Twaalf jaar na zijn vertrek uit de jeugdopleiding van RBC Roosendaal, is de cirkel rond voor Mitchell Schilperoord. De middenvelder keerde dit seizoen na de nodige omzwervingen terug bij de club waar het voor hem allemaal begon en kan niet wachten om straks weer in het stadion te spelen. “Je voelt aan alles dat het leeft!”
Als jeugdspeler lukte het hem uiteindelijk niet om door te breken, straks staat hij er waarschijnlijk dus alsnog. Al ging de voorbereiding niet zonder slag of stoot. “Ik had mijn enkelbanden ingescheurd, lag er zes weken uit, maar inmiddels train ik alweer een tijdje zonder pijn.” Als speler van De Fendert werd Schilperoord de afgelopen jaren al vaker benaderd door de stadionclub, toen hield hij de boot nog af. “Ik vond het wel prima daar, die echte ambitie had ik niet zo meer.”
Zelfde ambitie
Tot hij verhuisde naar Breda, inmiddels is hij weer terug naar Fijnaart, en bij vierdeklasser DIA met Robert Braber kwam te spelen. “Door corona bleef dat uiteindelijk beperkt tot drie wedstrijden, ik ging weer naar De Fendert, toen werd Robert trainer van RBC.” Uiteindelijk haalde zijn vriend hem over de stap nu wel te maken. “Hij kende mij natuurlijk als speler, maar ik vond het ook wel mooi om de cirkel helemaal rond te maken. Ik was toen 28, wilde geen spijt krijgen als ik het niet zou doen.” Sinds zijn tijd in de jeugd, is er het nodige veranderd, zo vertelt hij. “Het zijn bijna allemaal nieuwe gezichten, een paar mensen van vroeger zijn er nog steeds. Het stadion is hetzelfde, net als de ambitie.” Zelf keert hij terug als een volwassen speler. “Op mijn zeventiende had ik wel het gevoel dat ik het profvoetbal niet meer ging redden, toen besloot ik te vertrekken. Het vuurtje was gedoofd, er kwamen steeds nieuwe spelers en ik wilde liever met vrienden gaan voetballen.” Spijt heeft Schilperoord zeker niet, al had hij één ding misschien liever anders gedaan. “Ik had toen de mogelijkheid om op een hoger niveau te blijven voetballen, dat heb ik niet gedaan, maar het is prima zoals het is gegaan.” Ook nu is hij helemaal op zijn plek. “We hebben een goede groep, met ervaring en talent, maar ook eentje die gezellig is. Fanatiek als het moet.”
Plek kennen
Het niveau is hoog, toch heeft de 29-jarige Schilperoord weinig tijd nodig om te wennen. “Ik kom natuurlijk van een iets lager niveau, maar ik loop niet op mijn tenen. Als ik fit ben, kan ik goed mee.” De ambitie trok hem aan. “Zo snel mogelijk naar divisieniveau, ik denk dat ik daar voorlopig prima bij kan helpen. Ik zag welke spelers er aangetrokken werden, daar wilde ik bij zijn.” Braber is nu dus naast vriend, ook zijn trainer. “Dat staat los van elkaar. Sterker nog, ik denk dat je juist een stapje harder voor hem wilt doen. Het is ook zijn eerste echt grote klus, dus je gunt hem dat het lukt.” Waar hij hem op gaat stellen, weet Schilperoord nog niet precies. “Ik ben van origine een middenvelder, maar denk dat ik eerder achterin ga spelen. Voetballend kan ik wat toevoegen, maar ook door hard te werken.” Als echte teamspeler weet hij zijn rol. “Andere spelers moeten het verschil maken, die moet ik in stelling brengen. We hebben zoveel voetbal in de ploeg.” Toch denkt hij dat het een lastig seizoen kan worden in de tweede klasse. “Iedereen verwacht dat wij zomaar even kampioen gaan worden, maar ploegen gaan zich op ons instellen. Daar zijn we ons bewust van.” Iedereen zal zijn steentje bij moeten dragen. “Elke speler moet zijn plek kennen, we kunnen niet allemaal de belangrijkste speler willen zijn.”
Voor meer informatie over RBC, klik hier.
Meer artikelen lezen over RBC, klik hier.