Eric Koenraads en Aziz Zerouali “Trots en blij hoe het gaat met Groen-Wit”

0
164

Eric Koenraads en Aziz Zerouali zitten samen in de bestuurskamer van Groen-Wit, ze kijken uit op de velden van de club. Ze zien dat de jeugd aan het voetballen is, zoals dat eigenlijk altijd het geval is aan de Postillonstraat. De club leeft, al jaren. Groen-Wit is in de afgelopen periode zelfs enorm gegroeid. Maar tot tevredenheid van het duo is de sfeer eigenlijk altijd hetzelfde gebleven.

BREDA – Zerouali zag de club groeien, letterlijk. Zijn huis grenst aan het sportcomplex. Zijn woonkamer is slechts enkele meters van het trainingsveld af. Als hij vanuit de voordeur zijn hand uitsteekt, raakt hij het hekwerk bijna aan. De vraag is wel waar hij vaker te vinden is, thuis of op het sportcomplex. “Hij is hier wel dertig uur in de week. Ik denk soms: als hij wakker wordt, komt hij hier naartoe”, zegt Koenraads met een lach.

mediplus banner

Halverwege de jaren negentig kwam Zerouali bij Groen-Wit terecht, toen zijn zoon begon te voetballen werd hij trainer. “Ik ben vijf of zes jaar trainer geweest.” Daarna bleef hij altijd bij de club, nu in een grotere rol, legt Koenraads uit. “Allebei zijn zoons spelen in de selectie. Aziz loopt hier altijd rond, is gewoon vader en supporter. Maar wij hebben hem belangrijker gemaakt. We hebben hier op de club best wel een gemeleerd gezelschap rondlopen. Van allochtonen tot niet-allochtonen, allemaal uit de buurt. De poort staat hier altijd open, dat hebben we zo afgesproken met de gemeente.”

“We stellen ons sportpark open voor de buurt. Maar dan moet je wel alles in de gaten houden. Ook ’s avonds. De club is gigantisch gegroeid. In de afgelopen tien tot vijftien jaar zijn we verdubbeld. We zijn van 21 jeugdteams naar 43 gegaan. Waar wil je ze laten trainen? Dat is lastig, het is allemaal druk, druk, druk. En er gebeuren allerlei dingen, van ballen die kwijtraken tot jongens die hun sleutels of telefoon kwijt zijn of op een veld lopen waar ze niet horen te lopen. We hebben Aziz gevraagd of hij niet een soort terreinmanager wilde worden.”

Hij stemde in, sindsdien noemt Koenraads hem ‘de directeur van de club’. “Hij loopt hier eigenlijk elke dag rond, regelt alles. Hij is één van de ouderen, dus iedereen heeft ook veel respect voor hem. Het is niet altijd makkelijk, maar hij krijgt het wel allemaal voor elkaar. Sinds Aziz het doet is er veel meer rust binnen de club. En daar hechten we veel waarde aan.”

Accommodatie
Aziz is een manusje van alles. Hij is betrokken bij het eerste, doet daar hand- en spandiensten voor de begeleiding. “Als we Aziz niet hadden, loopt alles uit de hand. Dan doet ieder zijn eigen ding, doe maar een dotje. Hij doet geweldig werk voor de club.” Vanuit ‘zijn’ hokje doet de vrijwilliger dat met een grote glimlach op het gezicht. “Het is heel mooi om te doen.”

Dat was het toen hij voor het eerst het sportcomplex op kwam lopen en dat is het nu – terwijl de club zo enorm gegroeid is – nog steeds. “Het is altijd leuk geweest. Toen de club klein was en ook nu de club groter is. De sfeer is altijd hetzelfde gebleven.” Al is er wel een probleem. Met twee velden en zes kleedkamers is het een grote puzzel om iedereen lekker te laten voetballen. “Soms komen er spelers anderhalf uur van tevoren, dan vragen ze naar de kleedkamers. Het is geen Ajax hier… dus moeten ze wachten.”

Koenraads loopt inmiddels al 45 jaar rond op de club. Ooit begonnen als spelertje. Jarenlang speelde hij in het eerste elftal, daarnaast was hij onder meer jeugdvoorzitter, hoofd jeugdopleiding en zat hij in de sponsorcommissie. Nu is hij lid van het dagelijks bestuur. Vanuit die rol geeft hij Zerouali gelijk wat betreft de sfeer én de problemen. “De sfeer is inderdaad gelijk gebleven. Een dorpsclub, zo noemen we onszelf. Het is een dorp binnen Breda en dat is zo gebleven.” Maar die dorpsclub is dus wel gegroeid. “Vijftien jaar geleden ging het wat minder met de club, toen gingen spelers vanuit Princenhage naar andere clubs. Ze liepen weg bij ons, nu is het de omgekeerde wereld. We hebben de afgelopen tien jaar flink geïnvesteerd. Niet in geld, maar in discipline, regelgeving en dat soort zaken. Nu komen ze van buiten naar ons toe en blijven ze hangen.”

Toekomst
Het gaat dus prima met de club, geeft Koenraads aan. “We zijn financieel gezond, hebben ondanks corona ons hoofd goed boven water kunnen houden. Dat kan ook niet iedereen zeggen. Maar we lopen wel tegen een aantal dingen aan, waarvan de accommodatie nummer één is. De gemeente is voor een groot deel aan zet. Als het grasveld ook kunstgras is, kun je met trainingen veel meer doen. En twee velden is te weinig. Maar we kunnen niet uitbreiden, we kunnen geen veld bijleggen. We zitten al strak tegen de huizen aan.”

kootstra_new
De club is met de gemeente in gesprek. “Ze zien de problemen waar we tegenaan lopen. Het probleem is wel dat alles wat geld kost, eerst tien keer overheen gekeken moet worden. Dat snap ik, maar op een gegeven moment moeten we wel iets. We willen ook niet terug van 43 naar 30 teams en kinderen teleurstellen. En we gebruiken echt al elk stukje gras dat we hebben.”

Koenraads geeft aan dat Groen-Wit ambitieus is, al wil dat niet zeggen dat de club qua leden of niveau van het eerste elftal stappen wil zetten. “Qua ledenaantal willen we niet verder groeien, dat gaat niet. We willen groeien qua niveau. Meer gediplomeerde trainers op de eerste teams in de jeugd, daar willen we volle bak op inzetten. We hebben een aardige selectie, maar er moet wel aanvoer van onderuit komen. We hebben niet de ambitie om een hoofdklasser te worden ofzo. We willen een stabiele derdeklasser zijn. Maar ook dan moeten er spelers vanuit de jeugd doorstromen.”

Het duo benadrukt wel dat het zeker niet alleen om de selectie draait. Er is meer dan dat. Zo is ook de meisjesafdeling gigantisch gegroeid. En zijn er op het gebied van sponsoring enorme stappen gezet, met een businessclub waar inmiddels meer dan 55 bedrijven aangesloten zijn. De toekomst ziet er mooi uit, als er iets aan de accommodatie gedaan wordt. “We zijn ontzettend trots en blij met hoe het gaat. Maar als er niks gaat gebeuren hebben we een serieuze uitdaging. Er moet echt iets gaan gebeuren, het plan 2.0. En dat moet binnen twee tot drie jaar van de grond komen.”

Voor meer artikelen over Groen-Wit, klik hier.

Voor meer informatie over Groen-Wit, klik hier.