Zijn roots liggen in Kwadendamme, maar Robin van Eijkeren voetbalt al flink wat seizoenen inmiddels voor de fusieclub HKW’21, nadat deze pas in 2021 officieel samenging maar al jaren in een samenwerkingsverband speelden. ‘We hadden allemaal direct een klik en dat is nog steeds het geval dus dat voelt prettig.’
Van Eijkeren debuteerde al op zijn vijftiende in het eerste elftal en heeft er nu dus op zijn vierentwintigste al negen seizoenen bij de senioren opzitten. “Dat was toen min of meer uit nood geboren. Er waren weinig spelers en daardoor moesten er noodgedwongen jongens uit de jeugd doorgeschoven worden. Sindsdien speel ik in het eerste. Eerst bij Kwadendamme, daarna in de samenwerking met Hoedekenskerke en nu dus sinds vorig jaar bij HKW’21. Voor mij is er niks veranderd, alleen het logo en de kleuren van het tenue. Het bevalt me hier perfect en dat is voor mij het allerbelangrijkste.”
En bij speelt ook wekelijks, zij het dit seizoen ook geregeld op een voor hem vreemde positie. “Dat klopt ja. Ik ben van origine meer middenvelder of verdediger, maar ik heb nu best veel in de spits gespeeld. Ook uit nood geboren, gezien de vele zware blessures waarmee we te kampen hebben gehad dit seizoen. En onze spits kon dit seizoen niet veel spelen, dus gaf men aan ‘Robin kan dat wel invullen’. En dan heb ik geprobeerd. Het is niet zo dat ik een echte goalgetter ben, maar ik kan wel een balletje afschermen, klaarleggen en meevoetballen. Al merk ik wel, dat het échte spitsenwerk met het neusje in de zestien niet aan mij is besteed.”
Met HKW’21 had Van Eijkeren ook nog zicht op de tweede periodetitel, al heeft men de kansen daarop zelf verspeeld volgens de gelegenheidsaanvaller. “Die periode hebben we zelf door een reeks mindere resultaten weggegooid. Dat is zonde, al is onze klassering wel een afspiegeling van ons seizoen. Teveel afwezigen, te weinig echte automatismen en te vaak wedstrijden met één goal verschil verloren. Als je die punten niet pakt, dan kan je ook nergens aanspraak op maken. Realistisch gezien klopt het dus als je naar de resultaten en vorm kijkt, al hadden we vooraf wel op meer gerekend. Want er was een grote groep, Vlissingen daarbuiten dan, waarbij iedereen van elkaar kon winnen of verliezen. En dat laatste hebben wij te vaak gedaan helaas.”
Toch is hij positief gestemd over de toekomst en ziet hij zeker perspectief. “Absoluut! Dit seizoen was de groep smal en deden er geregeld jongens uit de JO19 mee. Die komen eraan en hebben ook best potentie, dus voor de toekomst zie ik het hier niet zo heel somber in. Als we die jonge gasten kunnen laten door ontwikkelen en wennen, dan kunnen we daar nog flink wat jaren de vruchten van plukken en dat zou mooi zijn.”
Het perspectief voor zichzelf in de spits, dat ziet hij een stuk minder als het gaat om zijn voetbaltoekomst. “Om dit seizoen de ploeg te helpen heb ik dat gedaan, maar gezien mijn kwaliteiten zie ik mezelf liever één of zelfs twee linies verder achteruit spelen. Daar ben ik echt op mijn plek en kan ik volgens mij meer van waarde zijn. In de spits krijg je toch ook minder ballen en ik ben juist iemand die veel aan de bal moet komen om een lekker gevoel te krijgen. Dus als het aan mij ligt…. Al zal ik wel zien wat de nieuwe trainer voor me in petto heeft. Als hij me maar opstelt, dat is het allerbelangrijkste haha.”
Klik op HKW’21 voor meer artikelen over de club
Klik op HKW’21 voor meer informatie over de club