BSC richt de blik hoopvol vooruit

0
85

Mark Deijkers is samen met Steven van Ginderen al jarenlang hét gezicht van BSC Roosendaal. De 33-jarige controleur op het middenveld keerde zijn club nooit de rug toe, ondanks de barre tijden die de groen-witten in de afgelopen jaren kenden. Hij kijkt hoopvol vooruit.

BSC veranderde in vijf jaar tijd van een ploeg die streed om promotie naar de eerste klasse, in een team dat vocht tegen degradatie naar de vijfde klasse. Moeilijke tijden voor de club, maar toch bleef Mark Deijkers (33) BSC altijd trouw. “BSC is mijn tweede thuis, de derde helft telt voor mij ook mee.” Hij probeert de degradaties te verklaren. “We zaten echt een tijdje in de hoek waar de klappen vallen, dat we vorig jaar zeven keepers moesten gebruiken, zegt wel genoeg. Belangrijke jongens zijn vertrokken voor het geld en onze selectie zelf werd nauwelijks versterkt.”

Afgelopen seizoen vocht BSC dus tegen degradatie naar de vijfde klasse. Een dieptepunt, maar Deijkers begint hoopvol aan het nieuwe seizoen. “We hebben een selectie die breder en beter in balans is. We hebben onder meer twee gelijkwaardige keepers en wat ervaren oud-spelers zijn teruggekomen. Dit seizoen hebben echt zeventien of achttien spelers die aan elkaar gewaagd zijn. Daarachter zit nog een tweede team, eigenlijk een beloftenelftal, waar ook talentvolle jongens in rondlopen.”

Het doel voor dit seizoen is helder: een plek in de top 5. “Het bestuur wil binnen drie jaar een middenmoter in de derde klasse worden, wij hopen nu al om de bovenste plaatsen in deze competitie mee te doen. Je ziet dat wij voetbaltechnisch gewoon een goede ploeg hebben en de sfeer is ook prima.”

Deijkers is zelf nog van grote waarde als ‘pitbull’ op het middenveld. “Ik pak de ballen af en lever ze weer in bij de jongens voorin.” Daarnaast heeft hij een belangrijke rol als reserve-aanvoerder, een leider binnen de lijnen. Aan stoppen denkt hij voorlopig nog niet. “Want ik voel me fysiek prima. Maar mocht ik na dit seizoen niet meer doorgaan, dan ga ik wel in een lager team voetballen. Ik kan het nog niet missen. En als ik echt stop, vrees ik ook dat ik gelijk 20 kilo aankom”, besluit hij lachend.