In gesprek met Raoel Noijen van RKVSC

0
231

Het is een opvallende naam dit seizoen in het shirt van RKVSC: Raoel Noijen (24). Hij liep twaalf jaar rond in eerst de jeugdopleiding van Willem II en later FC Den Bosch, speelde voor Jong Oranje in de zaal en voetbalde de afgelopen jaren voor vijf verschillende veldvoetbalclubs in Den Bosch en omgeving. Hij neemt nu wat gas terug om in de vijfde klasse te gaan voetballen met broer Joeri en neef Peter.

HappyPoint_desinfectie

Raoel Noijen is een makkelijke prater. Hij vertelt zijn verhaal in geuren en kleuren, aan iedereen die een luisterend oor biedt. Over hoe hij als broekie bij Maliskamp de keus kreeg tussen Willem II, FC Den Bosch en RKC. “Ik ging voor Willem II, die club had toen de beste opleiding van Nederland.” Twee jaar later keerde hij toch weer terug naar ‘zijn’ Den Bosch, om voor de plaatselijke FC te gaan spelen. “Een stuk dichterbij, ook fijn voor mijn vader die dagelijks met mij naar Tilburg moest rijden.” Tien jaar lang speelde hij voor de Bossche profclub, tot in de toenmalige A1, tegenwoordig de JO19-1. Toen moest hij weg. “Ik klikte niet met de trainer, vervolgens heb ik het zelf af laten weten qua mentaliteit.” Pijnlijk. “Je hebt alles gegeven voor je voetbaldroom, maar krijgt dan toch de deksel op je neus.”

OJC
Via zijn netwerk kwam hij in de A1 van OJC Rosmalen terecht. “Edwin Smulders was de trainer en belde me op, ik kende hem nog van FC Den Bosch. Ik wilde vooral het plezier terugvinden en dat lukte onder hem. Ik merkte hoe belangrijk een trainer voor mij kan zijn. We speelden ook nog op een aardig niveau, in de Tweede of Derde Divisie.” Na dat seizoen moest hij over naar de senioren. Bij OJC was het gebruikelijk om een tussenstap te zetten in een beloftenteam. Noijen voelde zich echter klaar voor een eerste elftal. Roda Boys benaderde hem en de aanvaller vertrok naar Aalst.

Zaal
Hij verruilde die club al snel voor CHC, later speelde hij nog voor TGG en Wilhelmina. Noijen is een gevoelsmens: als hij zich niet prettig voelt bij een club, vertrekt hij. In de tussentijd lag zijn prioriteit echter vooral in de zaal, daar waar hij bij FCK De Hommel op eredivisieniveau speelde. Hij haalde Jong Oranje, maar het werd uiteindelijk allemaal net wat te druk in combinatie met zijn werk en privĂ©leven. “Voetbal is en blijft een hobby.” Toch vindt hij zaalvoetbal eigenlijk het leukste. “Het is veel tactischer dan veldvoetbal.” Hij staat nu nog als reserve op de lijst bij ZVG/Cagemax, op het tweede niveau van Nederland.

RKVSC
Hoe groot is het contrast met RKVSC, de Velddrielse club die op het allerlaagste niveau van het zondagvoetbal speelt. “Maar ik hoef hier niet te trainen, dat was een vereiste voor mij. Anders kan ik het niet combineren met mijn werk. Daarnaast is het een keigezellige club, met heel leuke mensen. Ik vind het fijn dat ik hier met Joeri, Peter en wat vrienden kan spelen.” Voetballend houdt het nog niet over bij RKVSC, dat zware jaren achter de rug heeft. “Maar we kunnen echt nog veel stappen zetten. Ik merk dat de jongens hier allemaal heel graag willen, dat vind ik belangrijk. Hard werken wordt uiteindelijk echt wel beloond.”

 

Klik hier voor meer artikelen over RKVSC.
Klik hier voor meer informatie over RKVSC.