Home Blog Pagina 124

‘Als speler dacht ik al veel na over het spelletje’

Bezig aan zijn eerste seizoen als hoofdtrainer, leert Leroy de Visser steeds een beetje meer over zichzelf. Maar gelukkig loopt de ambitieuze jongeling daar bij vierdeklasser Zwartewaal niet voor weg. En dus zit hij voorlopig prima op zijn plek. “Er zijn genoeg mensen die me af en toe een spiegel voorhouden.”

Dat de 31-jarige De Visser blij is met de kans die ze hem bij Zwartewaal hebben geboden, is dan ook een understatement. “Het is echt een vereniging. Klein, maar wel met bepaalde belangen. Dat past bij mij. De cultuur zie je terug in de club”, vertelt hij. “Het is veel meer dan alleen voetballen, het is bijna een soort plaatselijke kroeg. Waar mensen elkaar ontmoeten. Het is leuk om juist daar, als trainer in te stappen. Dat verenigingsleven, vind ik fijn.” En dus laat de inwoner van Hellevoetsluis zich onderdompelen. “Als je snapt hoe de clubcultuur werkt, kun je beter beslissingen maken.”

Zelfreflectie

Beslissingen die De Visser sinds dit seizoen dus helemaal zelf maakt. Op eigen benen. “Ik ben eerder wel assistent geweest, maar dit is toch anders. Je leert dingen over jezelf. Hoe je handelt of met spelers omgaat. Soms maak je de goede keuze, soms mis je de boot. Dingen waarvan ik wist dat ze zouden gaan gebeuren.” Maar voor hem het belangrijkste: “Hoe ga je daarmee om? Volgens mij sta ik wel met zelfreflectie binnen de club. En anders zijn er wel mensen die me adviseren en een spiegel voorhouden.”

De Visser, zelf oud-speler van Nieuwenhoorn, weet het nog goed. “Vorig jaar, rond januari of februari, zag ik de vacature. Toen heb ik gesolliciteerd en vervolgens mocht ik op gesprek komen. Het gevoel was meteen goed.”

Want de ambitie om trainer te worden, zat er bij het voetbaldier al vroeg in. “Je kiest deze hobby, dan weet je dat het veel tijd kost. Maar daarom is het juist hartstikke leuk om te doen. Met die jongens bezig zijn, ze beter maken.” Bij een club waar het eigenlijk nooit niet gezellig is. “Er zijn altijd mensen, ook na de wedstrijd.” Al willen die mensen natuurlijk ook wel goed voetbal zien. “Voor het seizoen hebben we gezegd dat we bij de eerste vijf willen eindigen en meedoen voor een periode. We staan nu vierde, maar alles zit nog dicht op elkaar. Dat is ook het leuke van deze competitie, iedereen kan van elkaar winnen.”

Waar De Visser, die ondertussen ook nog de docentenopleiding binnen de KNVB volgt, tot nu toe het meeste trots op is? “Dat het ons lukt om er iedere wedstrijd het beste van de te maken. En dat terwijl we nog geen drie duels achter elkaar met dezelfde groep hebben kunnen spelen.”

Luisteren

Dus is het soms schakelen, voor de ambitieuze oefenmeester. “We begonnen in een 1433 en met het idee om hoog op het veld de bal af te pakken. Na verloop van tijd kwamen we erachter dat we beter wat lager konden gaan staan. Later zijn we ook naar een systeem met twee spitsen gegaan.”

Een mooie leerschool voor de beginnend trainer, die op zijn 26ste al zijn UEFA B haalde. “Als jongens zich daar prettiger bij voelen, doe je concessies. Ik probeer altijd naar mijn spelers te luisteren.” Want over zijn visie, is hij duidelijk. “Het liefste verover ik zo snel mogelijk de bal, dat vind ik zelf het leukste om naar te kijken. Daarmee dwing je iets af.” Maar, voegt De visser meteen toe. “De ploeg vindt het juist soms fijn om de bal bij de tegenstander te laten. Daarom doen we nu een beetje van beiden. Dat heeft goed gewerkt.” En aan de bal? “Willen we zo snel mogelijk bij die goal komen. Kan ook met een lange bal, dat maakt niet uit. Als het maar efficiënt is.”

Misschien wel ingegeven, door zijn eigen manier van voetballen, lacht hij. “Een luie spits! Ik heb nooit echt op hoog niveau gevoetbald, maar vond het wel heel leuk. Vorig jaar zat ik nog in een vriendenteam, tegen jongens die wel heel goed konden voetballen. Dat vond ik dan echt interessant. Als speler dacht ik ook al veel na over het spelletje.”

Enthousiasme

En dus koos De Visser snel voor het trainersvak. Niet gek, gezien zijn werk als docent Lichamelijke Opvoeding. “Met de jongens die wat ouder zijn, kan ik echt dieper over voetbal praten. De jongere gasten zijn nog wat speels. Soms sta ik tussen de groep, dan weer erbuiten. Uiteindelijk is het hun feestje.”

Ook tijdens de training. “Op het trainingsveld ben ik behoorlijk aanwezig. Vooral uit enthousiasme. Na een mooie goal of dingen die lukken, blijer kun je mij niet maken. Dan ben ik echt mezelf.” Geïnspireerd door Alex Ferguson, Louis van Gaal (“Daar kan ik echt van genieten op tv”) en Pep Guardiola, blijft De Visser het trainerswereldje voor zichzelf verder ontdekken. “Dit bevalt heel goed, maar ik vind het ook leuk om met jeugd om te gaan. Dat wil ik de komende jaren de tijd geven. En ooit wil ik richting UEFA A gaan. Ik ben vooral benieuwd hoe ver ik kan komen!”

Klik op vv Zwartewaal voor de laatste artikelen over de club.
Klik op vv Zwartewaal voor meer informatie over de club.

‘Dan begin je er anders naar te kijken’

Een jaar of zes geleden hielp hij bij de JO9-2 van Hekelingen ‘gewoon een vriend uit de brand’. Maar inmiddels is Roy van der Meijden bij de club uitgegroeid tot een vast gezicht als het om jeugdtrainers gaat. En als eindverantwoordelijke van de JO17, gaat hem dat meer dan goed af. “Het is ontzettend leuk om anderen iets bij te leren.”

Al was het ook wel lekker, om even winterstop te hebben, lacht de pas 23-jarige trainer. “Dat merkte je bij de jongens zelf ook, dan is de concentratie en spanningsboog gewoon weg.” Opgeladen en wel, kijkt Van der Meijden vol enthousiasme uit naar het restant van het seizoen. “We spelen hoofdklasse, dan wordt er naast plezier, ook een bepaalde prestatie verwacht.” Bij toch wel ‘zijn club’. “Ik voetbal hier vanaf mijn vijfde. De complete jeugd doorlopen en nu in het derde, als vriendenteam.” Zijn positie? “Heel vroeger begonnen als keeper, daarna spits en ondertussen sinds elf jaar verdediger. Ik ben nogal lang, dan krijg je dat.”

Gebruiksaanwijzing

Gelukkig is Van der Meijden als trainer een stuk meer honkvast. “Dit is mijn vijfde seizoen als jeugdtrainer. Dat begon met het helpen bij de JO9-2 en een jaar later de selectie van de JO15. Daarna stond ik op eigen benen en ben ik met deze groep meegegaan. Tot nu JO17.” Een flinke uitdaging, zo weet hij. “Sinds ik hoofdtrainer ben, wil ik iedere speler even lang laten spelen. Dan moet je af en toe keuzes maken. Maar aan het einde van het seizoen, moet iedereen gelijk staan.” Gelukkig kent hij zijn spelers, inmiddels door en door. “Ik was eerst clubscheidsrechter, dus ik floot ze al toen die jongens nog in ‘de E’ zaten. Ze hebben allemaal hun eigen gebruiksaanwijzing, dus inmiddels weet ik wel wat werkt.”

En dat is maar goed ook, vertelt Van der Meijden. “De helft zit al bij elkaar vanaf de voetbalschool. Veel jongens zitten natuurlijk ook bij elkaar op school. Het is een groep die, helaas soms iets te, van lachen, gieren en brullen houdt. Dat het pubers zijn, maakt het soms ook niet makkelijker.” Maar, voegt de inwoner van Spijkenisse meteen trots toe: “Het is ook een team dat heel hard voor elkaar wil knokken. Zo hebben we al vaak in de laatste minuten toch nog punten gepakt.”

Aan hem de taak, om dat allemaal een beetje bij elkaar te houden. Ook als het een keertje niet loopt. “Teamproces en plezier zijn uiteindelijk het belangrijkste. Je kunt slecht spelen en 3-0 winnen. Maar ook verliezen en toch goede dingen hebben gezien. Dan kan je net zo goed positief zijn.” Die wijze les leerde Van der Meijden van Guy Duijm, zijn huidige assistent en tevens assistent van HBSS 1. “Daarin was hij, zeker in het begin, heel belangrijk voor mij. Op een gegeven moment begin je er dan zelf ook anders naar te gaan kijken.”

Senioren

Want na vier jaar met deze groep, hebben de talenten van Hekelingen natuurlijk wel stappen gezet. “Ze zijn volwassener geworden en kunnen nu beter omgaan met verantwoordelijkheden. In de JO15 ging het contact vaak nog via de ouders, nu kunnen ze dat beetje bij beetje zelf gaan doen.”

Maar ook op het veld, ziet Van der Meijden de nodige vooruitgang. “In mijn eerste jaar moesten we het echt hebben van individuele kwaliteiten, met twee krachtige en snelle spitsen. Nu spelen we ook veel beter samen als team. Dat is een mooie leercurve.” Gebouwd op een stevige fundering. “Eerst moet je het verdedigend goed op orde hebben. Als de basis er is, kun je verder bouwen.” Hoe hij dat doet? “Tijdens trainingen wedstrijdgericht bezig zijn. Bijvoorbeeld door daar in een partij twintig minuten de nadruk op te leggen.”

Allemaal, om die jongens zo veel mogelijk bij te leren. Want dat blijft toch het leukste. “Als je dat terugziet op zaterdag, geeft dat heel veel voldoening.” Naast het onderlinge contact. “Twee seizoenen geleden heb ik een keer de O23 gedaan, daar word ik nu nog steeds door spelers op aangesproken. Dat is gaaf! Daar heb ik ook hard voor gewerkt, om die geloofwaardigheid te creëren.” Gericht op de toekomst. “Ik zou het heel mooi vinden om nu als assistent die stap naar de senioren te maken. Vorig jaar heb ik mijn UEFA C gehaald en ik zou graag door willen stromen naar UEFA B.” Want uiteindelijk, liggen daar zijn ambities. “Later seniorentrainer worden, dat is mijn doel. Maar eerst vlieguren maken!”

Klik op vv Hekelingen voor de laatste artikelen over de club.
Klik op vv Hekelingen voor meer informatie over de club.

 

‘Je leert ook weer dingen van elkaar’

De één komt pas net kijken, terwijl de ander barst van de ervaring. Toch spelen Juul Seuren (17) en Romona Postma (35) sinds dit seizoen bij Zuidland in hetzelfde team. En dat is als jongste én oudste binnen Vrouwen 2, best bijzonder. “Soms merk je wel dat je in een andere levensfase zit.”

Want vooral voor Seuren, is haar eerste seizoen bij Zuidland één grote ontdekkingstocht. In de zomer kwam ze over van GHVV’13. “Ik heb vanaf mijn zesde bij de jongens gevoetbald, tot de JO19. Toen hoorde ik dat ze hier veel meer mogelijkheden hadden voor dames.” Die mededeling kwam voor haar als geroepen. “Het werd fysiek ook wat heftig. En ik voelde me toch een beetje alleen, ook in de kleedkamer. Nu natuurlijk niet meer!” Sterker nog. “Het is super fijn! Ik werd ook door iedereen meteen goed opgevangen.” Onder andere door Postma, die al langere tijd bij de club zit. “Dit is mijn zesde seizoen! Hiervoor zat ik bij Botlek.”

Tijd en energie

Daarna wilde ze eigenlijk stoppen met voetbal, maar dankzij een paar vriendinnen, deed de ‘nummer 6’ dat uiteindelijk niet. “De chemie met de meiden, is gewoon leuk. Daarnaast is alles goed geregeld.” Met dank aan Hans Schelvis, trainer van Vrouwen 2 en coördinator van het vrouwenvoetbal. “Die verdient echt de credits! Hij steekt er zoveel tijd en energie in. Van trainers, tot kleding. Daar mogen we bij Zuidland echt onze handen mee dichtknijpen.” Al was dat ooit wel eens anders, lacht Postma. “Eerst vond ik hem een beetje vervelend, omdat hij overal bij ons meiden liep weg te trekken. Nu snap ik het! Hij is daardoor een enorme kracht voor de vereniging.”

Ook in het geval van Seuren, begint de jongste van de twee te lachen. “Ik was samen met mijn moeder naar de club gereden, daar was niemand, behalve een vader met zijn twee kinderen. Die waren aan het voetballen in de pannakooi. Van hem heb ik toen het nummer van Hans gekregen. Zo hebben we het uiteindelijk geregeld.” En dat bevalt tot nu toe uitstekend. “Iedereen is heel fanatiek en wil winnen, zo ben ik ook.” Als jongste van het team, dus. “Eigenlijk merk ik daar niet veel van. Je zou het denk ik ook niet zeggen.” Want om eerlijk te zijn, weet Seuren niet beter. “Ik wilde vroeger als klein meisje al op voetbal. Mijn vader dacht vast dat het maar ‘even’ zou zijn, iedere zaterdagochtend zo vroeg…”

Dat bleek het dus absoluut niet. “Een teamsport is gewoon gezellig. Daardoor blijft het heel leuk.” Ook buiten het veld, vertelt de snelle rechtshalf. “We doen heel veel uitjes samen. Zo zijn we een keer gaan padellen, maar ook gourmetten.” En dus heeft de inwoonster van Geervliet het uitstekend naar haar zin, mede dankzij haar teamgenoot. “Romona is onze aanvoerder, kan heel goed aanwijzingen geven en helpt mij heel erg. Daarnaast heeft ze een goede conditie, dus kan blijven lopen!”

Teamgevoel

Postma, die op haar veertiende begon bij Hekelingen, herkent zich daar wel in. “Ik moet het vooral hebben van hard werken en veel inzet. Met fanatisme mensen meekrijgen, ik ben niet het voetbaltalent van ons team.” Met die instelling past ze juist uitstekend binnen datzelfde team. “Het is een goede combinatie van presteren en gezelligheid. Veel meiden zijn ook buiten de voetbal bevriend. En na de wedstrijd, blijven er steeds meer hangen.” Toch zijn ze soms ook kritisch op elkaar. “We willen natuurlijk wel winnen.” De sfeer is volgens haar in de afgelopen jaren dan ook enorm verbeterd. Precies wat het voor Postma juist zo leuk maakt. “Op trainingen is er genoeg ruimte voor lol. Het sociale aspect vind ik heel belangrijk. Echt dat teamgevoel. Daarnaast is het een stok achter de deur, om sportief bezig te zijn.”

Met dus ook de nodige meiden die wat jonger dan haar zijn. “Soms merk je wel dat je in een andere levensfase zit, maar daardoor leer je ook weer van elkaar. In het enthousiasme, sportieve of vriendinnen zijn.” Wel als verdedigende middenvelder, zo vertelt ze. “Dat is de plek waar ik het liefste speel. In de aanval is een drama, daar moet je mij echt niet zetten.” Gelukkig hebben ze daar Seuren dan weer voor. “Juul is pas net in ons team, maar dat merk je eigenlijk niet. Altijd vrolijk, heel sociaal en makkelijk in de groep. In het veld is ze heel gevaarlijk met haar snelheid en blijft ze maar gaan. Die stopt niet. Ik zie in haar dan ook een stukje toekomst voor Zuidland. Ze heeft echt de kwaliteiten om in het eerste te spelen. Al kan ze nu bij ons ook nog veel leren.” Alleen zal dat niet heel lang meer samen met Postma zijn. “Hierna nog hooguit één seizoen!”

Klik op VV Zuidland voor de laatste artikelen over de club.
Klik op VV Zuidland voor meer informatie over de club.

 

Van spelen tegen Ajax naar de vierde klasse

Na jaren in het profvoetbal, belandde Jordy van der Winden (29) aan het begin van dit seizoen bij Botlek in de vierde klasse. Een totaal andere wereld, maar wel één waar de oud-verdediger van FC Den Bosch en FC Utrecht zich op zijn plek voelt. “Een beetje alsof je een tweede huisje hebt.”

Wie dat een jaar of zes geleden tegen Van der Winden als speler van Den Bosch had gezegd, was waarschijnlijk vreemd aangekeken. Ook door hem. “Het seizoen voordat ik geblesseerd raakte, was ik eigenlijk bezig om mezelf in de kijker te spelen. Als ik mijn spel zag toen…” Bezig om er meer uit te halen. “Zonder die (kruisband)blessures, had er ook meer ingezeten. Nu was dit het maximale.” Want dat de inwoner van Spijkenisse, die het uiteindelijk tien jaar volhield in het profwereldje, pech had met blessures, is een understatement. “Drie keer aan mijn knie. Vier operaties in vijf jaar.”

Praatje maken

En dus streek Van der Winden deze zomer neer bij Botlek. Van spelen tegen Ajax, naar voetballen in de vierde klasse. “Dat was wel even wennen! Het niet meer elke dag moeten en jongens die gewoon echt voor de gezelligheid komen trainen.” Maar, zo vertelt hij. “Als er hier dingen geregeld moeten worden, doen ze dat. Broodjes en fruit voor de wedstrijd, dat maakt het toch wedstrijdecht.” Bij een warme club, waar Van der Winden meer dan goed op zijn plek zit. “Vanaf minuut één voel ik me welkom. Lekker in de buurt, op het fietsje. Ik wilde gewoon even van dat moeten af, dat is gelukt!”

Sterker nog. “Ik had niet verwacht dat Botlek zo warm zou zijn én als thuis zou voelen.” Reden om flink zijn steentje bij te dragen. “Het is leuk om op mijn eigen manier met die jongens bezig te zijn. Gewoon door een praatje te maken. Waarom maak je die keuze? Had je het ook niet zo kunnen doen? Dan krijgen ze toch een besefmomentje en gaan ze er hopelijk zelf over nadenken.” Want het voetbalgogme, is er volgens Van der Winden echt wel. “En ook het niveau is vrij aardig. We kunnen best wel lekker positiespel spelen.”

Al zit dat er voor de linkspoot zelf, voorlopig opnieuw even niet in. “Fysiek gaat het minder, ik heb toch weer een terugslag gehad.” Wederom dus die knie. Zijn ‘slechte’ knie. “Van mijn verkeerde been. Met de ene heb ik nooit wat, met die ander altijd. Ik merk nu gewoon dat er slijtage zit, het is allemaal wat gevoeliger.” Ook thuis. “Alles gaat wat langzamer, je bent toch heel voorzichtig.”

Flinke klap

Desondanks speelde Van der Winden dit seizoen een wedstrijd of negen én dus valt het wat dat betreft allesbehalve tegen. Over de resultaten, is de voormalig prof iets minder tevreden. “Er zit veel meer in dan die negende plek. Het enige wat we nu kunnen doen, is ons revancheren.” De lat, legt hij voor de huidige vierdeklasser dan ook hoog. “Onze doelstelling is minimaal nacompetitie. Ik verwacht dat dat gaat lukken.”

Toch is het niet makkelijk, heeft Van der Winden gemerkt. “Clubs zijn tegen ons als degradant, gebrand om goed te spelen. We hebben best veel nieuwe jongens en een jonge groep, dan is het soms in die laatste tien minuten even op je tanden bijten en scherp blijven. Daar krijgen we nog te veel goals tegen.” De centrale verdediger kan het met al zijn ervaring natuurlijk weten. “Ik kijk hartstikke positief terug op mijn jaren in het profvoetbal. Het is alleen zonde dat het op zo’n manier abrupt tot een einde moest komen.”

En dat maakt het voor hem nog steeds wel eens lastig. “Het is topsport, dan kun je met zo’n knie, als je al negen maanden aan het sukkelen bent, niet iets anders verwachten. Tuurlijk had ik graag nog een jaar doorgewild, maar fysiek ging het niet meer.” Een flinke klap, herinnert hij. “De mensen om mij heen, hebben mij toen wel geholpen om een beetje op de been te blijven.” Ook zijn werk als boekhouder, hielp hem daar goed bij. “Toch mis ik het profvoetbal ontzettend. Elke dag voetballen en met die jongens bezig zijn, met elkaar ouwehoeren. Dat is een jongensdroom.”

Al is het gras, ook niet altijd groener aan de overkant, vertelt hij. “Veel weg en de weekenden zijn karig. Dat heb je er allemaal voor over, omdat het zo leuk is.” Maar dat is wat hij nu doet, ook. “Ik heb het bij Utrecht en Den Bosch naar mijn zin gehad, en nu bij Botlek ook. Dus wat dat betreft is de cirkel rond.” Nu alleen nog fit worden. “Over een paar weken hoop ik weer groen licht te krijgen!”

Klik op SC Botlek voor de laatste artikelen over de club.
Klik op SC Botlek voor meer informatie over de club.

‘We willen het voor iedereen leuk maken’

Om de club te helpen, keerde Jeffrey Hermsen een aantal jaar geleden terug in het eerste. Op zoek naar een reservekeeper voor de selectie, wilde hij FC Vlotbrug wel uit de brand helpen. Tegenwoordig doet de vrijwilliger dat als jeugdvoorzitter én trainer niet meer alleen op, maar ook buiten het veld. “Het is leuk om de ontwikkeling en het plezier van die kinderen te zien.”

Sinds september nieuw in het bestuur, voegde de 32-jarige Hermsen aan het begin van dit seizoen een nieuw hoofdstuk toe aan zijn avontuur bij FC Vlotbrug. Want dat zijn boek inmiddels flink wat bladzijdes telt, dat mag duidelijk zijn. “Ik heb hier vanaf mijn vijfde de volledige jeugd doorlopen en belandde op mijn zestiende in de selectie.” Vervolgens keepte hij voornamelijk in het tweede. Toch maakte hij niet heel lang geleden, zijn competitiedebuut bij het eerste. “Op mijn 27ste! Om de club te helpen.” Tegenwoordig speelt de inwoner van Hellevoetsluis bij het vierde, in een vriendenelftal. “Met jongens waar ik al heel lang mee voetbal.”

Met elkaar

Heel gek is dat laatste, gezien zijn band met de club dan ook niet. “De mensen daar, het is één grote familie. Iedereen kent elkaar. Het is gewoon een mooie vereniging. De binding en men doet alles op vrijwillige basis.” Zo ook Hermsen zelf dus. “Ik heb allerlei dingen gedaan. Mijn vader was barmedewerker, op die manier is het eigenlijk een beetje begonnen. Nu geef ik training aan de JO8, het team van mijn zevenjarige zoon. En ik fluit wedstrijdjes.”

Of zoals de keeper het zelf met enig gevoel voor humor zegt. “Dan kom je in een groepje vrijwilligers terecht en doe je te veel binnen zo’n vereniging. Eigenlijk kom je er dan niet meer van af.” En dus werd Hermsen in september van vorig jaar, ook nog jeugdvoorzitter bij FC Vlotbrug. “Samen met andere enthousiaste jeugdbestuursleden proberen we alles op te pakken binnen het jeugdvoetbal. De TJC zorgt daarin voor het aanstellen en aansturen van onze jeugdtrainers. Maar ik heb daar natuurlijk ook wel gesprekken mee. Net als met de ouders. Het is heel interessant om te zien wat er allemaal binnen de club gebeurt.”

Zoals ook een stukje begeleiding. “Trainers kunnen via ons en de KNVB, hun papieren halen. Bijvoorbeeld een pupillencursus. Vaak zijn het toch ouders, die willen we helpen.” Want Hermsen weet als geen ander, hoe moeilijk het soms is. “We zijn groeiende, hebben een hoop teams, dus is het wel eens lastig om trainers te vinden. Daar loop je tegenaan. We moeten het met elkaar doen, gelukkig gaat dat nog goed!”

Plezier

Mede dus ook een klein beetje dankzij hem. “Ik ben zelf selectiespeler geweest en kom hier al van kleins af aan. Aanwas vanuit de vereniging is ontzettend belangrijk. Je bent er veel tijd aan kwijt, maar als je dan de ontwikkeling van de kinderen ziet… Dat is hartstikke leuk.” Ook als jeugdtrainer, van de JO8 dus. “Dit groepje heb ik al vanaf de Kabouters. Je begint bij de basis, daarna ga je het steeds een beetje uitbreiden. Maar vooral het plezier staat bij onze vereniging voorop.”

Daar doen ze bij FC Vlotbrug dan ook alles aan. “We organiseren allerlei activiteiten en toernooien, om het voor iedereen leuk te maken. Daar ligt voor mij als jeugdvoorzitter, natuurlijk ook een belangrijke taak.” En voorlopig, werpt dat zijn vruchten af. “Als club zijn we nog steeds groeiende. Zeker in de onderbouw, hebben we een aardig aantal teams. In totaal hebben we er maar liefst 24. Daar zijn we hartstikke blij mee.”

Dus valt er veel te besturen, zegt Hermsen lachend. “Heel uitdagend, maar daardoor tot nu toe ook alleen maar leuk. Ik haal er veel voldoening uit.” En dus blijft hij het voorlopig allemaal nog wel even doen. “Ik zit inmiddels al 27 jaar bij de club, het is gewoon onderdeel van mijn leven!”

Klik op FC Vlotbrug voor de laatste artikelen over de club.
Klik op FC Vlotbrug voor meer informatie over de club.

OVV heeft eindelijk nieuw complex: ‘Dit was mijn kindje’

Als voorzitter van voetbalclub OVV begon Andries Schouten heel wat jaren geleden aan een lang en intensief traject. Het doel? Een flinke verbouwing. Tijdens de grote opening op 1 december, bleek het al zijn tijd en energie, meer dan waard. “We hebben nu één van de zuinigste complexen van Nederland.”

Hij mag dan inmiddels afgetreden zijn als voorzitter van de club, betrokken is Schouten (55) nog altijd even goed. Vooral dus tijdens de nieuwbouw van het complex. “Negen jaar geleden zijn we dit traject gestart. Raadsvergaderingen, gesprekken met politieke partijen en de gemeente. Dit was mijn kindje.” En dat kindje werd, na een jaar lang bouwen, begin december eindelijk geboren. “We hadden gehoopt iets eerder klaar te zijn, maar de nattigheid en regen zorgden voor vertraging. Tot die tijd, zaten we in portocabins.”

Niet functioneel

Maar wat is er nou precies allemaal veranderd? Schouten, zelf oud-voetballer van Spijkenisse, legt het maar al te graag uit. “We hebben nu tien ruime kleedkamers, twee meisjeskleedkamers, een ontvangstruimte, vergaderruimte, commissiekamer en een mooie kantine. Daar zit een volledig nieuwe keuken in, met moderne apparatuur.” Op een prachtige locatie. “De kantine staat tussen veld één en twee in, zo heb je altijd perfect zicht. Ook vanuit de bestuurskamer en vanaf het terras.”

En misschien nog wel het belangrijkste: “Alles is nu zeer energiezuinig en duurzaam. Met een warmtepomp, luchtinstallatie en zonnepanelen. We hebben geen gasaansluiting meer.” Een wereld van verschil, vertelt de oud-voorzitter van OVV. “Het pand was gewoon op. In 1965 hebben we zelf ooit de eerste fase gebouwd, daarna is er in de jaren 80 en 2000, nog aangebouwd. Daardoor voldeed het niet meer aan de isolatienormen. Enkel glas, enkele muren, het dak niet geïsoleerd en de riolering was weggezakt. Veel lekkages en het energieverbruik was gigantisch.” Niet logisch én niet functioneel. “Heel veel kleine ruimtes, doordat er steeds weer een stukje aangebouwd was.” Renoveren, bleek geen optie. “Die discussie hebben we natuurlijk ook met de gemeente gevoerd. Maar als de basis slecht is, is dat slechts een tijdelijke oplossing.” De huidige, is dat duidelijk niet. “Hier kunnen we de komende 40 of 50 jaar gebruik van maken.”

Waard geweest

De reacties zijn dan ook lovend. “We hebben nu gewoon weer een pand dat aan de modernste voorwaarden voldoet. Aan het oude gebouw was al tien jaar niks meer gedaan, omdat we toch wisten dat er het één en ander ging gebeuren. Maar daardoor was het wel koud en onveilig.” Zijn inzet, leverde Schouten onlangs een benoeming tot erevoorzitter op. “Een mooie beloning van de leden”, noemt de inwoner van Oostvoorne dat. Makkelijk was het dan ook niet. “Soms maakten we stapjes voorwaarts en veranderde door verkiezingen weer het complete speelveld. Gingen we twee stappen terug.” Een lang proces. Toch is dat het, zo achteraf, allemaal zeker waard geweest. “We hebben als club ook heel duidelijk onze verantwoordelijkheid genomen, bijvoorbeeld door een lening af te sluiten bij de gemeente. Als eigenaar van het pand, moesten we ze zien te overtuigen van de noodzaak van nieuwbouw. Dat kostte heel veel tijd en energie. De negatieve dingen vergeet je. Nu is er alleen maar blijdschap om het feit dat we iets moois hebben gekregen.”

Dankbaar

Bij de club waar Schouten naast jeugdcoördinator en lid van de technische commissie, dus jarenlang voorzitter is geweest. “Dat was een mooie periode. Met meerdere kampioenschappen, ons 100-jarig jubileum en de overstap naar de zaterdag. Maar natuurlijk ook het nieuwe kunstgras.” En een club met fijne collega’s. “Eén waar het goed te doen is om vrijwilligers te vinden. Een fijne sfeer, echt dat dorpsgevoel. Mensen willen er voor elkaar zijn.”

Met de nieuwbouw als mooie afsluiting. “Ik ben blij hoe het allemaal is verlopen. Nu is het tijd voor vernieuwing onder een andere voorzitter.” Al zijn ze nog niet helemaal van hem af. “Op de achtergrond ben ik altijd beschikbaar om mijn steentje bij te dragen, maar wel op gepaste afstand.” Tot slot, wil Schouten nog een aantal mensen bedanken. “De politiek, zonder hen had het niet gerealiseerd kunnen worden. Daar ben ik ze super dankbaar voor! En natuurlijk alle vrijwilligers die een rol hebben gespeeld, bestuurslid Martin Hagers in het bijzonder. Die heeft enorm veel gedaan en is een belangrijke factor geweest. Met zijn benoeming als lid van verdienste, heeft ook hij daar de juiste erkenning voor gekregen!”

Klik op OVV voor de laatste artikelen over de club.
Klik op OVV voor meer informatie over de club.

‘Die speler begin ik weer te worden’

Hij speelde voor Jong RKC Waalwijk, ging op stage bij verschillende profclubs, maar stopte niet veel later met voetballen. Gelukkig heeft Tim van der Lijn het plezier in het spelletje in het shirt van Hellevoetsluis weer helemaal teruggevonden en dus is de linkshalf bezig aan een soort tweede jeugd. “Die speler begin ik weer te worden.”

De flegmatieke linkspoot weet het nog goed. Zo ongeveer rond corona. “Het plezier werd minder en ik kreeg het druk met werk. Eigenlijk lag daar meer de focus op. En we speelden natuurlijk ook geen wedstrijden, het was alleen trainen.” Een combinatie van dus. “Als ik naar de training ging, was dat meer met irritaties dan zin.” De nu 27-jarige Van der Lijn besloot, inmiddels een aantal seizoenen geleden, dan ook te stoppen. Tot zijn vader, trainer bij het tweede van Nieuwenhoorn, hem wist over te halen. “Die bleef aandringen, toen heb ik het daar maar weer opgepakt. In anderhalf jaar, zijn we uiteindelijk twee keer gepromoveerd.”

Fitter

Een mooie tijd en mede daardoor, begon het vlammetje bij Van der Lijn toch weer langzaam te branden. “Ik wilde wel weer in een eerste elftal spelen, maar Nieuwenhoorn vierde divisie, die fitheid had ik nog niet…” Het werd uiteindelijk tweedeklasser Hellevoetsluis. “In het begin was het echt aanpoten, dan heb je wedstrijdminuten nodig. Nu begin ik weer fitter te worden.” En dus voelt hij zich sinds dit seizoen thuis in ‘Hellevoet’. “Met de mensen in het bestuur, de technische staf. Het is een open vereniging en alles staat goed. Met een leuk team.”

En goede prestaties. “Er had nog wel meer dan die vierde plek ingezeten, maar dat zullen vast meer teams zeggen. We zijn snel een groep geworden, iedereen is fit en de trainer fanatiek.” De lat ligt dan ook hoog. “Het doel was wel om bovenin mee te doen. Als we dat vol blijven houden, komen er nog mooie wedstrijden aan.” Ook voor hem. “Ik ben fitter, dus het gaat weer een stuk makkelijker in het veld.” Op zijn favoriete positie. “Als linkshalf. Meer een man van de assists. De hoeken induiken, box-to-box en voor de goal komen. Zo’n speler was ik én begin ik weer te worden. Goed in de combinatie, een goede voorzet en snel als ik eenmaal op gang ben.”

In een team dat zich steeds meer begint te vormen. “Het is een heel nieuwe ploeg. Voetballend zijn we enorm vooruitgegaan. Soms vergeten we nog wel eens dat we gewoon lekker moeten gaan voetballen. Bij vlagen ziet het er echt goed uit. En we scoren makkelijk.”

Geen succes

Het is voor Van der Lijn een nieuw hoofdstuk, in een toch al flink volgeschreven boek. “In de jeugd speelde ik altijd bij Spijkenisse, via Nieuwenhoorn, ben ik toen bij Jong RKC beland.” Een bijzondere periode, herinnert hij. “Na een aantal testwedstrijden, mocht ik komen. Zat ik daar, op een appartementje.” Een mooie kans, zou je zeggen. “Wat een beetje jammer was, de mensen die mij hadden gehaald, gingen dat seizoen weg. En mijn concurrent op mijn positie, was verder dan ik.”

Verder dan wat invalbeurtjes bij de beloftes en wedstrijden voor de A1, kwam Van der Lijn dan ook niet. “Aan het einde van het jaar wilden ze niet verder. Daarna heb ik nog wel stages gehad bij Sparta en Cambuur, maar dat werd niks. Toen ben ik weer lekker naar een amateurclub gegaan.” Al werd Spijkenisse vervolgens ook niet echt een succesverhaal. “Na drie duels scheurde ik mijn kruisband. Eerst vier maanden opgetraind, maar bij de eerste wedstrijd zakte ik weer door die knie. Moest ik toch opereren, daarna waren we tien maanden verder.” Wat invalbeurtjes later, besloot Van der Lijn voor zijn geluk bij Nieuwenhoorn te gaan. “Ik wilde weer lekker minuten maken.”

Gevoelig

De afsluiting van een gedenkwaardige periode. “RKC was echt een leuke tijd! De hele week bezig zijn met voetbal. Twee keer per dag trainen en alles was goed geregeld. Had ik profvoetballer kunnen worden? Aan de ene kant wel, al zat het qua blessures ook niet echt mee. Misschien als ik er nog meer voor had gedaan, maar ik hield ook wel van stappen en doen.” Heel groot, was de teleurstelling toentertijd dan ook niet. “Het was ook wel weer lekker om gewoon terug naar huis te gaan. Ik was zeventien jaar…”

Zijn tweede jeugd bracht hem dit jaar uiteindelijk dus bij Hellevoetsluis. Lag die overstap van Nieuwenhoorn nog gevoelig? “Dat valt tegenwoordig wel mee, vooral bij de oudere garde speelt dat nog. De meesten begrepen het gelukkig goed.” En dus ligt de focus van de Expediteur weer lekker op het veld. “Ik vind het hier prima zo, hoef niet per se naar een andere club om hoger te spelen. Ons doel is om een periode te pakken en bovenin mee te draaien. Als dat lukt, ben ik blij!”

Klik op vv Hellevoetsluis voor de laatste artikelen over de club.
Klik op vv Hellevoetsluis voor meer informatie over de club. 

Erwin Berns is er voor de jeugd én senioren

Scheidsrechters regelen, kleedkamers indelen en op die manier alle wedstrijden in goede banen leiden. Het werk als wedstrijdsecretaris bij Hellevoetsluis is vrij breed. Maar gelukkig zijn de taken netjes verdeeld, aldus Erwin Berns. “Ik haal er veel voldoening uit, als alles weer goed verlopen is.”

En met alles, bedoelt de 50-jarige Berns eigenlijk ook wel echt alles. Want sinds november, is hij als wedstrijdsecretaris verantwoordelijk voor de jeugd én de senioren. “In oktober 2022 werd ik gevraagd om die functie voor de jongste teams in te vullen, maar we merkten al snel dat die twee toch wel veel met elkaar te maken hadden. Toen hebben we het breder getrokken. Dus sinds november vorig jaar is het eigenlijk gecombineerd.”

Goede band

Logischerwijs zit daar dan ook flink wat regelwerk bij. “Contact met tegenstanders om wedstrijden te verplaatsen, zorgen dat er een scheidsrechter aanwezig is, de velden inplannen en de kleedkamers verdelen. Dat gaat qua tijd met pieken en dalen. Vaak toch wel zo’n vier tot zes uur per week.”

Want vooral het regelen van scheidsrechters, is soms een uitdaging. “Voor de teams vanaf de JO11, deel ik een scheidsrechter in. Dat is soms best lastig. Je bent afhankelijk van mensen die dat vrijwillig doen, dus daar probeer je ook vooral een goede band mee te houden en zuinig op te zijn.” Best een geregel, zo weet Berns inmiddels zelf. “We hebben een vaste groep vrijwilligers, maar je bent er altijd wel even mee bezig. De senioren regelen dat gelukkig zelf.”

Toch bevalt het de inwoner van Hellevoetsluis tot nu toe allemaal prima. “Het is leuk om contact te hebben met andere mensen, van andere verenigingen. Maar ook met de KNVB. Dat verbreedt toch je horizon.” Iets wat Berns in het verleden sowieso al meer dan eens heeft gedaan. “Ik kom zelf oorspronkelijk uit de regio Delft, dus heb daar ook altijd gevoetbald. In 2012 ben ik naar ‘Hellevoet’ verhuisd.”

Leuk team

Toen zijn zoontje zes jaar later lid werd van de plaatselijke voetbalvereniging, begon het balletje in eerste instantie nog niet meteen te rollen. “We hebben ook nog drie jaar in Zuidland gewoond. Hij heeft daar toentertijd gevoetbald en ik was actief als jeugdtrainer. Nu zijn we alweer een tijdje terug. Wat dat betreft heb ik toch de meeste binding met Hellevoetsluis.”

En dat is niet voor niks. “Het is gewoon een gezellige vereniging. Het type mens dat hier ‘rondhobbelt’, spreekt me aan. Daardoor voel ik mij thuis.” Ook een tijdje als trainer van zijn zoontje bij de JO11-2 en de JO11-1. “Daar heb ik inmiddels een stapje terug gedaan, onder andere omdat ik het te druk kreeg als secretaris. Het geeft wat rust, dat ik mij daar niet meer druk om hoef te maken.”

Want als algemeen bestuurslid, heeft Berns genoeg om zich wél druk over te maken. “Het is mooi om op bestuurlijk niveau mee te denken en de club verder te helpen. We hebben binnen het bestuur én de jeugdcommissie, ook een ontzettend leuk team.” Bij de sport, die in zijn hart zit. “Ik heb het natuurlijk zelf altijd gedaan, dan wil je graag iets met voetbal blijven doen. Deze functie leek me wel wat. Dingen organiseren en op die manier een steentje bijdragen.”

Ook richting de toekomst. “Het ontbreekt ons soms een beetje aan ruimte. Met de kleedkamers kom je dan bij het indelen wel eens in de knel. Daardoor heb je vaak dubbele bezetting. Uitbreiding zou dan ook wenselijk zijn.” Met hem zoveel mogelijk langs de lijn. “Juist om die binding te krijgen!”

Klik op vv Hellevoetsluis voor de laatste artikelen over de club.
Klik op vv Hellevoetsluis voor meer informatie over de club.

‘Het was echt niet altijd makkelijk’

Nadat Sandra Terol en Mike Mol in 2013 op aanvraag van het bestuur als coördinatoren van de breedtesport bij Brielle waren begonnen, besloot het tweetal vijf jaar later het jongensvoetbal vaarwel te zeggen en te starten met meidenvoetbal. En met succes. “Maar het was echt niet altijd makkelijk.”

Mol, die samen met Terol de laatste jaren als coördinator ook Vrouwen 1 onder zijn hoede had, vertelt zelf over het hoe en waarom. “Het besluit kwam mede voort uit het feit dat onze dochters elders een plek moesten zoeken om te voetballen, omdat het fysiek te zwaar werd tussen de jongens.” Want, zo herinnert hij zich. “Tot dan toe was er ook nog niet echt behoefte aan meidenvoetbal, omdat de meiden eigenlijk liever in jongensteams wilden blijven voetballen.”

Trots

Maar waar begin je? “Uit eigen ervaring kunnen we inmiddels zeggen dat het niet altijd makkelijk was om te komen waar we nu zijn. Er valt ook nog veel te winnen in vergelijking met het mannenvoetbal”, weet Mol. “Er wordt vaak vergeten hoeveel jaar achterstand we wat dat betreft hebben.” Toch heeft hun plan aardig goed uitgepakt. “Het aanvankelijke beleid, om ieder seizoen een team of elftal te laten groeien en iedereen een plek op niveau te geven is terugkijkend meer dan gelukt!

Soms ook recreatief.” Dankzij alle coördinatoren, trainers, leiders, speelsters en sponsoren, vertelt Mol. “Met een MO11, MO13, MO15, MO17, MO20-1, MO20-2, Vrouwen 1, Vrouwen 30+ en nog behoorlijk veel meiden die bij de jongens voetballen, zijn we heel erg trots op wat we met z’n allen hebben bereikt.” Maar stilzitten, is er nu nog niet bij. “We hopen de komende jaren het meidenvoetbal bij Brielle verder uit te breiden en naar een hoger niveau te tillen.”

Al gaat dat niet vanzelf. “We zoeken nog extra enthousiaste en energie coördinatoren, die dit samen met Conny van der Nol en Natascha Dijkstra willen oppakken.” Beide dames leveren volgens hem al jaren een grote bijdrage aan de ontwikkeling van het vrouwenvoetbal. “En vorig jaar hebben ze Sandra opgevolgd.”

Niet vergelijken

Maar dat zoeken naar nieuwe krachten, blijft een flinke uitdaging, heeft Mol wel gemerkt. “Net als binnen de gehele vereniging, is het best lastig om voldoende vrijwilligers te vinden en een bredere basis te creëren zodat we de groei door kunnen zetten.”

Gelukkig, gaat dat tot nu toe nog altijd goed. “Er zijn ook dit jaar weer nieuwe trainers opgestaan binnen de verschillende damesteams. Bijvoorbeeld bij de MO17, MO15 en MO11.” Tot slot, heeft Mol nog een laatste betoog. “Het is soms jammer dat het mannen- en vrouwenvoetbal continu met elkaar wordt vergeleken. In andere sporten gebeurt dat eigenlijk niet.” Maar, zo vindt hij. “Als je kijkt naar hoe snel het vrouwenvoetbal zich in de top heeft ontwikkeld, dan is dat indrukwekkend. Daar gaan alle niveaus ongetwijfeld van profiteren!”

Klik op vv Brielle voor de laatste artikelen over de club.
Klik op vv Brielle voor mee informatie over de club.

 

 

Even geen hosanna voor Nieuwenhoorn en Corver

Na een seizoen waarin het voor hem én Nieuwenhoorn allemaal hosanna was, draait het dit voetbaljaar een stuk minder bij de vierdedivisionist uit Hellevoetsluis. En dus moet ook middenvelder Luke Corver aan de nieuwe situatie wennen. “Het is lastig als je niet veel speelt, helemaal als je het team graag wilt helpen.”

Want dat ze bij Nieuwenhoorn best wat hulp kunnen gebruiken, mag duidelijk zijn. Met een dertiende plaats, vallen de resultaten in de vierde divisie dit seizoen wat tegen. “En het vervelende is, we hebben niet echt het gevoel gehad dat we zijn weggespeeld”, vertelt de 23-jarige Corver. “Wedstrijden vallen net niet onze kant op, terwijl ze dat vorig jaar wel deden.” Hoe dat komt? “We hebben veel nieuwe jongens, een stuk of elf. Het is lastig om daar meteen een team van te maken.”

Waar zijn ploeg vorig seizoen direct na de promotie nog eindigde als zesde en meestreed voor een periode, knokt het nu dus tegen degradatie. Al maakt Corver zich voorlopig nog niet al te veel zorgen. “Als je niks te vertellen hebt in veel duels, zou je dat wel gaan doen. Maar dat is niet zo. We gaan echt wel weer punten pakken.”

Veerkracht

Met een sterk veranderd elftal dus. Vooral het gemis van de gestopte aanvoerder Delano a Cohen laat zich voelen. “Die was enorm belangrijk voor ons. In zijn coaching en het regelen van dingen. Dat blijkt nu toch lastiger op te lossen.” Maar ook de geblesseerde Melvin Winterberg wordt node gemist. “Hij hielp ons vaak door wedstrijden heen, dat mis je nu gewoon. Die spelers brengen wat extra’s.” Toch heeft Corver nog alle vertrouwen in een goede afloop. Al moeten er in de tweede seizoenshelft dan wel een aantal dingen beter.

“Veerkracht was altijd een ding van ons. Nu zie je dat minder. Koppies gaan sneller hangen. Gelukkig hebben we dat de laatste twee wedstrijden wel weer getoond. Daar moeten we aan vasthouden en op verder bouwen.” Iets waar de inwoner van Dirksland tijdens zijn tweede seizoen bij de club, ook voor zichzelf op hoopt. “Vorig jaar heb ik veel gespeeld, dit seizoen sta ik weinig in de basis. Ik probeer keihard mijn best te doen, maar de kansen zijn gering.”

En dus hoopt Corver de kansen die hij krijgt, met beide handen aan te pakken. “Doordeweeks tijdens trainingen heb ik het hartstikke naar mijn zin, alleen de zaterdag wordt steeds lastiger. Als je weinig speelt, wordt het plezier vanzelf ook minder.” Een nieuwe ervaring, voor de student Integrale Veiligheidskunde aan de Hogeschool in Rotterdam. “Dat heb ik eigenlijk nog nooit echt zo meegemaakt. Dus hopelijk mag ik in de tweede seizoenshelft meer minuten maken.”

Vriendenteam

Desondanks heeft Corver allesbehalve spijt van zijn overstap twee jaar geleden. “Ik speelde vanaf mijn zeventiende bij Brielle in het eerste, maar het team werd wat ouder en er kwamen weinig goede jonge spelers door. Daardoor werd het niveau ook minder.” Precies toen, kwam het oprukkende Nieuwenhoorn om de hoek kijken. “Een vereniging die vooruitstrevend was en ambities had. Daar wilde ik graag naar toe. En dat heeft goed uitgepakt, want vorig seizoen was geweldig. Met eigenlijk een soort vriendenteam.”

Vrienden die Corver ook al eens maakte wat verder van huis, toen hij als jeugdspeler terechtkwam bij de opleiding van JVOZ. In Vlissingen. “Die hielden hier op Goeree-Overflakkee altijd voetbalkampen, met Gérard en Dennis de Nooijer en Dolf Roks. Toen vroegen ze of ik daar wilde komen spelen. Dat heb ik een jaartje gedaan, maar het reizen was niet te doen. Ik zat daar op school, dat was twee uur heen en terug.”

Desondanks heeft het hem als voetballer wel voor een deel gevormd. “Een intelligente nummer zes. Iemand die makkelijk ballen afpakt en goed is in de passing.” Toch blijft Corver ook behoorlijk zelfkritisch. “Wat er echt nog aan mijn spel ontbreekt, zijn goals en assists. En ook de coaching kan beter. Later zou ik graag aanvoerder willen worden, want ik denk dat ik die kwaliteiten in me heb.”

Zien ze ook bij Nieuwenhoorn. “Nu ik ouder word, lijkt het me steeds leuker om jeugdtrainer te worden. Daar zijn we al over in gesprek.” Maar eerst nog even lekker zelf voetballen. “Als het ergens goed voelt, is het goed. Dan moet je dat koesteren. Gewoon weer veel minuten maken, dan komt het plezier vanzelf!”

Klik op VV Nieuwenhoorn voor de laatste artikelen over de club.
Klik op VV Nieuwenhoorn voor meer informatie over de club.

 

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Ontvang nu ook maandelijkse het laatste nieuws uit het amateurvoetbal in jouw regio.