VV Rhoon doet nooit tevergeefs een beroep op hem. Als de club hem nodig heeft, staat Cock Stedehouder (69) in de startblokken. Dus toen de vraag kwam of hij de vlag van assistent-scheidsrechter wilde oppakken bij de hoofdmacht, zei hij ja. Niet wetende dat hij te maken kreeg met een enorm noodweer in de uitwedstrijd tegen Pernis. “Het was alsof ze honderd emmers over mijn hoofd gooide. Ik was zeiknat. En koud dat ik het had.”
“Ik heb een tijdje geleden aangegeven dat dit ook meteen mijn laatste jaar wordt”, vervolgt Stedehouder. “Ik ben bijna zeventig en vind dat er een jonger iemand moet komen. Ik ben fit, maar je moet aan de lijn toch de nodige meters maken. Ik moet het zondag bezuren na een wedstrijd op zaterdag. Het duurt wel even voordat ik weer in model ben. Als ik dat vertel liggen die jongens van het eerste in een deuk.”
Hij heeft een haat-liefde verhouding met de spelers. “Het zijn allemaal keurig, nette jongens, maar aan de andere kant moeten ze ook wel eens een schop onder de kont krijgen. Ze zijn soms zo makkelijk. Ik ging als voetballer zelf altijd tot aan het gaatje, dat mis ik vaak. De trainer, Roland Venekamp, is een wereldgozer. De spelers kunnen de trainer maken en breken en ik ben van mening dat er momenten zijn dat ze hem in de steek laten. Dan gaat de bui- tenwacht zich roeren en zeggen dat het aan de trainer ligt. Daar heb ik dan wel moeite mee” Hij levert bewust deze boodschap af. “Ze weten dat ik maar één doel heb: een beter Rhoon. Daarom kan ik het wel zeggen. Ik mag best een steentje in de vijver gooien.”
Als voormalig havenarbeider heeft Stedehouder sowieso het hart op de tong. “Wereldclub”, zegt hij over Rhoon, de vereniging waar hij als 35e jarige voetballer neerstreek en nog speelde in de hoofdmacht. De blauwgele kant op sportpark Omloop is ook bekend terrein. Hij speelde er tien jaar in de hoofdmacht. “Destijds in de derde klasse. Daarna heb ik nog bij Zuiderpark gespeeld. Via Leo Wijntjes ben ik uiteindelijk bij Rhoon terechtgekomen. Ik fluit bij WCR nog regelmatig toernooitjes. Ik kom er graag.”
Hij bekleedde bij Rhoon tal van functies. Hij zat in het jeugdbestuur, gaf training. Hij was assistent van mister Rhoon, huidig Hellevoetsluis-trainer Edwin de Koning. “Vorig seizoen heb ik nog de A1 getraind.” “Ik ben één jaar scheidsrechterscoördinator geweest, maar daar was ik niet voor geknipt.” Via Rhoon kwam hij in contact met een organisatie die in de zomer kampen organiseert voor kinderen met een beperking. Bijna dertig jaar lang maakte Stedehouder deel uit van de organisatie. “Dat waren sportkampen. Het was geweldig om te doen. Die kinderen waren in en in gelukkig. Ouders kon je even een weekje ontlasten. Het heeft mij altijd een enorme voldoening gegeven.”
“Ik heb nog met mijn kop in het magazine Glans gestaan. Een heel verhaal erbij. Een rauwdouwer uit de Rotter- damse haven die zoiets deed, dat vonden ze bijzonder. Ik niet hoor. Ook bij Rhoon help ik waar nodig is. Dat zit gewoon in mijn aard. Als ik weet dat de leverancier komt, rij ik toch even naar de club om de spullen in ontvangst nemen. Met elkaar moeten we het doen.”