BRESKENS – Hij speelde ooit in de jeugd al eens vier jaar in de jeugdopleiding van Cercle Brugge. Prof worden is misschien we de droom van veel jeugdige voetballers. Menno Waebeke (22) besloot echter, realistisch als hij toen al was, dat zo’n loopbaan er voor hem niet in zou zitten en keerde terug bij vierdeklasser Breskens. Daar probeert hij de verdediger mee te strijden voor plekken en prijzen die recht geven op eventuele promotie.
“Die tijd bij Cercle was mooi, maar ik had al snel door dat er heel veel jongens simpelweg beter konden voetballen dan ikzelf. Dus dan weet je ook dat de kans erg klein is dat je door gaat komen. Toen heb ik de keuze gemaakt om weer terug naar Breskens te gaan en daar voetbal ik met veel plezier. Tussendoor heb ik, vanwege het ontbreken van een JO109, nog een half jaar bij Hoofdplaat in het eerste gespeeld maar uiteindelijk toch weer bij Breskens gaan voetballen. Daar speel ik nog altijd en met heel veel plezier.”
In de jeugd was Waebeke vooral een ‘10’, met loopvermogen en diepte in mijn spel. “Maar later heb ik op vrijwel alle posities op het middenveld en in de verdediging wel gespeeld. Je kunt wel zeggen dat ik aardig multifunctioneel ben, wat natuurlijk voor trainers ideaal is. Voor mezelf niet altijd, want het is toch lastiger om jezelf te focussen op een positie als die vaak veranderd. Nu gebruikt de trainer me als controlerende middenvelder of als rechter verdediger. Dat vind ik persoonlijk wel een heerlijke positie, mede ook omdat ik mezelf in aanvallende zin dan kan laten gelden en veel kan opkomen.”
De Bressiaanders hadden volgens Waebeke vooraf aan de competitie een heldere doelstelling met elkaar besproken: zolang mogelijk meedoen om de titel. “Maar wat dat betreft is de haven spreekwoordelijk ver uit het zicht. Je weet het natuurlijk nooit in het voetbal, maar realisme is op zijn plaats. RIA W en Hontenisse gaan dat we uitvechten denk ik. Wij hebben ons met enkele onnodige verliespartijen geen goede dienst bewezen, dus moeten we ons richten op de plekken en prijzen die daarachter overblijven. We hebben een goede groep en voor de ontwikkeling zou een eventuele promotie welkom zijn. Want als je ziet hoe groot in de vierde klasse het verschil tussen de teams uit het rechter- en linkerrijtje is, dat is niet altijd leuk. Al moet je ook tegen de op papier mindere teams wel alert blijven op puntverlies.”
De potentie om in de derde klasse te spelen die is volgens de verdediger, die doordeweeks in Rotterdam woont en bezig is met een master Journalistiek, absoluut aanwezig. “We willen ook graag daar spelen tussen die andere teams uit Zeeuws-Vlaanderen. We hebben tegen onder meer Terneuzen bewezen, dat we mee kunnen komen. Het is alleen zaak om uit de vierde klasse weg te komen. De plekken voor promotie zijn duur, dus zullen we de komende reeks voldoende punten moeten pakken om eventueel via de nacompetitie te promoveren. Als dat lukt, dan zouden we alsnog een prachtig seizoen beleven.”
Klik op Breskens voor het laatste artikel van de club.