Home Blog Pagina 21

Groen Wit is klaar voor de tweede klasse

0

Dat Groen Wit afgelopen seizoen kampioen zou worden in de derde klasse, werd halverwege waarschijnlijk door niemand aan getwijfeld. Toch bleven ze bij de ploeg uit Breda, mede door de lessen uit het verleden, scherp. En met succes, merkte Jop van Galen. “Vaak deden we het iets minder in de ‘tussenperiode’, nu hebben we juist het goede begin doorgetrokken.”

En goed beginnen, dat deden ze bij Groen Wit. Want met 22 punten uit de eerste acht wedstrijden, werd de toon meteen gezet. Al waren ze er toen natuurlijk nog niet, vertelt Van Galen (22). “Die dip kwam er dit seizoen niet. Waarom? Dat weet ik eigenlijk niet. Misschien hebben we geleerd van de afgelopen jaren, hadden we hier en daar wat geluk of was het de échte wil om kampioen te worden.” Want ook na de onderbreking, hield de derdeklasser het positieve gevoel vast. “Goed uit de winterstop komen, was voor ons het belangrijkste!”

Bredere selectie

Met een overtuigend kampioenschap én veertien punten voorsprong op nummer twee Victoria’03 tot gevolg. “Na de eerste paar wedstrijden na de winterstop, wisten we dat we het niet meer weg gingen geven.” Aan vertrouwen, dan ook geen gebrek. En terecht, gezien de kwaliteiten van de ploeg van Martijn van Galen. “We speelden goed voetbal, waren echt fit en hadden gewoon een goed team.” Onder meer met scorende spitsen en een solide defensie. “Als je het achterin dichthoudt en voorin scoor je, ga je veel wedstrijden winnen.” Klinkt simpel. Al zal dat dit seizoen, in de tweede klasse, vermoedelijk wel anders zijn, verwacht Van Galen. “Waarschijnlijk is het niet meer mogelijk om 90 minuten lang volle bak druk te zetten en zal het ook voor onszelf, moeilijker worden om onder de druk van de tegenstander uit te spelen. Maar we gaan ons best doen, om er iets moois van te maken.” Met een wat hem betreft, bredere selectie dan afgelopen seizoen. “Er is kwaliteit bijgekomen, ondanks dat er zes jongens zijn vertrokken. We hebben nu een mannetje of zeventien, die allemaal in de basis kunnen spelen.” En goed voetbal op de mat kunnen leggen. “Er zit meer voetbal in. Vorig jaar ging het vaak via de zijkanten en dan naar Tijn (van Galen), die in de spits stond. Nu is heel het team op elkaar ingespeeld en spelen we meer vanuit de combinatie.” Geloof in een goede afloop, heeft de verdediger dan ook genoeg. “Onze doelstelling is handhaven en hopelijk kunnen we, als iedereen fit blijft, stiekem naar boven kijken.” Al komt dat niet vanzelf, weet ook Van Galen. “We zullen waarschijnlijk minder kansen gaan krijgen, dus moet je zakelijker zijn in het afmaken. Iedere kans moet er eigenlijk in.”

Eén van de leiders

Wat dat betreft is het vertrek van broer Tijn, een flinke aderlating voor het ambitieuze Groen Wit. “Het is heel jammer dat Tijn naar Unitas’30 is gegaan. Niet alleen omdat hij mijn broer is, maar ook omdat hij heel veel goals voor ons heeft gemaakt.” Toch is Van Galen vooral trots op hem. “Het is natuurlijk wel een heel mooie stap!” Een stap die de inwoner van Breda, zelf ook ooit nog eens hoopt te maken. “Voorlopig zit ik hier goed op mijn plek, maar als ik het gevoel krijg dat ik mijn lat bereikt heb en er komt een mooie club, zou ik daar wel over nadenken.” Ondanks, dat hij zich inmiddels helemaal thuis voelt bij Groen Wit. “Ik heb tot de D’tjes bij Baronie gevoetbald en sinds mijn vijftiende, speel ik hier.” Spijt van zijn overstap naar Sportcomplex Haags Sportpark, heeft Van Galen absoluut niet. “Het is zeker niet tegengevallen! We hebben mooie dingen meegemaakt. Van de bekerwinst, tot aan spelen voor de prijzen.” Gedebuteerd op zijn zeventiende, ontpopt Van Galen zich steeds meer als één van de leiders van het team. “Inmiddels vind ik wel dat ik ervaring heb. Daarom probeer ik ook teamgenoten neer te zetten en te coachen.” Van achteruit dus, als centrale verdediger. “Iemand die duels speelt, graag de bal heeft en goed kan koppen. Ik moet het niet hebben van mijn snelheid, wel van mijn inzicht.” Onder leiding van zijn vader. “Dat ben ik ondertussen wel gewend. Bij Baronie kreeg ik in de jeugd al training van hem en later bij Groen Wit opnieuw.” En nu dus weer. Hoe dat is? “Soms krijg je even een schop onder je kont, dat je het beter moet doen. Maar je loopt toch harder voor hem.” Een soort familieclub, dus eigenlijk. “Groen Wit voelt sowieso als een heel hechte club. Ook met het eerste en tweede samen. Iedereen kent elkaar. En het is lekker dichtbij, dat vind ik wel fijn!”

Klik op Groen Wit voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Groen Wit voor meer informatie over de club.

Van NAC naar Molenschot: ‘Af en toe even schakelen’

0

Jeugdtrainer bij NAC Breda en sinds dit seizoen trainer van vijfdeklasser Molenschot. Twee werelden die op het oog ver uit elkaar liggen, maar voor Martijn Malinka juist de perfecte combinatie zijn. En dus krijgt hij er, ondanks zijn ietwat drukke schema, vooral veel energie van. “Af en toe is het even schakelen.”

Van de vijfde klasse bij Molenschot, naar de JO11-1 van de Bredase profclub. “Dit is nu mijn derde seizoen bij NAC, in het begin had ik daar wel moeite mee. Het is natuurlijk heel andere koek.” Desondanks, versterkt de combinatie elkaar vooral, denkt de 43-jarige Malinka. “Vanuit NAC en de trainers die daar werken, neem ik bepaalde oefenvormen of tactische dingen mee, terwijl ik het menselijke aspect van het amateurvoetbal, andersom juist weer bij NAC kan gebruiken.”

Dorpsclub

Tegenwoordig dus als trainer van Molenschot. “Het bevalt tot nu toe prima! We hebben een leuke groep, met leuke gasten, die echt graag dingen willen leren. En ook de trainingsopkomst is goed. Daar ben ik als trainer, natuurlijk wel blij mee.” Spijt van zijn stap naar de vijfdeklasser, heeft Malinka dan ook absoluut niet. Sterker nog. Het had er vorig seizoen al van kunnen komen. “Toen ik twee seizoenen geleden wegging bij SAB, heb ik een aantal gesprekken gevoerd met Molenschot en eigenlijk was het rond. Tot de vorige trainer toch besloot te blijven.” De inwoner van Breda werd vervolgens trainer bij TVC Breda, maar staat nu dus alsnog in Molenschot voor de groep. “Bij TVC had ik het ook uitstekend naar mijn zin, alleen ging de club van de zondag naar de zaterdag. En op zaterdag, zit ik lastig met NAC.” Gelukkig bleek het goede gevoel na de eerdere gesprekken, van beide kanten nog altijd wederzijds. “Ik wilde gewoon eens wat anders. Een dorpsclub, is toch heel anders dan een club in de stad.” En daarnaast. “Wist ik dat Molenschot een stabiele club is, waar veel mensen binding hebben met de vereniging.” Want zijn huiswerk, had Malinka vooraf goed gedaan. “Van twee oud-trainers had ik goede verhalen gehoord en ook het team heb ik een aantal keer zien spelen.” Genoeg informatie, om een doelstelling te formuleren. Zou je zeggen. “Daar ben ik nooit zo van. Zeker in deze competitie, is dat eigenlijk niet te zeggen.” Maar ondanks dat, heeft de oefenmeester duidelijk voor ogen waar hij heen wil met zijn ploeg. “Je start op een punt en wil van daaruit steeds beter worden. Als dat lukt, komen de resultaten vanzelf.”

Vastgeroest

Voorlopig, lukt dat beter worden vrij aardig, vertelt hij. “Je ziet dat ze steeds meer kleine dingetjes beginnen op te pikken. Bijvoorbeeld in het openstaan of ballen vragen.” Gemakkelijk, was dat in het begin echter zeker niet, herinnert Malinka. “Ik merkte heel erg dat ze een beetje vastgeroest waren, door steeds dezelfde dingen te doen. Daarom probeer ik ze te triggeren met bepaalde oefeningen om ze zo uit hun comfortzone te halen.” Oefeningen, heeft de voormalig speler van Advendo dan ook genoeg. “In totaal heb ik er misschien wel meer dan 500.” Daar ligt volgens hem, dan ook meteen de uitdaging. “Je wilt afwisselend trainen, maar er moet ook structuur in zitten. Soms is het helemaal niet erg, om een vorm te herhalen.” Met maar één doel: ontwikkelen. “Als ik vooruitgang zie in het team én het individu, ben ik dit seizoen tevreden. En het moet gezellig zijn. Niet te overdreven serieus.” Hoe moeilijk dat voor Malinka, die vijf tot zes keer per week op het voetbalveld staat, soms misschien ook is. “Ik vind voetbal helemaal geweldig. Met spelers bezig zijn en ze beter maken, die dynamiek houd ik van.” Vooral door tactisch sterk, duidelijk en rechtvaardig te zijn, denkt hij. “Een menselijke trainer, die niet staat te schreeuwen langs de lijn.” Iets wat er al op jonge leeftijd in zat bij hem, zo blijkt. “Vanaf mijn vijftiende geef ik eigenlijk al training. Dat vond ik altijd al leuk.” Nadat hij als voetballer, een stuk minder geluk had. “Toen ik vijftien was maakte ik mijn debuut bij Advendo in het eerste, drie jaar later kreeg ik last van een hernia. Uiteindelijk heb ik maar tot mijn 23ste gevoetbald.” Een aanvaller, zonder een al te goede techniek, lacht hij. “Maar ik was wel heel snel!” Gelukkig kan de trainer, die in het bezit is van zijn VC3, zijn ei nu kwijt langs de lijn. “Eerst wil ik met Molenschot presteren, om hopelijk daarna richting een tweede-of derdeklasser te gaan. En bij NAC, zou ik graag een team in de middenbouw willen trainen.” Aan ambities, dus geen gebrek. “In de toekomst wil ik mijn VC4 gaan halen en met jeugd blijven werken bij een BVO!”

Klik de link voor een recent artikel over vv Molenschot

Verdediger Fik Steppe heeft bij SVOD’22 voetbalplezier hervonden

0

OOSTKAPELLE – Hij begon ooit met voetballen in de jeugd van Domburg. Via Zeelandia, JVOZ en Sparta Rotterdam belandde Fik Steppe (18) drie jaar geleden bij SVOD’22. Hij kreeg ook nog te maken met een fikse knieblessure die hem zo’n anderhalf seizoen kostte. Allerlei zaken deden hem de lol in het voetbal verliezen, maar dat plezier heeft hij inmiddels bij SVOD’22 helemaal hervonden.

 

“Ik had te maken met een Salter Harris Fractuur, een breuk in de groeischijf van mijn knie. Dat kostte me flink wat maanden herstel. Daarnaast ging het op school slecht en ik raakte steeds meer de liefde voor het voetbal kwijt. Uiteindelijk besloot ik dat het beter was om bij Sparta Rotterdam te stoppen en gewoon weer puur voor de lol op een iets lager niveau te gaan spelen. Toen heb ik gekozen om weer naar Zeeland terug te keren en bij SVOD’22 te gaan spelen. Dat is een prima keus gebleken want ik heb het echt enorm goed naar mijn zin hier.”

 

Steppe had naar eigen zeggen nooit echt de droom om profvoetballer te worden, maar bij JVOZ ging het niet onaardig en kwam er dus belangstelling om op stage te gaan bij Feijenoord, Sparta en PSV. Bij PSV moest ik in een gastgezin maar dat durfde ik toen nog niet. Daarom viel de keus op Sparta Rotterdam. Ik heb daar een mooie tijd gehad en veel geleerd, maar toch kon ik niet voorkomen dat ik de liefde voor het spelletje verloor.”

 

Hoewel hij nu bij SVOD’22 als aanvallende flankverdediger in het elftal van Harro Hazelaar hoopt om hoge ogen te gaan gooien dit seizoen, is golfsurfen de échte passie van Steppe. “Als het even kan ben ik in Domburg op het water te vinden. Jammer genoeg zijn de golven hier in Zeeland nog te wisselvallig, maar het is en blijft een geweldige sport. Bovendien heb ik er mijn werk van gemaakt, want ik geeft nu dagelijks golfsurflessen bij De Surfclub in Domburg. Heerlijk is dat om dagelijks in de natuur te zijn en daarmee mijn boterham te kunnen verdienen.”

 

In de jeugd speelde Steppe veelvuldig in de aanval en op het middenveld. Bij SVOD’22 wordt hij vooral toch als een aanvallende verdediger gezien. “Ik kan links, rechts en centraal achterin uit de voeten, maar mijn voorkeur zelf gaat toch uit naar een rol aan de linkerflank. Opkomen en mezelf inschakelen bij de opbouw en assists geven waar het kan. Daar geniet ik van als dat er dan ook echt uitkomt.”

 

Hoewel het afgelopen seizoen SVOD’22 naast de prijzen greep is de ambitie van Steppe en zijn ploeggenoten niet afgenomen. “Nee, ik denk dat we nu een groep hebben die kwaliteit genoeg heeft en bovendien ook groot genoeg is. Daarmee moeten we echt mee gaan strijden voor de titel vind ik. Iedereen wil er ook voor gaan. Hopelijk blijven ons veel blessures bespaard, want dat is wel echt wat ons vorig seizoen heeft opgebroken jammer genoeg.”

 

Een ander aspect dat in het voordeel van SVOD’22 zou kunnen meespelen is het vernieuwde kunstgrasveld. “Dat is echt heerlijk! Zeker voor een voetballende ploeg zoals wij komt dat goed van pas. We speelden hier echt op een knollentuin wat ons ook de nodige punten heeft gekost én frustratie opleverde. Daar kunnen we ons in elk geval niet meer achter verschuilen haha. Ik ben al blij dat ik mijn voetbalplezier heb hervonden en hoop voornamelijk fit te blijven en zoveel mogelijk wedstrijden te spelen. Als het ons dan ook nog mocht lukken om kampioen te worden, dat zou het wel helemaal compleet maken. Maar zover is het nog lang niet, al moet je niet bang zijn om ambitieus te zijn en hoge doelen te stellen.”

Klik op SVOD’22 voor de laatste artikelen over de club.
Klik op SVOD’22 voor meer informatie over de club.

Nick Lokker ziet zichzelf als ideale ‘twaalfde man’ bij Nieuwland

0

NIEUW- EN SINT JOOSLAND – Hoewel hij debuteerde op zijn zestiende bij het eerste elftal is Nick Lokker daarna nooit echt uitgegroeid tot een onbetwiste basisspeler. De middenvelder ziet zichzelf eerder als de ideale twaalfde man voor de trainer. ‘Al blijkt aan het eind van elk seizoen wel dat ik zo’n tachtig procent van de wedstrijden uiteindelijk toch heb gespeeld.’

Sinds zijn achttiende maakt Lokker altijd vast onderdeel uit van de eerste selectie bij Nieuwland, dat dit seizoen voor het tiende jaar op rij uitkomt in de vierde klasse van het zaterdagvoetbal. “ik heb mijn debuut nog gemaakt in het laatste seizoen dat we uit de derde klasse degradeerden in 2016. Daarna speelde we altijd op het huidige niveau, wat in mijn ogen ook prima past bij het niveau van onze selectie. Al hebben we dit seizoen wel een aantal jongens erbij gekregen van omliggende clubs wat zorgt voor meer concurrentie en extra kwaliteit. Dus wie weet kunnen we uiteindelijk nog meedoen voor een eventuele periode.”

Vanaf de F-pupillen is Lokker al lid van Nieuwland en speelde er in alle verschillende leeftijdscategorieën. Afgelopen seizoen eindigde hij in zijn vijfde seniorenseizoen met het eerste net boven de streep en wist Nieuwland nacompetitie te ontlopen. Het was een seizoen waarin hij onder trainer René de Nooijer voor het eerst écht een basisplek leek te hebben veroverd. “En toen raakte ik geblesseerd aan mijn enkelbanden tegen DwO’15…. Erg zuur natuurlijk. Die blessure heeft me uiteindelijk zo’n drie maanden gekost, maar ik kon toen gelukkig in de belangrijke laatste wedstrijd tegen Oostburg nog meespelen. Die wonnen we en ik scoorde nog de 4-0. Dat was wel een fijn gevoel. Gelukkig heb ik nu geen last meer van die blessure, al zorg ik wel ervoor dat ik hem nog voor de zekerheid voorlopig blijf intapen.”

De club is, zeker bij de jeugdafdeling’ nog altijd flink aan het groeien qua leden. Een welkome ontwikkeling voor de dorpsclub ziet Lokker, zeker met het oog op de toekomst. “Er wordt in Middelburg flink bijgebouwd, zeker in de wijk Mortiere. Ouders melden hun kinderen aan als lid bij de jeugd en dat is natuurlijk mooi voor ons als club. Want voor een dorp is het toch een prachtige ontmoetingsplek van dorpelingen hier langs de lijn of voor en na wedstrijden in de kantine. Daarnaast zorgt het ook voor de broodnodige aanvulling van de senioren, want nu hebben we uit onze O19 enkele talentvolle gasten kunnen toevoegen en dat is voor ons als selectie heel mooi. Concurrentie zorgt voor scherpte op trainingen en wedstrijden. Daar wordt uiteindelijk iedereen beter van en hopelijk leidt het aan het eind van de rit tot iets moois.”

Naast het zijn van een ideale twaalfde man, is Lokker sinds dit jaar ook op een ander vlak verdienstelijk binnen de club. De leraar basisonderwijs is namelijk toegetreden tot het bestuur. “Klopt, als secretaris. Het is veel werk maar superleuk om te doen. Ik ben getogen op het dorp en help ook op deze manier graag mee bij de vereniging. Vele handjes maken uiteindelijk toch licht werk. En zo houden we de leefbaarheid ook een stukje mee in stand.”

Klik op Nieuwland voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Nieuwland voor meer informatie over de club.

Roy de Nooijer hoopt dit seizoen vaker op een basisplaats

MIDDELBURG – Hij maakt al vijf seizoenen deel uit van de eerste selectie, maar een onbetwiste basisspeler is hij in die periode vooralsnog niet geworden. Daar hoopt Roy de Nooijer nu verandering te kunnen brengen. ‘Dat is voor mij als voetballer nu wel het persoonlijke doel voor dit seizoen.’

De Nooijer begon ooit bij de mini’s met voetballen aan de Middelburgse Kruitmolenlaan en is er sindsdien nooit vertrokken. Het eerste halen was als jeugdspeler lange tijd zijn doelstelling. Dié is wel uitgekomen, want de afgelopen seizoenen maakte hij wel de nodige speelminuten bij de ambitieuze derdeklasser. “Helaas ben ik nooit onomstreden geweest en moest ik het voornamelijk doen met invalbeurten. Er was en is bij ons altijd wel de nodige concurrentie maar het is voor mij nooit een reden geweest om elders te gaan voetballen. Dauwendaele voelt voor mij als ‘thuis’ en dat is me veel meer waard nog.”

Voetballen in zijn eigen woonplaats, samen met al zijn vrienden bij dezelfde club. Het zijn voor De Nooijer belangrijke dingen die hij zoekt in het voetbal. “Natuurlijk wil je het liefst elke week in de basis staan, maar dat moet je ook wel zelf afdwingen. Afgelopen seizoen heb ik wel een aantal wedstrijden met het tweede meegedaan, waar ook vrienden spelen. Maar het liefst wil je het allerhoogste halen binnen je hobby, althans ik toch. Daar ga ik dit seizoen alles aan doen om de trainer te overtuigen.”

Alleen in zijn eerste seizoen bij de senioren, nu ruim vier jaar geleden, speelde de middenvelder vrijwel alles. Daarna werd het wekelijks afwachten. “Jammer, maar ik had altijd wel grote concurrentie op mijn posities van spelers als Mart de Kroo en Marijn Wijkhuis. Die waren simpelweg verder en ook beter, dan is het goed te accepteren. Van dat soort spelers heb ik overigens wel heel veel geleerd.”

Dit seizoen is er binnen de selectie ook wel het nodige veranderd. Zo vertrok Wijkhuis bijvoorbeeld naar VCK en kwamen onder meer Geraldi Geerman en Ramon de Vlieger de gelederen bij Dauwendaele versterken. “Ik denk dat we er als geheel wel sterker op geworden zijn. De ambitie is dan ook om vol mee te doen voor de promotieplekken en het liefst voor de titel. Maar deze klasse is enorm sterk en er zijn meerdere teams die de kwaliteiten hebben om voor het kampioenschap te gaan. Het is aan ons om te bewijzen dat we de meest constante ploeg zijn. Dan gaan we absoluut kans maken.”

Hoewel De Nooijer een middenvelder is, heeft hij vorig seizoen onder trainer André Siereveld ook een aantal keren de rol van back ingevuld. “Niet direct mijn positie, maar ik speel waar de trainer het nodig acht. Al komen mijn kwaliteiten beter tot zijn recht in een controlerende- of aanvallende rol centraal op het middenveld. Het is aan mij om daarin stappen te maken in onder meer het coachen en druk zetten zodat de trainer niet meer om me heen kan.”

Brutaler worden, zichzelf meer laten zien en horen. “En nog beter de momenten van druk zetten herkennen. Dat zijn absoluut nog facetten die in mijn spel beter moeten. Ik ben nog maar net drieëntwintig dus heb hopelijk nog heel wat jaren om daarin te ontwikkelen. Het primaire doel is vaker een basisplek in het eerste te bemachtigen en meer speelminuten te maken. Daar ga ik in elk geval vol voor.”

‘Dan gaat het bij ons in het koppie zitten’

0

Een bijzonder seizoen. Zo zou je het afgelopen jaar van Beek Vooruit in de derde klasse zonder moeite kunnen omschrijven. Want nadat de ploeg uit Prinsenbeek beslag legde op de eerste periode, moest het zich uiteindelijk nog bijna zorgen maken om degradatie. Al verbaasde dat Thijs Reimering eigenlijk ook weer niet. “Als we een paar keer verliezen, gaat het bij ons in het koppie zitten.”

En niet voor het eerst, vertelt de 22-jarige Reimering. “Dat is wel een beetje des Beek Vooruit. Vaak beginnen we altijd wel lekker, hebben we er zin in en komen we na een paar keer winnen in die flow.” Totdat er voor het eerst verloren wordt, dus. “Dan gaat het bij ons in het koppie zitten.” Hoe dat komt? “Dat is het lastige. Als we er een oplossing voor hadden, hadden we er waarschijnlijk al wat aan gedaan…” Toch waagt de inwoner van Prinsenbeek een poging. “We moeten vaker gewoon een wedstrijd uitspelen. Natuurlijk het liefste met mooi voetbal, daar houd ik zelf ook van, alleen kan dat niet altijd.”

Rust aan de bal

Het leverde Beek Vooruit afgelopen jaar uiteindelijk een bijzonder seizoen op, zoals Reimering het zelf noemt. En met zeventien punten uit de eerste acht duels, en slechts twaalf uit de resterende veertien, is dat allesbehalve een understatement. “Als je de eerste periode wint en uiteindelijk achtste eindigt, kun je dat wel zeggen.” De verklaring daarvoor, moet de middenvelder schuldig blijven. “Heel veel mensen vragen dat natuurlijk. Hopelijk kunnen we het dit seizoen voorkomen.” Al had er voor Beek Vooruit, ondanks de flinke dip, stiekem wel meer ingezeten, vindt Reimering. “In de nacompetitie hadden we niet hoeven verliezen.” Zijn teleurstelling, steekt hij dan ook niet onder stoelen of banken. “Je speelt voetbal om prijzen te winnen. We wilden voorafgaand aan het seizoen meedoen voor promotie, terwijl ik zelf dacht dat we misschien wel kampioen konden worden. Dat heb ik een beetje onderschat.” Al was zijn vertrouwen niet gebaseerd op niks. “We hebben een team met veel kwaliteit. Nu moeten we meer samen gaan werken, in plaats van alleen.” Bijvoorbeeld in het verdedigen. “Dat moet je echt met z’n allen doen. Met het mes op de keel. Dat ontbreekt er soms nog wel eens aan.” Een stukje volwassenheid dus. “Ook nu komen er weer een paar jongens van de JO19 bij, dus we hebben een jonge ploeg. Dat betekent dat je moet bouwen.” Desondanks, legt Reimering de lat opnieuw hoog. “Met onze kwaliteiten, moeten we bovenin mee gaan doen.” Kwaliteiten, die nog wel verder ontwikkeld dienen te worden, weet hij. “We moeten veel meer rust aan de bal krijgen. Leren om momenten uit te kiezen. Soms is het niet erg om even een tikkie terug te geven.”

Risico nemen

Iets wat Reimering zelf, leerde in de jeugd van NAC Breda. De club waar hij drie seizoenen voetbalde, met onder meer Bart Verbruggen, Luc Marijnissen, Pepijn van de Merbel en Tika de Jonge. “Ik ben op jonge leeftijd begonnen bij Beek Vooruit en op mijn veertiende ging ik naar NAC.” Tot een doorbraak, kwam het daar echter niet. En dus keerde hij een aantal jaar geleden, terug op het oude nest. “Tuurlijk was dat in het begin heel lastig, want ik had een droom. Anders zit je niet bij NAC.” Vooral mentaal, was Reimering in de tijd ‘gebroken’, vertelt hij. “De trainer zag het niet in mij zitten, daardoor speelde ik weinig en had ik geen plezier meer in voetbal. Daarom heb ik toen besloten om met mijn vrienden bij Beek Vooruit te gaan voetballen. Dat blijft toch het leukste!” Zijn plezier in het spelletje, heeft Reimering dan ook weer helemaal terug. “Ondanks dat ik er nog steeds ziek van ben, als we hebben verloren.” Hoe kijkt hij nu terug op zijn periode in Breda? “Laatst zat ik op de tribune bij NAC, dan denk je toch wel bij jezelf: Stel je voor dat je hier zou spelen…” Of dat er ook echt in had gezeten, weet Reimering niet. “Aan de bal was ik wel één van de beteren en had ik het misschien kunnen redden, alleen conditioneel was ik niet sterk genoeg. Mede door mijn astma. En sowieso vind ik lopen het minst leuke van voetbal.” Liever heeft hij dus de bal. “Ik ben een technische speler en iemand die met veel durf speelt. Soms iets te veel, maar dat is onderdeel van mijn spel. Ik vind het leuk om risico te nemen.” Het liefste als nummer zes. “Al vind ik centrale verdediger ook wel leuk.” Hoe zit het tot slot met zijn ambities? “Mijn droom is nog altijd om prof te worden, want voetballen blijft het leukste wat er is. Maar als je realistisch bent, gaat dat hem niet meer worden.” Toch heeft hij de hoop op een mooie carrière, nog niet helemaal opgegeven. “Als er een leuke kans zou komen, heb ik zeker de ambitie om hogerop te gaan!”

Klik op Beek Vooruit voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Beek Vooruit voor meer informatie over de club.

Marlon Moeal nieuwe trainer Zeelandia Middelburg O23

0

MIDDELBURG – Vorig seizoen wilde men bij Zeelandia Middelburg zorgen voor een betere doorstroming van jeugdspelers richting senioren. Dus werd een O23 elftal opgericht. Daarmee werd promotie naar de Derde Divisie gemist. Dit seizoen is die eventuele promotie ook een doel voor de nieuwe trainer Marlon Moeal. Al heeft voor hem ‘spelers doorontwikkelen als team en individueel’ de eerste prioriteit.

“Dat was voor mij ook de voornaamste reden om mijn rol als HJO bij GPC Vlissingen te verruilen voor de rol als hoofdtrainer bij de O23. Als hoofd jeugdopleidingen heb ik in een voor mij nieuwe rol enorm veel geleerd en die bagage neem ik ook nu in deze trainersrol mee. In het verleden ben ik ook al een aantal jaar jeugdtrainer geweest en het is prachtig om nu deze talentvolle groep voor te bereiden om een kweekvijver te worden voor het eerste. Een aantal jongens hebben vorig seizoen op het eind van het seizoen al hun bijdrage geleverd aan de handhaving van het eerste en die zijn ook doorgeschoven. Een aantal is weer in de O23 actief nu en nemen ook die ervaring bij het eerste mee in hun ontwikkeling.”

De voormalig speler van Jong Ambon heeft als jeugd-, assistent- en hoofdtrainer al de nodige ervaring bij clubs als Jong Ambon, Zeelandia Middelburg, SV Walcheren en GPC. En daar is dus recent nog eens drie jaar als HJO bij GPC Vlissingen aan toegevoegd. “Toch wist ik altijd wel dat ik weer als hoofdtrainer ergens op het veld zou komen te staan. Want het geven van de trainingen en de wedstrijdspanning dat begon ik echt te missen.. Het werd nog geen functie in het seniorenvoetbal, maar voor deze mooie klus bij Zeelandia Middelburg in een rol om jongens écht beter te maken en te ontwikkelen. De eerste weken bevallen me in elk geval enorm.”

Meedoen om promotie naar de Derde Divisie zou een prachtig eindresultaat zijn, maar is niet het primaire belang dat de club hecht aan de oprichting van de O23. “Ze hebben bij de club een heel goed jeugdplan opgesteld en een heldere visie waar ze naartoe willen. Freek van der Maas speelt daarin voor mij een voorname rol. Hij is naast club- ook technisch manager en heeft een duidelijke visie. Ik ken hen al vanuit een eerste periode bij de club en hebben altijd goed contact gehouden.”

“Toen Zeelandia en Middelburg in 2001 gingen fuseren werd Moeal trainer bij O15-1. “Ik trainde daarna ook nog de O17-1 en O19-1 en ben er uiteindelijk tien jaar gebleven. Dat waren prachtige en vooral ook succesvolle seizoenen. Daarna was ik drie seizoenen hoofdtrainer bij Jong Ambon en een half jaar interim bij Zeelandia O17. Ik heb ooit ook geprobeerd een sabbatical te nemen maar daarvoor ben ik toch teveel voetbaldier. Vier maanden later stond ik op het trainingsveld bij GPC…. Voetbal is mijn leven en ik geniet ervan om met mensen te werken en om te proberen het maximale eruit te halen. Het is de uitdaging om te zien of én hoe me dat hier in deze trainersrol zal afgaan.”

De Middelburger heeft veel zin én veel vertrouwen in dit seizoen. “Er huist enorm veel talent binnen de jeugdafdeling van Zeelandia Middelburg, maar zeker ook in de groep waarmee ik mag werken. Bovendien zijn de voorwaarden in alle opzichten goed om je als speler, als team en zeker ook als trainer onszelf te ontwikkelen en te presteren. De club zit duidelijk weer in de lift en daaraan wil ik graag een positieve bijdrage leveren voor de komende tijd.”

Klik op Zeelandia Middelburg voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Zeelandia Middelburg voor meer informatie over de club.

Advendo blijft ambitieus: ‘Lastig zonder trainer’

Nadat ze vorig jaar halverwege het seizoen zonder trainer kwamen te zitten en daardoor doordeweeks zelf voor de trainingen moesten zorgen, werd het voor vijfdeklasser Advendo steeds lastiger om te presteren. Maar met een nieuwe hoofdtrainer, is de club uit Breda nu klaar om de torenhoge ambities waar te maken, vertelt Hassan el Farissi. “Onze doelstelling is kampioen worden.”

En dus wordt er keihard getraind, onder leiding van Sebastio Muaxambi. Sinds dit seizoen de trainer van Advendo. “Hij pakt ons allemaal hard aan, dus we moeten ons bewijzen. Maar dat is ook wel nodig.” Zeker na afgelopen jaar, memoreert El Farissi (25). “Halverwege het seizoen hadden we geen trainer meer en het was moeilijk om iemand te vinden.” Sprake van structuur of balans, was er dan ook niet. “Doordeweeks moesten we zelf de training regelen. Alleen op zaterdag, hadden we met Jeroen Ras een interim-trainer. Die kende ik nog van The Gunners.” Verder dan een één na laatste plaats, kwam de vijfdeklasser mede daardoor niet. “Je mist discipline, traint minder hard en krijgt last van blessures.”

Wereld van verschil

Al lag dat niet aan de instelling, vertelt El Farissi. “We pakten het goed op, waren gemotiveerd om te voetballen en ook de opkomst op trainingen was in principe goed. Toch mis je de druk én prikkel van een trainer. Dat merk je aan de intensiteit.” Maar niet aan het spelplezier, lacht de inwoner van Breda. “Voetbal is voor veel jongens bij ons een uitlaatklep. Door dingen die spelen op het werk of thuis, wil je gewoon lekker voetballen en bezig zijn.” Aan de kwaliteit binnen de selectie van Advendo, ligt het in ieder geval niet. “Ik heb zelf in het verleden onder meer tweede klasse gespeeld, en eigenlijk merkte ik geen verschil. Tegenstanders vragen ook vaak: Wat doen jullie zo laag?” En om die vraag dit seizoen te voorkomen, ging El Farissi samen met aanvoerder Rivelino Resort vroegtijdig op zoek naar een nieuwe trainer. “In mei hebben we verschillende gesprekken gevoerd. Het moest iemand zijn met kennis én mentaliteit.”

De keuze viel uiteindelijk dus op Sebastio Muaxambi. Roepnaam Didi. “We hebben bewust gekozen voor een onbekende trainer, maar wel één die de ambitie had om naar de senioren te gaan.” Want met ervaring bij de jeugd, weet Muaxambi volgens El Farissi precies hoe hij met de selectie van Advendo om moet gaan. “Hij neemt geen blad voor de mond en straalt autoriteit uit. Er is weer structuur, intensiteit en je moet op tijd komen.” Een wereld van verschil, merkt de middenvelder. “Het is nu weer hard werken, omschakelen en vechten voor de bal. Dat misten we afgelopen seizoen.”

Familie

En dat is nodig ook, want de doelstelling is duidelijk. “We willen kampioen worden.” Aan vertrouwen, bij El Farissi dus geen gebrek. “Kwaliteit hadden we al, nu hebben we er ook een stukje mentaliteit bijgekregen. Dat heeft ons het juiste duwtje in de rug gegeven. We willen nog steeds allemaal Advendo hogerop helpen.” Al komt dat niet vanzelf, weet ook de voormalig speler van onder meer The Gunners, VVR en JEKA. “Je wint wedstrijden door als beste te verdedigen. Wij verloren wedstrijden door niet hard te werken en alleen maar te willen aanvallen.” Met een aantal ‘harde werkers’ in het elftal erbij, moet dat probleem zijn opgelost, denkt El Farissi. “Daardoor is er nu nog meer een concurrentiestrijd en zijn de trainingen intensiever. Iedereen moet het laten zien.” Ook El Farissi zelf.

Al heeft hij daar over het algemeen weinig moeite mee. “Ik probeer altijd voldoening uit een wedstrijd te halen, door heel veel vieze meters te maken. Om het team te helpen en zodat anderen hun kwaliteit kunnen laten zien.” En als El Farissi zegt veel vieze meters, bedoelt hij ook echt veel vieze meters. “Laatst speelde ik met zo’n tracker, toen had ik veertien kilometer gelopen.” De box-to-box middenvelder zit tijdens zijn tweede seizoen bij de club, dan ook helemaal op zijn plek. “Vorig jaar zijn we met een hele groep, dankzij Rivelino, allemaal naar Advendo gekomen. Ik zocht hiervoor altijd de prikkel om hoger te gaan voetballen, maar daar had ik op een gegeven moment minder plezier in. Daarom wilde ik dat hier graag terugvinden, met jongens die ik ken.” En dat is gelukt. “Het is een stukje betrokkenheid van iedereen. Het zijn gasten waar je samen mee naar school bent geweest, bevriend mee bent, of mee bent opgegroeid. Dat voelt gewoon als familie van elkaar.” Aan een vertrek, dacht El Farissi ondanks de tegenvallende resultaten dan ook niet. “Ik zag de potentie en zie nu het verschil in de trainingen.” Kortom. “Ik zou teleurgesteld zijn als we niet naar die vierde klasse gaan!”

‘Ik was vaak veel te lief in de duels’

0

Met een meer volwassenere ploeg, hoopt Baronie dit seizoen in de Vierde Divisie stabieler te kunnen presteren. Want nadat de club uit Breda vorig jaar vooral tegen de mindere teams punten liet liggen, eindigde het uiteindelijk als zevende. En dat kan beter, denkt Lars de Roos. “We moeten meedoen voor een periode en de top vijf.”

Iets wat er afgelopen seizoen, eigenlijk ook al wel in had gezeten voor Baronie, is de 23-jarige De Roos van mening. “Als je ziet wat we hebben laten liggen. We deden het goed tegen de bovenste ploegen, maar verspeelden vervolgens punten tegen de mindere teams. Daar moeten we proberen meer één lijn in te houden. Dat wisselvallige moet eruit.” En met de ervaren jongens die erbij zijn gekomen, moet dat volgens de inwoner van Breda gaan lukken. “We hebben nu een volwassenere ploeg, dus ik verwacht en hoop dat we het beter gaan doen.”

Ziekenhuis

In zijn inmiddels derde seizoen bij de club, nadat hij ooit begon met voetballen bij Bavel en later het shirt droeg van Kozakken Boys en het Belgische Hoogstraten. Hoe bevalt het tot nu toe op Sportpark De Blauwe Kei? “Ook een beetje wisselvallig. Mede door de verschillende trainers. Ik werd gehaald als centrale verdediger, maar ben daarna op zes gezet. Dat is meer mijn positie.” Ondanks dat De Roos in de jeugd bij Willem II en NAC, eigenlijk altijd verdediger is geweest, vertelt hij. “Ik houd van risico’s nemen, dus op die plek kom ik meer tot mijn recht.” Zeker nu, onder Ad van Seeters. “De trainer vraagt heel veel van ons als middenvelders. We zetten hoog druk, daardoor moet je veel lopen. Dat was ik niet gewend.” Ook niet toen hij over de grens voetbalde, bij het Belgische Zwarte Leeuw. De club die De Roos twee jaar geleden verliet voor Baronie. Sterker nog, daar kende de twintiger de nodige fysieke problemen. “In België heb ik heel veel last gehad van mijn schouders. Eerst schoot bij Hoogstraten mijn linkerschouder door een duw uit de kom, vervolgens gebeurde hetzelfde bij mijn rechter.” Twee operaties volgden. “In totaal zijn mijn schouders misschien wel vijftig keer uit de kom gegaan, dan was op een gegeven moment niet meer te doen…” Toch kon het nog erger. “Na een operatie kreeg ik last van inwendige bloedingen, toen heb ik vijf dagen in het ziekenhuis gelegen.” Inmiddels, is dat alles achter de rug. “Ik heb er nu geen last meer van. Alleen soms nog wat stijfheid, maar dat gaat er niet meer uit.” Angst, heeft De Roos in ieder geval niet. “Als ik aan het voetballen ben, houd ik me zeker niet in!”

Harder zijn

Zijn overstap naar Baronie, heeft dan ook positief voor hem uitgepakt. “In België werd het lastig om aan spelen toe te komen en ik wilde zelf graag weer veel minuten gaan maken. Dus ik was, en ben nog steeds, blij dat ik hier die kans kreeg.” Ook de band met zijn vader Mark, is daardoor een stuk beter geworden. “Hij heeft hier vroeger zelf ook in het eerste gespeeld en komt regelmatig kijken.” Al had het voor De Roos, allemaal ook heel anders kunnen lopen. “Ik heb één jaar in de jeugd van Willem II en vijf jaar bij NAC gespeeld.” Een leerzame periode. “Niet alleen qua voetbal, maar ook qua discipline. En het staat goed op je CV.” Zo vocht De Roos onder meer duels uit met Brian Brobbey, Mohamed Ihattaren en Joshua Zirkzee. En deelde hij de kleedkamer met Bart Verbruggen en Boris van Schuppen. “Die spreek ik nu nog steeds.” Tot een doorbraak in het profvoetbal, kwam het uiteindelijk echter niet. “Tuurlijk is dat altijd een teleurstelling, als je weg moet. Soms kijk ik nog wel eens beelden terug, dan krijg ik het gevoel dat het écht anders had gemoeten. Ik was vaak veel te lief in de duels, moest een stuk harder zijn.” Al speelde een groeiziekte, hem daarbij ook parten, legt hij uit. “Zeker in de jeugd, was ik niet zo groot. Nu gaat dat, door het slikken van medicatie, gelukkig goed.” Na zijn vertrek bij NAC, De Roos was destijds vijftien, kwam hij bij Bavel in het eerste terecht. “Ik maakte al snel mijn debuut en uiteindelijk is dat wel goed voor me geweest. Om van de jeugd naar de mannen te gaan.” Want aan kwaliteit, nog altijd geen gebrek. “Iemand met een goede pass, dribbel en inzicht. Ik neem graag risico en zoek altijd de voetballende oplossing.” Een typische zes dus. Die nog altijd barst van de ambitie. “Een BVO zal het niet meer worden, maar ik wil nog steeds een stap hogerop. Om te kijken wat het hoogst haalbare is.” Wellicht, opnieuw in het buitenland. “België of verder. Ik kon al eens naar Malta. Een nieuw avontuur, zou ik heel leuk vinden!”

Klik op Baronie voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Baronie voor meer informatie over de club.

‘Zeelandia Middelburg moet gewoon vol voor de titel gaan’

0

MIDDELBURG – Voor Joost de Kubber (33) is dit alweer zijn zestiende seizoen bij de senioren. En voor de tweede keer is hij teruggekeerd op het oude nest bij Zeelandia Middelburg. Over het doel wat hij voor ogen heeft is hij glashelder: ‘Zeelandia moet gewoon vol voor de titel gaan. Deze club hoort gewoon op een hoger niveau actief te zijn.’

In de jeugd speelde de verdediger een tijd bij JVOZ en kwam in 2010 in het eerste van Zeelandia Middelburg terecht. Later speelde hij in de goede tijd voor VC Vlissingen. “Daar werd ik kampioen in de eerste klasse en speelden we twee jaar hoofdklasse. Daarna ben ik vier seizoenen weer bij Zeelandia actief geweest in stapte ik na het covidseizoen over naar Oostkapelle. Dat avontuur duurde, ook weer door een afgebroken seizoen, slechts drie competitieduels.”

Na Oostkapelle vertrok De Kubber naar Brabant waar hij twee seizoenen speelde bij SC Kruisland om toen in de Rotterdamse regio, waar hij ook woonachtig is en werkt, te gaan voetballen bij Meeuwenplaat en TAC’90. “Toen had ik voor mezelf eigenlijk het besluit genomen om te stoppen met voetballen. De lol was er een beetje vanaf. Maar toen ging ik kijken bij Middelburg – RCS en kwam ik in gesprek met wat mensen. Die polsten of ik niet weer wilde terugkeren, mede omdat ook andere jongens zoals Milton en Renzo Roemeratoe zouden komen. Daar heb ik over nagedacht en ben ik gesprek gegaan. Ik woon inmiddels in Barendrecht en dat is dus een flink stuk rijden. Daarvoor hebben we een goede oplossing gevonden en zodoende speel ik weer op Veerse Poort.”

Een belangrijke doorslag gaf het gesprek met verenigingsmanager Freek van der Maas en trainer Kevin Hollander. “We hebben afgesproken dat ik gedurende het seizoen één keer train bij Zeelandia en voor het andere trainingsmoment op zoek ga naar een passende oplossing bij mij in de buurt. Smitshoek is dan misschien één van de mogelijkheden. Maar moe we dat exact gaan invullen dat moeten we nog verder in vorm gieten. Maar voorlopig gaat het prima zoals we het nu hebben geregeld.”

De Kubber, die zowel als centrale verdediger en als controlerende middenvelder uit de voeten kan, heeft het uitstekend naar zijn zin. “We hebben een groep met wat ervaren gasten. Verder loopt er heel veel talent rond in de jeugd en in onze selectie. Er waait een nieuwe, frisse wind. We zijn de grootste club van Zeeland en als je dan ziet dat we slechts derde klasse spelen…. Dat kan in mijn ogen echt niet. Daar moet iedereen zich van bewust zijn dat Zeelandia Middelburg absoluut de weg naar boven moet inzetten. Dat zijn we min of meer verplicht als je kijkt naar de omvang van de club én de potentie die er aanwezig is.”

Zelf heeft hij als doel gesteld om mee te helpen de club weer omhoog te brengen. “Ik vind dat Middelburg de beste club van Walcheren zou moeten zijn en dat is nu niet zo. Clubs als VCK, Walcheren en SVOD’22 spelen allemaal hoger, wat niet zo moeten mogen vind ik. Middelburg moet zich daarmee minimaal kunnen meten. Al is dat makkelijker gezegd dan gerealiseerd. We zullen altijd de te kloppen ploeg zijn en daar moeten we mee leren omgaan. Maar het vertrouwen uitstralen en de drive hebben om elke week het maximale eruit te halen is noodzaak. Daarin moeten de ervaren gasten het voortouw nemen en dat is een opdracht waar ik niet voor wegloop.”

“Als we erin slagen om alle kikkers gemotiveerd en in de kruiwagen te houden, dan zie ik de toekomst van de club positief tegemoet. En wanneer we, gezien de kwaliteit die we hebben, geen kampioen worden of promoveren dit seizoen dan hebben we ons als ploeg tekort gedaan en hebben we gefaald.”

Klik op Zeelandia Middelburg voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Zeelandia Middelburg voor meer informatie over de club.

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Ontvang nu ook maandelijkse het laatste nieuws uit het amateurvoetbal in jouw regio.