Home Blog Pagina 68

B.S.V. Boeimeer zet in op sportiviteit en respect met de ‘Basis Elf’

0

BREDA – Bij voetbalvereniging BSV Boeimeer is sportiviteit en respect niet zomaar een kreet, maar een kernwaarde die actief wordt uitgedragen. Onder leiding van Danielle van Rosmalen, voorzitter van de commissie Sportiviteit en Respect, heeft de club onlangs de ‘Basis Elf’ geïntroduceerd.

Danielle van Rosmalen is al jaren betrokken bij BSV Boeimeer, zij het aanvankelijk als voetbalmoeder. Haar twee zoons, dertien en negen jaar oud, voetballen beiden bij de club. “Mijn jongens voetballen hier al sinds ze 5 à 6 jaar oud zijn. Ik stond altijd langs de kant en zag dingen gebeuren die me raakten. Toen de club vorig jaar een noodkreet uitstuurde om vrijwilligers te vinden, voelde ik me geroepen. Ik had nog nooit iets voor de club gedaan en heb geen echte voetbalachtergrond, maar het voelde alsof het zo niet langer kon.”

Met dat gevoel trok ze de stoute schoenen aan en besloot ze zich aan te sluiten bij de commissie Sportiviteit en Respect. De commissie fungeert als schakel tussen de teams, de club en soms andere verenigingen. “Als er onsportief gedrag plaatsvindt, kunnen trainers ons informeren. We gaan dan in gesprek met betrokken partijen om de situatie te bespreken en te reflecteren op hoe het anders kan. Het gaat er niet om mensen op het matje te roepen, maar om bewustwording te creëren en samen naar een oplossing te zoeken.”

In samenwerking met andere verenigingen in Breda, organiseerde de commissie een gezamelijke actie: “Langs alle velden in Breda lolly’s werden uitgedeeld aan ouders. Met de slogan ‘Deze topper is een commentaarstopper’ wilden we op een humoristische manier ouders bewustmaken van hun gedrag langs de zijlijn.”

Een belangrijk initiatief van de commissie is de introductie van de ‘Basis Elf’. Deze set gedragsregels vormt de basis voor hoe iedereen zich op de club hoort te gedragen. “We wilden niet alleen reactief handelen, maar ook proactief bijdragen aan een positieve clubcultuur,” legt Danielle uit. “De ‘Basis Elf’ zijn gedragsregels die we verwachten van iedereen die op ons complex komt. We hebben ze visueel aantrekkelijk gemaakt met elf plaatjes, zodat ze ook voor kinderen aansprekend zijn.”

De regels variëren van basisprincipes zoals ‘Iedereen is welkom’ en ‘We tonen respect’ tot specifieke gedragsnormen zoals ‘Schelden en vloeken doen we niet’ en ‘Ouders moedigen aan, coaches coachen’. “Met deze regels willen we een veilig en plezierig sportklimaat creëren, zowel op het veld als daarbuiten. We richten ons niet alleen op spelers, maar ook op ouders en supporters. Het is belangrijk dat we allemaal dezelfde gedragsnormen volgen.”

De ‘Basis Elf’ worden op verschillende manieren onder de aandacht gebracht. “Elke speler heeft een flyer gekregen met de regels. We willen dat iedereen binnen de club ze kent en zich eraan houdt. Daarnaast proberen we met acties zoals de ‘Groene Kaart’ kinderen te motiveren om zich sportief te gedragen. Bij de O12-teams kunnen trainers elke week een groene kaart uitdelen aan de speler die het meest sportief heeft gespeeld. Die kaart geeft recht op een kleine beloning, zoals iets lekkers bij de bar. Zo maken we het leuk en toegankelijk voor de jeugd.”

Klik hier voor meer informatie over BSV Boeimeer.
Klik hier voor meer artikelen over BSV Boeimeer.

‘Er zijn wat spelers weg, dus het heeft even tijd nodig’

De degradatie inmiddels verwerkt, kijkt Olivier Vreugde met Victoria’03 uit naar een mooi seizoen. En dus hoopt de middenvelder in die derde klasse opnieuw hoge ogen te kunnen gooien. “Het is voor ons als team goed om een stapje lager te gaan voetballen.”

En dat terwijl er volgens de 21-jarige voetballer vorig seizoen toch stiekem nog wel wat meer in had gezeten. “Na de eerste seizoenshelft stonden we behoorlijk hoog, daarna kregen we last van blessures en werd het roeien met de riemen die we hadden.” Dat het schip deed zinken, wisten ze in Oudenbosch uiteindelijk dus niet te voorkomen. Met degradatie via de nacompetitie tot gevolg. “Met het team dat we hadden, waren we in principe gewoon een leuke tweedeklasser!”

Beter doen
Toch is zijn gevoel nu wezenlijk anders. “We wisten dat er spelers weg zouden gaan, dus hebben we dit seizoen een ander doel. Met nieuwe jongens, is het vooral even wennen. Daarom is het goed dat we in die derde klasse spelen.” Iets wat ze bij Victoria’03 gedurende het seizoen, ook wel een beetje aan zagen komen. “Drie wedstrijden na de winterstop, wisten we dat het moeilijk ging worden. Een lastige reeks en te weinig punten gepakt.” Tijd om dat dit jaar anders te doen. “Ik ken wat ploegen, dus ik denk dat het realistisch is om bovenin mee te draaien.” Helemaal na vorig seizoen. “Die ervaring nemen we mee. En we zijn gedreven, om het samen beter te doen. Dan gaan we echt niet voor de middenmoot.” Al ligt er een behoorlijke uitdaging, is Vreugde eerlijk. “Er zijn in totaal zes spelers weg, dus dat heeft even tijd nodig. Veel oefenen en trainen, om te kunnen spelen zoals we willen spelen.” Met hem als één van de aanjagers van de groep. En dat klinkt logischer, dan het daadwerkelijk is. “Dit is pas mijn tweede jaar bij het eerste. Op mijn vierde ben ik hier begonnen, daarna heb ik voor de grap een jaartje op hockey gezeten en ben ik ook nog één seizoen naar Hoeven gegaan.” Maar ook als voetballer, nam Vreugde het niet altijd even serieus. “Ik heb lang in een vriendenteam gespeeld, eerst het derde, later het tweede. Dat vond ik toch leuker.” Tot het kwartje bij hem viel. “Als ik er nog alles uit wilde halen, moest ik het op deze leeftijd doen.”

Spel verdelen
Een lastige keuze, maar wel eentje waar Vreugde achteraf blij mee is. “Later zit het er niet meer in. Nu kan ik er nog serieus voor gaan.” Want talent, heeft de jongeling wel. “Ik kon altijd goed voetballen, mocht ook meedoen bij het eerste, maar vond met mijn vrienden voetballen dan toch leuker.” Iets wat hij nu eigenlijk nog steeds doet. “Jongens waarmee ik ben opgegroeid, voetballen er nu nog. Sommigen zijn net als ik doorgeschoven naar één. Om dan na een lange periode weer samen te spelen, is heel leuk.” Hoelang dat nog is, weet de student fysiotherapie echter nog niet. “Ik heb zeker de ambities om hogerop te gaan, dus sta in de toekomst open voor een stap.” Al komt de inwoner van Oudenbosch voorlopig nog vol plezier op zijn fietsje naar de club. Om ‘lekker balletjes te geven’. “Vroeger speelde ik heel aanvallend, tegenwoordig wat meer verdedigend. Op zes het spelletje verdelen vind ik toch het leukste.” Maar, zo lacht hij. “Ik ben ook niet vies van een duel!”

Klik op Victoria’03 voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Victoria’03 voor meer informatie over de club.

Moerse Boys moet na degradatie vooral realistisch blijven

Al snel werden de ogen bij Moerse Boys na de degradatie van afgelopen jaar, gericht op dit seizoen. Want met de nieuwe spelers die moeten worden ingepast, is spelen in die tweede klasse nog niet eens zo verkeerd, denkt aanvoerder Bart van den Broek. “Dit is voor nu het niveau waarop we thuishoren.”

Want na twee degradaties op rij, moeten ze ook bij Moerse Boys voorlopig even realistisch zijn, beseft ook de 30-jarige Van den Broek. “We hebben vier jaar lang in de hoofdklasse, tegenwoordig vierde divisie gespeeld, maar de laatste seizoenen zijn er te veel belangrijke spelers gestopt. Dat heeft ons opgebroken”, vertelt hij. “Die successen waren een samenloop van goede lichtingen, waar andere gasten zich weer aan op konden trekken, het viel allemaal net goed samen. Daardoor wilden jongens van buitenaf ook graag aansluiten.”

Lastig verhaal
Het leverde een aantal fraaie seizoenen op in Zundert, tot drie jaar geleden. Inmiddels vinden we de oranjehemden dus terug in de tweede klasse. “Als je degradeert, is dat altijd een teleurstelling. Toch ging de blik al snel op dit seizoen. We moeten opnieuw een aantal spelers inpassen, dat gaat beter in die tweede klasse, dan in die eerste.” Desondanks had Van den Broek het gevoel dat er iets meer dan degradatie via de nacompetitie had ingezeten. “Na de winterstop waren we nagenoeg compleet, voetbalden we ook goed, tot we weer te maken kregen met blessures. Daar was onze selectie gewoon te smal voor.” En dus was het vanaf dat moment eigenlijk al snel duidelijk, is Van den Broek eerlijk. “We wisten dat de tweede seizoenshelft daardoor een lastig verhaal ging worden. Terwijl we daarvoor echt stappen aan het maken waren én regelmatig controle hadden over wedstrijden.” Hard werken en veel energie leveren, om toch punten te kunnen pakken, was het enige dat Moerse Boys kon blijven doen. “En dan is het geen toeval meer dat je keer op keer niet wint.” Ook niet in de nacompetitie. “Daar begonnen we nog wel met een goed gevoel aan, maar toen hebben we gewoon van een heel goede Limburgse club verloren. Die zijn uiteindelijk ook gepromoveerd.”

Een eer
Degradatie of niet, aan een vertrek bij ‘zijn’ Moerse Boys, heeft Van den Broek geen moment gedacht. “Ik voetbal hier nu sinds mijn vijfde en eigenlijk heb ik nooit overwogen om weg te gaan. Echt aanbiedingen heb ik ook niet gehad, dus dan is het misschien makkelijker om te blijven, maar ik zou het ook niet zo snel hebben gedaan.” Want, zo merkt hij. “Vanuit de jeugd is er heel veel binding met het eerste. Dat gaat over generaties heen. Bijvoorbeeld door jongens die training geven.” Meer dan voetbal dus. “Het voelt daarom voor mij als een eer om voor Moerse Boys te spelen. En het ging natuurlijk lang ook heel goed.” Extra bijzonder, naar zo nu blijkt. “Je gaat nog meer beseffen, hoe knap we het al die jaren eigenlijk hebben gedaan. Om op dat niveau te spelen, met voor 90 procent eigen jongens.” Realistisch om daar ooit weer terug te keren, is het voorlopig dan ook niet. “Ik denk niet dat we in die tweede klasse heel makkelijk zomaar bovenin mee gaan doen. We hebben er een aantal jonge jongens bij, dus het is lastig om wat dat betreft een voorspelling te doen.” Een echte doelstelling, heeft Van den Broek dan ook nog niet. “Hopelijk krijgen we vooral weer vastigheid in het voetballen, dan moet een plek bij de eerste vijf misschien wel mogelijk zijn. Maar ik besef me ook dat het heel pittig kan worden.” Een mooie uitdaging dus. Ook voor hemzelf. “Het is nu aan mij om die gasten op sleeptouw te nemen. Daar haal ik mijn plezier uit.” Helemaal als nieuwe aanvoerder. “Dat is voor mij echt een eer! Al was ik sowieso altijd wel mondig, dus wat dat betreft ben ik niet veranderd.” Ook niet qua spel. “Ik geef altijd veel energie en ga voorop in de strijd. Iemand met veel loopvermogen, snelheid en voetbalinzicht.” Aan stoppen denkt de ‘back’ dan ook nog niet. “Zolang ik fit ben, ga ik nog een paar jaar door.” Helemaal als het spel straks ook weer beter wordt, lacht de inwoner van Zundert. “Als we meer vastigheid en patronen krijgen in balbezit, worden we minder slordig en hoef je niet zo vaak weer terug. Dan kost voetballen ook minder kracht.”

Klik op Moerse Boys voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Moerse Boys voor meer informatie over de club.

Trainer Dennis van der Steen over Senna Kortekaas:

0

“Senna is vorig seizoen vervroegd overgegaan naar de senioren en heeft heel veel gespeeld in het eerste elftal. Hij heeft het heel goed gedaan als centrale verdediger, daar zijn we wel trots op.

Het is mooi dat jongens van de club op die manier doorstoten naar de hoofdmacht. Senna is een jonge jongen die verdedigend al heel sterk is, bovendien is hij goed aan de bal. Hij is snel en kopsterk. Eigenlijk bezit Senna alles wel. En dat voor een jongen van 19 jaar. Misschien dat hij nog iets meer initiatief kan aan de bal, maar nogmaals, hij doet het gewoon hartstikke goed. Ik ben heel gelukkig met hem in onze defensie.”

Vorig seizoen eindigde Maasdijk als tweede in de competitie. “Het was een topjaar”, zegt Van der Steen. “We promoveerden net niet, maar we deden het fantastisch met een ongekend aantal punten. Maar dit jaar is de vierde klasse weer sterker geworden en we zitten in een zwaardere poule met veel Rotterdamse clubs. We proberen hoog in de middenmoot te spelen en als het meezit zien we in de winterstop wel verder. Veel clubs hebben er goede spelers bij, wij niet. Dat wordt best pittig. We missen onze topscorer, Scott van de Graaf, zelfs een groot deel van het seizoen van de eerste seizoenshelft vanwege een wereldreis. We moeten gewoon weer plezier hebben en wedstrijden winnen, maar zeker niet gaan roepen dat we om de bovenste plekken mee gaan doen. We willen er weer een mooi seizoen van maken met z’n allen. We doen het met allemaal jongens, zoals Senna, uit eigen de jeugd die bij ons de kans krijgen. Dan maakt het me extra trots als we draaien zoals we vorig seizoen deden.”

Klik op VV Maasdijk voor de laatste artikelen over de club.
Klik op VV Maasdijk voor meer informatie over de club.

Senna Kortekaas duidelijk over tweede jaar: ‘Ik eis meer van mezelf’

0

Senna Kortekaas is begonnen aan zijn tweede seizoen in de hoofdmacht van vierdeklasser Maasdijk. De verdediger, pas 19 jaar, kijkt met enigszins gemengde gevoelens terug op zijn eerste jaar in het team van trainer Dennis van der Steen. Een jaar vol nieuwe ervaringen en uitdagingen, vertelt hij. “Het was een leuk jaar, maar het begin was wel even wennen.”

“Het niveau ligt duidelijk hoger dan in de jeugd. Niet alleen het spel, maar ook de trainingen zijn een stuk intensiever.” Kortekaas begon zijn voetbalcarrière op vierjarige leeftijd bij Maasdijk en heeft sindsdien altijd met veel plezier bij de club gespeeld. “Ik speel hier nu al vijftien jaar en heb altijd genoten van de gezelligheid na de wedstrijden en trainingen. Het is een fijne club waar ik me echt thuis voel.”

Robin van der Ende
Maar de overgang van de jeugd naar de senioren was toch even slikken. “In de jeugd is het vooral veel voetballen, maar bij de senioren komt er veel meer bij kijken. Het is harder werken, meer tactiek en je wordt echt uitgedaagd om jezelf te verbeteren.” In zijn eerste seizoen wist Kortekaas wel meteen een basisplaats te veroveren. Hij speelde voornamelijk naast de ervaren centrale verdediger Robin van der Ende, die eerder bij Excelsior Maassluis speelde.

“Van Robin heb ik ontzettend veel geleerd. Hij heeft me laten zien hoe je positie moet kiezen en het spel moet lezen. Vooral in het begin sprak ik veel met hem, en dat heeft me echt geholpen om me aan te passen aan het seniorenniveau. Nu merk ik dat ik die rol ook begin over te nemen en probeer ik mijn teamgenoten te helpen.” Het afgelopen seizoen was succesvol voor Maasdijk, met een tweede plaats in de competitie achter kampioen FC Zoetermeer. “We zaten er echt goed bij,” herinnert Kortekaas zich. Maasdijk eindigde op vier punten van de nummer één.

Mis in nacompetitie
“Helaas ging het mis in de nacompetitie. In de eerste ronde verloren we, en dat was ongelukkig. Het was de eerste keer dat ik zo’n spanning voelde, maar nu weet ik wat ik kan verwachten en denk ik dat ik daar dit seizoen geen last meer van zal hebben.” Een van de hoogtepunten van het seizoen waren de derby’s tegen andere Westlandse clubs, Maasdijk tegen Quintus. “Zo’n wedstrijd wil je echt niet verliezen,” zegt hij met een lach. “Je voelt de spanning in de club, iedereen praat erover. Dat geeft extra druk, maar het maakt het ook juist leuker.”

Voor het komende seizoen zijn de verwachtingen hoog. “Ons doel is hetzelfde als vorig jaar: promotie. We hebben vorig seizoen laten zien dat we het kunnen, dus ik denk dat het zeker mogelijk is. Er zitten wel een paar nieuwe clubs in onze poule, dus het zal spannend worden om te zien hoe we tegen die clubs presteren. Maar uiteindelijk moeten we ze toch allemaal verslaan.”

Geen excuses meer
Kortekaas omschrijft zichzelf als een voetballer die graag van achteruit opbouwt en het fysieke duel niet schuwt. “Ik ben misschien niet de grootste en sterkste, maar wel eentje die altijd vooropgaat in de strijd. Ik hou van duels en probeer altijd te voetballen, niet zomaar de lange bal te geven.” Voor zijn tweede seizoen heeft hij ook persoonlijke doelen gesteld. “Ik wil meer van mezelf eisen, vooral in de grotere wedstrijden. Geen excuses meer, ik wil er gewoon staan.”

Naast zijn eigen ambities houdt Kortekaas ook zijn jongere broertje Kayne in de gaten, die begint aan zijn eerste jaar in de onder 19. “Hij moet zijn best doen, en ik hoop echt dat het hem lukt om het eerste team te halen. Voor mijn vader zou het geweldig zijn om ons allebei in het eerste te zien spelen. Hij is er bij elke wedstrijd sinds ik voetbal.”

Thuis
Wat de toekomst brengt, weet Kortekaas nog niet. “Voor nu heb ik het prima naar mijn zin bij Maasdijk. Ambities om hogerop te gaan, daar denk ik nog niet over na. Het is hier gezellig en ik voel me thuis. Dat is voor nu het belangrijkst.”

Klik op VV Maasdijk voor de laatste artikelen over de club.
Klik op VV Maasdijk voor meer informatie over de club.

Berry Jansen: ‘Ik voel ook nu die spanning nog bij Quintus’

0

Berry Jansen en Quintus. Mensen in Kwintsheul weten niet beter. Al sinds zijn vijfde loopt hij rond op de vereniging en inmiddels jaren later – Berry is nu 53 jaar – is er eigenlijk niets veranderd. Nou ja, hij voetbalt al enige tijd niet meer. “Ik heb het volgehouden tot mijn 41ste. Toen had ik het wel gezien.”

Op 37-jarige leeftijd maakte Jansen nog deel uit van de selectie van Quintus en na wat jaren in het tweede en derde team, wilde hij wat anders gaan doen. “En dan ga je verder als vrijwilliger. Ik ging training geven aan de b-jeugd, was ook nog even coördinator, en toen kwam er een plek vrij in de technische commissie. En in die commissie zit ik nu nog steeds, we zijn zeven jaar verder. Het werd me een beetje aangesmeerd hoor, maar ik kan inmiddels wel zeggen dat het wel iets voor mij is”, lacht hij.

En waarom deze functie hem past, kan Jansen ook haarfijn uitleggen. “Ik heb als speler altijd die spanning gehad van het moeten winnen. Het ging ergens om, het moest goed zijn. Dat heb ik in deze functie ook wel. Ik zit dicht op de selectie, praat met spelers, met de technische staf, met als doel met z’n allen vooruit te komen. Ik loop tussen de jongens. Met sommige gasten heb ik zelf nog gevoetbald. Dit past wel bij me. Het prestatieve.”

Vier mensen
De technische commissie van Quintus bestaat uit vier mensen, met naast Jansen ook Ed Louwerens, Ruud Kester en Edwin Grootscholten. Laatstgenoemde is met zijn bedrijf tevens hoofdsponsor van de club. “Dat loopt prima. We zijn onder meer verantwoordelijk voor het aanstellen van een trainer. Je kiest met z’n allen. Dat is leuk, maar ook lastig, want je moet het wel met elkaar eens zijn”, grapt hij.

Toen Jansen startte in de technische commissie was Niels Drabbe trainer van de hoofdmacht van de club. “Vervolgens zijn we een jaar later op zoek gegaan naar een opvolger, dat werd Richard Langeveld. Hij heeft vier jaar bij ons gezeten, tot 2023. Zijn opvolger, Ramon Hageraats, hebben we met z’n drieën gekozen. Het is wel leuk hoe dat gaat. Ed Louwerens, Edwin Grootscholten en ik deden die gesprekken destijds samen.”

Profiel
“Je kijkt echt naar wat voor trainer een groep nodig heeft. Welk profiel past bij zo’n selectie. Toen we Langeveld aanstelden, wilden ook echt een wat oudere trainer, Drabbe daarvoor was weer een andere type. Vorig jaar zochten we naar iemand die echt boven de groep staat. Een echte baas. Die hebben we met Ramon wel gevonden.”

Jansen kent Hageraats ook al langer. “Hij heeft tijdens actieve carrière nog een paar wedstrijden bij ons onder de lat gestaan, en toen Langeveld solliciteerde was Ramon ook langs geweest. Toen werd hij het net niet.”

Snel vergeten
Vorig seizoen was er voor de hoofdmacht een om snel te vergeten, zegt Jansen. “Veel blessures, een te kort aan spelers. Ja, dat was niet best. Zeker omdat juist de kwaliteitsspelers geblesseerd raakten. Nee, het was niet echt een leuk jaar. We zijn er op het laatste moment in gebleven.”

“Als technische commissie hebben we wel gekeken waar we spelers konden halen. Nou, dat is gelukt. We hebben er aardig wat spelers bij en zeker de terugkeer van Angelo Zwirs is een verrassing. Van FC ’s-Gravenzande naar de vierde klasse. We wisten dat hij ooit terug zou keren, maar niet dat het zo snel zou gebeuren. Voor ons geweldig. We willen zeker nacompetitievoetbal bereiken. Dat is wel het doel.”

Fit gestopt
Jansen is niet weg te slaan bij Quintus. “Ik woon al mijn hele leven in het dorp. Ik woon achter de club. Als je hier vanaf je vijfde loopt, betekent de club automatisch veel voor je. Ik ben echt een jongen van de club, als speler heb ik ook geen jaar gemist. Ik was nooit geblesseerd. En ik stopte ook fit. Dat kunnen niet veel voetballers zeggen.”

Klik op vv Quintus voor de laatste artikelen over de club.
Klik op vv Quintus voor meer informatie over de club.

Van Defensie tot DIA: Het Verhaal van Verzorger John Hauf

0

TETERINGEN – Iedereen die weleens bij DIA over de vloer is gekomen, kent hem waarschijnlijk wel: verzorger John Hauf (68). Maar hoe de ex-verzorger van het BIMS (Bureau Internationaal Militair Sport) voetbalteam op het sportpark aan de Donkerstraat zijn plekje vond? ‘’Het voelt als een tweede thuis, als ik op de club kom’’, vertelt Hauf.

Hauf is al sinds 2008 niet meer weg te denken van het complex van RKVV DIA. De inmiddels gepensioneerde praktijkassistent bij Defensie drillt de Teteringse voetballers al jarenlang om ze weer helemaal trainingsfit over te leveren aan hun coaches. Daarbij hanteert hij de ‘tough love’-behandeling: ‘’Ik ben keihard en altijd eerlijk naar de spelers toe. Dat is het beste voor ze en dat weten ze. Daarnaast ben ik ook een soort vertrouwenspersoon. De jongens vertellen toch vertrouwelijke dingen over hun leven. Je bouwt zo echt een band over de jaren.’’

Maar hoe kwam Hauf ooit bij DIA terecht? Om zijn carrièrepad te omschrijven duikt Hauf een tijdje het verleden in: ‘’Na acht jaar als medewerker Buro Bedrijfs Economie bij de luchtmacht dacht ik bij mezelf: ‘Wil ik dit mijn hele leven blijven doen?’. Het eerlijke antwoord daarop was: nee. Ik wilde graag iets medisch doen, dus heb ik de aanvraag gedaan om een opleiding tot praktijkassistent te mogen volgen binnen Defensie. Dat was de beste keuze die ik ooit gemaakt heb.’’

Na twee jaar lang elke dag naar Valkenswaard en Utrecht te hebben gereden voor zijn opleiding kon Hauf aan de slag. In die tijd begon hij ook als sportverzorger bij een handbalvereniging in Oosterhout: ‘’Dat is echt een gemene sport, dus ik had veel te doen’’, lacht Hauf. ‘’Maar na vier jaar werd ik benaderd door het BIMS of ik daar de verzorger van het veldvoetbalteam wilde worden. Voetbal is echt mijn sport, dus ben ik vol voor die uitdaging gegaan.’’

Vijftien jaar lang reisde Hauf samen met het voetbalteam van het BIMS de hele wereld over voor toernooien. Zo kwam hij in Zuid-Korea, Ecuador, Brazilië, de VS, Canada en in landen over heel Europa: ‘’De landen met dienstplicht waren het beste’’, legt Hauf uit. ‘’Daar zaten natuurlijk gewoon professionals tussen.’’

Toen hij het stokje bij het BIMS overdroeg ging de praktijkassistent aan de slag bij de Commando’s in Roosendaal. In die tijd begon hij ook als verzorger bij ‘t Zand in Tilburg. Daar zat hij vier jaar, maar hij werd bijna elk jaar benaderd door DIA: ‘’John Rooijakkers kende ik nog uit de tijd bij Defensie; zo is het contact ontstaan. Maar elke keer als hij me benaderde had ik net mijn contract verlengd. De vierde keer was scheepsrecht in dit geval.’’

En de rest was geschiedenis. Sinds 2008 zit Hauf in zijn eigen ‘hok’ op de club, waar hij niets tekortkomt: ‘’Als ik een cursus wil volgen, wordt dat verzorgd door de club. Ik heb alle spelers van kleine jochies tot grote mannen zien opgroeien. Ik heb ondertussen een geel-zwart hart.’’

Klik hier voor meer informatie over RKVV DIA.
Klik hier voor meer artikelen over RKVV DIA.

Trainster Annelies Barendse hoefde niet lang na te denken: ‘Spelletje is zo leuk’

0

Annelies Barendse is sinds dit seizoen trainster van het eerste vrouwenteam van KMD. Onbekend is ze niet met de vereniging, allesbehalve zelfs. Ze speelde in de jaren tachtig zelf bij KMD en is inmiddels ook alweer 13 jaar verbonden aan het meidenvoetbal bij de club. “Mijn twee dochters spelen ook in het eerste team.”

Barendse houdt van voetbal, vertelt ze. “Ik vind dit spelletje zo leuk. Ik geef al jaren training en met enorm veel plezier. De meeste meiden van het eerste team ken ik al heel wat jaartjes, en dan doel ik niet alleen op mijn dochters Laura en Marit. Sommige meiden hebben mij zelfs al elf jaar als trainer. Ik hoefde niet lang na te denken toen ze mij vroegen om dit te gaan doen.”

Zelf voetbalde Barendse van haar 15de tot 47ste jaar. “Maar wel veel in de zaal, dat vond ik ook altijd leuk. Op het veld heb ik tot ik mijn 27ste gespeeld. Bij KMD, daarna FC ’s-Gravenzande en vervolgens in de zaal bij Westlandia. Dat werd later FC Westland. Ook training geven vind ik leuk. Sowieso in de buitenlucht zijn is al heerlijk, en als ik een bijdrage kan leveren om meiden beter te maken, is dat gewoon heel fijn.”

Overgangsjaar
Het eerste vrouwenteam van KMD speelde jarenlang recreatief voetbal. “Vorig seizoen hebben ze zich met het doorgeschoven MO20-team voor het eerst ingeschreven in de derde klasse. Het was echt een overgangsjaar. Ik was nog geen trainster, maar ik ging altijd naar mijn kinderen kijken. Ik was er dus eigenlijk iedere wedstrijd wel bij als supporter.”

“De meiden moesten echt wennen aan het niveau. Het was echt wel een stapje, ineens in de derde klasse spelen. Spelen tegen oudere speelsters, van 28 of 30 jaar. Meiden die fysiek sterker zijn. Dat waren ze bij de MO20 natuurlijk niet gewend. Bij ons lopen ook nog tieners. Dit jaar hopen we wel te profiteren van dat jaartje ervaring. Ik denk dat ze de strijd wel aan kunnen en gewoon lekker mee kunnen draaien”, aldus Barendse.

Eerste vijf
Te hoog van de toren blazen wil de nieuwe trainster van KMD 1 niet. “Het doel is ook echt om lekker mee te draaien, om met plezier te voetballen. Daar begint alles mee. En we willen voetballen met een bepaalde visie. Niet lange ballen vooruit, maar echt voetballen, combineren. Ik hoop dat we in een poule met twaalf teams bij de eerste zes kunnen eindigen.”

Dat haar dochters zijn gaan voetballen doet het voetbaldier Barendse goed. “Ja, met de welbekende paplepel hè! Ze hebben wel een jaartje gehandbald, maar ze kwamen er al snel achter dat ze voetbal leuker vonden. En ja, moeder vindt dat ook leuk. En vader ook trouwens.”

Kleinschalig
“Mijn dochters zijn heel fanatiek, maar heel ambitieus zijn ze niet. Het is niet zo dat hogerop willen. Ze vinden het gewoon gezellig bij KMD, met die andere meiden. En gezellig is het ook. Iedereen kent elkaar hier. Het is lekker kleinschalig, het blijft leuk en gezellig.”

Barendse speelde zelf in de jaren tachtig jaren in de hoofdmacht van KMD. “Weet je wat leuk is? Dat we ieder jaar nog een reünie hebben van dat elftal. Dit jaar gingen we naar Alkmaar, waar een mijn teamgenoten van destijds nu woont. Gaan we herinneringen ophalen. Om maar aan te geven wat een mooie tijd het was.”

“Ik hoop dat ik dat ook mee kan geven aan de volgende generatie. Dat het hartstikke leuk is, voetballen en het verenigingsleven, en dat je er mooie contacten aan over kan houden. Dus bij deze gelijk een oproep: als er nog meiden zijn die zin hebben om te voetballen, er is bij KMD nog ruimte voor speelsters. We kunnen op elk niveau nog leden gebruiken. Voor het eerste, tweede en derde elftal. Kom gezellig onze kant op!”

Klik op KMD voor de laatste artikelen over de club.
Klik op KMD voor meer informatie over de club.

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Ontvang nu ook maandelijkse het laatste nieuws uit het amateurvoetbal in jouw regio.