Bij NSV Nispen geen ouder of enthousiaste vrijwilliger in de verzorgingsruimte, maar twee jonge professionals. Erwin van Wezel (24) en Nicole Elsten (34) delen de vrijwilligersfunctie van verzorger/fysiotherapeut bij de vierdeklasser en doen dat met veel plezier.
Erwin van Wezel en Nicole Elsten komen niet uit Nispen, maar hebben allebei wel een nauwe familieband met de club en steken daarom met veel plezier hun handen uit de mouwen op sportpark De Wallen. Van Wezel is twee tot drie keer per week aanwezig om de selectiespelers te behandelen, verzorgen en masseren, Elsten staat hem bij voor en tijdens de wedstrijden op zondag.
Van Wezel is inmiddels al een jaar of vijf verzorger in Nispen. “Ik speelde bij de Kabouters al even bij NSV, mijn ouders hebben hier ook gevoetbald, maar ging weg om bij RBC te voetballen. Daarna heb ik nog even bij Alliance gespeeld, maar in de A-jeugd ben ik teruggekeerd. Toen ik 18 jaar was, moest ik noodgedwongen stoppen: ik had een blessure en doorgaan was niet verstandig. Juist op dat moment gaf de verzorgster van NSV aan het te druk te hebben met haar baan om die nog met een vrijwilligersfunctie te combineren.” Van Wezel studeerde fysiotherapie en dus klopten zijn voormalige ploeggenoten bij hem aan. “Maar ik had daar eerst niet zo’n trek in, dacht: dan moet ik vanuit de dug-out gaan zitten kijken naar dat spelletje, terwijl ik zelf niet meer mee mag doen.”
Uiteindelijk besloot hij het voorstel toch te accepteren. “Het was wel een goede praktijkervaring.” Hij heeft het overigens nog even geprobeerd als keeper, maar dat was geen succes: Van Wezel bleek niet zo’n denderende balstopper en blesseerde zich al snel weer.
Elsten kwam bij de club via haar oom. “Dat is Jan Gommers, een echte NSV’er in hart en nieren. Hij is hier nu voorzitter en probeerde mij als voetbalster al naar NSV te krijgen. Dat is hem niet gelukt, maar ik vond het wel leuk om de verzorging te gaan doen toen Erwin een half jaar in het buitenland zat. Ik combineer dat nu met mijn rol als verzorgster bij HSC’28, daar ben ik doordeweeks.” Elsten heeft een opleiding tot sportmasseuse afgerond.
Zo boffen de NSV’ers maar: ze krijgen twee tot drie keer per week verzorging van twee professionals. “Ik vind het gewoon heel leuk om te doen. Ik haal er echt voldoening uit als ik een speler weer op de been heb kunnen brengen na een vervelende blessure, als ik echt wat heb kunnen betekenen voor hen”, vertelt Elsten. Van Wezel deelt die mening. “Daarnaast ging ik toch altijd bij het eerste kijken, omdat mijn tweelingbroer daarin speelt.”
Van Wezel en Elsten behandelen, tapen en masseren de spelers en geven advies of het verstandig is om te gaan trainen of spelen. “Ik merk dat de jongens hier een goede zelfreflectie hebben, ze voelen aan wanneer het niet verstandig is om mee te doen.” Is er dan niks vervelend aan hun functie? Ook op deze vraag antwoorden de twee eensluidend: “Dat rennen met die waterzak over het veld vinden wij nooit zo leuk. Het is ten eerste vaak ijskoud om met je hand in die zak met water en ijs te gaan en je kunt op het veld toch niet veel voor de speler betekenen.”