenten, wordt er iets anders gevraagd.” Want het doel, dat is duidelijk: “Kampioen worden! Zo doorgaan, dan komt het goed.” Aan vertrouwen én ambitie, dus geen gebrek. “Als ik die stap hogerop ooit kan maken, heb ik daar zeker interesse in. Na dit jaar of later? Dat zien we dan wel. Ik denk dat ik er de kwaliteiten voor heb!”

Klik op Be Ready voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Be Ready voor meer informatie over de club.

 

‘Een grapje maken en één zijn met de kinderen’

Kinderen de mogelijkheid bieden om te kunnen sporten. Dat is wat ze bij voetbalclub vv Woudrichem proberen te doen. En niet alleen op zaterdag, maar ook doordeweeks. Zoals bijvoorbeeld tijdens de vrijdagmiddagtraining, onder leiding van Swen Weusthof. “Stapje voor stapje worden ze beter.”

En dat is na bijna vijf jaar, natuurlijk niet voor niks. “We trainen op techniek, doen partijtje of verschillende spelvormen. Soms ook met ander soort ballen.” Hoe dat idee is ontstaan? Eigenlijk heel simpel. “In eerste instantie hebben we geïnventariseerd bij de club en vervolgens hebben we onszelf gewoon in het diepe gegooid. Onder het mom ‘kijken wat het wordt’.” Met 35 kinderen, is dat best aardig gelukt. “Dat aantal mag altijd hoger! Het hele voetbalseizoen lang, trainen we één keer in de twee weken op vrijdag. Niet te vaak, anders gaat de leukigheid eraf.”

Gymleraar

Maar leuk, dat is het, vertelt de 23-jarige Weusthof. “Ik bedenk alles en zet het ook uit. Vier of vijf andere trainers, komen helpen. Zo draaien we door, in een soort circuitje.” Wat ze precies doen? De speler van het eerste legt het uit. “Rondootjes, afwerken, tikspelletjes en afsluiten met een grote partij. En daar tussendoor vaak techniekvormpjes.” Zijn enthousiasme is gezien zijn baan als gymleraar op een basisschool, eenvoudig te verklaren. “Van kleins af aan, vond ik dit eigenlijk al mooi. Toen ik twaalf of dertien was, begon ik bij een jeugdteam te helpen. Dat was zó leuk, dat ik ben doorgegroeid. Uiteindelijk naar een eigen jeugdteam.”

Die rol heeft Weusthof nu op het moment even niet, wel verzorgt hij op dinsdag en donderdag ook de zogeheten circuittraining bij de club. “Eerst training geven en daarna lekker zelf aan de bak.” De voetballer benadrukt nog maar eens het belang. “We zijn natuurlijk een dorpsclub, maar willen alle kinderen de mogelijkheid bieden om te kunnen sporten. Daarom is het ook gratis.” Van 16:30 tot 17:45 gaan ze op vrijdag dan ook hard aan de slag. “Het plezier dat ze uitstralen en de manier waarop ze oefeningen oppakken, geeft mij voldoening. Stapje voor stapje worden ze beter.” Zien ook veel ouders, vertelt hij. “We krijgen veel positieve reacties. Vaak dat ze weer een leuke training hebben gehad.”

Energiek

Daar doen ze bij Woudrichem dan ook meer dan hun best voor. “We trainen niet alleen op het veld, maar ook op de straat of in de zaal. En met verschillende soorten ballen, zoals bijvoorbeeld een foambal. Dat vraagt toch weer meer concentratie.” Weusthof kan het weten. “Twee jaar geleden heb ik mijn UEFA C voor de jeugd gehaald. Dus ik heb wel de ambitie om op een mooi niveau een team te trainen.”

Maar voor nu, zit hij goed. “De combinatie met zelf voetballen, is perfect. Als ik weer een groep zou gaan doen, is dat waarschijnlijk JO12, JO13 of JO14.” Een leeftijd die naar eigen zeggen het beste bij hem past. “Ik ben een energieke trainer, iemand die dingen op een leuke manier over probeert te brengen. Nooit schreeuwen of een speler afzeiken.” Maar juist zoveel mogelijk inleven. “Meedoen, een grapje maken. Eén zijn met de kinderen.” Bij een club, die Weusthof inmiddels maar al te goed kent. “Ik loop hier nu bijna zeventien jaar rond. Ben op mijn zesde begonnen.”

Tegenwoordig bij het eerste als harde werker op het middenveld. “Een soort Jens Toornstra. Iemand met veel loopvermogen.” Maar als hij zou moeten kiezen? “Dan vind ik zelf voetballen nog altijd net iets leuker. Gelukkig kan ik het nu combineren.” En dus blijft Weusthof, die tegenover het voetbalveld woont, dat voorlopig ook nog wel even doen. “Woudrichem is echt een dorpsclub, het leeft hier enorm in het dorpje. Het is leuk met elkaar én de vele supporters!”

Klik op Woudrichem voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Woudrichem voor meer informatie over de club.

Bij Sleeuwijk gaat het altijd wel ergens om

Wie vorig seizoen vijf wedstrijden voor het einde had gezegd dat Sleeuwijk kampioen ging worden, was waarschijnlijk voor gek verklaard. Toch pakte de ploeg van aanvoerder Dylan van der Pluijm de titel en speelt het dit jaar zijn wedstrijden in de tweede klasse. “Niemand had het eigenlijk meer verwacht…”

En dat was, met een behoorlijke achterstand en slechts vijf duels te gaan, allesbehalve een gekke gedachte. Al begon het richting het einde, wel steeds meer te leven. “Iedereen is al die tijd gretig gebleven. Op een gegeven moment zei ik: als GDC die wedstrijd ook verliest, dan gaan we het worden!” En zo geschiedde. Met twee punten voorsprong. “We kwamen natuurlijk uit de tweede klasse, daar werden we niet weggespeeld. Dan zit een titel er wel in. Alleen moet het een beetje meezitten.”

Bungelen

Al hebben ze het ook vooral zelf verdiend, vindt de 30-jarige Van der Pluijm. “In de grote wedstrijden, konden we ons meten met de concurrentie. Veel toppers hebben we op eigen kracht beslist. Dat laat toch zien dat je de beste ploeg bent.” En dat terwijl ze bij Sleeuwijk, behoorlijk wat blessures hadden. “Een stuk of zeven, acht gasten. Als we compleet waren geweest, hadden we minder punten laten liggen.” Desondanks kwam het dus goed. In voor Van der Pluijm zijn vierde seizoen bij Sleeuwijk. “Ik kom uit Hank, dus ben begonnen bij Be Ready. Tot de C1. Daarna Kozakken Boys en zeven jaar Altena.” Bij zijn huidige club, kreeg de middenvelder al snel een goed gevoel. “Persoonlijk zou ik nooit voor een club kunnen spelen, waar het niet leeft. Laatst gingen we met 80 man naar Achilles’29. Dat was voor mij eigenlijk de grootste reden om hier te gaan spelen.”

En daarnaast. “Kende ik al de nodige gasten.” Spijt heeft Van der Pluijm dan ook geen moment. “Het bevalt prima! Je weet dat het bij Sleeuwijk altijd een beetje bungelen is tussen de tweede en derde klasse. Hier speel je nooit een rustig seizoen, het gaat altijd wel ergens om.” En dus zit de routinier dan ook uitstekend op zijn plek. “We hebben een leuke groep, staf, supporters en alles eromheen. En ik heb overal waar ik heb gespeeld, altijd langer gezeten.”

Voetballen

Dit seizoen dus weer in de tweede klasse, een flinke omschakeling, vertelt hij. “Het is 100 procent een groot verschil met vorig jaar. Helemaal door die versterkte degradatie. Daardoor tref je nu veel goede ploegen, alleen de sterke clubs blijven over.” En dat merk je. “Teams met veel individuele kwaliteit, gasten die een wedstrijd kunnen beslissen.” Toch bevalt dat Van der Pluijm tot nu toe wel. “Tegenstanders willen meer voetballen, daar moet ik het zelf ook van hebben. Dan speel je automatisch beter.” Ander soort wedstrijden dus, maar het doel is simpel: “Handhaven! Maakt niet uit hoe. Dat wordt door het niveauverschil én blessures moeilijk, toch leggen we ons er niet zomaar bij neer.”

Helemaal niet als de selectie van Sleeuwijk straks weer helemaal compleet is. “Blijven we fit, gaan we nog genoeg punten pakken.” Met Van der Pluijm dus als aanvoerder van het team. “Al vanaf het moment dat ik kwam. Daar ben ik heel dankbaar voor. Er spreekt toch vertrouwen uit.”

Aan hem, om dat vertrouwen terug te betalen. “Ik ben een voetballende middenvelder. Iemand met techniek én loopvermogen. Eigenlijk heb ik altijd daar gespeeld. Centraal op het middenveld.” En voorlopig, blijft de inwoner van Nieuwendijk dat ook nog wel even doen. “Voor mijn gevoel ben ik nog niet klaar bij Sleeuwijk. Ik heb het naar mijn zin, ben fanatiek én van toegevoegde waarde.” Zijn ‘afscheid’ staat al wel vast. “Ik roep het al één of twee jaar. Afsluiten doe ik in ieder geval met vrienden bij Kozakken Boys 2. Maar dat is nu nog te vroeg!”

Klik op Sleeuwijk voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Sleeuwijk voor meer informatie over de club.

 

Be Ready zit bij Jurgen Bouwens in het bloed

Met een vader als oud-voorzitter en een moeder die veertig jaar lang in de kantine stond, is de liefde voor Be Ready er bij Jurgen Bouwens met de paplepel ingegoten. En dus zit ook bij hem, het vrijwilligerswerk in zijn DNA. “Ik doe het voor de club!”

Wat hij dan precies doet voor die club? Een hele hoop! “Op mijn achttiende werd ik jeugdleider, daarna ging ik er even tussenuit en kwam ik weer terug. Tegenwoordig ben ik coördinator van de kantine, lid van de activiteitencommissie en scheidsrechter.” Dat eerste, is een veelomvattende functie, vertelt hij. “Als er niemand is, ga ik zelf achter de bar staan. Of mijn vrouw. Het is voor de vereniging heel belangrijk dat die kantine wel open is. Die inkomsten heb je nodig.”

Helpen

En de 54-jarige Bouwens kan het weten. “Mijn vader is heel lang voorzitter en wedstrijdsecretaris geweest bij de club. Mijn moeder stond zelf veertig jaar lang in de kantine. Dus Be Ready zit wel echt in mijn bloed.” En dat begon in oktober 1976, de vrijwilliger weet het nog goed. “Toen werd ik zeven. Vervolgens heb ik tot mijn 29ste gevoetbald, daarna kreeg ik problemen. Last van mijn knie, rug en enkel. Het was verstandiger om te stoppen.”

Aan hem ging een harde verdediger verloren, lacht hij. “Vanaf mijn zeventiende in het tweede. Vaak als linksback. Ik had een hekel aan kunstgras, maar gelukkig was dat er toen nog niet echt.” Ook buiten het veld, boekte Bouwens het nodige succes. “Het is een dorpsclub, dus het is heel gezellig om hier te zijn. In die tijd, heb je natuurlijk heel veel vrienden gemaakt. Dan is het leuk om af en toe een feestje te organiseren.” Of een wedstrijdje te fluiten. “Vooral om te helpen. Uiteindelijk doe je het voor de club.” En een klein beetje voor zijn eigen kinderen. “Die voetballen hier ook. Ik vind het natuurlijk ook gewoon heel leuk.”

Dat laatste blijkt. “De activiteitencommissie was één grote vriendengroep. Samen dingen organiseren. Om geld binnen te halen én plezier te maken. Dat heb ik 25 jaar lang gedaan. Vorig seizoen ben ik daarmee gestopt. Het is nu opgepakt door een groepje jongelui.” Met het 100-jarig jubileum in 2027 alvast in het vooruitzicht. “Daar kijk ik nu al heel erg naar uit! Dat moet echt iets groots gaan worden, een hoogtepunt. En natuurlijk ben ik daarbij betrokken!”

Hard nodig

Maar eerst nog even het heden. Want ook daar, heeft Bouwens het meer dan druk genoeg. “Ik ben drie of vier dagen per week op de club. Donderdagavond altijd en zondag heel de dag.” Of hij ook fanatiek supporter is bij het eerste? “Dan sta ik vaak in de kantine, dus dat is lastig!” Toch blijft hij dat voorlopig, gewoon nog lekker doen. “Als ik straks boven de 60 ben, ga ik wel wat minderen. Dan moet de jeugd het een beetje over gaan nemen. Voor nu, denk ik nog niet aan stoppen.”

Want, zo redeneert de inwoner van Hank. “Het kost veel energie, maar ik krijg er ook veel energie van. Al is het hard werken.” En een deel van zijn leven. “Dat is het altijd al geweest. Met plezier gesport en vrienden leren kennen.” Stiekem, is het voor Bouwens eigenlijk nog veel meer dan dat. “Je bent voor een deel eigenaar van de club, zeg ik altijd. En zo voel ik dat ook nog steeds. Het is jouw club!” En die heeft hem, en andere vrijwilligers, keihard nodig. “Anders kun je niet blijven bestaan. Dat proberen we de jeugd nu ook wijs te maken, dat is een uitdaging.” Want met de vergrijzing in aantocht, zit er weinig anders op. “Geen keuze, ik moet nog even door!”

Klik op Be Ready voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Be Ready voor meer informatie over de club.

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Ontvang nu ook maandelijkse het laatste nieuws uit het amateurvoetbal in jouw regio.