Fanatiek, graag willen winnen, maar toch ook heel gezellig. Veel dames van het eerste van De Fendert voetballen inmiddels al bijna dertien jaar samen. En dus kun je gerust spreken van een hecht team, zegt Suzanne Stomphorst. “Al kunnen we soms ook best fel zijn tegen elkaar.”
Na jarenlang turnen en paardrijden, besloot Stomphorst (25) op haar twaalfde te beginnen met voetballen. In de D’tjes, bij een meidenteam. “Opgericht door Leon (de Haas). Later zijn veel meiden ook doorgegaan naar de dames. Sommigen voetballen nu al dertien jaar samen.” Want dames 1 en 2 zijn hecht, vertelt ze. “Er worden veel feestjes georganiseerd op de club, dus de sfeer is altijd gezellig. En ook bij de derde helft, proberen we te blijven hangen.”
Populairder
Al gaat het in die vijfde klasse, met Vrouwen 1, ook wel gewoon om winnen. “We zijn fanatiek en soms ook best fel op elkaar.” Maar dat moet ook, lacht Stomphorst. “Inmiddels hikken we al een paar jaar tegen die promotie aan, tot nu toe werden we vaak tweede. Het zou leuk zijn om een keer eerste te worden. Daar gaan we voor!” Aan de populariteit van het meidenvoetbal bij De Fendert, kan het in ieder geval niet liggen. “We hebben nu in totaal zes meiden- en damesteams bij de club. Dat is best wel veel. Je ziet dat het steeds populairder wordt, dat is natuurlijk alleen maar leuk en goed.” Toch merken ze daar niet altijd wat van, weet Stomphorst. “Onze trainers regelen zelf heel veel en van onze sponsoren hebben we een aantal ballen gekregen.” Op het hoofdveld, spelen ze echter bijna nooit. “Maar dat vinden we niet heel erg, hoor.” Haar eigen plezier, wordt er sowieso niet minder door. “Ik vind het spelletje gewoon heel leuk. Ook om het gezellig met z’n allen te doen. We spelen nu inmiddels al zo lang samen.” Desondanks blijft het qua speelsters af en toe schrapen, legt Stomphorst uit. “Het is lastig om ieder weekend genoeg meiden te hebben. En ook het onderling elkaar helpen, wordt lastiger. Omdat we verder weg moeten of er sprake is van overlap.”
Heel leuk
De doelstelling is, naast kampioen worden, dan ook simpel. “Zorgen dat we genoeg meiden hebben! Maar veel speelsters werken onregelmatig, bijvoorbeeld in de zorg. Hopelijk gaat het lukken.” Want ondanks de stijgende populariteit, blijft dat dus een dingetje. “Toch merk je daardoor wel dat het niveau omhoog is gegaan, we zijn met z’n allen echt beter geworden.” Stomphorst zelf ook, ondanks dat ze pas op relatief late leeftijd begon met voetballen. “Ik zat eerst op turnen en paardrijden, waardoor ik nog niet op voetbal kon.” Tot ze een toernooitje meedeed onder leiding van Leon de Haas. “Toen kwam ik erachter dat ik het heel erg leuk vond!” En dus nog steeds. Tegenwoordig als laatste vrouw. Of laatste man, zoals de inwoonster van Fijnaart het zelf zegt. “Meer opbouwend dan verdedigend. Op de training zijn we veel bezig met durven voetballen. Al ga ik een duel ook niet uit de weg.” Voorlopig blijft ze dat dan ook nog wel even doen. “Zolang ik er tijd voor heb, doe ik het de komende paar jaar nog met liefde. Het spelletje blijft gewoon heel leuk. Om samen te werken naar een of eigenlijk het doel. En natuurlijk in een team, lekker actief bezig zijn.” En dus moet dat blijven bestaan. “Enthousiaste meiden zijn van harte welkom!”
Klik op De Fendert voor meer artikelen over de club.
Klik op De Fendert voor meer informatie over de club.