DSE moet het vanaf november 2021 zonder voorzitter Corné Lauwen doen. 15 jaar lang was hij voorzitter van De Sportvriend Etten. Hij bracht met zijn bestuursleden eenheid in de club, maar vindt het nu tijd voor een frisse wind.
DSE’ers die de twintig nog niet zijn gepasseerd, zullen moeten wennen aan het idee: geen Corné Lauwen als voorzitter. Zij hebben nooit een andere voorzitter meegemaakt, wat veelzeggend is voor hoe lang de 59-jarige Etten-Leurenaar al aan het roer staat. “Maar ik ben niet de langstzittende: dat was Pietje Mathijssen. Die is 22 jaar voorzitter geweest. Ik kom op een mooie tweede plek.” DSE zonder Lauwen, hoe moet dat? “Ach, het gaat gewoon door hè. Zoals het voor mijn tijdperk ook gewoon liep.”
Lauwen merkte afgelopen jaar dat het tijd werd om het stokje over te geven. “Ik voelde dat het mooi was geweest. Je wordt ouder en doet iets al jarenlang, dan verlies je langzaam maar zeker je drive.”
Puzzeltje
De voorzitter gaf tijdens de ledenvergadering van 2019 al aan dat hij zijn termijn niet zou verlengen. “We gaan samen naar de opvolging kijken, maar dat zal nog een heel puzzeltje worden. Ze staan niet bepaald in de rij.” Lauwen weet nog goed hoe hijzelf ‘warm’ is gemaakt voor het voorzitterschap, door voorganger Peter Tunissen. “Ik had helemaal niet de ambitie om voorzitter te worden. Ik was pas een paar jaar terug bij de club, nadat ik op mijn 22ste was gestopt omdat ik vrachtwagenchauffeur werd en geen tijd had om te trainen. Ik keerde terug toen mijn zoon Danny ging voetballen, werd eerst jeugdleider en ging daarna in de jeugdcommissie. Peter nodigde me uit voor een gesprek en zei ineens dat hij mij als opvolger wilde, dat kwam voor mij echt als een donderslag bij heldere hemel. Mijn eerste reactie was: ‘Ik denk het niet.’ Maar ik ben erover na gaan denken en het begon steeds meer te leven. Ik zag genoeg dingen die beter konden. Als niemand in zou springen, zou er nooit iets veranderen.”
De grootste doorn in het oog van Lauwen waren de drie eilandjes binnen DSE: de zaterdagtak, de zondagtak en het vrouwenvoetbal. “We hadden een eerste elftal op zaterdag en eentje op zondag. Die wilden natuurlijk allebei de grootste talenten in hun team. Dat heeft zich uiteindelijk via de natuurlijke weg opgelost. Veel spelers van het zaterdagteam stopten tegelijkertijd vanwege hun leeftijd. Dat elftal hebben we toen uit de competitie gehaald en er is nooit meer een vervanger gekomen. Zaterdag 2 werd het eerste team, maar die speelden in de reserveklasse.” Overigens benadrukt Lauwen bij alles: hij had dit nooit kunnen bereiken zonder de goede organisatie, zijn bestuursleden en de commissies.
Vrouwen
DSE staat bekend als een van de voorlopers in de regio qua vrouwenvoetbal. Decennia voordat die afdeling bij veel clubs een boost kreeg vanwege de prestaties van het Nederlands vrouwenelftal stond er bij DSE al een vrouwenteam op hoog niveau. “Maar dat waren veel vrouwen van buitenaf, die aan kwamen waaien en na een paar jaar weer weggingen. Door de groeiende populariteit van de sport en het ontstaan van de eredivisie werden de beste speelsters uiteindelijk weggeplukt door de eredivisieclubs, waardoor de eigen jeugd meer kansen kreeg. Zo ook bij ons. We hebben dat goed opgepakt, dankzij wat goede trainsters en Peter Baan doet dat nu heel fanatiek.” In de afgelopen vijftien jaar is ook tussen het mannen- en vrouwenvoetbal eenheid ontstaan. “We hebben daar als bestuur geen onderscheid in gemaakt, elke tak is net zo belangrijk. Daarnaast is de clubavond heel belangrijk. Op donderdagavond trainen beide selecties en als je daarna in de kantine komt kijken – in normale tijden – dan zie je dat het vol en gezellig is. Waar spelers van buitenaf vroeger na de training een flesje water haalden en de auto in stapten, is dat nu echt anders.”
Heren 1
Dan het eerste mannenelftal. Lauwen zag dat team de afgelopen vijftien jaar promoveren van de zondag vijfde naar de derde klasse, maar ook het imago kreeg een boost. “We waren al de gezelligste club van Etten-Leur, maar wij vonden dat het niet alleen maar gezellig moest zijn. Een doelstelling behalen en goede prestaties neerzetten is ook belangrijk. Dat zijn we uit gaan dragen. Als een spelersgroep kwaliteit herbergt én het is gezellig, dan komen de prestaties vanzelf.” Met Willem Lambregts als trainer toonde het bestuur aan lef te hebben: een 29-jarige trainer zonder ervaring aanstellen als hoofdcoach. Het pakte goed uit, met promotie naar de derde klasse als resultaat. “Jaren geleden is een jeugdcommissie aangesteld en daar plukken we nu heel veel vruchten van. Onze jeugdafdeling is groter en beter geworden. Wij willen met eigen jongens spelen, geen kippenhok zijn waar spelers na twee of drie jaar weer uit vliegen.” De jeugd heeft altijd een speciaal plekje in het hart van Lauwen gehad. “We organiseren al jaren het DSE jeugdkamp, dat is echt iets unieks. Ieder pinksterweekend vertrekken zij met z’n allen. Ik ben zelf ook een aantal jaar mee geweest, dat is echt mooi om mee te maken.”
Toch blijft DSE last houden van wat elke club overkomt: de grootste talenten worden door grotere clubs opgepikt. Zoals Lauwens eigen zoon, Danny. Of senior net zo goed kon voetballen als Danny? “Ach jongen toch, Danny is zeker vijf klassen beter.” Hij gunt het iedere speler van harte om een stap omhoog te zetten. “Als je een talent bent en een hoger niveau nastreeft, dan moet je dat gewoon doen. Hij zal vast nog wel een keer terugkomen.”
Pensioen
Lauwen floot tot vorig jaar op zaterdag ook nog regelmatig wedstrijden, de fluitende voorzitter dus. Elk weekend staat hij in normale tijden met zijn vrouw langs de lijn bij DSE of Unitas’30, waar zoon Danny momenteel speelt. Naast de hoogtepunten van DSE 1, zoals de twee kampioenschappen, en de vrouwen vond de voorzitter de jubilea mooie mijlpalen.
DSE is Lauwen en Lauwen is DSE. “Ik heb het vijftien jaar met heel veel plezier en trots gedaan, maar het is nu tijd voor jeugdiger bloed. We hebben een mooie, ambitieuze club met een grote jeugdafdeling, die verdient ook een jong en gemotiveerd bestuur aan het roer. Gelukkig hebben we dat al aardig voor elkaar, nu nog een nieuwe voorzitter.” Een vacaturetekst heeft de huidige preses al wel klaar. “Het moet een echte DSE-man of -vrouw zijn, die weet wat er in de vereniging speelt. Het DSE-bloed moet door je aderen stromen. Je moet niet boven de mensen willen staan, dat werkt niet. Daarnaast moet je niet alles zelf willen doen, we hebben goede commissies.” Of Lauwen nog iets anders binnen de club gaat doen, na zijn pensioen als voorzitter? “Ja, naar de wedstrijden kijken!”
Klik hier voor meer informatie over VV DSE