In gesprek met Jeffrey Kleijn van Asperen

Een droom komt uit voor Jeffrey Kleijn. Hij staat dit seizoen voor de groep als hoofdtrainer van ‘zijn’ Asperen 1. Nadat hij noodgedwongen vroegtijdig een einde moest maken aan zijn actieve carrière, is dit een geweldig nieuw hoofdstuk.

Jeffrey Kleijns leven stond vanaf zijn jongste jaren in het teken van voetbal. Fit en zonder klachten speelde hij jarenlang in de jeugd van LRC en later Asperen. Bij die laatste club debuteerde hij ook in het eerste, als voorstopper. Maar Kleijn was de 24 nog niet gepasseerd, toen hij begon te kwakkelen. “Opeens kreeg ik last van mijn enkel, knie en daarna kruisband: allemaal zware blessures. Ik bleef maar tobben en mijn baas zei op den duur: ‘Het is wel leuk geweest.’ Ik zit in de verwarmingsindustrie, ben loodgieter, dus kan fysieke klachten niet gebruiken. Toen ben ik gestopt.” Dat ging niet zonder slag of stoot. “Ik heb dat een plekje moeten geven, dat heeft wel twee jaar geduurd. Ik vond het echt pijnlijk.”

Bijzondere kans
Vanaf zijn zestiende gaf Kleijn al training in de jeugd van Asperen. Dat hij door zou gaan als trainer was dan ook logisch. Na zijn voetbalpensioen ging hij 2,5 jaar aan de slag bij Lekvogels. Daar trainde hij de JO19-1. Twee jaar geleden kreeg hij bij Asperen de kans om het tweede te gaan leiden. Daarna volgde de ultieme promotie: het trainen van de hoofdmacht, het vlaggenschip, het eerste. “Ik heb met sommige jongens nog samengespeeld, anderen heb ik getraind. Ik ben pas 33 jaar, er zitten zelfs spelers tussen die ouder zijn dan ik. Dit is zeker een bijzondere kans.”

Kleijn is een trainer die weet wat hij wil. “Ik vind een lolletje prima, maar als we serieus bezig zijn, verwacht ik ook dat iedereen serieus is. Ik kan retefanatiek zijn.” Hij staat voor aanvallend voetbal. “Van achteruit opbouwen en aantrekkelijk spelen. Maar als dat niet lukt, moeten we de mouwen ook op kunnen stropen.”

Titelfavoriet
Asperen bungelt al jarenlang tussen de derde en vierde klasse. Vorig seizoen stonden ze bovenaan in 4D, toen het coronavirus zijn intrede deed. “Maar het is te makkelijk om te concluderen dat we daarom nu titelfavoriet zijn. Ik ben een nieuwe trainer, heb een andere visie en we hebben wat aanvullingen uit het tweede en de jeugd gekregen. Misschien wordt dit wel een opbouwjaar. We moeten de eerste wedstrijden maar eens zien hoe het loopt. Als we na drie duels op negen punten staan, dan kun je naar een periodetitel kijken. De concurrentie is ook niet verkeerd, iedereen kan van iedereen winnen in onze vierde klasse. Ik verwacht heel leuke wedstrijden.”

Kleijn vindt niettemin dat Asperen op termijn terug naar de derde klasse moet. “Maar ik ben niet het type dat de lat te hoog legt. Je kunt hem ook laag leggen en van daaruit naar boven werken.” Hij ziet zichzelf best een tijdje bij Asperen werken. “Alleen moet je oppassen dat je niet té lang blijft, dat je tot het meubilair gaat horen. Op den duur is een frisse wind voor beide partijen goed.”

Klik hier voor meer artikelen over Asperen
Klik hier voor meer informatie over Asperen