Hij heeft er bijna een dagtaak aan. Er zijn dagen dat Jack Riedijk, voorzitter én coördinator van de meisjes- en vrouwenafdeling van VV Zwaluwen Vlaardingen, het ene na het andere mailtje ziet binnenlopen. “Ze willen allemaal voetballen bij ons.”
“Pas geleden nog: op één dag kreeg ik een mailtje van een 37-jarige vrouw die wilde gaan voetballen en even later kreeg ik een belletje van een moeder die haar vierjarige dochter lid wilde maken. Om aan te geven: jong en oud zijn geïnteresseerd.”
De vrouwen- en meisjestak, inmiddels 150 vrouw sterk, groeit de laatste jaren als kool. Riedijk, gepensioneerd en ‘dus alle tijd’, geniet er volop van. Bijna 25 jaar geleden stond hij aan de wieg van het vrouwenvoetbal bij de Vlaardingse traditieclub. “Mijn dochter wilde voetballen en ik ben begonnen met tien van die meiden.”
Zijn dochter, Francoise, is inmiddels 32 jaar. “Ze speelt al jarenlang in vrouwen 1”, vertelt Riedijk. “De afgelopen twee seizoenen wilde ze proberen hoger te voetballen en heeft ze bij Rhoon in de eerste klasse gespeeld. Ze is nu weer terug, maar net voordat het seizoen begon kwam er een hernia opzetten. Daarvan herstelt ze nu.”
De vrouwen- en meisjestak bestaat inmiddels uit elf teams. Twee vrouwenteams en dus negen teams in de jeugd. “Er komen er per week een paar ledenbij”, zegt Riedijk over de groei. “Na de winterstop hebben we twee extra teams voor de competitie ingeschreven en als de aanwas zo doorgaat, zitten we aan het begin van het nieuwe seizoen aan weer twee teams extra.”
Die kwantiteit heeft VV Zwaluwen volgens Riedijk ook nodig om tot ‘kwaliteit’ te komen. “Het eerste speelt vierde klasse, dat moet omhoog. Ooit hebben we eerste klasse gespeeld, maar meestal hielden we ons in de tweede of derde klasse op.”
Er is een grote kans dat VV Zwaluwen 1, met trainer Ed van der Most, al komend seizoen terugkeert in de derde klasse. “We staan momenteel tweede achter Maense. Kampioen of niet, de aanvraag om hoger te mogen spelen is de deur al uit”, verklapt Riedijk, die vooral bij de jeugd het niveau ziet stijgen. “Onze MO15-1 en MO15-2 doen het erg goed in respectievelijk de hoofd- en eerste klasse. Je kunt zien dat die meiden al een paar jaar voetballen. Ook onze MO9- en MO11-teams doen het steeds.”
De vier jongste teams spelen in een competitie met jongens. “Deels gedwongen, omdat er weinig meisjesteams in deze leeftijdsklassen zijn, maar deels ook bewust. De weerstand is hier veel groter. Daar plukken we op termijn de vruchten van.”