Lorenzo de Bruijn analyseert zich naar de top bij RBC Roosendaal

0
216

In het dagelijks leven geeft hij sportlessen aan kinderen bij de naschoolse opvang, maar stiekem is er voor Lorenzo de Bruijn maar één plek waar hij het allerliefste is: op een voetbalveld. Gelukkig voor hem staat hij daar genoeg, want sinds dit seizoen is hij bij RBC Roosendaal niet alleen trainer van de JO14, maar ook videoanalist van het eerste elftal.

Bij NAC Breda was de 22-jarige De Bruijn al een tijdje werkzaam als assistent-trainer en assistent van de videoanalist. Maar ergens in hem brandde het verlangen om hoofdtrainer te worden, dus toen Robert Braber hem vroeg naar RBC te komen, vielen alle puzzelstukjes al snel op zijn plek. “Die dubbelrol is voor mij heel fijn, dat was bepalend voor mijn keuze.” Maar ook de faciliteiten maakten indruk op de inwoner van Breda. “Een fantastische accommodatie, je hebt er alles. Aan ons om die BVO-mentaliteit weer omhoog te halen.”

Tic_253688

Veel plezier

Zijn eerste maanden als trainer van de JO14 bevallen positief. “Uiteindelijk is RBC nu een amateurclub, maar de mentaliteit van die jongens is echt heel goed. Altijd aanwezig en het niveau ligt hoog.” Ondanks dat De Bruijn nog jong is, maakte hij al de nodige vlieguren. “Ik ben eigenlijk al sinds 2015 trainer, begonnen bij JEKA. Via CIOS liep ik stage bij PSV en daarna kwam ik terecht bij NAC.” Al vroeg ontdekte hij zijn passie voor het trainersvak. “Ik ben zelf nooit een fantastische voetballer geweest, maar ik was wel altijd een leider. Stuurde spelers graag aan, dat werd tijdens mijn studie alleen maar meer.” En dus besloot hij de ‘voetbalkant’ op te gaan, kijkt hij voetbalwedstrijden op tv terug tot in detail en heeft hij een heel duidelijk beeld van zichzelf als trainer. “Vrij rustig, maar wel heel gedisciplineerd. Ik maak geen regels, maar afspraken. In het veld moet je het aan de spelers overlaten, dan moeten zij het doen.” Ook over zijn manier van spelen wordt logischerwijs veel nagedacht. “Het mooiste van trainer zijn, is de ontwikkeling van die gasten zien. Jouw principes terug zien komen, op en naast het veld.” Maar wat zijn die principes? “Als team werken, daarin heeft elke speler zijn eigen taak. Een goede restverdediging of binnen vijf seconden druk op de bal.” Bij de ’16’ is het aan zijn spelers. “Voor de wedstrijd zeg ik altijd: veel plezier voorin!”

Zonder bal

Voor hij aan dit seizoen begon, nam De Bruijn een kijkje op zijn nieuwe werkplek. Sindsdien zijn de nodige stappen gezet. “Ik was nog nooit op het stadion geweest. Toen merkte ik wel dat sommige dingen nog wat rommelig waren, teams die op elkaar moesten wachten na een training. Nu is alles veel beter georganiseerd, ook qua kleding.” Maar behalve op het veld, zit hij ook geregeld achter de computer, om beeldjes te verzamelen. Want videoanalyse is wat hem betreft onmisbaar. “Je helpt spelers enorm in hun ontwikkeling, ze leren veel beter van iets door ernaar te kijken. Wat doen ze dan minder goed?” Inmiddels zijn de camera’s opgehangen, voorlopig ligt de prioriteit op het eerste elftal, maar in de toekomst moeten ook alle jeugdspelers worden voorzien van eigen beeldmateriaal. Hij vertelt hoe dat in zijn werk gaat. “Ik krijg de beeldjes, die verdeel ik onder in aanvallen, verdedigen en omschakelen. Daar hangen weer principes aan vast, de manier van spelen, zodat je op die manier een soort database opbouwt. Hoe wil je als RBC spelen?” Daar komt nog best wat bij kijken, legt hij uit. “Vooral het filmen is cruciaal, eigenlijk moeten 21 man tegelijk op beeld staan. Je let vooral op de restverdediging en de omschakeling. Eigenlijk kijk je meer zonder bal dan met.”

Wibro_-255433

Brutaal zijn

Tussen alle bedrijven door vindt hij ook nog de tijd om zelf op het veld te staan, als spits bij Neerlandia’31, maar zijn grootste passie blijft het trainersvak. “Daar zie je echt op het veld, de pure ontwikkeling. Ik heb nu mijn UEFA B, hopelijk zo snel mogelijk ook UEFA A.” Want dat de ambities van de makkelijk pratende De Bruijn torenhoog zijn, dat mag duidelijk zijn. “Over vijf jaar hoop ik ergens hoofdtrainer te zijn, die smaak heb ik nu wel te pakken.” Ook een stap naar het buitenland is niet uitgesloten, net als het ontwikkelen van zijn videoanalyses. “Ik voel mij snel ergens thuis, dus dat zou een mooie ervaring zijn. Sommige trainers, zoals Adrie Poldervaart, doen zelf de videoanalyse. Dat zou ik ook kunnen doen.” Voorlopig doet hij dat dus in Roosendaal, maar als De Bruijn zijn eigen video doorspoelt, ziet hij zichzelf al in grotere stadions. “De droom is om trainer te worden bij een profclub, maar dan moet je ook een beetje brutaal zijn én geluk hebben.”

Voor meer informatie over RBC, klik hier.
Meer artikelen lezen over RBC, klik hier.