Langs de kant moeten staan, is voor een voetballer misschien wel het ergste dat er is. Helemaal als ze eigenlijk niet precies weten wat je nou mankeert. Het overkwam Max Marijnissen. De speler van derdeklasser BSC heeft al maanden last van een blessure en voorlopig komt er maar geen licht aan het einde van de tunnel. “Daardoor ging ik met de andere kant compenseren.”
Want het begon eind februari tegen Schijf allemaal nog heel onschuldig. Met een ijsbeentje op zijn rechterkuit. “Daarna was ik misschien iets te eigenwijs en heb ik toch doorgetraind. Het ging net lekker…” Die bewijsdrang zorgde er indirect voor dat de 23-jarige Marijnissen met de andere kant van zijn lichaam, de boel begon te compenseren. “En nu heb ik daar dus last van mijn lies, hamstring en buikspieren. Eigenlijk kan ik niet te veel bewegen.” Bezoekjes aan een sportarts en zijn fysio, leverden niet al te veel op. Een MRI-scan bood onlangs gelukkig wel uitkomst. “Ik heb een ontsteking bij mijn schaambeen, daar was ook veel vocht te zien. Voor nu is het in ieder geval einde seizoen. Het herstel kan weken tot maanden duren.”
Zwemmen
Het verklaart de pijn die de rechtspoot al die tijd voelde. “Heel hoog en diep in mijn lies, een soort steken. Dat geldt ook voor mijn hamstring en buikspieren.” En niet alleen fysiek, doet het hem pijn. “Ik ben er altijd, maar het is vreselijk om langs de kant te staan. Helemaal als de resultaten minder zijn.” Dat terwijl het Marijnissen tot het bewuste moment, aardig voor de wind ging. “Sinds mijn negentiende ben ik eigenlijk volwaardig speler van het eerste. Bas (Antens) was ook al mijn trainer bij het tweede, toen zat ik er nog een beetje tussenin.” Een goede leerschool, herinnert hij zich. “De stap van de jeugd, naar het eerste, was best groot. Je bent gewend om tegen leeftijdsgenoten te spelen, maar dan hebben tegenstanders ineens meer ervaring en zijn ze slimmer. Die jaren na mijn debuut, heb ik echt wel even nodig gehad.” Want inmiddels is Marijnissen, mits hij fit is, niet meer weg te denken uit de basis. “Ik ben beter geworden in de fysieke duels en qua positionering. In de beginjaren was het echt een beetje zwemmen”, vertelt de middenvelder. “Vaak als ‘6 of 8’. Het is een groot verschil met de positiespelletjes bij de jeugd, nu moet je écht goed positie kiezen.”
Top vijf
Aan zijn omgeving kan het in ieder geval niet liggen. “Sinds mijn vijfde voetbal ik bij BSC en ik heb nooit overwogen om ergens anders te gaan spelen. Ik switch niet zo makkelijk, ben behoorlijk honkvast.” En dus voetbalt Marijnissen inmiddels samen met een aantal ‘oude bekenden’. “Met sommige jongens ben je vanuit de jeugd helemaal doorgegroeid, dat zijn nu vrienden.” Vrienden die, ook na de titel van vorig jaar, eveneens in de derde klasse goed presteren. “Al met al is het een heel positief seizoen! We hebben al een periode, dus kunnen hoe dan ook trots zijn. Je kon ook eigenlijk niet verwachten dat we weer meteen voor het kampioenschap zouden spelen.” Toch lukte dat met een tweede plaats, nog bijna wel. “Voetballend hebben we gewoon een goed elftal, onze doelstelling was dan ook top vijf. We hadden vooraf echt wel het idee dat we bovenin mee konden doen, maar wilden onszelf ook niet té hoog inschatten.” Nu de titel uit zicht is, baalt Marijnissen om eerlijk te zijn toch een beetje. “Als je eenmaal van de mogelijkheid om kampioen te worden hebt geproefd, dan verandert de doelstelling wel.”
Volle bak
En niet voor niks, vertelt hij. “We hebben een hechte ploeg, die na het kampioenschap eigenlijk volledig intact is gebleven. Het team was al sterk en we kregen er ook nog jongens bij die het verschil kunnen maken.” Met Marijnissen dus op het middenveld. “Iemand met een aardige longinhoud, die kan blijven lopen en de duels oppakt. Vaak kan ik het laatste half uur nog volle bak blijven gaan.” In de jacht op promotie. “Ik hoop dat we promoveren. Als voetballer wil je toch graag zo hoog mogelijk spelen. Maar als het niet gebeurt, is dat geen drama. Dan blijven we groeien en kunnen we hopelijk volgend jaar wél die titel pakken.” De Roosendaler is er zelf, in ieder geval bij. “Mijn ambitie is om met BSC hoger te gaan spelen. Ergens anders gaan voetballen? Daar ben ik eigenlijk niet zo mee bezig. Als er iets op mijn pad komt, moet dat echt goed voelen, wil ik gaan kijken. Maar ik zou er moeite mee hebben om hier weg te gaan…”
Klik op BSC voor de laatste artikelen over de club.
Klik op BSC voor meer informatie over de club.