Gerrit de Pater gaat voor het hoogst haalbare

0
294

 

Het leven van een scheidsrechter is niet altijd even gemakkelijk. Het werk van de arbitrage wordt vaak bekritiseerd door spelers én omstanders. De inmiddels 42-jarige Gerrit de Pater heeft het commentaar een apart plekje gegeven. “Het lijkt wel of we er mee moeten dealen als een speler een rot week achter de rug heeft. ”

Gerrit de Pater, afkomstig uit Krabbendijke, is nog maar een paar jaar actief als scheidsrechter. “In 2011 ben ik begonnen met fluiten, eerst voor de plaatselijke VV Krabbendijke, en vanaf de winterstop van het seizoen 2011/2012 voor de KNVB.” Zijn sterke optredens zijn bij de KNVB niet onopgemerkt gebleven. De Pater werd al snel gepromoveerd en fluit nu in de categorie E, de eerste klasse tot en met de derde klasse. “Elke sportman wil op het hoogst haalbare niveau presteren en met scheidsrechters is dat niet anders. Gezien mijn leeftijd is de realisatie wel daar dat betaald voetbal er voor mij niet meer in zit. Dus alles wat hierna komt, is mooi meegenomen en zie ik als bonus.”

Gerrit de Pater ziet twee topscheidsrechters als zijn voorbeeld. “Ik ben altijd enorm gecharmeerd geweest van Dick Jol. Zijn omgang met de spelers, dat vond ik altijd prachtig. Daarnaast vond ik Pierluigi Collina een geweldige scheidsrechter. Hij kon lachend ‘nee’ zeggen en dat is niet iedereen gegeven.”

In zijn nog relatief prille loopbaan kijkt de Pater terug op mooie momenten, waarbij één moment er met kop en schouders bovenuit steekt. “Ik floot een wedstrijd van VV Sleeuwijk en de amateurs van Willem II. De pupil van de wedstrijd zei na de wedstrijd, aan een bestuurstafel waar afgevaardigden van beide teams zaten, in volle overtuiging dat ik de man van de wedstrijd was. Dat gaf mij toch wel een warm gevoel.”

Uiteraard heeft de Pater, net als veel andere scheidsrechter, last van veel commentaar tijdens de wedstrijd. “Je moet er van leren. Na afloop vraag ik mijzelf af of het door mijn manier van fluiten was. Je moet elke wedstrijd aftasten hoe het humeur van de spelers is en daar een weg in zien te zoeken.”