Nicky Vermeule: jeugdige aanjager DWO’15

0
126

In zijn eerste seizoen bij de senioren werd hij door de supporters al verkozen tot ‘speler van het jaar’ en ook dit seizoen is Nicky Vermeule niet weg te denken uit het team van DWO’15. De verdedigende middenvelder is pas 19 jaar, maar is niet te beroerd om zijn ploeg op sleeptouw te nemen.

Twee jaar geleden werd Vermeule vanuit de A-jeugd doorgeschoven naar het eerste. De middenvelder was toen nog geen senior, maar mocht toch de overstap al maken. Moeite met aanpassen had hij nauwelijks. “Ik had al eerder meegetraind bij het eerste, dus ik wist wat ik kon verwachten. We hebben een jonge groep, dus de klik was er meteen.” Het eerste seizoen bij de senioren betekende persoonlijk dus een succesvol jaar, maar ook de ploeg behaalde goede resultaten. De nacompetitie werd op een haar na gemist en dus moest die periodetitel dit jaar wel in de wacht gesleept worden. Tot op heden valt het wat dat betreft wat tegen. “Het was lang geleden dat DWO zo dichtbij een periode is geweest. Dit jaar draait het wat minder, vooral na de winterstop zijn we slap begonnen.”

Inzet
Aan de instelling van de jonge Vermeule zal het in ieder geval niet liggen. Op dat vlak heeft hij veel geleerd van aanvoerder Frank Oostdijk. “Ik heb van hem geleerd dat het nooit aan je inzet mag liggen. Je moet altijd hard werken en proberen om de boel neer te zetten.” Aan mentaliteit ontbreekt het dus niet, maar Vermeule heeft nog voldoende punten waar hij naar eigen zeggen aan kan werken. “Ik presteer redelijk constant, maar vind dat ik nog beslissender moet worden. Vaker betrokken zijn bij doelpunten.” Die ontwikkeling wil hij voorlopig graag doormaken bij DWO’15, de club waar hij op zijn vijfde begon met trainen, al voetbalde de club toen nog onder de naam Volharding. Een reden om weg te gaan ziet hij in ieder geval nog niet. “Wat betreft ambities weet ik het nog niet zo goed. Ik heb het naar mijn zin bij DWO en wil graag nog meer bereiken met de club. Het is een gezellige vereniging, maar we willen wel beter worden en presteren. Dat vind ik leuk.”