De jeugdopleiding vormt de levensader van een amateurvoetbalclub en bij RWB beseffen Bas Bruurmijn en Nicky Ligtvoet dit maar al te goed. De respectievelijk voorzitter en ‘alleskunner’ van de Tricolores willen er daarom voor zorgen dat de jeugd ‘binnenboord’ blijft op sportpark De Gaard.
RWB schommelt vaak op en neer tussen de derde en vierde klasse. De club wil graag een stabiele derdeklasser worden en de Waalwijkse club beseft dat het opleiden van goede jeugdspelers belangrijk is om deze ambities om te zetten in prestaties. “Jeugdspelers die er bij ons écht bovenuit steken: ja die ik adviseer ik uiteraard om naar een profclub te gaan”, zegt Bas Bruurmijn. “Maar ik raad het jonge gasten af om voor een paar centen de overstap te maken naar grotere amateurclubs in de regio”, zegt de voorzitter van RWB. “Bij ons ben je geen nummer, maar een naam. En je krijgt hier weliswaar geen centen, maar voor onze selectiespelers hebben we alles keurig geregeld hoor”, zegt hij in de bestuurskamer van de club. “Bovendien is de sfeer altijd heel goed. RWB is een leuke vereniging.”
Om ervoor te zorgen dat de jeugd van RWB een aardig woordje mee kan spreken in de regio, gaat de club zijn technische beleid perfectioneren. Een van de mannen die zich hierop gaat storten, is Nicky Ligtvoet, bestuurder, scheidsrechter én trainer bij de Tricolores. “We willen dat onze selectieteams volgens een herkenbare manier voetballen. Daarnaast is het de bedoeling dat onze jeugdtrainers meer handvaten krijgen qua oefenstof, zodat ze gerichter kunnen trainen”, legt Ligtvoet uit. RWB heeft een speciaal ‘Onder 23-team’ en wil dat zijn tweede team een echt opleidingselftal gaat worden voor het vlaggenschip. Ligtvoet is vanaf volgend seizoen de nieuwe trainer van de JO19-1 van RWB en wie weet kan de Waalwijker dan het aangepaste technische beleid van de club direct in de praktijk brengen. “Maar dat plan is vooral voor de langere termijn bedoeld”, vult Bruurmijn aan. “Uit onderzoek is gebleken dat we door onze positie aan de rand van een nieuwbouwwijk flink gaan groeien. Voor ons is dat een goede motivatie om een mooi jeugdplan op te stellen.”